Voorbeeld. Preview. Ontwerp norm NEN Wederzijdse beïnvloeding van buisleidingen en hoogspanningssystemen. Publicatie uitsluitend voor commentaar

Vergelijkbare documenten
Vervangt NEN-EN :2000 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Vervangt NEN 913:1963; NEN 913:1998 Ontw. Nederlandse norm. NEN 913 (nl) Melk en vloeibare melkproducten - Bepaling van de titreerbare zuurtegraad

Nederlandse voornorm NAD-NVN-ENV (nl)

Voorbeeld. norm NEN-EN Preview. Ontwerp

Vervangt NEN-EN :1997; NEN-EN :1999 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Voorbeeld. Preview. NEN-IEC /A2 (en; fr) Wijzigingsblad. Nederlandse

Nederlandse norm. NEN 3576 (nl) Beglazing van kozijnen, ramen en deuren Functionele eisen

Vervangt NEN-EN 50182:1994 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Nederlandse norm. NEN-EN (en) Lichtmasten - Deel 3-2: Ontwerp en verificatie - Verificatie door beproeving

Voorbeeld. norm NEN-EN Preview. 2e Ontwerp

Vervangt CR :1996; NEN-EN :2003 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

(en; fr) Matten van isolerend materiaal voor elektrotechnische doeleinden (IEC 61111:1992,MOD,IEC 61111:1992/C1:2000,MOD)

Nederlandse norm. NEN 6578 (nl) Water - Potentiometrische bepaling van het totale gehalte aan totaal fluoride

Voorbeeld. norm NEN-EN Preview. 2e Ontwerp

Nederlandse norm NEN Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geïnstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen.

Nederlandse praktijkrichtlijn NPR (nl) Evenementen - Hijs- en heftechniek - Veiligheidsfactoren voor hijs- en hefmiddelen

NTA 2581 (nl) Opstellen van meetrapporten volgens NEN Nederlandse technische afspraak ICS ;

Nederlandse norm. NEN 5754 (nl) Bodem - Berekening van het gehalte aan organische stof volgens de gloeiverliesmethode

Nederlandse norm. NEN 5087/A1 (nl) Inbraakveiligheid van woningen - Bereikbaarheid van dak- en gevelelementen: deuren, ramen en kozijnen

Voorbeeld. norm NEN 2559/A2 Onderhoud van draagbare blustoestellen. Preview. Wijzigingsblad

Soil - Investigation, sampling and analysis of asbestos in soil augustus 2006 ICS

Nederlandse praktijkrichtlijn. NPR-CLC/TR (en) Leidraad voor de toepassing van de Europese norm EN (NEN-EN 50160)

Nederlandse norm. NEN-EN-ISO 4287 (en)

Vervangt NEN-EN :2001. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Voorbeeld. Preview. Ontwerp norm NEN Wederzijdse beïnvloeding van buisleidingen en hoogspanningssystemen. Publicatie uitsluitend voor commentaar

Nederlandse norm. NEN 6702/A1 (nl) Technische grondslagen voor bouwconstructies - TGB Belastingen en vervormingen

Nederlandse norm. NEN-EN (en)

HKZ-certificatieschema > zzp ers in zorg en welzijn

Vervangt NEN-EN :1994; NEN-EN :1994/Ontw. A1:1997. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Nederlandse norm NEN-IEC /A2. (en; fr)

Nederlandse norm. NEN /A1 (nl)

Power cables with XLPE insulation and PVC sheath, with special fire performance and having a rated voltage of 0,6/1 kv mei 2004 ICS

Vervangt NPR 3749:1993; NPR 3749:2004 Ontw. Nederlandse praktijkrichtlijn. NPR 3749 (nl)

Nederlandse norm. NEN (nl) Zetsteen - Deel 2: Zetsteen van cementbeton, zonder interlocking en zonder wapening

Nederlandse norm. NEN 6633/A1 (nl) Water en (zuiverings)slib - Bepaling van het chemisch zuurstofverbruik (CZV)

Nederlandse norm. NEN-ISO /A1 (en)

Voorbeeld NËN : ISÖ3903. Preview. Nederlandse. Scheepsbouw en maritieme constructies. Gewone rechthoekige scheepsramen (ISO 3903:1993)

Voorbeeld. norm. Preview. NEN-ISO/IEC 18004/C1 (en) Correctieblad

Nederlandse norm. NEN (nl) Schuldhulpverlening - Deel 2: Eisen aan schuldhulpverleners

Fire safety of larger fire compartments - Risk approach juni 2016 ICS

Vervangt NEN 6814:1999 Ontw. Nederlandse norm. NEN 6814 (nl)

Nederlandse norm. NEN 3140/A1 (nl) Bedrijfsvoering van elektrische installaties Laagspanning. Operation of electrical installations Low voltage

Voorbeeld. norm NEN-ISO Preview

Vervangt NEN-EN-IEC :1998. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Nederlandse norm. NEN 5706 (nl) Richtlijnen voor de beschrijving van zintuiglijke waarnemingen tijdens de uitvoering van milieukundig bodemonderzoek

Nederlandse norm. NEN-ISO 16039/A1 (en)

Vervangt NEN-EN :1998 Ontw.; NEN-EN 50061:1991,deels; NEN-EN 50061:1991/A1:1995,deels; NEN-EN 50061:1991/A1:1995/C1:1995,deels

Vervangt NEN-EN 50402:2003 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Voorbeeld. Preview. norm. NEN-ISO/IEC /C2 (en) Correctieblad

Nederlandse norm. NEN-EN (en)

Samen met NEN-ISO 68-1:1999 vervangt deze norm NEN 81:1982. Nederlandse norm NEN-ISO 724

Voorbeeld. norm. Preview. NEN 1006/A1 (nl) Wijzigingsblad. Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties (AVWI-2002)

Vervangt NEN-EN 50248:1998; NEN-EN 50248:1999 Ontw. Nederlandse norm. NEN-EN (en) Kenmerken van DAB-ontvangers. Characteristics of DAB receivers

Voorbeeld. Preview. NPR 13201/A1 (nl) Nederlandse praktijkrichtlijn. Openbare verlichting Kwaliteitscriteria. Public lighting Quality criteria

Voorbeeld. norm NEN 1006/A3 Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties (AVWI-2002) Preview. Ontwerp. Publicatie uitsluitend voor commentaar

Nederlandse norm NEN 4001+C1. (nl) Brandbeveiliging - Projectering van draagbare en verrijdbare blustoestellen

Ontwerp norm NEN 7909

Nederlandse norm. NEN 8078 (nl) Voorziening voor gas met een werkdruk tot en met 500 mbar - Prestatie-eisen - Bestaande bouw

Nederlandse norm. NEN 2025 (nl) Communicatie bij het werken met hijs- en hefwerktuigen. Communication for the guidance of cranes and hoisting gear

Nederlandse norm NEN (nl) Brandbeveiliging - Projectering van draagbare en verrijdbare blustoestellen

Nederlandse praktijkrichtlijn. NPR 3471 (nl) Keuze, gebruik, verzorging en onderhoud van kleding met hoge zichtbaarheid

Voorbeeld. Preview. NEN-EN-ISO (en) Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN. Nederlandse

Nederlandse norm. NEN-ISO /A1 (en)

Bedrijfsvoering van elektrische installaties. Operation of electrical installations. Aanvullende Nederlandse bepalingen voor hoogspanningsinstallaties

Vervangt NEN 5466:1999/A2:2003; NEN 5466:1999/Ontw. A3:2004

Nederlandse norm. NEN-EN-ISO (nl) Bouwkundige tekeningen - Aanduidingssystemen - Deel 2: Ruimtenamen en -nummers (ISO :1998)

Nederlands certificatieschema. NCS 7201 (nl) ICS ; november 2017

Vervangt NPR 3596:2000. Nederlandse praktijkrichtlijn. NPR 3596 (nl)

Verlichtingsarmaturen - Deel 2-22: Bijzondere eisen voor verlichtingsarmaturen voor noodverlichting oktober 2016 ICS

NEN 1010+C1/A1+C1 (nl)

Nederlandse norm. NTA 8013 (nl) Procedure voor het controleren van PV-systemen. Procedure for checking PV-systems. ICS 27.

Vervangt NPR 3637:1994. Nederlandse praktijkrichtlijn NPR 3637

Voorbeeld. Preview NEN-EN Dit document is een voorbeeld van NEN / This document is a preview by NEN

Voorbeeld. Preview. Maattoleranties voor de bouw. Begripsomschrijvingen en algemene regels

Voorbeeld. Preview. norm. Correctieblad

Nederlandse norm. NEN-EN-ISO /A2 (nl)

Nederlandse norm. NEN-EN (nl) Producten van staal - Keuringsdocumenten - Lijst en omschrijving van informatie

Voorbeeld. norm. Preview. NEN 2535/C1 (nl) Correctieblad

Vervangt NEN-EN 951-1:1993 Ontw.; NEN-EN 25:1976. Nederlandse norm. NEN-EN 951 (en) Deurbladen - Meetmethode van hoogte, breedte, dikte en haaksheid

Bliksembeveiliging - Deel 4: Elektrische en elektronische systemen in objecten november 2016 ICS ;

NEN VERKLARINGEN. bevat. het model van de overeenstemmingsverklaring. in het kader van de Laagspanningsrichtlijn

Nederlandse norm NEN-ISO (en) Rubber, vulcanized - Determination of creep in compression or shear (ISO 8013:2012,IDT)

Nederlandse Technische Afspraak. NTA (nl) Evenementen - Brandvoortplanting en rookproductie van zeildoek Preview

Transcriptie:

Nederlandse Ontwerp norm NEN 3654 Wederzijdse beïnvloeding van buisleidingen en hoogspanningssystemen Publicatie uitsluitend voor commentaar Mutual influence of pipelines and high-voltage circuits Zal vervangen NPR 2760:1991 Commentaar vóór 2012-10-01 juni 2012 ICS 23.040.01 Dit document mag slechts op een stand-alone PC worden geinstalleerd. Gebruik op een netwerk is alleen. toestaan als een aanvullende licentieovereenkomst voor netwerkgebruik met NEN is afgesloten. This document may only be used on a stand-alone PC. Use in a network is only permitted when a supplementary license agreement for us in a network with NEN has been concluded. Normcommissie 310004 "Transportleidingen" THIS PUBLICATION IS COPYRIGHT PROTECTED DEZE PUBLICATIE IS AUTEURSRECHTELIJK BESCHERMD Apart from exceptions provided by the law, nothing from this publication may be duplicated and/or published by means of photocopy, microfilm, storage in computer files or otherwise, which also applies to full or partial processing, without the written consent of the Netherlands Standardization Institute. The Netherlands Standardization Institute shall, with the exclusion of any other beneficiary, collect payments owed by third parties for duplication and/or act in and out of law, where this authority is not transferred or falls by right to the Reproduction Rights Foundation. Auteursrecht voorbehouden. Behoudens uitzondering door de wet gesteld mag zonder schriftelijke toestemming van het Nederlands Normalisatie-instituut niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van fotokopie, microfilm, opslag in computerbestanden of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op gehele of gedeeltelijke bewerking. Het Nederlands Normalisatie-instituut is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor verveelvoudiging te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden, voor zover deze bevoegdheid niet is overgedragen c.q. rechtens toekomt aan de Stichting Reprorecht. Although the utmost care has been taken with this publication, errors and omissions cannot be entirely excluded. The Netherlands Standardization Institute and/or the members of the committees therefore accept no liability, not even for direct or indirect damage, occurring due to or in relation with the application of publications issued by the Netherlands Standardization Institute. Hoewel bij deze uitgave de uiterste zorg is nagestreefd, kunnen fouten en onvolledigheden niet geheel worden uitgesloten. Het Nederlands Normalisatie-instituut en/of de leden van de commissies aanvaarden derhalve geen enkele aansprakelijkheid, ook niet voor directe of indirecte schade, ontstaan door of verband houdend met toepassing van door het Nederlands Normalisatie-instituut gepubliceerde uitgaven. 2012 Nederlands Normalisatie-instituut Postbus 5059, 2600 GB Delft Telefoon (015) 2 690 390, Fax (015) 2 690 190

Inhoud Voorwoord... 4 1 Onderwerp en toepassingsgebied... 5 2 Normatieve verwijzingen... 5 3 Termen en definities... 6 4 Symbolen en afkortingen... 9 5 Beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen... 10 5.1 Inleiding... 10 5.2 Te beschouwen risico s bij beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen... 10 5.2.1 Inleiding... 10 5.2.2 Te hanteren uitgangspunten bij bepaling risico bij aanraking van buisleiding... 10 5.2.3 Te hanteren uitgangspunten bij bepaling risico op wisselstroomcorrosie... 11 5.2.4 Te hanteren uitgangspunten bij beschadiging van de leidingbekleding door doorslag... 12 5.2.5 Te hanteren uitgangspunten bij opwarming van buisleidingen door ondergrondse hoogspanningskabels... 12 5.3 (Elektrische) beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen... 12 5.3.1 Beïnvloedingsmechanismen... 12 5.3.2 Algemene methodiek voor het bepalen van ontoelaatbare beïnvloeding... 12 5.3.3 Capacitieve beïnvloeding... 14 5.3.4 Weerstandsbeïnvloeding... 16 5.3.5 Inductieve beïnvloeding... 19 5.3.6 Thermische beïnvloeding... 22 5.3.7 Mechanische beïnvloeding... 23 5.4 Maatregelen Te treffen voorzieningen indien een buisleiding door een hoogspanningssysteem ontoelaatbaar wordt beïnvloed... 23 5.5 Kathodische bescherming (KB) voor ontwerp en onderhoud van beïnvloede buisleidingensystemen... 24 6 Beïnvloeding van hoogspanningssystemen door buisleidingen... 25 6.1 Inleiding... 25 6.2 Te beschouwen risico s bij beïnvloeding van hoogspanningssystemen door buisleidingen... 26 6.2.1 Onderspoeling hoogspanningssysteem... 26 6.2.2 Schade door brand of explosie... 26 6.3 Stralingsintensiteit van een brand... 27 6.3.1 Bepaling afstand ten gevolge van toelaatbaar stralingsniveau... 27 6.3.2 Stralingsfactor F... 28 6.3.3 Aan te houden hoeveelheid brandstof, die aan de verbranding deelneemt bij vloeistoflekkages... 28 6.3.4 Aan te houden hoeveelheid brandstof, die aan de verbranding deelneemt bij gaslekkages... 28 6.4 Afgeblazen gas dat niet wordt afgefakkeld... 28 6.5 Aanvaardbare kans op schade aan een hoogspanningslijn door een buisleiding... 29 6.6 Overwegingen... 29 7 Wederzijdse informatieverstrekking... 29 7.1 Inleiding... 29 7.2 Wederzijdse informatieverplichting elektrische beïnvloeding... 29 7.2.1 Algemeen... 29 7.2.2 Benodigde gegevens elektrische beïnvloeding... 30 8 Richtlijnen bij de tracékeuze en wijzigingen in het gebruik van buisleidingen en hoogspanningsverbindingen... 31 9 Specifieke veiligheidsmaatregelen tijdens de aanleg van en werkzaamheden aan buisleidingen en/of hoogspanningsverbindingen in elkaars nabijheid... 32 9.1 Algemene veiligheidsmaatregelen... 32 2

9.2 Extra veiligheidsmaatregelen indien werktuigen in de nabijheid van de buisleiding kunnen komen.... 33 Bijlage A (informatief) Toelichting risicomatrix wederzijdse beïnvloedingen... 34 Bijlage B (informatief) Achtergronden van overbruggingsspanning en aanraakveiligheid... 37 Bijlage C (normatief) Unity Check... 40 Bijlage D (informatief) Achtergrond afschatten mogelijke beïnvloeding... 44 Bijlage E (informatief) en van mastbeelden... 47 Bijlage F (informatief) en van tractiesystemen... 72 Bibliografie... 74 3

Voorwoord In Nederland, met zijn beperkt beschikbare ruimte, wordt men min of meer gedwongen om bij aanleg van nieuwe hoogspanningssystemen, inclusief voeding- en tractiesystemen, en buisleidingen kleine onderlinge afstanden te hanteren. Onderlinge beïnvloeding kan daardoor niet worden uitgesloten. Bovendien neemt de transportcapaciteit van zowel buisleidingen als hoogspanningssystemen steeds meer toe en daarmee ook het risico van negatieve effecten door wederzijdse beïnvloeding. In Ontw. NEN 3654 staan aanwijzingen voor overleg en maatregelen om ontoelaatbare beïnvloeding te voorkomen. Ten opzichte van NPR 2760:1991 die door NEN 3654 zal worden vervangen zijn de volgende eisen aangepast. Wisselspanningsbeïnvloeding door systemen voor tractie-en energievoorziening is opgenomen. De komst van de HSL en de Betuwelijn (die op wisselspanning werken) hebben dit nodig gemaakt. Er zijn criteria opgenomen om corrosie door wisselspanningsbeïnvloeding vergaand te reduceren. De uitgangspunten voor de criteria voor toelaatbare aanraakspanningen zijn herzien en expliciet toegevoegd aan het document. De criteria zijn in geringe mate gewijzigd. Herbeoordelingen van beïnvloedingsgevallen zijn daarom niet nodig (voor zover het gaat om aanraakspanning). De methodiek van beoordeling van de toelaatbaarheid van beïnvloeding is ingrijpend gewijzigd. De nieuwe methodiek bestaat uit een aantal stappen en is, overigens evenals de oude methodiek, gericht op het zo eenvoudig mogelijk bepalen of maatregelen uit te sluiten zijn. In de eerste stap vindt een beoordeling plaats aan de hand van een grafiek of een praktisch criterium. De in deze stap toegepaste criteria zijn conservatief. Indien niet aan deze criteria wordt voldaan, kan een volgende (complexere) stap in de beoordeling worden uitgevoerd met criteria die iets minder conservatief zijn. Uiteindelijk kan het nodig zijn een gedetailleerde studie uit te voeren om na te kunnen aan of de beïnvloeding acceptabel is. De berekeningen die in een dergelijke studie moeten worden uitgevoerd, zijn zeer gespecialiseerd (er is speciale software voor nodig) en zijn daarom niet in dit document beschreven. Er zijn eisen opgenomen voor het uitwisselen van informatie. Dit normontwerp is opgesteld door een werkgroep onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse normcommissie 310 004 0050 Kathodische bescherming. Op het ogenblik van publicatie van het normontwerp was de werkgroep als volgt samengesteld: P.J. Baars. R.M.J. Barbier GDF SUEZ E&P Nederland B.V., Zoetermeer Petrochemical Pipeline Services, Geleen J. R. van Bokhorst Shell Global Solutions Int., Amsterdam H. van Bruchem Netbeheer Nederland, Arnhem K. Dijkstra Gasunie N.V., Groningen R. Dirven ProRail, Utrecht M. Janssen Petersburg Consultants B.V., Doorwerth C.G.A. Koreman Netbeheer Nederland, Arnhem E. J. W. van der Stok Kiwa Technology, Apeldoorn W. Theune Ministerie I & M, Den Haag S.J. Dahoe (secretaris) NEN, Delft Commentaar op dit normontwerp kan vóór 1 oktober 2012 worden ingediend via www.normontwerpen.nen.nl. 4

Wederzijdse beïnvloeding van buisleidingen en hoogspanningssystemen 1 Onderwerp en toepassingsgebied Deze norm is van toepassing op buisleidingen en hoogspanningssystemen die zich in elkaars nabijheid bevinden. Onder hoogspanningssystemen worden hoogspanningslijnen, -kabels, -stations en tractieenergievoorzieningssystemen van het spoor (> 1 kv en 1 khz) verstaan. Tevens geeft dit document richtlijnen voor de al of niet noodzakelijke informatie-uitwisseling tussen betrokken partijen. Daarnaast worden mogelijke mitigerende maatregelen voorgeschreven die moeten worden getroffen om een ontoelaatbare beïnvloeding te voorkomen. OPMERKING 1 Voor hoogspanningslijnen van het elektriciteitstransportnet moet in het algemeen een nominale spanning van 110 kv tot 400 kv worden beschouwd. Voor hoogspanningskabels moet in het algemeen een nominale spanning van 1 kv tot 50 kv worden beschouwd. Voor tractiesystemen moet in het algemeen een nominale spanning van 25 kv (50 Hz) worden beschouwd. Incidenteel kunnen andere spanningsniveaus aanleiding geven tot een nadere beschouwing. Deze norm is van toepassing voor zowel on- als offshore. Deze norm beschrijft primair hoe moet worden vastgesteld dat buisleidingen en hoogspanningssystemen elkaar nadelig beïnvloeden uit oogpunt van veiligheid en corrosie. Beïnvloedingseffecten uit oogpunt van elektromagnetische compatibiliteit (> 1 khz) en maatregelen hiertegen zoals volgend uit de essentiële veiligheidseisen van de Europese EMC-richtlijn worden niet beschreven in deze norm. Bijlage A bevat tabel A.1 waarin alle wederzijdse beïnvloedingen van buisleidingen en hoogspanningsystemen zijn beschreven. In deze tabel zijn tevens de risico s benoemd die kunnen optreden. Deze tabel is een leidraad voor de identificatie van de risico s die moeten worden beschouwd. OPMERKING 2 Beïnvloeding van hoogspanningssystemen op andere geleidende constructies, zoals vangrails, hekwerken, kabels, bruggen, installaties, vindt op dezelfde wijze plaats. Dit verschijnsel vormt echter geen onderdeel van deze norm. In het algemeen, zijn de methoden voor het bepalen van de beïnvloeding op deze constructies identiek aan die voor de buisleidingen. Aangezien de combinatie van onderlinge afstand en lengte van de parallelloop ook bij genoemde constructies medebepalend is voor de mate van beïnvloeding kunnen figuur 2, 3 en 4 ter indicatie van het beïnvloedingsgebied worden gebruikt. De criteria voor de toelaatbare overbruggingsspanning kunnen echter sterk afwijken. In bijlage B wordt de in deze norm toegepaste benadering toegelicht en kan op basis van deze kennis de afweging worden gemaakt of de criteria uit deze norm ook op andere configuraties mogen worden toegepast. 2 Normatieve verwijzingen De volgende documenten waarnaar is verwezen zijn onmisbaar voor de toepassing van dit document. Bij gedateerde verwijzingen is alleen de aangehaalde versie van toepassing. Bij ongedateerde verwijzingen is de laatste versie van het document (met inbegrip van wijzigings- en correctiebladen) waarnaar is verwezen van toepassing. NEN 3650:reeks NEN 7244-3 NEN-EN 50443 Eisen voor buisleidingsystemen Gasvoorzieningsystemen Leidingen voor maximale druk tot en met 16 bar Deel 3: Specifieke functionele eisen voor staal Effecten van elektromagnetische interferentie op pijpleidingen veroorzaakt door wisselstroom bij hoge spanning van spoorwegen en soortgelijk geleid vervoer en door wisselstroom bij hoge spanning van voedingssystemen NPR-CEN/TS 15280 Evaluation of a.c. corrosion likelihood of buried pipelines Application to cathodically protected pipelines 5

NEN-EN 12954 NEN-EN 14505 Kathodische bescherming van metalen constructie in de grond of in het water Algemene principes en toepassing van pijpleidingen Cathodic protection of complex structures NEN-EN 50162 NEN-EN 50341:reeks NEN-IEC 60287:reeks NPR-IEC/TS 60479-1:2005 Bescherming tegen corrosie door zwerfstromen uit gelijkspanningssytemen Bovengrondse elektrische lijnen boven 45 kv wisselspanning Kabels voor sterkstroom Berekening van de toelaatbare stroom Effects of current on human beings and livestock Part 1: General aspects NPR-IEC/TS 60479-2:2007 NEN-IEC 60479-3 Effects of current on human beings and livestock Part 2: Special aspects Gevolgen van stroom voor mensen en vee Deel 3: Gevolgen als stroom door het lichaam van vee loopt 3 Termen en definities Voor de toepassing van deze norm gelden de volgende termen en definities. 3.1 aanraakspanning zie overbruggingsspanning 3.2 aardingsmaatregelen geheel van procedures, hulpmiddelen en handelingen waarmee een aarding tot stand kan worden gebracht 3.3 aardscherm metalen omhulling van een kabel (kabelmantel) die, indien meervoudig geaard, dienst doet als elektromagnetische afscherming van kabeladers 3.4 afschakeltijd tijdsduur tussen het moment dat een storing in een hoogspanningssysteem optreedt en het moment dat het gestoorde circuit door de beveiliging is afgeschakeld 3.5 beheergebied spoorbaan gebied als gedefinieerd in artikel 20 Spoorwegwet 3.6 beïnvloeding effecten die ontstaan indien een buisleiding en een hoogspanningsverbinding in elkaars nabijheid zijn aangelegd OPMERKING In het algemeen is de mate van beïnvloeding afhankelijk van de onderlinge afstand, de lengte van de parallelloop en de transportcapaciteit. 3.7 beïnvloedingsgebied gebied waarbinnen de beïnvloeding ontoelaatbaar kan zijn 6

3.8 beïnvloedingsspanning maximale spanning tussen een buisleiding, met alle andere delen die daarmee zijn verbonden, en aarde, veroorzaakt door de aanwezigheid van een hoogspanningsverbinding 3.9 belemmerende strook gereserveerde ruimte voor onderhoud aan weerszijden van een buisleiding, waarbinnen geen activiteiten door derden mogen plaatsvinden zonder overleg met en toestemming van de buisleidingbeheerder OPMERKING 1 buisleiding. De afmeting van de strook bedraagt standaard 5 m aan weerszijden t.o.v. van de hartlijn van de OPMERKING 2 Afhankelijk van de infrastructuur in de omgeving kan de buisleidingbeheerder grotere of kleinere afstanden hebben gedefinieerd. 3.10 buisleiding samenstel van buizen voor het bedrijfsmatig transport van een stof OPMERKING In het kader van deze norm wordt bedoeld een elektrisch geleidend samenstel van buizen en appendages, zoals onder andere stalen buisleidingen, buisleidingen van gewapend beton, buisleidingen van gewapend beton met plaatstalen kern. 3.11 continue beïnvloeding capacitieve en/of inductieve beïnvloeding tijdens normaal bedrijf van het hoogspanningssysteem 3.12 hoogspanningskabel ondergrondse hoogspanningsverbinding met een nominale spanning van 1 kv of hoger 3.13 hoogspanningslijn bovengrondse hoogspanningsverbinding met een nominale spanning van 1 kv of hoger 3.14 hoogspanningsverbinding groep geleiders voor het bedrijfsmatig transport van elektrische energie met een nominale spanning van meer dan 1 kv gelijk- of wisselspanning 3.15 hoogspanningssysteem elektrische installaties in stelsels met een nominale spanning van meer dan 1 kv gelijk- of wisselspanning 3.16 kathodische bescherming KB methode om externe corrosie van ingegraven of in water ondergedompelde buizen, leidingen, tanks en staalconstructies tegen te gaan door een gelijkstroom door het omringende medium van het te beschermen object te laten lopen OPMERKING De gelijkstroom wordt verkregen met behulp van de galvanische werking van opofferingsanoden (passief) of door een opgedrukte stroom (actief). 3.17 nabijheid afstand tussen buisleiding en hoogspanningsverbinding waarbinnen de beïnvloeding ontoelaatbaar kan zijn 7

3.18 overbruggingsspanning dat deel van de beïnvloedingsspanning dat door de mens kan worden overbrugd 3.19 overbruggingsweerstand R som van lichaamsweerstand en overgangsweerstanden (onder meer ten gevolge van schoeisel) 3.20 specifiek langdurige gemiddelde stroom 30 % van de nominale stroom bij hoogspanningslijnen en -kabels met een spanning van 220 kv of 50 % van de nominale stroom van hoogspanningslijnen en -kabels < 220 kv of een nader te bepalen percentage van de nominale stroom bij TEV-systemen OPMERKING dat opgeeft. De bovengenoemde waarden kunnen afwijken indien de beheerder van het hoogspanningssysteem 3.21 spoorwegsysteem elektrisch systeem voor de energievoorziening van rijdend materieel op rails 3.22 tractie-energievoorziening TEV energievoorziening voor de aandrijving van elektrische treinen 3.23 tractie-energievoorzieningsysteem TEV-systeem verzameling van systemen en deelsystemen, onderdeel uitmakend van de railinfrastructuur, bedoeld voor tractie-energievoorziening 3.24 tractievoeding TRV zie tractievoedingsysteem 3.25 tractievoedingsysteem TRV-systeem deelsysteem van het TEV-systeem, bedoeld voor het transporteren, transformeren en verdelen over voedingsecties van tractie-energie OPMERKING De hiervoor benodigde apparatuur is ondergebracht in gebouwen en opstellingen langs de spoorbaan. Daarbij zijn te onderscheiden: onderstations; autotransformatorstations; kabelovergangskasten. 3.26 Unity Check UC rekenmodel waarmee kan worden gecontroleerd of door beïnvloeding van een hoogspanningssysteem een ontoelaatbare aanraakspanning of risico op wisselstroombeïnvloeding op een leiding in de omgeving wordt veroorzaakt 8

OPMERKING Wanneer het resultaat uit de Unity Check kleiner is dan of gelijk is aan 1 (UC 1) is er geen sprake van ontoelaatbare beïnvloeding. 3.27 zwerfstroom elektrische gelijkstroom die niet is gebonden aan een bedoelde elektrische geleider (zoals bijvoorbeeld een koperdraad) maar vloeit door de bodem 3.28 wisselstroomcorrosie chemische reactie van onedele metalen (hier buisleidingen) die optreedt bij stroomuitwisselling tussen het metaal en het medium waarin dit zich bevindt (hier de grond) onder invloed van wisselstroom, waarbij metaal oplost (corrodeert) 3.29 wisselstroomdrainage soort van aarding OPMERKING gaan. Al dan niet met extra elektronische componenten om verstoring van kathodische bescherming tegen te 4 Symbolen en afkortingen AC AT Bevb BS CM DC DM F HF HS HSP KB KLIC alternating current of wisselstroom autotransformatorsysteem besluit externe veiligheid buisleidingen bovenkant spoorstaaf (laagste spoorstaaf) common mode direct current of gelijkstroom differential mode frequentie hoogfrequent (hier f 9 khz) hart spoor hoogspanning(s) kathodische bescherming Kabels en Leiding Informatie Centrum OPMERKING KLIC wordt gebruikt om kabel en leidinginformatie uit te wisselen met grondroerders die mechanische graafwerkzaamheden werkzaamheden willen gaan uitvoeren. Om graafschade te voorkomen verplicht de KLIC elke grondroerder die mechanische graafwerkzaamheden uitvoert een graafmelding te doen. Daarnaast is elke netbeheerder verplicht kabel- en leidinginformatie, via het Kadaster, te verstrekken aan de betreffende grondroerder. Voor leidingen vallend onder BEVB gelden aanvullende voorzorgsmaatregelen. Voor de uitwisseling van kabel- en leidinginformatie wordt gebruik gemaakt van KLIC-online. Het Kadaster is aangewezen als uitvoerende dienst. LF RLA laagfrequent (hier f < 9 khz) retour-, leiding- en aardingssysteem 9

RT ST TEV retourgeleidersysteem standaard systeem tractie-energievoorziening UC WION Unity Check Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten 5 Beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen 5.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt de beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen besproken. De beïnvloeding van hoogspanningssystemen door buisleidingen wordt in hoofdstuk 6 besproken. In 5.2 worden eerst vier risico's voor beïnvloede buisleidingen besproken die minimaal moeten worden beoordeeld. In 5.3 worden de voorkomende beïnvloedingsmechanismen beschreven, evenals een methodiek ter bepaling van de toelaatbaarheid van deze mechanismen. Vervolgens worden in 5.4 maatregelen besproken indien een buisleiding ongewenst wordt beïnvloed. Ten slotte wordt in 5.5 aandacht gegeven aan de kathodische bescherming van een beïnvloede buisleiding. 5.2 Te beschouwen risico s bij beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen 5.2.1 Inleiding De volgende risico s moeten bij aanleg of wijziging van een buisleiding of hoogspanningssysteem ten minste worden beoordeeld: het risico op ontoelaatbare overbruggingsspanningen; het risico op wisselstroomcorrosie; het risico op beschadiging van de leidingbekleding door doorslag; het thermisch risico (opwarmen van buisleidingen). OPMERKING Hoogspanningssystemen kunnen elektrische spanningen en stromen veroorzaken in elektrische geleiders zoals gelaste stalen buisleidingen, betonnen buisleidingen met staalwapening of doorgelaste betonnen buisleidingen met plaatstalen kern. 5.2.2 Te hanteren uitgangspunten bij bepaling risico bij aanraking van buisleiding In het geval van beïnvloeding door meer hoogspanningssystemen moet rekening worden gehouden met de invloed van deze hoogspanningssystemen samen. Hierbij moet ook de situatie worden bekeken waarbij in één van de systemen een kortsluitstroom vloeit, terwijl de overige systemen een specifiek langdurig gemiddelde stroom voeren. Voor het beoordelen van de optredende overbruggingsspanningen moet rekening worden gehouden met de volgende belastingsscenario s. a) Normaal bedrijf afhankelijk van de configuratie van het hoogspanningssysteem: 1 circuitverbinding 100 % van de nominale stroom van het circuit, 2 circuitverbindingen 50 % van de nominale stroom per circuit, 3 circuitverbindingen 66,7 % van de nominale stroom per circuit enz. 10

b) Onderhoudssituatie: één van de hoogspanningssystemen voert de nominale stroom, de overige voeren specifiek langdurig gemiddelde stromen. Dit wordt voor de verschillende hoogspanningssystemen herhaald. c) Eénfasekortsluiting: één van de hoogspanningssystemen voert een éénfasekortsluitstroom, de overige hoogspanningssystemen voeren de specifieke langdurig gemiddelde stromen. Dit wordt voor de verschillende hoogspanningsssystemen herhaald. d) Driefasenkortsluiting: één van de hoogspanningssystemen voert een driefasenkortsluitstroom, de overige hoogspanningssystemen voeren de specifieke langdurig gemiddelde stromen. Dit wordt voor de verschillende hoogspanningssystemen herhaald. De toelaatbare overbruggingsspanning is afhankelijk van de tijdsduur (afschakeltijd). In het kader van persoonlijke veiligheid moet op ieder moment (gedurende nieuwbouw of aanpassing en gedurende de gebruiksfase) aan de eisen volgens tabel 1 worden voldaan. De metaal-elektrolytspanning (buisbodemspanning) moet daarbij worden beoordeeld als overbruggingsspanning. Tabel 1 Toelaatbare overbruggingsspanningen a Afschakeltijd [s] Toelaatbare overbruggingsspanning [V] 0,1 1 500 0,2 750 0,3 500 0,5 300 0,7 200 0,9 100 1,0 (indien sprake is van een kortsluitsituatie) 50 1,0 (mits geen sprake is van een kortsluiting) 25 a In bijlage B worden de achtergronden van deze tabel toegelicht. Wanneer rekening moet worden gehouden met mogelijke ontladingen, ten gevolge van capacitieve beïnvloeding bij aanraking, moet worden getoetst of de ontlading zone A volgens figuur 21 van NPR-IEC/TS 60479-2 niet wordt overschreden. 5.2.3 Te hanteren uitgangspunten bij bepaling risico op wisselstroomcorrosie Onder bepaalde omstandigheden kunnen buisleidingen aangetast raken door wisselstroomcorrosie t.g.v. wisselstroombeïnvloeding. Wisselstroomcorrosie is een elektrochemisch proces waarbij onder invloed van wisselstromen plaatselijk aantasting kan ontstaan. Deze aantasting kan optreden op locaties waar stromen met relatief hoge stroomdichtheden van de buis naar de omringende grond vloeien, bijvoorbeeld bij (kleinere) bekledingsdefecten. De kans op schade door wisselstroomcorrosie is mede afhankelijk van de langdurig gemiddelde wisselspanning op een buisleiding, de bodemweerstand rondom de buisleiding en het vóórkomen van bekledingsdefecten, maar kent ook een samenhang met de potentiaal van de kathodisch beschermde leiding. NPR-CEN/TS 15280 geeft richtlijnen voor het bepalen van het risico op wisselstroomcorrosie, waarbij is uitgegaan van een toelaatbare langdurig gemiddelde wisselspanning op de buisleiding en een berekende langdurig gemiddelde stroomdichtheid bij een aangenomen bekledingsdefect met een oppervlakte van 1 cm 2. Door het nemen van mitigerende maatregelen kan wisselstroomcorrosie worden gereduceerd tot maximaal 0,03 mm/jaar. Voor de beoordeling op wisselstroomcorrosie moet de beïnvloede buisleiding in zijn gebruikelijke operationele elektrische configuratie, bij de specifieke langdurig gemiddelde stroom van de hoogspanningsystemen, worden beschouwd (zie ook 5.3.5). 11

5.2.4 Te hanteren uitgangspunten bij beschadiging van de leidingbekleding door doorslag Voor het bepalen van de toelaatbare overbruggingsspanning moet worden uitgegaan van een doorslagspanning van 5 kv wisselspanning voor PE- en epoxy bekledingen. Voor bitumen bekleding geldt een doorslagspanning van 1 kv wisselspanning. 5.2.5 Te hanteren uitgangspunten bij opwarming van buisleidingen door ondergrondse hoogspanningskabels De temperatuur van de ondergrond ten gevolge van ondergrondse hoogspanningskabels mag bij de dichtstbijzijnde buisleiding maximaal 20 C bedragen. 5.3 (Elektrische) beïnvloeding van buisleidingen door hoogspanningssystemen 5.3.1 Beïnvloedingsmechanismen Hoogspanningssystemen kunnen buisleidingen beïnvloeden door verschillende mechanismen, namelijk: capacitieve beïnvloeding; weerstandsbeïnvloeding; inductieve beïnvloeding; thermische beïnvloeding; mechanische beïnvloeding. Afhankelijk of het gaat om een hoogspanningslijn, -kabel, -station of TEV-systeem kunnen een of meer van de genoemde mechanismen een bijdrage leveren tot beïnvloeding. Bovendien moet voor verschillende bedrijfstoestanden van het hoogspanningssysteem met verschillende risico s in verband met optredende elektrische spanningen en stromen in buisleidingen rekening worden gehouden. De onderlinge afstand is een belangrijke factor voor optredende elektrische beïnvloeding. Beïnvloeding kan zich voordoen bij normale bedrijfssituaties, storingssituaties of extreme bedrijfsvoeringssituaties. Voor de beoordeling van de optredende beïnvloedingsspanning moeten de genoemde bedrijfssituaties worden beschouwd. 5.3.2 Algemene methodiek voor het bepalen van ontoelaatbare beïnvloeding Hieronder is in een algemeen stappenplan weergegeven hoe beheerders/eigenaren van hoogspanningssystemen en/of buisleidingsystemen moeten handelen in het geval van ieder van de in 5.3.1 genoemde mogelijke beïnvloedingsmechanismen van een of meer hoogspanningssystemen op een of meer buisleidingen. In deze aanpak is er tevens aandacht voor de wederzijdse informatieplicht (laten weten wat er zich in de omgeving van een ander afspeelt). Dit is echter alleen van belang wanneer een vermoeden bestaat dat ongewenste beïnvloeding kan optreden. De aanpak bestaat uit een aantal stappen, waarmee wordt bepaald of er ongewenste beïnvloeding bestaat en of maatregelen nodig zijn. Het stappenplan is opgezet met een toenemende mate van detaillering en bestaat uit: eenzijdige beoordeling aan de hand van een praktisch criterium of een grafiek; mogelijk nadere detaillering van het bovenstaande aan de hand van een Unity Check (uitsluitend voor inductieve beïnvloeding volgens bijlage C); aanvullend contact/overleg tussen betrokken over de waarden van parameters die zijn gebruikt in bijvoorbeeld de 'Unity Check'; 12

Bestelformulier Stuur naar: NEN Standards Products & Services t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214 2600 WB Delft Ja, ik bestel NEN Standards Products & Services Postbus 5059 2600 GB Delft Vlinderweg 6 2623 AX Delft T (015) 2 690 390 F (015) 2 690 271 www.nen.nl/normshop ex. NEN 3654:2012 Ontw. nl Wederzijdse be?nvloeding van buisleidingen en hoogspanningssystemen 46.90 Wilt u deze norm in PDF-formaat? Deze bestelt u eenvoudig via www.nen.nl/normshop Gratis e-mailnieuwsbrieven Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen op het gebied van normen, normalisatie en regelgeving? Neem dan een gratis abonnement op een van onze e-mailnieuwsbrieven. www.nen.nl/nieuwsbrieven Gegevens Bedrijf / Instelling T.a.v. O M O V E-mail Klantnummer NEN Uw ordernummer BTW nummer Postbus / Adres Postcode Plaats Telefoon Fax Factuuradres (indien dit afwijkt van bovenstaand adres) Postbus / Adres Postcode Plaats Datum Handtekening Retourneren Fax: (015) 2 690 271 E-mail: klantenservice@nen.nl Post: NEN Standards Products & Services, t.a.v. afdeling Klantenservice Antwoordnummer 10214, 2600 WB Delft (geen postzegel nodig). Voorwaarden De prijzen zijn geldig tot 31 december 2016, tenzij anders aangegeven. Alle prijzen zijn excl. btw, verzend- en handelingskosten en onder voorbehoud bij o.m. ISO- en IEC-normen. Bestelt u via de normshop een pdf, dan betaalt u geen handeling en verzendkosten. Meer informatie: telefoon (015) 2 690 391, dagelijks van 8.30 tot 17.00 uur. Wijzigingen en typefouten in teksten en prijsinformatie voorbehouden. U kunt onze algemene voorwaarden terugvinden op: www.nen.nl/leveringsvoorwaarden. Normalisatie: de wereld op één lijn. preview - 2016