Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Vergelijkbare documenten
De Vroege glazenmaker (Aeshna isoceles) in Wallonië: eerste waarneming sedert 1993

Enkele pareltjes uit het Saleghem krekensnoer

AGENDA. verslag vergadering 14 januari opmerkingen

Libellen in de Wellemeersen

AGENDA. verslag vergadering 3 april opmerkingen

DAGVLINDERS EN LIBELLEN OP HET GOLFCENTRUM DE BATOUWE in ZOELEN 2016

Het libellenjaar 2006: een overzicht

LIBELLEN IN DE UITERWAARDEN ROND ZALTBOMMEL VINCENT KALKMAN 2002

LIBELLEN (ODONATA) IN DE PROVINCIE ANTWERPEN:

Met de steun van. Inhoud:

Libellenfauna in het Stropersbos

Dragonflies of Kefalonia (Greece)

Libellenfauna in het Stropersbos

gebeten door LIBELLEN

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Waasland-Noord / natuurstudie

Jaaroverzicht Libellen van de Gelderse Poort 2009

Libellen in Drenthe René Manger Gerard Abbingh

9 De Rode Lijst van de libellen in Vlaanderen

Libellen in de gemeente Kampen

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Libellen inventarisatie de Pan. door Hugo van der Slot. Steenrode heidelibel

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

Libellen in de Wellemeersen

Libellen in het najaar

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

Algemene libellensoorten als indicatoren voor waterhabitats: een aanzet voor een praktisch hulpmiddel

De libellen van de Gelderse Poort:

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

WAARNEMINGENOVERZICHT KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland

Libelleninventarisatie. Natuurmonumentengebied. Hollands Ankeveen

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Atlas van de libellen van Winterswijk

Een odonatologische excursie naar Zuid-Nederland, een halve eeuw later

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

ONGEWERVELDE FAUNA VAN HET RIJNTAKKENGEBIED, MET

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Horstermeerpolder

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Libellen herkennen. Weidebeekjuffer Vrouwtjes zijn metaalglanzend groen, de mannetjes zijn blauw. Ze leven langs beken en rivieren (stromend water).

550 MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen

Van zilte polder tot libellenparel

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen

Henri Dumont achterna - Een verslag over libellenobservaties van in een natuurreservaat langs de Dender (België - Oost-Vlaanderen)

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen

Waarnemingen Noord-Hollands Duinreservaat Verslag 2009

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen

Verslag libellenmonitoring 2017 Leersumse Veld

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Horstermeerpolder

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges

Libellen in de Alblasserwaard

Insecten van de Potpolder

Libellen Empese & Tondense heide en de Zilvense broekbeek:

Libellen in een stadspark

JUFFERS klein, smal, ogen ver uiteen, zittend liggen vleugels meestal op achterlijf. Gekleurde vleugels Vrij groot Blauw glanzend Langs stromend water

Poelen vol libelle. Theo de Jong

100% VEILIG WERKEN DOE JE ZELF!

Nieuwe kennis voor een beter beheer van hun leefgebieden

Libellen in Colorado, Wyoming, South Dakota, Utah & Idaho

Veilig werken? Da s kinderspel! Travailler en toute sécurité? Un jeu d enfant!

Monitoringroutes van libellen in de Gooi en Vechtstreek 2009 en 2010

Libelleninventarisatie Goois Natuurreservaat Gebied Zanderij Cruysbergen

Twee nieuwe populaties Hoogveenglanslibel (Somatochlora arctica) in Overijssel

Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Laegieskamp

NIEUWSBRIEF INSECTENWERKGROEP /

Libellenvereniging Vlaanderen

dv d sign is following a new direction

Een ecologische analyse van de Middelsgraaf, een langzaam stromende watergang in Midden-Limburg (NL), op basis van libellen

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

De libellen- en dagvlinderfauna van het Vlaams Natuurreservaat Grootbroek te Sint-Agatha-Rode (Huldenberg)

LOKALE POLITIE / POLICE LOCALE 31/12/2016

LOKALE POLITIE / POLICE LOCALE 31/12/2017

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

tijdens warme zomers naar noordelijker streken uitzwerven. Meestal gaat waarnemingen verricht. Enerzijds is de waarnemersdichtheid veel groter

EndParalysis foundation Financial report- Year 2014

Ontdekking en studie van een populatie Dwergjuffers (Nehalennia speciosa) in Oost-Nederland

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Handleiding Landelijk Meetnet Libellen

Mededelingen. Een bezoek aan de Getande glazenmaker (Aeshna serrata) in Denemarken. R. Manger

Stedelijk libellenreservaat Zoetermeer. Winfried van Meerendonk en Henk J Lubberding

Resultaten van een Malaisevalcampagne langs een brakke sloot in de Jeronimuspolder (Sint-Laureins, Oost-VIaanderen, Belgie)

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

Jaarverslag Vlinders en Libellen

26/03/2019 CHEMIN DE FER BELGE SPOORWEGEN IN BELGIË TRANSPORTS PUBLICS BELGES ET MOBILITÉ OPENBAAR VERVOER EN MOBILITEIT IN BELGIË

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. houdende eerste aanpassing van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2017

Libellen in de duinen van de Noordkop 2000

10 jaar Libellenvereniging Vlaanderen

De Gaffelwaterjuffer (Coenagrion scitulum), terug van weggeweest in Noordwest-Europa

Inventaris OV - Inventaire EP BIV - IBE

De libellen van vijf laagveen

Notities over het gedrag van Onychogomphus boudoti in Marokko en een tweede vindplaats

De herontdekking van de Mercuurwaterjuffer (Coenagrion mercuriale) in Limburg (NL)

Parc Schlumberger Bruxelles. Cluster green living.

Eerste Limburgse (NL) populatie van de Gaffelwaterjuffer (Coenagrion scitulum) D. Ramaker. med. A. Ovaa). Hoewel het vroeg in de vliegtijd

Natuurmeetnet. Zuiderpark. resultaten A. de Baerdemaeker & M.A.J. Grutters bsr-rapport 119

Verslag van de excursie naar de Vallei van de Drie Beken te Diest op zondag 9 juni 2002

Transcriptie:

Mededelingsblad van de Belgische Libellenonderzoekers Bulletin de liaison des Odonatologues belges jaargang 19 (2) : december 2003 - volume 19 (2) : décembre 2003 uitgegeven door: Libellenwerkgroep Gomphus édité par: le Groupe de Travail Libellules Gomphus

Gomphus 2003: 19 (2) 65 De Vroege glazenmaker (Aeshna isoceles) in Wallonië: eerste waarneming sedert 1993 Geert De Knijf & Heidi Demolder Instituut voor Natuurbehoud Kliniekstraat 25, B-1070 Brussel geert.de.knijf@instnat.be Summary Aeshna isoceles in Wallonnia: first observation since 1993. On the 8th of June 2003, three territorial males of the Norfolk hawker (Aeshna isoceles) have been seen in the valley of Laclaireau in Buzenol (Lorraine, Belgium). This was the first observation of this Red list species since 1993 in the Walloon part of Belgium and a new species for the ecoregion Lorraine. The habitat consists of 5 ponds which are connected with each other. The ponds have a good riparian vegetation of Phragmites australis, Typha spec. and sedges (Carex). We presume that this small population was established only very recently and has been colonised by individuals coming from the northeast of France, where an expansion of Aeshna isoceles has been observed since 1990. This new site should be the only present population in the Walloon part of Belgium. Samenvatting Op 8 juni 2003 werden 3 territorium verdedigende mannetjes van de Vroege glazenmaker (Aeshna isoceles) gezien in de Vallei van Laclaireau te Buzenol (Lorraine, België). Dit was meteen de eerste waarneming van deze Rode lijstsoort in Wallonië sedert 1993 en de allereerste voor de Lorraine. De biotoop bestaat uit een serie van 5 in elkaar overlopende vijvers met een goed ontwikkelde oevervegetatie van ondermeer Riet (Phragmites australis), lisdodde (Typha) en zeggen (Carex). Vermoedelijk betreft het een kleine populatie die hier pas vrij recent kan aanwezig zijn. Kolonisatie is hoogstwaarschijnlijk afkomstig van dieren uit Noordoost-Frankrijk, waar de soort sedert 1990 aan een forse uitbreiding bezig is. Deze vindplaats te Buzenol zou dan meteen de enige Waalse populatie van Aeshna isoceles zijn. Résumé Aeshna isoceles en Wallonie: première observation depuis 1993. Le 8 juin 2003, 3 mâles territoriaux de l Aeschne isocèle (Aeshna isoceles) ont été observés dans la vallée de Laclaireau à Buzenol (Lorraine, Belgique). Il s agit de la première mention de cette espèce de la liste rouge wallonne depuis 1993 et d une nouveauté pour Gomphus 19(2): 65-71 (december 2004)

66 Gomphus 2003: 19 (2) la Lorraine. Le biotope consiste en une série de cinq étangs se déversant les uns dans les autres avec une végétation rivulaire bien développée constituée de phragmites (Phragmites australis), de massettes (Typha) et de laîches (Carex). Ces observations concernent probablement une petite population récente sur ce site. Une colonisation a très probablement eu lieu à partir d individus du nord-est de la France, où l espèce connaît un déploiement important depuis 1990. Ce site à Buzenol constituerait l unique population actuelle de A. isosceles en Wallonie. Inleiding Aeshna isoceles heeft een vrij ruim verspreidingsgebied in Europa (ASKEW, 1988) en komt noordwaarts voor tot de Oostzee. In Groot- Brittannië is de soort vrij zeldzaam en beperkt tot het uiterste oosten (MERRITT et al., 1996). Vooral in Zuid- en Centraal-Europa is ze vrij talrijk (NEDERLANDSE VERENIGING VOOR LIBELLENSTUDIE, 2002). In België is A. isoceles steeds een vrij zeldzame soort geweest (MICHIELS et al., 1986), waarbij het zwaartepunt van de verspreiding zich in Vlaanderen bevindt. Historische waarnemingen uit Wallonië zijn afkomstig uit de westelijke Borinage (de moerassen van Harchies-Hensies), de Laanvallei in Waals-Brabant en uit de omgeving van Luik (MICHIELS et al., 1986). In het overzicht van de prioritaire soorten voor Wallonië vermeldt Goffart (2000a) dat A. isoceles vermoedelijk verdwenen is uit Wallonië, gezien de laatste waarneming reeds dateert van 1993 (Laanvallei te Waals- Brabant) en noemt ze beperkt tot de regio ten noorden van de lijn Samber-Maas. Aeshna isoceles is volgens de Rode lijst van Wallonië een Met uitsterven bedreigde soort (GOFFART, 2000b). Waarneming in de Lorraine Op 8 juni 2003 zagen we in de vallei van Laclaireau-La Neuve Forge te Buzenol, tussen 16.30 en 18.00 plaatselijke tijd, 3 mannetjes van de Vroege glazenmaker (Aeshna isoceles). Meer bepaald nabij een serie van 5 visvijvers die in elkaar overlopen. De oevervegetatie bestaat er langs de oost-, zuid- en noordzijde gedeeltelijk uit Riet (Phragmites australis) en enkele verspreid staande Zwarte elzen (Alnus glutinosa) en wilgen (Salix). Een deel van deze oever heeft een vrij korte kruidachtige vegetatie (Juncus, Carex ) die regelmatig gemaaid wordt. Enkele vijvers hebben een inham waar een mini gemengd elzenwilgenbosje aanwezig is dat overgaat in een verruigde grote zeggenvegetatie (Magnocaricion) met lisdodde (Typha). De westzijde van de vijvers bestaat hoofdzakelijk uit bomen en struiken (Alnus, Salix) en paalt aan de beek. Een uitgebreidere

Gomphus 2003: 19 (2) 67 beschrijving van de vallei is te vinden in De Knijf & Demolder (2000). De mannetjes werden elk aan een andere vijver waargenomen, alle drie waren ze duidelijk territoriaal en gingen ze geregeld de confrontatie aan met volgende indringers: de Smaragdlibel (Cordulia aenea), de Gewone oeverlibel (Orthetrum cancellatum) en de Bruine korenbout (Libellula fulva), die steeds het onderspit moesten delven. Bij territoriaal gevecht met de Grote keizerlibel (Anax imperator) was het echter de Vroege glazenmaker die het onderspit moest delven. Een enkele keer gebeurde het dat een mannetje van de aanpalende vijver bij zijn buur op bezoek ging waarna een korte confrontatie volgde. Gedurende ons kort bezoek werden geen wijfjes waargenomen. Alle dieren werden waargenomen langs de oostzijde die toen volop door de zon beschenen werd. Op 21 juni werd er door Luc Meuris (mail forum-gomphus 24/6/2003) nog één mannetje Aeshna isoceles waargenomen aan dezelfde serie vijvers. Een dag eerder, op 20/06/2003, werden dezelfde vijvers bezocht door Violaine Fichefet (pers. med.) die Aeshna isoceles er echter niet zag. Andere soorten die op 8 juni 2003 werden waargenomen zijn: 5 mannetjes en 2 eiafleggende wijfjes van de Grote keizerlibel (Anax imperator), 5 ex. van de Plasrombout (Gomphus pulchellus), 6 ex. van de Smaragdlibel (Cordulia aenea), 5 mannetjes van de Metaalglanslibel (Somatochlora metallica), één wijfje Platbuik (Libellula depressa), een tiental Viervlekken (Libellula quadrimaculata), meer dan 60 ex. waaronder minstens 10 tenerals van de Bruine korenbout (Libellula fulva), 5 mannetjes van de Grote roodoogjuffer (Erythromma najas), een 40-tal Azuurwaterjuffers (Coenagrion puella), meer dan 100 ex. Watersnuffel (Enallagma cyathigerum), één teneraal wijfje Tengere grasjuffer (Ischnura pumilio), een 15-tal Lantaarntjes (Ischnura elegans), een 30-tal Vuurjuffers (Pyrrhosoma nymphula), honderden ex. van de Breedscheenjuffer (Platycnemis pennipes) en langs de beek tientallen ex. van zowel de Weidebeekjuffer (Calopteryx splendens) als de Bosbeekjuffer (C. virgo). Discussie Van Aeshna isoceles zijn slechts heel weinig gegevens voorhanden uit Wallonië. De laatste waarneming dateert van 1993 toen er nog één exemplaar werd gezien te Rosières, in de Laanvallei te Waals-Brabant

68 Gomphus 2003: 19 (2) (GOFFART, 2000c). Dit is tevens de enige waarneming van deze soort uit de periode 1990-2000 voor Wallonië. Waarnemingen van de jaren 80 van de 20ste eeuw zijn allemaal afkomstig uit Rosières en uit de moerassen van Harchies-Hensies (GOFFART, 2000c). Opvallend is dat er helemaal geen waarnemingen afkomstig zijn uit de andere natuurlijke Waalse regio s als Condroz, Fagne-Famenne of Lorraine. Hier bevinden zich verschillende vijvers (o.a. Virelles, Roly, Etalle ) die op het eerste gezicht voldoen aan de habitateisen van A. isoceles (cf SCHORR, 1990). De vijvers worden gekenmerkt door een vrij goed ontwikkelde oevervegetatie van ondermeer Riet (Phragmites australis) en lisdodde (Typha). Van Aeshna isoceles is het bekend dat ze een voorkeur heeft voor vrij warm gelegen gebieden (SCHORR, 1990; NEDERLANDSE VERENIGING VOOR LIBELLENSTUDIE, 2002). Verder vermeldt SCHORR (1990) dat Aeshna isoceles in de regel pas vliegt vanaf de middag wanneer de temperatuur de 22 C heeft bereikt. Ook STERNBERG & BUCHWALD (2000) en de NEDERLANDSE VERENIGING VOOR LIBELLENSTUDIE (2002) merken op dat de Vroege glazenmaker in haar dagritme een voorkeur vertoont voor hoge luchttemperaturen. Het dagmaximum situeert zich tussen 11.00 en 15.00 uur. Indien we dit als leidraad nemen en rekening houden met het late tijdstip op de dag (16.30-18.00 uur) dat we in de vallei van Laclaireau aanwezig waren, is de kans groot dat er nog meer dieren aanwezig waren. Ook de vermelding door de NEDERLANDSE VERENIGING VOOR LIBELLENSTUDIE (2002) dat de territoriumhoudende mannetjes steeds aan de zonnige zijde van het water vliegen is in overeenstemming met onze observatie. Aeshna isoceles is bekend als een voorzomersoort, met als hoofdvliegtijd begin juni tot begin juli (STERNBERG & BUCHWALD, 2000; NEDERLANDSE VERENIGING VOOR LIBELLENSTUDIE, 2002). De hoofduitsluipperiode duurt in Nederland van eind mei tot midden-juni. De waarneming in de Lorraine van 8 juni situeert zich dus in het begin van de hoofdvliegtijd. Het grootste deel van de Lorraine, en bijna het volledige gebied ten zuiden van de Semois (cf VAN MIERLO, 1982; DE KNIJF, 1991; GOFFART, 1994; DE KNIJF et al., 2003) kan sinds 1980 als vrij goed onderzocht beschouwd worden. Ondanks verschillende excursies georganiseerd door

Gomphus 2003: 19 (2) 69 de Libellenwerkgroep (cf. LAFONTAINE & GOFFART, 1994, 2000, 2001) werden de laatste jaren 3 soorten, nl. Coenagrion mercuriale (TERNAAT, 1999), Coenagrion scitulum (VANDERHAEGHE, 1999) en Libellula fulva (DE KNIJF & DEMOLDEr, 2000) voor het eerst of sinds lang opnieuw waargenomen in de Lorraine. De ontdekking van deze soorten was de laatste jaren aanleiding tot talrijke bezoeken door odonatologen aan de vallei van Laclaireau, en de Lorraine in het algemeen. We kunnen dus aannemen dat de vallei, zeker de laatste jaren, vrij frequent en grondig werd geïnventariseerd zonder dat Aeshna isoceles er echter werd waargenomen. We vermoeden dat de exemplaren van de Vroege glazenmaker (Aeshna isoceles) van Noord-Frankrijk afkomstig zijn. BOUDOT & JACQUEMIN (2002) noemen ze voor de aangrenzende Lorraine in Frankrijk als ingeburgerd aan bijna alle vijvers en plassen in het Forêt de Woëvre. Deze vijvers liggen gemiddeld op 30 à 40 km van de vindplaats te Buzenol. Nog dichter bij Buzenol (+/- 15 km) komt er net over de grens in Frankrijk nog een vrij grote populatie van Aeshna icoceles voor (eigen waarnemingen). Afstanden die voor deze Aeshnide niet onoverbrugbaar lijken. Interessant is de vermelding van BOUDOT & JACQUEMIN (2002) dat ze Aeshna isoceles tijdens hun vroegere inventarisatieperiode (1979-1990) in het Forêt de Woëvre niet hebben waargenomen. Het lijkt er dus op dat Aeshna isoceles sinds 1990 haar verspreidingsgebied heeft weten uit te breiden. Na eerst de Franse Lorraine gekoloniseerd te hebben, zijn er nu de eerste waarnemingen uit het uiterste zuiden van België. Hoewel bewijs van succesvolle reproductie (larvenhuidjes) tot op heden ontbreekt, achten we het mogelijk dat er in de Vallei van Laclaireau een kleine populatie aanwezig is. Maar, gezien de Vallei van Laclaireau de laatste jaren vrij grondig werd onderzocht kan dit pas van heel recente datum (2001, 2002 of 2003) zijn. Aanwijzingen voor de aanwezigheid van een populatie is de waarneming van 3 territorium verdedigende mannetjes in het begin van de hoofdvliegperiode. Dankwoord Marc Tailly en Violaine Fichefet lazen een eerdere versie na. Violaine Fichefet verzorgde ook de Franse résumé.

70 Gomphus 2003: 19 (2) Literatuur ASKEW, R. R., 1988. The Dragonflies of Europe. Harley, Colchester. 291 pp. BOUDOT, J.-P. & JACQUEMIN, G., 2002. Inventaire et statut des Libellules de Lorraine. Bulletin de la Société Lorraine d Entomologie, Nancy. 68 pp. DE KNIJF, G., 1991. Libellenwaarnemingen tijdens de J.N.M.-Zomerkampen. Stridula, 15 (2): 63-78. DE KNIJF, G. & DEMOLDER, H., 2000. Een populatie van Coenagrion mercuriale en Libellula fulva in de Gaume (Belgisch Lotharingen). Gomphus, 16 (2): 115-122. DE KNIJF, G., ANSELIN, A., & GOFFART, P., 2003. Trends in dragonfly occurence in Belgium (Odonata). In REEMER, M., VAN HELSDINGEN, P. J., & KLEUKERS, R. M. J. C. (Eds.) Changes in ranges: invertebrates on the move. Proceedings of the 13th International Colloquium of the European Invertebrate Survey, Leiden, 2-5 September 2001. European Invertebrate Survey - the Netherlands, Leiden. 33-38. GOFFART, P., 1994. Nouvelles du projet d atlas et suggestions de recherche en Wallonie. Gomphus, 10 (1): 15-18. GOFFART, P., 2000a. Inventaire et Surveillance de la Biodiversité en Wallonie : bilan décennal (1990-1999). Gomphus, 16 (2): 139-149. GOFFART, P., 2000b. Les Libellules, témoins privilégiés de la dégradation des milieux aquatiques en Wallonie. In ANONYMUS (ed.). Les zones humides de Wallonie. Actes des colloques organisés en 1996 par le Ministère de la Région wallonne dans le cadre de l Année Mondiale des Zones Humides. Travaux n 21. Région wallonne. Direction générale des Ressources naturelles et de l Environnement. Division de la Nature et des Forêts, Namur. 84-95. GOFFART, P., 2000c. Inventaire et Surveillance de la Biodiversité (I.S.B.) et Surveillance de l état de l environnement wallon par bioindicateurs (Surwal). Volets Odonates et Rhopalocères. Université chrétien de Louvain-la-Neuve, 33 pp. + bijlagen. LAFONTAINE, R. M. & GOFFART, P., 1994. Compte-rendu de l excursion du 4 juillet 93 en Gaume. Gomphus, 10 (1): 25-27. LAFONTAINE, R.-M. & GOFFART, P., 2000. Compte-rendu de l excursion du 18 juillet 1999 en Gaume, ou Peut-on voir 40 espèces de libellules en une journée en Wallonie?. Gomphus, 16 (1): 106-110. LAFONTAINE, R.-M. & GOFFART, P., 2001. Compte-rendu de l excursion en Gaume de juillet 2000: le record n est pas batu, mais il le sera bientôt... Gomphus, 17 (1): 51-53. MERRITT, R., MOORE, N. W. & EVERSHAM, B. C., 1996. Atlas of the dragonflies of Britain and Ireland. Institute of Terrestrial Ecology / The Stationery Office, London. 151 pp.