COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. Inzake de klacht van de heer [X] wonende te [H], hierna te noemen Klager,



Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BESLISSING. Inzake de klacht van de heer [X] wonende te [A], hierna te noemen klager, tegen

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. Inzake de klacht van de heer [X] wonende te [G], hierna te noemen Klager,

De Hypotheker Associatie B.V., gevestigd te Nieuwegein, hierna te noemen Aangeslotene.

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. inzake de klacht van ], wonende te Den Haag, hierna te noemen Klaagster,

BINDEND ADVIES VAN DE COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS. in de geschilzaak: X. tegen Y.

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. inzake de klacht van ], wonende te Zoetermeer, tegen

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.H.C. Vos, secretaris)

Samenvatting. 2. Feiten. De Commissie gaat uit van de volgende feiten.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)

Samenvatting. 1. Procedure

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

Samenvatting. 1. Procedure

De Hypotheker Schiedam B.V., gevestigd te Schiedam, verder te noemen de Tussenpersoon,

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris)

N.V. Univé Schade, gevestigd te Assen, hierna te noemen Aangeslotene.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter enl mr. R.G. de Kruif, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. C.A. Koopman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris)

Samenvatting. 1. Procedure

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. inzake de klacht van mevrouw [ ], wonende te[ ], hierna te noemen Klaagster,

Samenvatting. 1. Procedure

de naamloze vennootschap Nationale Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V., gevestigd te Rotterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Coöperatieve Rabobank Westelijke Mijnstreek U.A., gevestigd te Sittard, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. Consument, tegen. Arag SE, gevestigd te Leusden, hierna te noemen Aangeslotene. 1. Procesverloop

ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

Monuta Verzekeringen N.V, gevestigd te Apeldoorn, hierna te noemen: Aangeslotene,

Samenvatting. 1. Procedure

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

de besloten vennootschap Verbrugge Financieel Advies B.V., gevestigd te Raamsdonksveer, hierna te noemen Aangeslotene.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris)

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES. Inzake de klacht van mevrouw [X] wonende te [K], hierna te noemen Klaagster,

Belangenbehartiging opdrachtgever. Beslaglegging.

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

de besloten vennootschap Van de Burgwal Financieel Adviesbureau B.V., gevestigd te Amersfoort, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. Consument, tegen. Assurantie Advies Commissaris B.V., gevestigd te Amstelveen, hierna te noemen Aangeslotene,

1. Procedure. 2. Feiten

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)

Samenvatting. 1. Procedure

de naamloze vennootschap ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.B. Beunders, secretaris)

: verzekering, doorlopende zorgplicht

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A. Kanhai, secretaris)

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 6 mei 2013 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. S.N.W. Karreman, secretaris)

1. Procedure. 2. Feiten

Arbeidsongeschiktheidsverzekering. Consument heeft met het door haar ondertekende

1.2. Verweerster in beroep (hierna: de Bank) heeft op 20 januari 2015 een verweerschrift ingediend.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris)

het door Consument (digitaal) ingediende klachtformulier met bijlage(n); het verweerschrift van Rechtshulpverlener; de repliek van Consument.

Tuchtrechtspraak NVM. Stichting RvT Zuid 203 ERECODE 202 TAXATIE. Taxatie uitgevoerd door medewerker die geen lid NVM was.

Samenvatting. 1. Procedure

De Commissie stelt vast dat het niet nodig is de zaak mondeling te behandelen. De zaak kan daarom op grond van de stukken worden beslist.

Samenvatting. 1. Procedure

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

DE RAAD VAN TOEZICHT NOORD VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

de naamloze vennootschap ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Administratiekantoor H.C. Snoei, gevestigd te [plaats], hierna te noemen Aangeslotene.

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Hypotheek Visie Centrale B.V., gevestigd te Best, hierna te noemen Aangeslotene.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris)

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onzorgvuldig handelen. Niet verschijnen bij bezichtiging.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. F.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Contractsbepalingen. Courtage.

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

de naamloze vennootschap ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. 1. Procedure

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 16 juni 2016 (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris)

: ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de Bank

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procedure

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.LA. van Emden, voorzitter en mr. F. Faes, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 16 april 2012.

de besloten vennootschap ELQ Portefeuille 1 B.V., gevestigd te Amsterdam Zuidoost, hierna te noemen de Bank.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris)

Samenvatting. 1. Procedure

Van Moll Financiële Diensten, gevestigd te [plaats], hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap Interbank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. 1. Procedure

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mevrouw mr. A.C.

: NICB Bank N.V. namens HypInvest B.V.., gevestigd te Den Haag, verder te noemen de Bank

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris)

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar

: NIBC, handelend onder de naam Hypinvest B.V., gevestigd te Den Haag, verder te noemen de Bank

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. M.A. Kleijer, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (E.L.A van Emden, voorzitter en mevrouw mr. S.N. Poyraz, secretaris)

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Transcriptie:

COMMISSIE VAN TOEZICHT FEDERATIE VAN FINANCIËLE PLANNERS BINDEND ADVIES Inzake de klacht van de heer [X] wonende te [H], hierna te noemen Klager, tegen de heer [Y] FFP, kantoorhoudende te [B], hierna te noemen Verweerder. 1. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE In deze zaak treedt mevrouw [Z] op als gemachtigde namens haar broer (Klager). De klacht is ingediend op 28 maart 2007 en aangevuld bij brief d.d. 20 april 2007. Verweerder heeft daarop gereageerd bij verweerschrift d.d. 15 mei 2007. Beide partijen hebben bijlagen overgelegd. Klager heeft bij brief van 3 mei 2007 verklaard dat hij de beslissing van de Commissie als bindend zal aanvaarden. Verweerder is daartoe reeds gehouden op grond van de voor hem geldende reglementering van de Stichting Certificering FFP. Desgevraagd hebben beide partijen de Commissie opdracht gegeven de zaak op de stukken af te doen, zonder mondelinge behandeling. In de daartoestrekkende brief d.d. 5 juli 2007 1

van Klager heeft deze nog enkele inhoudelijke mededelingen gedaan naar aanleiding van het verweerschrift. De Commissie heeft vastgesteld dat aan alle voorwaarden voor het in behandeling nemen van de klacht als omschreven in het Reglement Commissie van Toezicht, is voldaan. De Commissie heeft beraadslaagd en zal thans beslissen. 2. INHOUD VAN DE KLACHT Klager vordert teruggave van een bedrag van 200 euro. Hij had daarvoor een nota van Verweerder ontvangen terzake van offertekosten. Deze heeft hij na veel discussie, onder protest voldaan. Klager stelt dat Verweerder zich niet heeft gehouden aan artikel 3 en artikel 9 van de Gedragscode FFP. Klager heeft slechts tweemaal een e-mail ontvangen van Verweerder. Er is verder geen schriftelijk contact geweest alleen enkele telefoontjes. Klager stelt dat hij in de volgens hem oriënterende telefoongesprekken, en ook in de e-mails er nooit op is gewezen dat er kosten zouden worden berekend. Indien er kosten aan de offerte waren verbonden had Verweerder dit vooraf moeten meedelen. Klager heeft geen opdracht gegeven tot het aanvragen van een serieuze offerte. Volgens Klager was de afspraak dat als de opdracht serieus werd, er een persoonlijke afspraak zou worden gemaakt. De offerte heeft hij nooit ontvangen. Hij wilde de zaak even laten rusten. Verweerder heeft zijn persoonlijke situatie onvoldoende bekeken en heeft alleen gekeken naar de rente-ontwikkeling. Door ziekte (Parkinson) wijzigt de persoonlijke situatie van Klager grondig waardoor een herziening van alle financiële lasten inclusief hypotheek integraal noodzakelijk zou zijn geweest. Hij heeft mede door die ziekte 2

veel stress van deze kwestie gehad en wist niet goed hoe hij er mee om moest gaan. 3. INHOUD VAN HET VERWEER Verweerder werpt de vraag op of de FFP wel de juiste instantie is waar Klager de klacht heeft ingediend. Het advies had immers geen betrekking op een door Verweerder persoonlijk uitgebracht plan maar het betrof slechts een advies van zijn kantoor voor een (eenvoudige) aflossingvrije hypotheek. Ten aanzien van de feiten voert hij aan: Op 5 december 2006 heeft Klager met hem contact opgenomen in verband met een renteverlengingsvoorstel van de lopende hypotheek bij Nationale-Nederlanden. In een persoonlijk gesprek met Klager is de lopende verpande polis betrokken omdat die polis een expiratiedatum had van 15 oktober 2007. Verweerder heeft op 19 december 2006 de boeterente bij Nationale-Nederlanden opgevraagd en een en ander verder voor Klager uitgewerkt. Op 21 december 2006 heeft Verweerder de uitwerking met Klager besproken. Hierbij heeft Verweerder, zoals hij bij alle klanten doet, nadrukkelijk gezegd dat hij voor het opvragen van een offerte EUR 200 offertekosten moest berekenen ingeval de hypotheek niet door gaat. Naar aanleiding van Klagers verzoek de hypotheekofferte aan te vragen is door Verweerder nog dezelfde dag een e-mail aan Klager verzonden met het verzoek het inventarisatieformulier (nodig voor het aanvragen van de hypotheekofferte) zo volledig mogelijk ingevuld retour te sturen. Ook bevestigt Verweerder in de e-mail dat hij na ontvangst van het inventarisatieformulier de hypotheekofferte zou aanvragen. 3

Daarna zou een afspraak worden gemaakt om het hypotheekadvies te bespreken. Omdat op 28 december 2006 een renteverhoging bij Argenta (het voordeligste alternatief voor Klager) werd aangekondigd en Verweerder het inventarisatieformulier nog niet retour had ontvangen van Klager, heeft Verweerder Klager geprobeerd telefonisch te bereiken. Het opvragen van de hypotheekofferte na 29 december 2006 zou een 0,15% hogere rente hebben betekend. Verweerder heeft op 29 december 2006 Klager telefonisch geholpen met het invullen, omdat Klager daar moeite mee had vanwege zijn ziekte. Na nog wat problemen te hebben opgelost heeft Verweerder Klager op 5 februari 2007 gebeld om te zeggen dat de hypotheekaanbieding binnen was. Deze is als bijlage bij het verweerschrift gevoegd. Klager heeft toen nog enige bedenktijd gevraagd omdat zijn zus intussen ook een en ander voor hem aan het uitzoeken was. De hypotheekofferte was tot en met 26 februari 2007 geldig. Op 16 februari 2007 belde Klager met Verweerder om te zeggen dat hij afzag van het oversluiten van de hypotheek. Verweerder heeft hem toen meegedeeld dat hij dat door de stijgende rente niet verstandig vond maar dat hij de beslissing respecteerde en gezegd dat het dossier (voorlopig) zou worden gesloten en hij volgens afspraak de nota van EUR 200 offertekosten in rekening zou brengen. Hierop zei Klager dat hij zich die afspraak niet kon herinneren en het onterecht vond, ergens voor te moeten betalen zonder er gebruik van te hebben gemaakt. Klager gaf aan over de kosten te willen onderhandelen. Verweerder voert verder het volgende aan: 4

Toen het dispuut over de offertekosten eenmaal gerezen was, heeft Verweerder de in het verleden gemaakte afspraak herhaald, waarop Klager deze niet betwistte. Op 21 december 2006 is door Klager telefonisch opdracht gegeven tot het opvragen van de offerte, hetgeen Verweerder aan deze bevestigde bij e-mail van 21 december 2006. Verweerder vindt ook achteraf niet dat hij slecht heeft geadviseerd. Naar de mening van Verweerder wordt die klacht nu uitsluitend gebruikt als drogreden om de offertekosten niet te hoeven betalen. Er is geen enkele verbondenheid tussen de offertekosten en het gegeven advies. De nota voor de offertekosten is een afspraak die Verweerder zelf met Klager heeft gemaakt en is dan ook onafhankelijk van de kwaliteit van het gegeven advies altijd verschuldigd, aldus nog steeds Verweerder. Verweerder zegt verder dat hij alleen vooraf over kosten van honorering praat ingeval hij op uurtarief werkt, maar dat deed zich hier niet voor. Als de hypotheek doorging zou hij daarop provisie ontvangen en als hij niet doorging dan alleen 200 euro offertekosten. Verweerder vindt ook achteraf - dat de door hem uitgelokte aanbieding alleszins verantwoord was gezien de vermogens- en inkomenspositie van Klager en diens echtgenote; zelfs met incalculeren van de arbeidsongeschiktheid. De cijfers voldeden aan de normen van de Nationale Hypotheekgarantie. Ook de ziekte vindt Verweerder geen argument. Afspraak is afspraak. Verweerder concludeert dat de klacht onterecht is en moet worden afgewezen. 5

4. BEOORDELING VAN DE KLACHT Klachten die zijn binnengekomen vóór 1 april 2007 worden door de Commissie van Toezicht van de FFP beoordeeld ongeacht de vraag of de Verweerder aangesloten is bij het op 1 april 2007 actief geworden Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid), en ongeacht de vraag of de inzet van de klacht tuchtrechtelijk van aard is, of civielrechtelijk, of beide. Klagers vordering tot terugbetaling is naar zijn aard civielrechtelijk. Aan zijn vordering legt Klager ook ten grondslag dat Verweerder de Gedragscode van de FFP heeft overtreden. Om deze reden, en vanwege de haar in artikel 17 Reglement Commissie van Toezicht toegekende bevoegdheid, zal deze Commissie ook beoordelen of aan Verweerder een disciplinaire maatregel moet worden opgelegd. Op die mogelijkheid heeft de Commissie Verweerder gewezen bij brief van 11 mei 2007, waarbij zij hem uitnodigde om daarop zijn verweer mede af te stemmen. Verweerder heeft aangevoerd dat deze Commissie niet de juiste instantie is om over de klacht te oordelen, nu die klacht niets te maken heeft met een door hem persoonlijk uitgebracht financieel plan. De Commissie volgt de Verweerder niet in deze redenering. Het is een misvatting die wel eens wordt aangetroffen onder financiële planners, dat het gedragstoezicht van de FFP en haar Commissie van Toezicht beperkt zou zijn tot financiële planningsrapporten opgemaakt voor consumenten. De Gedragscode FFP heeft een bredere reikwijdte en strekt zich uit over gedragingen van de financieel planner in de uitoefening van beroep of bedrijf. De werkzaamheden terzake van hypotheekbemiddeling vallen daar onder. 6

Uit de stukken die door partijen zijn overgelegd, is vast komen staan dat Klager zich op 5 december 2006 schriftelijk tot Verweerder heeft gewend met verzoek om financieel advies over stukken die hij van Nationale-Nederlanden had ontvangen en over zijn hypotheeksituatie in het algemeen. Daarover hebben partijen enkele malen contact gehad per e-mail en telefoon. Verweerder heeft als gevolg van het verzoek van Klager een aantal werkzaamheden verricht en dat was voor Klager kenbaar. Het bepaalde in de artikelen 7:405 en 406 BW is van toepassing. Een cliënt die zich tot een beoefenaar van beroep of bedrijf wendt met een verzoek of opdracht die kennelijk te maken heeft met dat beroep of bedrijf, hoort erop te rekenen dat de dienstverlening kosten met zich mee brengt. Kosteloosheid wordt niet verondersteld. Er zijn in dit dossier geen redenen om van dat beginsel af te wijken. Het staat partijen vrij om af te spreken dat dergelijke verrichtingen kosteloos zijn, maar van zo n afspraak is in dit dossier niet gebleken, en Klager stelt dit ook niet. In zijn brief van 3 maart 2007 (abusievelijk gedateerd 2003) stelt Klager slechts: indien er kosten aan deze offerte waren verbonden had u mij dit van te voren moeten laten weten. Klager zegt dus niet dat afgesproken was dat er géén kosten waren. Verweerder stelt dat hij op 21 december 2006 wel degelijk tegen Klager heeft gezegd dat hij 200 euro kosten in rekening zou brengen ingeval de hypotheek niet doorging. Klager heeft dit betwist. Doordat Verweerder deze mededeling niet schriftelijk, 7

per e-mail of in zijn algemene voorwaarden heeft gedaan, kan de Commissie niet vaststellen wie gelijk heeft op dit punt. Hoewel ook Klager daar zelf per e-mail of post iets over had kunnen vastleggen ligt meer voor de hand dat de financieel planner als professionele partij dat doet. Ook hij heeft dat nagelaten. Daarover past een verwijt aan Verweerder. Niet voor niets staat in artikel 9 van de Gedragscode dat een planner vooraf duidelijkheid moet geven over zijn honorering. Er staat niet dat dat per se schriftelijk (of per e-mail) moet, maar dat zal veelal de aangewezen manier zijn om (bewijsbaar) duidelijkheid te creëren. De FFP bevordert dat haar geregistreerden zich ordelijk, deskundig en integer gedragen. Duidelijke afspraken over inhoud van opdrachten en over kosten voorkomen klachten, teleurstelling en geschillen. De Gedragscode levert daaraan een belangrijke bijdrage. De bedoeling van artikel 9 Gedragscode is echter niet, om het boven omschreven beginsel van artikel 7:405 BW opzij te zetten. Als een financieel planner artikel 9 overtreedt dan leidt dat nog niet tot verlies van recht op een redelijk loon als bedoeld in de wet, nog daargelaten dat in deze zaak niet vaststaat òf artikel 9 is overtreden. 200 Euro is niet onredelijk voor de verrichtingen van Verweerder zoals die blijken uit het dossier. Klager heeft verder nog aangevoerd dat geen vergoeding verschuldigd was omdat Verweerder hem slecht heeft geadviseerd. Tegen die klacht heeft Verweerder uitgebreid en gemotiveerd verweer gevoerd. De Commissie volgt Verweerder niet in diens stelling dat er geen verband kan bestaan tussen de kwaliteit van zijn advies en de nota van 200 euro. Als de Commissie zou oordelen dat het advies 8

zo slecht was dat geen redelijk bekwame en redelijk handelende beroepsbeoefenaar het had mogen geven, dan kan dat leiden tot verlies van recht op honorering en zelfs tot schadeplichtigheid. Maar, de stukken in het dossier leiden de Commissie in het geheel niet tot dat oordeel. Dit alles leidt tot het oordeel dat Klager de door hem betaalde vergoeding van 200 euro niet als onverschuldigd kan terugvorderen. Omdat de klacht op bovenstaande gronden reeds moet worden afgewezen, behoeven de overige weren van Verweerder geen bespreking. 5. DE BESLISSING De Commissie van Toezicht wijst de klacht en de vordering van Klager af. Deze uitspraak is op 25 juli 2007 tot stand gekomen met inachtneming van het Reglement Commissie van Toezicht FFP en is gewezen door Mr C.J.B. Ebeling (voorzitter), Mr F.M.M. Duynstee en Mr W.G. van Nieuwkerk (leden van de Commissie) waarbij Mr M.L. Laumen als secretaris optrad. 9