categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2008 RA08.0015 A 9 07/188 = låçéêïéêéw= Verordening rechtpositie wethouders, raads- en commissieleden c.a.



Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden De raad van de gemeente Maasdriel;

vast te stellen de volgende: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,

Raadsbesluit Reg. nr : Ag. nr : 9 Datum :

RAADSBESLUIT. Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 april 2012, met nummer 33/2012;

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN GEMEENTE SINT ANTHONIS

Concept verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en burgerraadsleden 2006.

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden van de gemeente Leudal 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Houten

gezien de circulaires van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 17 mei 2006 (MARZ/CvA/U ) en 7 juli 2006 (MARZ/CvA/u );

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013.

gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders d.d. 9 maart 2010;

4",..,,,.' B .C-. E R N H EZ E. gezien het bijbehorende voorstel van burgemeester en wethouders van 15 april 2014;

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013 onder de WKR

Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden 2012.

Bestuurszaken en Veiligheid. telefoon (0184) 495. gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 september 2009;

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 december 2011, nr ;

Gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2009

- 1 - gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Artikel 3 Onkostenvergoeding Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoedingen Artikel 5 Reiskosten Artikel 6 Verblijfkosten

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN 2014

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van ; gezien het voorstel van het college van 6 februari 2007,doc.nr. B /09192;

Gemeente Wormerland. Verordening rechtspositie Wethouders, Raads- en Burgerraadsleden Wetstechnische informatie. Tekst van de regeling

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN (inclusief 1 e wijziging)

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2006

Nr GEMEENTEBLAD De raad van de gemeente Westerveld, Hoofdstuk

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Verordening rechtspositie wethouders, raads-en commissieleden 2006

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 15 mei 2007;

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum :

Gemeenteblad van Zaltbommel 2011 Nr. 4.1

Verordening rechtspositie wethouders, raadsen commissieleden gemeente Kerkrade 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden

VERORDENING VOORZIENINGEN WETHOUDERS, RAADSLEDEN, DUO RAADSLEDEN EN COMMISSIELEDEN.

Gelet op de artikelen 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet, Verordening rechtspositie raadsleden gemeente Valkenburg aan de Geul 2008

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

verordening op rechtspositie wethouder, raads- en commissieleden van de gemeente Sliedrecht 2009

vast te stellen de verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2012.

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Verordening rechtspositie raadsleden, fractievertegenwoordigers en wethouders

Verordening rechtspositie raadsleden en fractievertegenwoordigers

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,

Voorgestelde wijzigingen verordening: Was-wordt lijst verordening raadsleden en wethouders

Onderwerp : Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2006.

Verordening rechtspositie Wethouders, Raads- en Forumleden in de gemeente Montfoort 2011

Verordening Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden

Onderwerp: Wijziging "Verordening wethouders en raadsleden 2007"

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen. Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder:

Nummer raadsnota: Onderwerp: Vaststelling Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gem. Drimmelen. 1. besluit met Verordening

Reg. nr.: Z /INT *ZAADFBAC759* Oude versie met artikelsgewijs de aanpassingen.

Concept verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2016

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 20 september 2007, nummer 040/2007. De raad van de gemeente Papendrecht;

voor commissiebehandeling naam opsteller: F.A.M. van Gorkum telefoonnummer: adres:

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: Agenda nr: Onderwerp: verordening rechtspositie wethouders. Aan de gemeenteraad,

Voorstel van het college inzake verordening voorzieningen wethouders.

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

Verordening rechtspositie wethouders gemeente De Wolden 2011

Behandelend ambtenaar E.J. Maring-van der Ploeg, (t.a.v. E.J. Maring-van der Ploeg)

RAADSVOORSTEL. Toelichting Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden.

Gulpen-Wittem, 24 juli 2007 Auteur Thea Bormans Portefeuillehouder Burgemeester Bijlagen Diversen Afdeling personeelszaken Ons Kenmerk

Verordening rechtspositie wethouders Dordrecht

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014 VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Maasgouw 2007

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS 2014 onder WKR. De raad van de gemeente Oss

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 juni 2014, nr ;

Gemeente Stadskanaal: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Stadskanaal 2015

Volgnummer : 16 Kenmerk : stafafdeling bestuurlijke zaken en middelen Onderwerp : Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raads - en commissieleden 2014

Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Bespreken. Kennis van nemen. Kaderstellen.

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Utrechtse Heuvelrug 2017

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

Tekstuitgave van de verordening voorzieningen wethouders-, raads-, burger- en commissieleden

Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers De Bilt 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden Gemeente Landgraaf 2015.

: Actualisering van de "Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2007".

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 201 4

Verordening rechtpositie gedeputeerden, staten- en commissieleden provincie Groningen

Besluit voorzieningen burgemeester, gemeentesecretaris en raadsgriffier

RAADSVOORSTEL. Nr. ID/038. Aan de Raad van de gemeente Gulpen-Wittem

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer december 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raad- en commissieleden van gemeente Maasdriel 2014

Hoofdstuk II Voorzieningen voor. raads- en commissieleden.

Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden provincie Utrecht

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

vast te stellen de navolgende VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN GEMEENTE WAALWIJK 2010

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Gelet op de artikelen 95 tot en met 99 van de Gemeentewet en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

De gemeenteraad van Valkenswaard in zijn openbare vergadering van 28 juni 2007

Aan de Raad. Made, 2 december Raadsvergadering d.d. 9 januari Agendapunt: Onkostenvergoeding bestuurders

Transcriptie:

o~~çëîççêëíéä= Jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2008 RA08.0015 A 9 07/188 = låçéêïéêéw= Verordening rechtpositie wethouders, raads- en commissieleden c.a. Portefeuillehouder: C. Bijl Dienst Ondersteuning Personeel en Organisatie J.J. Jansen, telefoon: (0591) 68 93 20 = ^~å=çé=öéãééåíéê~~ç= sççêöéëíéäç=äéëäìáí= Verordening rechtpositie wethouders, raads- en commissieleden c.a.. p~ãéåî~ííáåö= Aan de hand van de "Voorbeeldverordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden" en de Voorbeeldverordening outplacement gewezen wethouders van de VNG zijn er twee verordeningen opgesteld met betrekking tot aanspraken op vergoedingen en tegemoetkomingen. Een aantal primaire voorzieningen voor wethouders, raads- en commissieleden zijn vastgelegd in twee AMvB's en een ministeriële regeling en hebben veelal een dwingendrechtelijk karakter. Voor secundiare voorzieningen geldt dat de gemeente de vrijheid heeft om hiervoor een voorziening te treffen. In de Gemeentewet is bepaald dat het toekennen van vergoedingen en tegemoetkomingen moet worden verankerd in een wettelijke voorschrift (i.c. een gemeentelijke verordening). Na vaststelling van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Emmen 2008 wordt er een rechtsbasis gelegd voor het op gemeentelijk niveau toekennen van vergoedingen en tegemoetkomingen. Er ligt dan een verordening die in overeenstemming is met de gewijzigde (landelijke) rechtspositieregelingen en de gewijzigde belastingwetgeving. Een tweetal (verouderde) verordeningen met betrekking tot deze materie, kunnen worden ingetrokken. Na vaststelling van de Verordening outplacement gewezen wethouders gemeente Emmen 2008, is het mogelijk om een gewezen wethouder professionele begeleiding toe te kennen bij het verwerven van een nieuwe functie. Deze begeleiding kan voor zowel de gemeente als de gewezen wethouder een aantrekkelijk alternatief zijn. Betrokkene heeft uitzicht op een andere betrekking en voor de gemeente blijven de uitkeringskosten beperkt. Bijlagen: Stukken ter inzage: Collegebesluit d.d. 19 februari 2008 met bijbehorende stukken VNG- ledenbrieven van 17 mei 2006, 7 juli 2006, 29 maart 2007 en 26 juli 2007.

-2- Jaar stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2008 RA08.0015 A 9 07/188 NK ^~åäéáçáåö=îççê=üéí=îççêëíéäw= In de Gemeentewet is aangegeven dat de nadere invulling van de rechtspositie van wethouders, raads- en commissieleden moet worden geregeld bij AMvB. De tegemoetkomingen waarop wethouders, raads- en commissieleden aanspraak kunnen maken op grond van de van kracht zijnde rechtspositiebesluiten, zijn te vinden in verschillende regelingen. Voor wethouders zijn de voorschriften terug te vinden in het Rechtspositiebesluit wethouders (AMvB) en de Regeling rechtspositie wethouders (ministeriële regeling). Op raads- en commissieleden is het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (AMvB) van toepassing. In deze wet- en regelgeving zijn alle voor de rechtspositie van belang zijnde onderwerpen geregeld. Een aantal voorzieningen, zoals de hoogte van de bezoldiging en verschillende onkostenvergoedingen, zijn in voornoemde rechtspositiebesluiten overwegend geregeld in bepalingen met een dwingendrechtelijk karakter. Voor secundaire voorzieningen, zoals bijvoorbeeld een regeling voor vergoeding van computer en internetverbinding of waarneming van het voorzitterschap van de gemeenteraad, geldt dat de gemeente de vrijheid heeft om hiervoor een voorziening te treffen. In artikel 99 van de Gemeentewet is bepaald dat het toekennen van vergoedingen en tegemoetkomingen moet worden verankerd in een wettelijk voorschrift (i.c. een gemeentelijke verordening). Aan de hand van de Voorbeeldverordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden van de VNG (zie bijlagen) is er een verordening opgesteld die goed aansluit bij de bestaande praktijk binnen de gemeente Emmen. Wij verwijzen u met name naar de VNG-brief van 29 maart 2007. Dit heeft tot gevolg dat er op een aantal onderdelen is afgeweken van het VNG-model door bijvoorbeeld een bepaald voorschrift niet op te nemen, omdat dit binnen de Emmense praktijk niet relevant is, of te kiezen voor een eigen tekst van een voorschrift, om zodoende de Emmense praktijk vast te leggen. Tevens is er aan de hand van de Voorbeeldverordening outplacement gewezen wethouders een verordening opgesteld, die het mogelijk maakt om professionele begeleiding te bieden aan gewezen wethouders bij het verwerven van een nieuwe functie. Het toekennen van deze ondersteuning aan gewezen wethouders kan niet plaatsvinden op grond van bovengenoemde rechtspositieregelingen, omdat deze niet van toepassing zijn op gewezen wethouders. De rechtsbasis voor deze verordening ligt in artikel 147 van de Gemeentewet, met als gevolg dat het toekennen van outplacementfaciliteiten moet worden geregeld in een aparte gemeentelijke verordening. Na vaststelling door de raad, wordt er door middel van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Emmen 2008 en de Verordening outplacement gewezen wethouders gemeente Emmen 2008 (hierna te noemen: Verordening WRC en Verordening outplacement) een rechtsbasis verschaft voor het toekennen van vergoedingen en tegemoetkomingen. Hierdoor liggen er twee verordeningen die in overeenstemming zijn met de gewijzigde (landelijke) rechtspositiebepalingen en de gewijzigde belastingwetgeving. Twee verouderde verordeningen met betrekking tot deze materie, kunnen dan ook worden ingetrokken. Het gaat hierbij om de Vergoedingsregeling raads- en commissieleden en de Verordening onkostenvergoedingen wethouders.

-3- Aangezien de VNG regelmatig werd geconfronteerd met allerlei vragen omtrent vergoedingen en tegemoetkomingen voor college-, raads- en commissieleden, heeft zij in de brief van 26 juli 2007 meer informatie verschaft. Ook heeft de VNG laten weten dat in genoemde voorbeeldverordening geen bepaling wordt opgenomen met betrekking tot een raadsledenpensioen. De VNG adviseert gemeenten om geen raadsledenpensioen in het leven te roepen. Het gaat hier namelijk om een voorziening die eigenlijk alleen interessant is voor gemeenten waar sprake is van een substantiële raadsvergoeding en waar de werkzaamheden veel tijd vergen. Deze raadsleden ondervinden daardoor nadeel in de sociale zekerheid van hun reguliere werkzaamheden. Overigens is het bij de meeste pensioenfondsen mogelijk om extra pensioen op te bouwen. Het kabinet heeft een aantal wetsvoorstellen naar de Tweede Kamer gestuurd als gevolg van de adviezen van de Commissie Dijkstal. Als de wetsvoorstellen worden aangenomen, heeft dat gevolgen voor de rechtspositie van alle politieke ambtsdragers. Vorenstaande kan dan ook gevolgen hebben voor de rechtspositionele aangelegenheden die worden geregeld in de Verordening WRC. De behandeling van de wetsvoorstellen stond voor eind oktober 2007 resp. begin november 2007 op de agenda van de Tweede Kamer, maar de behandeling is uitgesteld. Op dit moment is nog niet bekend wanneer de behandeling wel zal plaatsvinden. Het is op dit moment niet duidelijk wat de eventuele effecten zijn van de voorgestelde wijzigingen van de landelijke rechtspositieregelingen en hoe een en ander doorwerkt in de gemeentelijke Verordening WRC. OK ^êöìãéåí~íáéläéççöç=éññéåíw= De Verordening WRC is opgebouwd uit een aantal hoofdstukken die betrekking hebben op: voorzieningen voor raadsleden (hoofdstuk II); voorzieningen voor wethouders (hoofdstuk III) en voorzieningen voor commissieleden (IV). Daarnaast kent deze verordening ook nog een apart hoofdstuk (V) met betrekking tot de wijze van betaling en declaratie. Hierdoor ontstaat een transparant en controleerbaar stelsel op het gebied van het toekennen van vergoedingen en tegemoetkomingen aan wethouders, raads- en commissieleden. De Verordening WRC sluit grotendeels aan bij het VNG-model uit de brief van 29 maart 2007. Voor wat betreft de achtergronden van de bepalingen die onverkort worden overgenomen, kan kortheidshalve worden verwezen naar de desbetreffende toelichting bij de corresponderende bepaling uit het VNG-model. De Verordening WRC wijkt op een aantal onderdelen af van het VNG-model, om zodoende de verordening in overeenstemming te brengen met de situatie binnen de gemeente Emmen. Hieronder volgt een overzicht van de onderdelen waarop de Verordening WRC afwijkt van de voorbeeldverordening van de VNG en zullen de te maken keuzen nader worden toegelicht. Tevens wordt enige informatie verschaft omtrent de achtergronden van oude en nieuwe bepalingen. Ter vergroting van de leesbaarheid is in de Verordening WRC aangesloten bij de artikelnummering van het meest recente VNG-model. 1. Voor de bepalingen met betrekking tot de tegemoetkoming in de kosten voor een computer en internetverbinding voor raads- (artikel 8) en commissieleden (artikel 30), is een nieuwe redactie opgesteld waarin de huidige Emmense situatie wordt verankerd. Deze vergoeding is met ingang van oktober 2006 toegekend aan de raadsleden. Met de in december 2006 door de raad vastgestelde toevoeging van artikel 7a aan de huidige gemeentelijke Vergoedingsregeling raads- en commissieleden, is hieraan een rechtsbasis verschaft. Deze nieuwe bepaling is onverkort onderdeel van de voorliggende Verordening WRC.

-4-2. De bepaling uit het VNG-model met betrekking tot de tegemoetkoming in de kosten voor een computer en internetverbinding voor wethouders (artikel 21) is niet integraal overgenomen. Er wordt aan wethouders de voor de uitoefening van het ambt benodigde computerapparatuur ter beschikking gesteld door de gemeente. Aan wethouders wordt op dit moment, indien gewenst, computerapparatuur (en een blackberry) in bruikleen gegeven ten behoeve van het verrichten van werkzaamheden buiten het gemeentehuis. Er wordt een voorziening gegeven waarmee wethouders de mogelijkheid krijgen om in te loggen op het gemeentelijke computernetwerk. Artikel 21 treft ook een voorziening voor eventuele fiscale consequenties van het beschikbaar stellen van een computer c.a. (lid 2 en 3) en kent een vergelijkbare vergoeding toe, als genoemd onder punt 1, wanneer van gemeentewege geen computer c.a. wordt beschikbaar gesteld. Sinds 1 januari 2005 mag computerapparatuur c.a. onbelast beschikbaar worden gesteld, wanneer de apparatuur voor 90% of meer zakelijk wordt gebruikt. 3. Er is geen korting meer opgenomen in de vergoeding voor werkzaamheden van raadsleden (artikel 2). Voor de in het verleden vastgestelde korting van 1,45% op de vergoeding conform het landelijke Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, bestaat geen aanleiding meer. Hierdoor wordt in de gemeente Emmen weer aangesloten bij de bepaling uit het VNG-model. 4. In artikel 13a wordt voor raadsleden een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering geregeld. In afwijking van het VNG-model, is er voor gekozen om de hoogte van de vergoeding niet vast te leggen in de Verordening WRC. Er kan worden volstaan met een verwijzing naar artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, zodat de Verordening WRC niet steeds weer moet worden gewijzigd wanneer de wetgever overgaat tot aanpassing van de hoogte van de tegemoetkoming. 5. Er is geen korting meer opgenomen in de vaste onkostenvergoeding voor wethouders (artikel 14). Voor de in het verleden vastgestelde korting van 4,65% op de vergoeding conform het landelijke Rechtspositiebesluit wethouders, bestaat geen aanleiding meer. Hierdoor wordt aangesloten bij de bepaling uit het VNG-model. 6. In afwijking van het VNG-model, is in de Verordening WRC expliciet vastgelegd dat wethouders niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de kosten voor woon-werkverkeer (artikel 15). Artikel 15 heeft betrekking op het niet toekennen van een zgn. forensenvergoeding aan wethouders, terwijl artikel 16 handelt over het toekennen van een vergoeding voor reiskosten bij dienstreizen met openbaar en eigen vervoer. 7. In verband met de afwijking van het VNG-model inzake de tegemoetkoming in de kosten voor woon-werkverkeer (zie punt 6), dient de tekst uit het model met betrekking tot reiskosten voor reizen ten behoeve van de gemeente ook te worden aangepast (artikel 16). De minister van Binnenlandse Zaken heeft onlangs de hoogte van de reiskostenvergoeding voor dienstreizen gewijzigd. Wethouders hebben op grond van artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders - met terugwerkende kracht tot 1 januari 2006 recht op vergoeding van 0,37 per afgelegde kilometer. Voorheen gold een vergoeding van 0,28 per afgelegde kilometer. De mogelijkheid van saldering (artikel 16 sub d) bij het toekennen van een vergoeding

-5- voor reiskosten bij dienstreizen van wethouders, is niet overgenomen uit het VNGmodel. De mogelijkheid tot saldering doet zich alleen voor bij het niet toekennen van de fiscaal maximaal toegestane reiskostenvergoeding. In de onderhavige verordening wordt aangesloten bij de maximaal toegestane reiskostenvergoeding uit de Regeling rechtspositie wethouders, waardoor er geen ruimte meer is voor saldering. 8. De bepaling uit het VNG-model met betrekking tot het gebruik van de dienstauto door wethouders, komt in gewijzigde vorm terug in de Verordening WRC (artikel 17). In de lijn van hetgeen hierboven is opgemerkt aangaande de vergoeding van kosten voor woon-werkverkeer van wethouders, is in de verordening neergelegd dat wethouders gebruik kunnen maken van de dienstauto voor reizen ten behoeve van de gemeente, niet zijnde woon-werkverkeer. Daardoor is het ook niet noodzakelijk de bepaling uit het VNG-model over te nemen, die handelt over samenloop tussen de vergoeding voor kosten woon-werkverkeer en het gebruik van de dienstauto voor woon-werkverkeer. Wanneer een wethouder gebruik maakt van een dienstauto voor ambtshalve nevenfuncties en hij ontvangt ook een reiskostenvergoeding van een derde, dan dient die vergoeding in de gemeentelijke kas te worden gestort. 9. Eerdere versies van het VNG-model kenden een tweetal bepalingen met betrekking tot het toekennen van tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang aan wethouders (artikel 25) en raadsleden (artikel 9). Beide bepalingen komen in het VNG-model van 29 maart 2007 niet terug en daarmee evenmin in de Verordening WRC. Met ingang van 1 januari 2007 krijgen wethouders en raadsleden recht op de kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst en is voor het gemeentelijke personeel de bijdrage in de kosten van kinderopvang vervallen. Het college heeft reeds ingestemd met het intrekken van de Regeling kinderopvang voor het gemeentelijke personeel met ingang van 1 januari 2007. De ingetrokken Regeling kinderopvang stond niet open voor wethouders en raadsleden, zodat deze ook niet in aanmerking kwamen voor een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang ten laste van de gemeente. 10. De bepalingen met betrekking tot de spaarloon- en levensloopregeling voor raadsleden (artikel 10) en wethouders (artikel 23) zijn opgenomen in de Verordening WRC. Wethouders zijn sinds de dualisering in openbare dienst aangesteld en vallen onder de werkingssfeer van de Ambtenarenwet (zie artikelen 1 en 2 lid 1). Deze aanstelling betekent voor de toepassing van de fiscale wetgeving dat zij direct onder de werking van de Wet op de Loonbelasting vallen. Raadsleden kunnen er voor kiezen om loonbelasting af te dragen (de zgn. opting in regeling). Wethouders en raadsleden van wie de arbeidsverhouding op grond van de Wet op de Loonbelasting is aangemerkt als dienstbetrekking, kunnen worden gezien als werknemer en mogen om die reden deelnemen aan de spaarloonregeling. Door beide bepalingen kunnen wethouders en raadsleden op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijke personeel geldende spaarloonregeling. De spaarloonregeling voor het gemeentelijke personeel staat nu niet open voor wethouders en raadsleden. Door middel van beide bepalingen wordt spaarloon opengesteld voor beide groepen en wordt hieraan een rechtsbasis gegeven. Sinds 2006 is het ook mogelijk deel te nemen aan de levensloopregeling. Dat is een wettelijk recht voor werknemers. Ook wethouders en raadsleden met een arbeidsverhouding die is aangemerkt als dienstbetrekking mogen daaraan deelnemen, zij het dat het niet is toegestaan dat zij een bijdrage van de gemeente ontvangen. Wethouders kunnen de gespaarde voorziening niet omzetten in verlof aangezien wethouders geen verlof in de formele zin van het woord hebben. Wel kunnen zij het spaarbedrag meenemen naar een volgende werkgever of tot uitbetaling laten komen.

-6- Het is wettelijk niet mogelijk van de spaarloonregeling én de levensloopregeling gezamenlijk gebruik te maken. 11. De voor de uitoefening van het ambt benodigde communicatie-apparatuur wordt door de gemeente ter beschikking gesteld en de wethouder tekent voor ontvangst. De aanschafkosten voor de mobiele telefoon, de abonnementskosten en de gesprekskosten komen voor rekening van de gemeente. Vanaf 1 januari 2007 is het gebruik van een mobiele telefoon onbelast wanneer het apparaat voor meer dan 10% zakelijk wordt gebruikt. De blackberry valt onder het fiscaal vriendelijke regime van communicatiemiddelen. 12. De bepaling uit het VNG-model (artikel 26 lid 4) ten aanzien van het toekennen van een hogere vergoeding aan bepaalde commissieleden in bijzondere gevallen, is niet opgenomen. Na overleg met de griffie, blijkt in de praktijk geen behoefte te zijn aan de mogelijkheid om aan een individueel commissielid een hogere vergoeding toe te kennen voor het bijwonen van vergaderingen in verband met bijv. een bijzondere specifieke deskundigheid. 13. Het VNG-model bevat in het hoofdstuk met betrekking tot de procedure van declaratie, een bepaling aangaande het gebruik van een gemeentelijke creditcard. Binnen de gemeente is in het verleden ervoor gekozen om niet te werken met een gemeentelijke creditcard voor bestuurders. In de lijn van dit besluit, is het voorschrift uit het VNG-model dan ook niet opgenomen in de Verordening WRC. 14. Er zijn twee verordeningen die kunnen worden ingetrokken, omdat de materie nu door de nieuwe Verordening WRC wordt geregeld (artikel 35). Het gaat hierbij om de Verordening onkostenvergoedingen wethouders en de Vergoedingsregeling raadsen commissieleden. 15. De datum van inwerkingtreding is in artikel 36 vastgesteld op 1 januari 2008 en de terugwerkende kracht voor raads- en commissieleden vastgelegd op 16 maart 2006 (aantreden nieuwe gemeenteraad) en voor wethouders op 12 april 2006 (beëdigingsdatum). Terugwerkende kracht is alleen toegestaan wanneer de nieuwe aanspraken geen verslechtering inhouden van de op dit moment vigerende verordeningen. Ten opzicht van de vigerende Verordening onkostenvergoedingen wethouders en de Vergoedingsregeling raads- en commissieleden, kent de nieuwe Verordening WRC geen verslechteringen. 16. De VNG heeft in de brief van 17 mei 2006 ook nog een aparte Voorbeeldverordening outplacement gewezen wethouders aan de gemeente voorgelegd. Deze verordening geeft het college de bevoegdheid om outplacementfaciliteiten toe te kennen aan een gewezen wethouder, zodat deze onder professionele begeleiding een nieuwe functie elders kan verwerven. Deze vorm van begeleiding kan voor zowel de gemeente als de gewezen wethouder een aantrekkelijk alternatief zijn. Betrokkene heeft uitzicht op een andere betrekking en voor de gemeente blijven de uitkeringskosten beperkt. Deze verordening is niet geïncorporeerd in de Verordening WRC, omdat de rechtsbasis hiervan niet is verankerd in de landelijke rechtspositieregelingen voor gemeentelijke politieke ambtsdragers, maar in de Gemeentewet. Gewezen wethouders vallen niet langer onder de werking van de landelijke rechtspositieregelingen.

PK -7- oéä~íáé=ãéí=äéëí~~åç=äéäéáçlééêçéê=öéåçãéå=äéëäìáíéåw= Na vaststelling van de Verordening WRC en de Verordening outplacement zullen er twee verordeningen worden ingetrokken. Het betreft hier de Verordening onkostenvergoedingen wethouders en de Vergoedingsregeling raads- en commissieleden. QK ^ÑëíÉããáåÖ=ãÉí=ÉñíÉêåÉ=é~êíáàÉåLÅçããìåáÅ~íáÉW= Er is geen afstemming nodig met externe partijen. Na vaststelling van de Verordening WRC en de Verordening outplacement zullen beide verordeningen op de voorgeschreven wijze worden bekendgemaakt. = RK cáå~ååáøäé=åçåëéèìéåíáéëlîççêöéëíéäçé=çéââáåöw= Voor wat betreft het toekennen van een vergoeding voor een computer en internetverbinding aan raads- en commissieleden, is binnen de begroting 2007 al voorzien. De raad heeft in zijn vergadering van 21 december 2006 (stuknr. RA.06.0181) op dit punt ingestemd met een wijziging van de bestaande verordening. Gelet op de geschatte hoogte van de toe te kennen vergoedingen en tegemoetkomingen op grond van de Verordening WRC en de Verordening outplacement, is het te verwachten dat een en ander blijft binnen de huidige budgetten voor college, raads- en commissieleden. Wanneer in de loop van het jaar mocht blijken dat de aanspraken niet passen binnen de huidige budgetten, zal er bij de ramingen voor 2009 structureel ruimte moeten worden gemaakt. Bij het opstellen van de kadernota 2008 zal een en ander inzichtelijk worden gemaakt. De concept-besluiten zijn bijgevoegd. Emmen, 19 februari 2008. Burgemeester en wethouders van Emmen, de secretaris, de burgemeester, A.J. Mewe C. Bijl

-8- Jaar Stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2008 RA08.0015 A 9 07/188 o~~çëäéëäìáí= De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 februari 2008, nummer: 07/188; gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet, gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders, de Regeling rechtspositie wethouders en het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, b e s l u i t: vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN GEMEENTE EMMEN 2008 Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder: a. commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet; b. Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243; c. Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244; d. Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders; e. raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder; f. griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet; g. gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet. Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden Artikel 2 Vergoeding voor de werkzaamheden De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 14 vastgestelde maximum.

-9- Artikel 3 Onkostenvergoeding 1. De vergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten is gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 14, vermeld in tabel II van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. 2. Ten aanzien van een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, is in afwijking van het eerste lid de onkostenvergoeding gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 14, vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoedingen 1. Hij die gedurende een gedeelte van het kalenderjaar raadslid is geweest ontvangt de vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest. 2. De betaling van de vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, geschiedt in maandelijkse termijnen. Artikel 5 Reiskosten 1. Aan het raadslid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed. 2. De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten; b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders. Artikel 6 Verblijfkosten De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders. Artikel 7 Cursus, congres, seminar of symposium 1. De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente. Het college beslist op een aanvraag van het raadslid om kostenvergoeding. 2. Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekeningvan de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap. Artikel 8 Computer en internetverbinding 1. Het college kent aan het raadslid ten laste van de gemeente een eenmalige vergoeding toe voor de kosten van aanleg van een adsl- of kabelinternetverbinding en een vaste maandelijkse vergoeding voor de abonnementskosten voor aansluiting van de eigen computer op het internet van 25,-- (netto).

-10-2. Het college kent aan het raadslid een vaste jaarlijkse vergoeding toe voor het gebruik van eigen printer en papier van 80,-- (netto). Artikel 9 Kinderopvang (vervallen). Artikel 10 Spaarloonregeling/levensloopregeling 1. Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling. 2. Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan deelnemen aan de levensloopregeling als bedoeld in artikel 19g van de Wet op de loonbelasting 1964. 3. Deelname aan de spaarloonregeling is niet mogelijk indien het raadslid gebruik maakt van de wettelijke levensloopregeling. 4. Gelet op het bepaalde in artikel 99 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente. Artikel 10a Fietsregeling 1. Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op deloonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van het raadslid wordt de raadsvergoeding dan wel vaste onkostenvergoeding verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling. 2. Gelet op het bepaalde in artikel 99 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente. Artikel 11 Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid. Artikel 12 Compensatie korting werkloosheidsuitkering 1. In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting. 2. In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting. Artikel 13 Vergoeding voor waarneming voorzitterschap van de gemeenteraad 1. Een raadslid dat op grond van artikel 77 van de Gemeentewet meer dan 30 dagen onafgebroken het voorzitterschap van de gemeenteraad waarneemt, ontvangt voor die

-11- waarneming een toeslag van 8% van de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden over de tijd van de waarneming. 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de onkostenvergoeding, bedoeld in artikel 3. Artikel 13a Ziektekostenvoorziening 1. Aan een raadslid wordt een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering toegekend, als bedoeld in artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. 2. In het geval een raadslid gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest ontvangt hij de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest. 3. De betaling van de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, geschiedt in maandelijkse termijnen. Artikel 13b Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte 1. De artikelen 2 tot en met 4, 8, 10 tot en met 12 en 13a blijven van toepassing op het raadslid aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit raadslid op grond van artikel 3, eerste of tweede lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag dat op grond van die bepalingen van toepassing is. 2. De artikelen 1 tot en met 7, 8, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, en 11 tot en met 13a van dezeverordening zijn van toepassing op raadsleden die tijdelijk worden benoemd ter vervanging van een raadslid dat ingevolge artikel X10 van de Kieswet tijdelijk ontslag heeft verkregen wegens zwangerschap en bevalling of ziekte. Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders Artikel 14 Onkostenvergoeding De vergoeding voor aan de uitoefening van het wethouderschapschap verbonden kosten is gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 18.001 of meer inwoners, vermeld in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders. Artikel 15 Reiskosten woon-werkverkeer De wethouder wordt voor het reizen tussen zijn woning en de plaats van tewerkstelling geen tegemoetkoming in de kosten van het reizen verleend overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders. Artikel 16 Zakelijke reiskosten Aan de wethouder wordt een vergoeding verleend voor reiskosten ter zake van reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt. De vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten; b. bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders; c. een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten.

Artikel 17 Dienstauto -12-1. De wethouder kan voor reizen ten behoeve van de gemeente gebruik maken van een dienstauto met of zonder chauffeur. Onder dienstauto wordt voor de toepassing van dit artikel mede verstaan een door de gemeente ingehuurde auto. 2. De dienstauto met of zonder chauffeur kan door de wethouder ook worden gebruikt voor reizen ten behoeve van nevenfuncties die de wethouder vervult uit hoofde van zijn ambt. 3. Indien de wethouder voor reizen ten behoeve van in het tweede lid bedoelde nevenfuncties gebruik maakt van de gemeentelijke dienstauto en daarvoor van een derde ook een vergoeding van reiskosten ontvangt wordt die vergoeding in de gemeentelijke kas gestort. Artikel 18 Verblijfkosten (vervallen). Artikel 19 Buitenlandse dienstreis 1. Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed. 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden. Artikel 20 Cursus, congres, seminar of symposium 1. De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente. 2. De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder. Het college beslist op een aanvraag van de wethouder om kostenvergoeding. Artikel 21 Computer en internetverbinding 1. Op aanvraag worden de wethouder ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het ambt een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt de wethouder ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde daarvan voor een periode van maximaal drie jaar. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan wethouders in bruikleen ter beschikking stelt. 3. Indien geen computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college de wethouder op aanvraag voor de uitoefening van het ambt voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde voor: a. aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of b. gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan de wethouders in bruikleen ter beschikking stelt.

-13-4. Voor wat betreft de aanleg- en abonnementskosten voor een internetverbinding en de kosten gebruik van eigen printer en papier, voor de in het eerste of derde lid genoemde computerapparatuur, is artikel 8 van deze verordening overeenkomstig van toepassing. 5. De wethouder ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 6. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast. Artikel 22 Mobiele telefoon 1. Op aanvraag wordt de wethouder voor de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 3. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast. Artikel 23 Spaarloonregeling/levensloopregeling 1. De wethouder kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling. 2. De wethouder kan deelnemen aan de levensloopregeling als bedoeld in artikel 19g van de Wet op de loonbelasting 1964. 3. Deelname aan de spaarloonregeling is niet mogelijk indien de wethouder gebruik maakt van de wettelijke levensloopregeling. 4. Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente. Artikel 23a Fietsregeling 1. De wethouder kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van de wethouder wordt de bezoldiging dan wel vasteonkostenvergoeding dan wel eindejaarsuitkering verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling. 2. Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente. Artikel 24 Reis-, pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van: a. reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders; b. verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders. Artikel 25 Kinderopvang (vervallen). Hoofdstuk IV Voorzieningen voor commissieleden Artikel 26 Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen 1. De vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies bedoeld in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 5 vastgestelde maximum. 2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96 van de Gemeentewet ontvangt.

-14-3. Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie: a. als raadslid of wethouder; b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd; c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient. 4. (vervallen). Artikel 27 Reis- en verblijfkosten 1. Aan het lid van een commissie dat geen raadslid of wethouder is en niet in zijn hoedanigheid van ambtenaar tot lid van de commissie is benoemd worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed. De vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten; b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders; 2. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid worden de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen binnen en buiten het grondgebied van de gemeente vergoed overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders. Artikel 28 Buitenlandse excursie of reis 1. De gemeenteraad kan een commissie uit de gemeenteraad toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden. 2. De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd. 3. De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente. Artikel 29 Cursus, congres, seminar of symposium 1. De kosten van deelname van een commissielid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente. 2. Het commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het commissielidmaatschap. Artikel 30 Computer en internetverbinding 1. Het college kent aan het commissielid ten laste van de gemeente een eenmalige vergoeding toe voor de kosten van aanleg van een adsl- of kabelinternetverbinding en een vaste maandelijkse vergoeding voor de abonnementskosten voor aansluiting van de eigen computer op het internet van 25,-- (netto). 2. Het college kent aan het commissielid een vaste jaarlijkse vergoeding toe voor het gebruik van eigen printer en papier van 80,-- (netto).

-15- Hoofdstuk V De procedure van declaratie Artikel 31 Betaling van kosten Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door: a. betaling uit eigen middelen; of b. rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente; of c. (vervallen). Artikel 32 Declaratie van vooruit betaalde kosten 1. Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 5, 6, 16, 19, 24 en 27 wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald. 2. Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder of het commissielid dient het declaratieformulier binnen 2 maanden bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of een door hem aangewezen ambtenaar in, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken. Artikel 33 Rechtstreekse facturering bij de gemeente 1. De vergoeding van kosten, bedoeld in de artikelen 7, 16, 19, 20 en 24 kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de door het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder voor akkoord ondertekende factuur aan de gemeente. 2. Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het begeleidingsformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, volledig in te vullen en te ondertekenen. 3. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder dient het begeleidingsformulier en de factuur binnen 2 maanden in bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of de door hem aangewezen ambtenaar. Artikel 34 Gebruik creditcard (vervallen). Hoofdstuk Vl Citeertitel en inwerkingtreding Artikel 35 Intrekking oude regelingen De Vergoedingsregeling raads- en commissieleden en de Verordening onkostenvergoedingen wethouders, worden ingetrokken. Artikel 36 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2008 en werkt voor wat betreft de artikelen 1 tot en met 13a en 26 tot en met 30 terug tot en met 16 maart 2006 en voor wat betreft de artikelen 16 tot en met 25 ten aanzien van de op 12 april 2006 beëdigde wethouders terug tot en met de dag van hun beëdiging. De artikelen 31 tot en met 33 werken voor zover het betreft de leden van de raad en commissieleden terug tot en met 16 maart 2006. De artikelen 31 tot en met 34 werken voor zover het de op 12 april 2006 beëdigde wethouders betreft terug tot en met de dag van hun beëdiging.

Artikel 37 Citeertitel -16- Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Emmen 2008. Vastgesteld in de openbare vergadering van 27 maart 2008. de griffier, de voorzitter, H.D. Werkman C. Bijl

-17- Jaar Stuknr. Raad categorie/agendanr. stuknr. B. en W. 2008 RA08.0015 A 9 07/188 o~~çëäéëäìáí= De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 februari 2008, nummer: 07/188; gelet op artikel 147 van de Gemeentewet; b e s l u i t: vast te stellen de volgende verordening: VERORDENING OUTPLACEMENT GEWEZEN WETHOUDERS GEMEENTE EMMEN 2008 Artikel 1 Begripsbepaling In deze regeling wordt verstaan onder: 1. belanghebbende: hij die ophoudt wethouder te zijn en in het genot is van een uitkering op grond van artikel 131 tot en met 136 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers; 2. outplacementbureau: bureau of organisatie bij voorkeur aangesloten bij een brancheorganisatie voor outplacement en loopbaanbegeleiding. Artikel 2 Toekenning outplacementfaciliteiten 1. Burgemeester en wethouders kan besluiten op aanvragen omtrent de toekenning van outplacementfaciliteiten. 2. De kosten van de outplacementfaciliteiten komen voor rekening van de gemeente. Burgemeester en wethouders sluiten daartoe een schriftelijke overeenkomst met het outplacementbureau. 3. Eventuele reis-, verblijf- en verwervingskosten komen voor rekening van belanghebbende. Artikel 3 Maximale toekenningsduur De outplacementfaciliteiten worden toegekend voor de periode van ten hoogste één jaar. Artikel 4 Uitleg regeling In de gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet zijn burgemeester en wethouders bevoegd een voorziening te treffen.

-18- Artikel 5 Slotbepaling Deze regeling kan worden aangehaald als: Verordening outplacement gewezen wethouders gemeente Emmen 2008. Vastgesteld in de openbare vergadering van 27 maart 2008. de griffier, de voorzitter, H.D. Werkman C. Bijl