Voorbeeldvragen Examen Ventilatie Woningen Module 2: Ontwerpen ventilatiesystemen Lees zorgvuldig onderstaande informatie Het examen bestaat uit 31 meerkeuzevragen en 5 open vragen. Lees, voordat u antwoord geeft, de vraag zorgvuldig door. Vul uw antwoord op een meerkeuzevraag in op het antwoordblad: maak achter het nummer van de vraag op uw antwoordblad met potlood het betreffende hokje zwart. Dus als u vindt dat bij vraag 1 het goede antwoord is, dan maakt u achter de 1 het hokje onder de zwart. ls u zich vergist heeft, kunt u het hokje uitgummen en een ander hokje zwart maken. eantwoord alle vragen. Geef per vraag maar één antwoord. Een goed beantwoorde vraag levert één scorepunt op. Niet of dubbel beantwoorde vragen worden fout gerekend. eantwoord de open vragen in de daarvoor bestemde ruimte in het toetsboekje. Er wordt geen kladpapier uitgereikt. U kunt lege ruimtes in het boekje gebruiken om aantekeningen te maken. LET OP: de aantekeningen die u in de boekjes maakt worden NIET beoordeeld. ontroleer het opgavenboekje op volledigheid. Na afloop van het examen levert u het opgavenboekje en het antwoordblad in. Het gebruik van een niet-programmeerbare rekenmachine is toegestaan. Het gebruik van de RL 8010 en ISSO-publicatie 62, 91 en 92 is toegestaan. Het gebruik van een groen schrijvende, een rood schrijvende en een blauw schrijvende pen is noodzakelijk. De tijdsduur van dit examenonderdeel is maximaal 120 minuten. ELKE VORM VN FRUDE ZL ONMIDDELLIJKE UITSLUITING VN HET EXMEN TOT GEVOLG HEEN. Dit boekje pas openen als daarvoor toestemming wordt gegeven. 1
1 Zie onderstaande tekening. Een woning wordt voor 100% met buitenlucht geventileerd. Hoe groot is de minimaal vereiste luchttoevoer bij pijl 2? 5 dm 3 /s 6 dm 3 /s 7 dm 3 /s : 2 Wat is in een verblijfsgebied het wettelijk toegestane installatiegeluidniveau L I,,k door installaties in een naast gelegen woning? 25 d() 30 d() 35 d() 2
3 Met welke van onderstaande oplossingen kan overspraak voorkomen worden? 1 toepassing van een radiaal kanalensysteem 2. toepassing van een radieel kanalensysteem 3 toepassing van een luchtdichte afwerking tussen kanalen en bouwkundige constructie. oplossing 1 en 2 oplossing 1 en 3 oplossing 2 en 3 4 Wat is de maximale verdunningsfactor bij de uitmonding wanneer sprake is van een rookafvoer voor met gas gestookte toestellen? 0,1 0,01 0,0015 : 5 Wat is volgens NEN 1087 een leefzone? een fictief vlak, 1 meter vanuit de buitengevel waar de toevoer in bevindt, 0,2 meter uit de binnenwanden en vanaf vloer tot 1,8 meter hoogte een fictief vlak, 1 meter vanuit de buitengevel waar de toevoer in bevindt, 0,2 meter uit de binnenwanden en vanaf vloer tot 1,7 meter hoogte een fictief vlak, 1,5 meter vanuit de buitengevel waar de toevoer in bevindt, 0,2 meter uit de binnenwanden en vanaf vloer tot 1,8 meter hoogte 3
6 In onderstaande afbeelding is de opstelplaats voor een gevelventilatie-unit weergegeven. Hoeveel mm is afmeting minimaal? 200 mm 300 mm 400 mm 4
7 Het beperken van geluidoverdracht door de omhullende constructie van de opstellingsruimten van de WTW-unit is een belangrijke maatregel tegen geluidhinder. Wanneer wordt aan deze maatregel voldaan? ls de WTW-unit in een ruimte is opgesteld die is omgeven door scheidingswanden en deuren met een geluidisolatie van Ilu 0 d Ilu -10 d Ilu -15 d 8 In het toevoerkanaal worden geluiddempende voorzieningen aangebracht. Op welke plek kunnen deze voorzieningen het best geplaatst worden? halverwege het kanaal zo dicht mogelijk bij de unit zo dicht mogelijk bij de ventielen 9 Een verblijfsruimte moet worden voorzien van een luchttoevoervoorziening met een capaciteit van 15 dm 3 /s (natuurlijke toevoer). Welk type gevelrooster uit onderstaande tabel voldoet bij een glasmaat b=0,95 m het beste aan alle kwaliteitscriteria? Prestaties: qv dm 3 /s/m Rq,v d() Rooster 14 14 +6 Rooster 16 16 +3 Rooster 18 18-1 Rooster 14 Rooster 16 Rooster 18 5
10 Zie onderstaande tekening. Een verblijfsruimte is voorzien van een decentrale gevelunit, zoals in bovenstaand figuur weergegeven. De benodigde ventilatiecapaciteit van de ruimte is 26 dm 3 /s. Wat is de volgens het ouwbesluit 2003 de vereiste h tussen de openingen ten behoeve van luchttoevoer en luchtafvoer? 6