BIJLAGE IIwb EISEN AAN ACTOREN KNA WATERBODEMS



Vergelijkbare documenten
BIJLAGE IIwb EISEN AAN ACTOREN KNA WATERBODEMS

Het registratieproces

Competentie-eisen aan actoren

Door het CCvD erkende opleidingen en kennis actoren

Door het CCvD erkende opleidingen en kennis actoren

Specialistisch Onderzoek

Door het CCvD erkende opleidingen en kennis actoren

Door het CCvD Archeologie erkende opleidingen en kennis actoren

WIJZIGINGSBLAD BRL 4000 en KNA vastgesteld door het CCvD Archeologie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 4000 Archeologie, versie 4.1 t.o.v. versie 4.0

WIJZIGINGSBLAD BRL 4000 en KNA vastgesteld door het CCvD Archeologie

WIJZIGINGSBLAD BRL 4000 en KNA vastgesteld door het CCvD Archeologie

Certificering op basis van de nieuwe Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA) Esther Wieringa

Specialistisch onderzoek

WIJZIGINGSBLAD BRL 4000 en KNA vastgesteld door het CCvD Archeologie

Specialistisch onderzoek

Besluit CCvD Archeologie Diploma Archeologie en Aardwetenschappen

BRL Archeologie Vraag en antwoord

KWALITEITSNORM NEDERLANDSE ARCHEOLOGIE 2005

0 Archeologische begeleiding (AB) Opsteller Naam, adres, telefoon, datum paraaf Auteur

Programma van Eisen. Protocol Terms of Reference

Notitie interne audits t.b.v. openbare reactieronde BRL en KNA Archeologie

Notitie Externe audits t.b.v. openbare reactieronde BRL en KNA Archeologie

Kennis en lacunes in de Nederlandse Archeologie en een aanzet tot scholing

Plan van Aanpak Operationaliseren kwaliteitssysteem Nederlandse archeologie

SIKB Prj 192 Operationaliseren kwaliteitssysteem Nederlandse archeologie

Onderwerp: Tijdelijke regeling Registratie van KNA Materiaalspecialisten zonder Ma diploma

Programma van Eisen. Protocol 4001

Protocol Inventariserend Veldonderzoek (waterbodems) Field Survey IVO (sediment)

Archeologische Begeleiding

Protocol Programma van Eisen. Terms of Reference

PROTOCOL OPSTELLEN PROGRAMMA VAN EISEN

Inventariserend Veldonderzoek (waterbodems)

EVALUATIE OVERGANGSREGELING

Overleg Begeleidingscommissies BRL, KNA en Register

Protocol Inventariserend Veldonderzoek (landbodems) Field Survey IVO (soil)

Kennis en lacunes in de Nederlandse Archeologie en een aanzet tot scholing

Certificeren KNA Uitwerking fase 2

Mevr. M. Burger,

Inventariserend Veldonderzoek

Protocol Archeologische Begeleiding (waterbodems) Archaeological Supervision (Sediment)

Planning: de praktijkproeven worden uitgevoerd in de periode medio juli tot eind augustus 2015

KNA Lb en Wb Besluit CCvD Niet Opmerkingen Besluit CCvD JA/NEE

In dit informatieblad geven we je meer informatie. Powered by:

Archeologie als risico?

Programma van Eisen Waterbodems

CHECKLIST. vooronderzoek. Omdat ook voor archeologische opgravingen een PvE verplicht is, is

Verslag Concept 2.0. Prj 235 Uitwerking certificering 3 e Bijeenkomst van begeleidingscommissie 2 KNA

Inlenen en uitbesteden in de KNA en BRL 4000 (Concept)

Draft Management approach for known and unknown sites Voorstel beheersbenadering voor gekende en ongekende sites

Protocol Bureauonderzoek. Desk Research

Bureauonderzoek. Protocol Desk Research

Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, Groningenweg 10, Postbus 420, 2800 AK Gouda tel ,

Brede Afspraak Archeologie

Archeologische Begeleiding (waterbodems)

Archeologie in Amsterdam

Archeologie in Amsterdam

Rijkswaterstaat Brede Afspraak Archeologie. Datum 3 juli 2014 Status definitief

Advies van Voorbereidingscommissie I aan het CCvD Archeologie

VERSLAG VERGADERING CCvD ARCHEOLOGIE

Prj 235 Uitwerking certificering 4 e Bijeenkomst van begeleidingscommissie 2 KNA

Programma van Eisen AK PUTTEN T (0341) E mstruijs@putten.nl. Naam, adres, telefoon, datum paraaf. Regio Noord-Veluwe

EVC kandidaten aan het woord. In dit nummer van archeologie besteden we

Plan van Aanpak. Archeologisch vooronderzoek, bureau- en inventariserend veldonderzoek. gemeente Nieuwkoop

Jaarplan activiteiten Archeologie in 2018

Het Restauratorenregister

Omgevingswet en Historische maritieme ensembles. Voor FVEN - 17 mei door Martine van Lier

Modelvoorschriften archeologie in de omgevingsvergunning

Depotbeheer. Protocol Depot Management

Gemeente Haarlem. Archeologisch onderzoek en waardestellend rapport

Bureauonderzoek Archeologie

Inventariserend Veldonderzoek (landbodems)

CHECKLIST. Beoordeling standaard rapport IVO-waarderend

Protocol Depotbeheer. Depot Management

Toelichting op het aanvraagformulier opgravingsvergunning

Bureauonderzoek Waterbodems

L_AABAAGO103 [6EC] Omgaan met historische bronnen. L_AABAAXO201 [6EC] Heritage in Context. L_AABAOHW20 4 [6EC] Religion in.

Master Archeologie

Overige deskundigheidsbevorderende

De KNA en BRL op zak VERSIE 4.0

Protocol 4002 Bureauonderzoek

Data- en prijswijzigingen voorbehouden

ROMA-bijeenkomst 23 maart 2017 CULTUURHISTORIE IN DE OMGEVINGSVISIE. Martin van Bleek adviseur cultuurhistorie

Aanwezig Werkt bij Afgevaardigd door / rol

Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, Groningenweg 10, Postbus 420, 2800 AK Gouda tel , Programma van Eisen

Fysiek Beschermen Waterbodems

Overige deskundigheidsbevorderende activiteiten (ODA)

Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer, Groningenweg 10, Postbus 420, 2800 AK Gouda tel ,

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

BRL SIKB Beoordelingsrichtlijn. Archeologie. Assessment guideline. Archaeology

Maasvlakte 2 (Port of Rotterdam) - Hoe werkt Malta op zee? Een case study. Andrea Otte Senior Beleidsmedewerker Maritiem Erfgoed

Rijkswaterstaat Brede Afspraak Archeologie. Datum 6 april 2011 Status Definitief

Archeologie en waterbodems. Meerdere gebruiksfuncties. Marie-Catherine Houkes. Maritiem Programma RCE 29 oktober 2013.

CONCEPT VERSLAG Vergadering van het Centraal College van Deskundigen Archeologie

Nota van wijziging 2: Aanvulling op Programma van Eisen (Transect- PvE A.A. Kerhoven/ A. Hakvoort)

De KNA en BRL op zak DE KNA EN BRL OP ZAK VERSIE 4.1. Burgemeester van Reenensingel PA Gouda. Postbus AK GOUDA

Certificering: Waar komen we vandaan, waar staan we nu?

Tabel met advies voorbereidingscommissie I t/m III en de overwegingen en besluitvorming door het CCvD

INFORMATIERAPPORT EN SELECTIEADVIES

De Erfgoedwet en certificering

Transcriptie:

BIJLAGE IIwb EISEN AAN ACTOREN KNA WATERBODEMS Toelichting In de protocollen BureauonderzoekO, IVO en Opgraven van de KNA is op het niveau van de procestappen en het benoemen van een actor waar mogelijk aangesloten op de KNA 3.3 Landbodems. Dat betekent dat dezelfde eisen aan actoren worden gesteld en alleen bij de kritische procestappen een actor wordt benoemd. Deze actor is degene die de specifieke stap zelfstandig uitvoert. Aan het einde van het deelproces vindt een eindcontrole plaats. De actor die daar vermeld wordt, is degene die de controle over het gehele proces uitvoert. Meestal is dit een senior archeoloog. NB Daar waar een (Senior) KNA -archeoloog specialisme wordt vermeld, kan altijd een KNA -Onderwaterarcheoloog gelezen worden. Omgekeerd is dit echter niet het geval: als er een KNA-Onderwaterarcheoloog wordt genoemd, kan dit NIET een KNAarcheoloog specialisme waterbodems zijn. De Bachelor in de actorenlijst Zoals hieronder te zien is, heeft de Bachelor in de nieuwe KNA (versie 3.2) een plaats gekregen. De Bachelor heeft nu een kritische rol als Prospector en als KNA Archeoloog bij het voorbereiden en het veldwerk van archeologisch onderzoek. Vooralsnog is er geen onderscheid tussen Bachelor-HBO en de Bachelor-WO. Zij kunnen de volgende kritische processtappen uitvoeren: Prospector Ba Protocol IVO-: Deelproces 1: stap 1.3 (uitvoeren IVO-Opwater) KNA Archeoloog Ba specialisme Protocol IVO-Opwater: Protocol IVO-Onderwater-Verkennend: Protocol IVO-Onderwater-Waarderend: Deelproces 2: stap 2.4 (vondstverzameling) Deelproces 2: stap 2.3 (meetsysteem) Deelproces 2: stap 2.6 (vondstverzameling) Deelproces 2: stap 2.8 (aanleg proefsleuf) Leidinggeven Om de KNA in lijn te laten lopen met de vergunningverlening is in de protocollen IVO en Opgraven het leidinggeven als nul-stap toegevoegd. Dit betekent concreet dat de leidinggevende geen aparte actor is geworden in de actorenlijst, maar wel een kritische processtap waaraan een actoreneis hangt; in dit geval de actor KNA-Archeoloog Ma (ofwel specialisme ofwel KNA-Onderwaterarcheoloog). De reden voor deze werkwijze is om de actorenlijst niet onnodig te laten groeien en tegelijkertijd wel te borgen dat bij archeologische veldwerkzaamheden altijd minimaal een archeoloog met een Ma-opleiding aanwezig is. Onder leidinggeven wordt het volgende verstaan: het daadwerkelijk leiding geven aan het veldwerk; de leidinggevende stuurt alle bij het veldwerk betrokken medewerkers zonder tussenkomst van anderen aan. De leidinggevende signaleert ontwikkelingen in onderzoeksvragen en resultaten en is verantwoordelijk voor de strategische beslissingen op het terrein van (wijziging in) de vraagstelling, de opgravingsstrategie en de documentatie. NB Wanneer de leidinggevende een prospector Ma betreft en deze prospector Ma geen Master archeologie heeft, maar een Master aardwetenschappen, dan dient deze ook te Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 1 van 7

voldoen aan de regeling met betrekking tot aardwetenschappers (toetsing aardwetenschappers in het kader van de vergunningverlening door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Zie ook artikel 17 van de BAMZ en brief Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed d.d. 28 juli 2009, referentienummer B 2009 31). NB dit geldt alleen voor de Prospector Ma die leidinggeeft. Ethische code Voor alle actoren geldt dat zij een ethische code van archeologen moeten ondertekenen. NB Wie niet in Nederland is opgeleid dient de Annex van de UNESCO Convention on the Protection of the Underwater Cultural Heritage 2001 te onderschrijven. Deze bevat de rules concerning Activities directed at Underwater Cultural Heritage. (Zie ook: http://www.unesco.org/culture/en/underwater/pdf/uch-manual.pdf). Relevante werkervaring na afstuderen In de voorliggende KNA waterbodems is de eis geschrapt dat de relevante werkervaring na afstuderen in Noordwest Europa opgedaan moet zijn. De (senior) KNA onderwaterarcheoloog dient uiteraard wel bekend te zijn met de (duik)omstandigheden waarin wordt gewerkt; parameters die van invloed zijn op de werkomstandigheden betreffen onder meer het zicht; de temperatuur; de stroming en de diepte. Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 2 van 7

Actoren per protocol Bureauonderzoek WB Prospector specialisme Senior Prospector specialisme KNA-archeoloog specialisme Senior KNA-archeoloog specialisme IVO-WB Opwater Prospector Ba specialisme Prospector Ma specialisme Senior prospector specialisme KNA-archeoloog Ba specialisme KNA-archeoloog Ma specialisme Senior KNA-archeoloog specialisme IVO-WB Onderwater (Verkennend Waarderend) Prospector Ba KNA-archeoloog Ma Senior KNA-archeoloog KNA-Onderwaterarcheoloog Ba KNA-Onderwaterarcheoloog Ma Inspectieduiker Archeologie Specialist Opgraven KNA archeoloog Ba specialisme KNA-archeoloog Ma specialisme Senior KNA-archeoloog specialisme KNA-Onderwaterarcheoloog Ma Senior KNA Onderwaterarcheoloog Specialisten Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 3 van 7

Eisen aan actoren Actor Kenniscomponent Relevante werkervaring na afstuderen Prospector Ba Prospector Ma specialisme Senior Prospector specialisme KNA Archeoloog Ba specialisme KNA Archeoloog Ma specialisme Senior KNA Archeoloog specialisme Afgeronde HBO of universitaire opleiding Archeologie Ba of Aardwetenschappen Ba Kennis van archeologie, geologie en bodemkunde en in het bijzonder van waterbodems Aantoonbare kennis van maritieme geofysica of Aardwetenschappen Kennis van archeologie, geologie en bodemkunde en in het bijzonder van waterbodems Aantoonbare kennis van maritieme geofysica 3 jaar werkervaring met prospecterend Waterbodemonderzoek., 3 jaar werkervaring met prospecterend Waterbodemonderzoek. met IVO- in Noordwest Europa* of Aardwetenschappen Ma rend Waterbodemonderzoek, met 6 jaar werkervaring met prospecte- (of doctoraal) IVO-, waarvan 3 jaar als Prospector. Kennis van archeologie, geologie en bodemkunde en in het bijzonder van 6 relevante publicaties**. waterbodems Aantoonbare kennis van maritieme geofysica. Afgeronde HBO of universitaire opleiding archeologie Ba Kennis van de maritieme archeologie en/of scheepsarcheologie. Kennis van de maritieme onderwater archeologie en/of scheepsarcheologie. Indien de universitaire opleiding niet Noordwest Europa, dient de minimale aantoonbare ervaringseis uitsluitend betrekking te hebben op werk in de Nederlandse archeologie. Afgeronde universitaire opleiding Ma archeologie Kennis van de maritieme archeologie en/of scheepsarcheologie. Indien de universitaire opleiding niet Noordwest Europa, dient de minimale aantoonbare ervaringseis uitslui- 3 jaar werkervaring met onderzoek. 3 jaar werkervaring met archeologisch onderzoek., 6 jaar werkervaring met archeologisch onderzoek,, waarvan 3 jaar als archeoloog in een leidinggevende functie 6 relevante publicaties***. Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 4 van 7

KNA- Onderwaterarcheoloog Senior KNA- Onderwaterarcheoloog Senior Veldtechnicus Inspectieduiker Archeologie / (Senior Veldtechnici ) Archeologisch materiaal Conserverings tend betrekking te hebben op werk in de Nederlandse archeologie. uitvoeren, uitwerken en publiceren NB vanaf 2016 zal gelden dat er van gravend archeologisch onderzoek sprake moet zijn van een afgeronde onder water,. opleiding Maritieme Archeologie Ma (of doctoraal). Personen die reeds werkzaam zijn als KNA Onderwaterarcheoloog kunnen dit (zonder Ma Maritiem) blijven doen, mits ze 6 jaar aantoonbare werkervaring hebben. Kennis van de relevante KNA protocollen. NB vanaf 2016 zal gelden dat er sprake moet zijn van een afgeronde opleiding Maritieme Archeologie Ma (of doctoraal). Personen die reeds werkzaam zijn als KNA Onderwaterarcheoloog kunnen dit (zonder Ma Maritiem) blijven doen, mits ze 9 jaar aantoonbare werkervaring hebben. NB deze KNA actor verdwijnt per 2016. Deze actor zal dan samenvallen met de actor Inspectieduiker Archeologie. Veldtechnici dienen dan de Nautical Archaeology Society (NAS) training part I gevolgd te hebben. Kennis van de relevante onderdelen Zie over de tijdelijke regeling en eisen in Deel I Toelichting op de KNA onder Actoren. Kennis van de relevante KNA protocollen Nautical Archaeology Society (NAS) training part I. Kennis van de KNA protocollen conservering OS11. Kennis van archeologische werkprocessen en van conservering van archeologisch materiaal MA Restauratiekunde UvA of een vergelijkbare opleiding in het binnenof buitenland, Objects Conservation en 2 jaar aantoonbare professionele werkervaring Of Minimaal 5 jaar aantoonbare professionele werkervaring met het conser- 6 jaar aantoonbare ervaring met het uitvoeren, uitwerken en publiceren van archeologisch onderzoek onder water, waarvan 3 jaar als archeoloog in een leidinggevende functie. 6 relevante publicaties***. 6 jaar werkervaring met archeologisch onderzoek van onder water. Zie over de tijdelijke regeling en eisen in Deel I Toelichting op de KNA onder Actoren. 2 jaar werkervaring met archeologisch onderzoek van onder water. van archeologisch vondstmateriaal, Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 5 van 7

Scheepsarcheologisch Archeobotanisch Archeozoölogisch Depotbeheerder uit de BRL en de KNA protocollen van automatisering Kennis van documentatie & archivering Kennis van archeologie & conservering. Fysischantropologisch Fysisch geografisch 3 jaar aantoonbare ervaring met sedimentbeschrijven, bodemvormende processen, stratigrafie en geogenese van Noordwest Europa*. Kwartairgeologie van Noordwest Europa*. KNA- Archeoloog Ma Fysiek Beschermen Specialisme veren van archeologische objecten, en minimaal 6 conserveringsrapporten conform KNA specificatie 0S16). of Natuurwetenschappen (indien opleiding niet in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de archeologie van Europa; indien opleiding in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de ecologische archeologie) of natuurwetenschappen (Indien opleiding niet in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de archeologie van Europa; indien opleiding in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de ecologische archeologie), Natuurwetenschappen of medicijnen (Indien opleiding niet in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de archeologie van Europa; als opleiding in de archeologie, eis: aantoonbare kennis van de fysische antropologie). Afgeronde universitaire opleiding Aardwetenschappen of Geoarcheologie protocollen NB deze actor verdwijnt en zal per 2016 in de KNA protocollen vervangen worden door de Onderwaterarcheoloog. Wanneer deze actor de opleiding Maritieme archeologie heeft gevolgd, zal deze ook beschikken over kennis van fysieke bescherming. van scheepsarcheologisch vondstmateriaal,. van archeobotanisch materiaal,. van archeozoölogisch materiaal,. van fysisch antropologisch materiaal, In Noordwest Europa*. 3 jaar werkervaring met archeologisch monitoringsonderzoek en fysieke bescherming van waterbodems 3 relevante publicaties Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 6 van 7

Senior KNA Archeoloog Fysiek Beschermen Specialisme Afgeronde universitaire opleiding Ma archeologie (of doctoraal) Aantoonbare kennis van bodemkunde Aantoonbare kennis van planologische processen Kennis van de onderwaterarcheologie Kennis van fysiek beschermen Indien de universitaire opleiding niet Noord West Europa dient de minimale aantoonbare ervaringseis uitsluitend betrekking te hebben op werk in de Nederlandse archeologie. NB deze actor verdwijnt en zal per 2016 in de KNA protocollen vervangen worden door de Onderwaterarcheoloog. Wanneer deze actor de opleiding Maritieme archeologie heeft gevolgd, zal deze ook beschikken over kennis van fysieke bescherming. Afgeronde universitaire opleiding Ma archeologie (of doctoraal) Aantoonbare kennis van bodemkunde Aantoonbare kennis van planologische processen Kennis van de onderwaterarcheologie Kennis van fysiek beschermen Indien de universitaire opleiding niet Noord West Europa dient de minimale aantoonbare ervaringseis uitsluitend betrekking te hebben op werk in de Nederlandse archeologie. 6 jaar werkervaring met archeologisch monitoringsonderzoek en fysieke bescherming van waterbodems Waarvan 3 jaar als archeoloog in een leidinggevende functie 6 relevante publicaties Met opmaak Met opmaak * Noordwest Europa is binnen de KNA -WB beperkt tot de landen: Nederland, België, Duitsland, Luxemburg, Noord-Frankrijk en Denemarken. ** 6 relevante publicaties waaruit blijkt dat de actor de kritische activiteiten beschreven in de KNA in de volle breedte kan uitvoeren. Bij deze publicaties kan het gaan om wetenschappelijke publicaties in vaktijdschriften en/of boeken, maar ook zgn. standaardrapporten komen hiervoor in aanmerking. Minimaal één van deze 6 publicaties betreft de voorbereiding, het veldwerk en de uitwerking/ analyse van een IVO-Onderwater. Uit deze publicatie dient het synthetiserende vermogen van de actor te blijken. *** 6 relevante publicaties waaruit blijkt dat de actor de kritische activiteiten beschreven in de KNA in de volle breedte kan uitvoeren. Bij deze publicaties kan het gaan om wetenschappelijke publicaties in vaktijdschriften en/of boeken, maar ook zgn. standaardrapporten komen hiervoor in aanmerking. Minimaal één van deze 6 publicaties betreft de voorbereiding, het veldwerk en de uitwerking/ analyse van gravend onderzoek onderwater. Uit deze publicatie dient het synthetiserende vermogen van de actor te blijken. **** Voor alle en geldt dat de drie publicaties betrekking dienen te hebben op het betreffende specialisme. Bijlage II Eisen aan actoren, KNA versie 3.2 Pagina 7 van 7