Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) Dhr. dr. R.H.A. Plasterk Postbus EA 'S-GRAVENHAGE.

Vergelijkbare documenten
Consultatie Wet Generieke Digitale Infrastructuur en Uniforme Set van Eisen eid

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) T.a.v. Dhr. drs. R.W. Knops Postbus EA 'S-GRAVENHAGE.

Ministerie van Binnenlandse Zaken enkoninkrijksrelaties (BZK) Dhr. dr. R.H.A. Plasterk Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

Brief aan de leden T.a.v. het college. 22 oktober 2018 U Lbr. 18/ Pinbeleid bij gemeenten. Samenvatting

Het eid-stelsel en de Wet GDI

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Ons kenmerk z Contactpersoon

Toetsingskader. 1. Onderbouwing nut en noodzaak

Aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat Mevrouw drs. C. Van Nieuwenhuizen Postbus EK DEN HAAG. Geachte mevrouw Van Nieuwenhuizen,

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 9 februari Inleiding

1. Waarom is het een goed idee om als gemeenten samen op te trekken op het terrein van de uitvoering?

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Wetgevingsadvies AMvB wijziging Besluit SUWI

Gelet op de artikelen 3.1 en 3.2 van de Wet basisregistratie personen wordt op dit verzoek als volgt besloten.

Wet GDI Regels inzake de generieke digitale infrastructuur (Wet generieke digitale infrastructuur)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 25 juli 2018 U Lbr. 18/043. Digitale toegankelijkheid. Samenvatting

Regeldrukeffecten voor burgers en bedrijven. Aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag

Ons kenmerk z Contactpersoon

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vragen en antwoorden over de wet GDI

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn. Advies conceptwijziging Besluit gebruik BSN in de zorg

ons kenmerk ECLBR/U

Ons kenmerk z Contactpersoon

de minister van Economische Zaken, de heer mr L.J. Brinkhorst Postbus EC Den Haag Ministeriële regeling afsluitingen

Algemene regels inzake het elektronisch verkeer in het publieke domein en inzake de generieke digitale infrastructuur (Wet digitale overheid)

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 23 juni 2017 Voortgangsrapportage programma eid

... No.W /I

Advies Wet Generieke Digitale Infrastructuur (Wet GDI)

Workshop verwerking persoonsgegevens en BSN voor gemeentelijke taken met een privaatrechtelijk karakter

23 april 2001, BPR2001/u64104 mr. drs. A.C.M. de Heij

Ivo Opstelten Minister van Veiligheid en Justitie Postbus EH DEN HAAG

Bewerkersovereenkomst. Afnemer Logius. behorende bij het aanvraagformulier MijnOverheid

Vragen brief digitale toegankelijkheid van VNG.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties De heer dr. R.H.A. Plasterk Postbus EA DEN HAAG. Geachte heer Plasterk,

Ivo Opstelten Minister van Veiligheid en Justitie Postbus EH DEN HAAG

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder:

Convenant inzake de proeftuin bezorgen van reisdocumenten

Whitepaper. Diginetwerk. Versie: 1.0 Datum: Auteur: egem

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Stichting RDC. Informatieverplichting

Ons kenmerk z Contactpersoon

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Datum 19 september Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Mevrouw mr. drs. J.W.E. Spies Postbus EA DEN HAAG

Toetsingskader. Aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties De heer drs. R.W. Knops Postbus EA DEN HAAG

Advies inzake wijziging van het Tijdelijk experimentenbesluit Kiezen op Afstand

Ad 2. Verbetering regeling identiteitsvaststelling verdachten en veroordeelden Dit onderdeel van het wetsvoorstel bevat drie wijzigingen.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

BABVI/U Lbr. 13/057

Samenwerkingsverbanden en de GDI

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

31 mei 2012 z

Vragen en antwoorden over de wet GDI

Algemene regels inzake het elektronisch verkeer in het publieke domein en inzake de generieke digitale infrastructuur (Wet digitale overheid)

Hierbij stuur ik u de reactie van de Pensioenfederatie op de consultatie Wet generieke digitale infrastructuur (WGDI).

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Na overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Uit artikel 24 Wbp volgt dat het gebruik van wettelijke identificatienummers, zoals het BSN, een wettelijke grondslag moet hebben.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 11 april 2016 Vragen 2016Z06314

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

Bewerkersovereenkomst. Hosting

Digitaal Janine Jongepier Afdelingshoofd Informatie Directie Burgerschap en Informatie Directoraat Generaal Bestuur en Koninkrijksrelaties

BSH Bewerkersovereenkomst

SUNIL VAN WATURSCHAPPÜN

2016D27970 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Aan Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

Ons kenmerk z Contactpersoon

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Gelet op: Artikel 145 van de Provinciewet en artikel 2:14, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dr. R.H.A. Plasterk Postbus EA Den Haag

de Minister van Economische Zaken Postbus EK DEN HAAG

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 21 maart ECIB/U Lbr. 17/017 (070)

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Algemeen Dagblad T.a.v. Postbus TC ROTTERDAM

ECSD/U

Algemene Rekenkamer. Ontwerp Besluit Jeugdwet; overleg op grond van artikel 96 Comptabiliteitswet Geachte heer Van Rijn,

Aan de minister van Economische Zaken en Klimaat De heer ir. E.D. Wiebes Postbus EK DEN HAAG. Geachte heer Wiebes,

Reactie in kader van consultatie StUF. Geachte lezer, Hierbij onze reactie op de consultatieprocedure StUF

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus EH DEN HAAG

Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Wet DO en de zorg. Kerngroep informatieberaad Juliët Trouwborst, Ruben de Boer Directie Informatiebeleid / CIO en Nictiz

Lange Voorhout 8 Postbus EA Den Haag Sport. Dhr G. Koop (MSc) Postbus F Ei DEN HAAG T

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag

Aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Mevrouw drs. K.H. Ollongren Postbus EA DEN HAAG. Geachte mevrouw Ollongren,

eid in de zorg Wat betekent dit voor u? Bob van Os Nictiz Ruben de Boer - Ministerie van VWS 20 juni 2019

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Privacyverklaring MijnOverheid 23 november versie 1.9

Het nieuwe eid-stelsel Wat betekent dit voor de zorg?

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 18 januari 2019 U Lbr. 19/004. Modelregelingen rechtspositie college en raad

Datum 5 december 2018 Beantwoording aanvullende vragen voorhang Besluit bekostiging gvo en hvo op openbare scholen

Datum 4 juni 2012 Vragen lid Schouw (2012Z02139) over het verstrekken van biometrische gegevens aan de Verenigde Staten

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA Den Haag

Transcriptie:

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) Dhr. dr. R.H.A. Plasterk Postbus 20011 2500 EA 'S-GRAVENHAGE Datum 29 maart 2017 Ons kenmerk ECIB/U201700255 Uw kenmerk 2016-0000798041 Telefoon (070) 373 8495 Onderwerp Consultatie Wet generieke digitale infrastructuur (WGDI) Geachte heer Plasterk, In uw bovenvermelde brief biedt u ons de mogelijkheid te reageren op het ontwerp van Wet Generieke Digitale Infrastructuur. Van die mogelijkheid maken wij graag gebruik. Inleiding Informatie bestaat nagenoeg uitsluitend in digitale vorm. De Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) biedt samenwerkende overheden een basis om digitale informatie te delen. Zo kunnen zij als één overheid, burgers en ondernemers adequaat informeren en bedienen. Burgers, ondernemers en maatschappelijke organisaties moeten daar vertrouwen in kunnen hebben. De voorzieningen die samen de GDI vormen moeten waarborgen dat bevoegde personen en organisaties veilig toegang hebben tot informatie en diensten waarop zij recht hebben. Daarmee wordt de informatiepositie van burgers en ondernemers geborgd, zoals dat hoort in een democratische rechtsstaat die staat voor (digitale) grondrechten. Gemeenten onderkennen de noodzaak van wettelijke regeling van de digitale overheid en hebben in hun bijdrage aan de uitgangspuntenbrief de verwachting uitgesproken dat de Wet GDI het verplichtende bestuurlijke en juridische (interoperabiliteits)kader zal zijn. Een kader dat in algemene zin de rechten, plichten en bevoegdheden met betrekking tot digitale overheidsinformatie en overheidsdienstverlening regelt en de basis legt onder standaarden en voorzieningen. Op deze basis moet uniform, veilig, betrouwbaar en efficiënt berichten-, informatie- en transactieverkeer mogelijk zijn tussen overheden, burgers, ondernemers (waaronder ook kleine zelfstandigen zonder personeel) en maatschappelijke instellingen (verenigingen en stichtingen). Gemeenten zagen de Wet GDI tegemoet als een kader- of aanbouwwet die gefaseerd alle onderdelen en aspecten Vereniging van Nederlandse Gemeenten Nassaulaan 12 Den Haag Postbus 30435 2500 GK Den Haag 070-373 83 93 info@vng.nl U201700255 PROD

van de digitale overheid zal regelen. Wij hebben bij herhaling aangedrongen op beëindiging van de vrijblijvendheid door strakke regie vanuit één centraal gezag dat tot aansluiting op de GDIvoorzieningen en tot het toepassen van standaarden, kan verplichten. Verder hebben gemeenten aangedrongen op het concentreren van de financiële middelen voor de GDI-voorzieningen bij één bewindspersoon. Wij hebben onze reactie op de Wet GDI afgestemd met gemeentelijke koepels zoals de Vereniging van Directeuren Publieksdiensten, de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken, IMG100.000+ en de VIAG. Zij pleiten unaniem voor realisering van een robuuste, goed werkende digitale infrastructuur als basis voor vernieuwing en innovatie op alle beleidsterreinen en voor een overheid die burgers en bedrijven, snelle en optimale dienstverlening garandeert. Met het oog daarop is een fundamentele verandering nodig. De Wet GDI die er nu ligt, zien zij als een begin, maar het is bij lange na niet genoeg. Als gemeenten maken we nu serieus werk van Samen organiseren. De eerste stappen zijn gezet en de wil om de krachten te bundelen is er. We verwachten dat u deze beweging ondersteunt en achten het vanzelfsprekend, dat wat wij als gemeenten samen organiseren, goed aansluit op de generieke digitale infrastructuur. Het is van belang, te werken als één overheid: op basis van centrale regie met behoud van decentrale kracht, alsmede met ruimte voor innovatie en vernieuwing. In de afgelopen periode is daar door de DigiCommissaris een goede basis voor gelegd. Belangrijk is, dat in de volgende periode voldoende middelen beschikbaar zijn en dat de operatie Werken als één overheid intelligent en met gezag wordt uitgevoerd. Gemeenten willen investeren in een robuuste en goed werkende digitale infrastructuur waar burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties gemak en profijt van hebben. De digitale infrastructuur vraagt om samenwerking en eensgezindheid op basis van visie en vertrouwen. Algemene reactie op het ontwerp Wet GDI Vanuit deze verwachtingen en ontwikkelingen hebben gemeenten naar het ontwerp Wet GDI gekeken, en stellen het volgende vast: De Wet GDI is niet een algemene wet geworden, waarin (grond)rechten, plichten en bevoegdheden met betrekking tot overheidsinformatie en overheidsdienstverlening worden geregeld. Vooralsnog wordt, in de eerste tranche, alleen een basis gelegd voor identificatie- en autorisatievoorzieningen. Hoe belangrijk ook: de Wet GDI geeft geen zekerheid of, hoe en wanneer ook de andere aspecten van de digitale overheid worden geregeld in het samenhangend kader van de Wet GDI. Vooralsnog is de reikwijdte van de uiteindelijke, gehele Wet GDI dermate onbepaald dat opportuniteit en proportionaliteit niet kunnen worden vastgesteld en de impact op de processen van de (gemeentelijke) overheid, al evenmin. Er wordt geen centraal gezag gevestigd. Veel zaken kunnen bij of krachtens de wet of bij of krachtens Algemene Maatregel van Bestuur worden doorgedelegeerd, al dan niet in afstemming Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2/5

met Onze Minister. Wij vrezen dat afzonderlijke ministeries en uitvoeringsdiensten daar gebruik van zullen maken om eigen voorzieningen te ontwikkelen of in stand te houden die niet voldoen aan de standaarden die voor interoperabiliteit noodzakelijk zijn. Onze Minister kan op grond van de Wet GDI in dergelijke situaties geen sancties opleggen. Ook hierdoor zijn reikwijdte en impact van de Wet GDI met de daaronder vallende AMvB s en ministeriële besluiten, niet naar opportuniteit, proportionaliteit en impact op de processen, vast te stellen. Wij behouden ons dan ook het recht voor om, met een beroep op de Code Interbestuurlijke Verhoudingen, de uitvoerbaarheid vooraf te laten toetsen door middel van uitvoeringstoetsen en impactanalyses, niet alleen op de Wet GDI, maar ook op de AMvB s en ministeriële besluiten. Het is voor interoperabiliteit in ketenprocessen belangrijk dat ook niet-publieke ketenpartners kunnen worden aangewezen om dezelfde standaarden te volgen, waaronder die voor informatieveiligheid en privacybescherming. De Wet GDI geldt echter alleen voor bestuursorganen en bij AMvB aangewezen organisaties die krachtens wettelijk voorschrift gerechtigd zijn het BSN te gebruiken. Daarmee is de reikwijdte van de Wet GDI te beperkt. De wet bepaalt niet dat de financiële middelen centraal belegd worden bij één bewindspersoon of Onze Minister. Hij mist daarmee het stuurmiddel en de doorzettingsmacht om de GDI te smeden tot één samenhangende basis-infrastructuur waarvan het gebruik verplicht is. Gemeenten hebben zich verzet tegen de vorm van doorbelasting zoals bepaald in het Ministerraadbesluit van 24 februari 2017. Gemeenten worden door de gekozen methodiek onevenredig zwaar belast. Met als gevolg, prohibitieve tarieven en suboptimaal gebruik van de GDIvoorzieningen. Gemeenten verwachten dat de GDI uitzicht geeft op generieke inputfinanciering die als rechtvaardig wordt ervaren. De Wet GDI maakt niet duidelijk hoe de nummer- en machtigingenproblematiek wordt opgelost. Gemeenten vinden een wettelijke regeling noodzakelijk, wil er ooit sprake kunnen zijn van algemeen gebruik van de generieke voorzieningen. Gemeenten erkennen de prioriteit om met wettelijk voorgeschreven veiligheidseisen, identiteitsfraude tegen te gaan. Waarbij disproportionele eisen een te hoge drempel kunnen vormen voor dienstverlening die voor iedereen toegankelijk moet zijn. Dit is niet geregeld in de Wet GDI. De Wet GDI regelt wel de e-identificatiemiddelen, maar regelt niet de elektronische identiteit als zodanig, waaronder de elektronische handtekening, foto, biometrische en andere kenmerken. Dat is een gemiste kans, waardoor gemeenten voor het uitgeven en verifiëren van identiteitsbewijzen nog lange tijd zijn aangewezen op fraudegevoelige (kopieën van) paspoorten, rijbewijzen en ID-kaarten. De Wet GDI gaat uit van een multi-middelenvoorziening: alle organisaties die onder de wet vallen moeten alle inlogmiddelen op een verhoogd veiligheidsniveau aanbieden. Voor elk van die middelen zullen alle overheden koppelingen moeten maken, met verschillende brokers. Eén generiek koppelvlak kan tot aanzienlijke kostenbesparingen leiden. Dat is niet in het wetsvoorstel voorzien. Gemeenten willen dat deze mogelijkheid ten minste wordt onderzocht en bestuurlijk wordt geagendeerd. Ook de relatie van de Wet GDI tot e-idas is niet duidelijk genoeg. Vereniging van Nederlandse Gemeenten 3/5

De werkbaarheid en uitvoerbaarheid zijn niet te beoordelen. Zoals reeds aangegeven is het, door de onduidelijkheid, over wat nader bij of krachtens de wet of AMvB wordt geregeld, niet mogelijk de werkbaarheid en uitvoerbaarheid, i.c. de impact op gemeentelijke (keten-) processen, te bepalen. Niet alleen op de Wet GDI als geheel, maar ook de afzonderlijke besluiten die bij of krachtens de wet of AMvB genomen worden, zullen aan bestuurlijke en informatiekundige uitvoeringstoetsen onderworpen moeten worden. Specifieke aspecten U vraagt ons in de consultatie de volgende aspecten te betrekken: a. Welke (categorieën van) BSN-gerechtigde organisaties moeten, gelet op de aard van hun dienstverlening, worden aangewezen, opdat ze binnen de werkingssfeer van het wetsvoorstel komen te vallen? In algemene zin denken wij vooral aan semipublieke en private maatschappelijke organisaties die, als ketenpartners van bestuursorganen, diensten verlenen en informatie verstrekken waarbij persoonsgegevens en concurrentiegevoelige gegevens worden verwerkt. Meer specifiek denken wij vooral aan organisaties die opereren in het sociale domein en vallen onder de Wet BSN in de Zorg. b. Welke betekenis en gevolgen heeft de acceptatieplicht voor (semi)overheden, mede in relatie tot interoperabiliteit, tarifering en de uitfasering van het huidige DigiD en de ambitie om (semi)overheden zo eenvoudig mogelijk te kunnen laten aansluiten op de verschillende erkende authenticatiemiddelen? Wij verwachten vooralsnog dat deze acceptatieplicht voor gemeenten tot stijging van de kosten zal leiden, maar enkel op basis van een diepgaande impactanalyse kunnen wij hier een gefundeerde mening over geven. c. Hoe beoordeelt u de onderwerpen die in de uitvoeringsregelgeving zullen worden geregeld en de overwegingen daarbij? Zoals eerder vermeld wordt er teveel overgelaten aan de uitvoeringsregeling, veel van deze onderwerpen hadden meteen in de Wet GDI geregeld moeten zijn. Conclusie Interoperabiliteit is een essentiële randvoorwaarde voor samenwerking met en tussen overheden, zowel voor de korte als de lange termijn. Wij betwijfelen of Wet GDI voldoende krachtige doorzettings- en sturingsmogelijkheden biedt om noodzakelijke interoperabiliteit te realiseren en gelijke tred te laten houden met technologische en maatschappelijke ontwikkelingen. Hoewel wij begrijpen dat de eerste tranche van de Wet GDI op korte termijn een wettelijke basis moet leggen onder een aantal voorzieningen, kunnen wij nog geen oordeel hebben over de uiteindelijke regelgeving, zoals die in nadere AMvB s en ministeriële besluiten en in volgende tranches, tot stand zal komen. Zo kunnen wij niet beoordelen wat voor de langere termijn de Vereniging van Nederlandse Gemeenten 4/5

maatschappelijke effecten zullen zijn of, wat met name voor gemeenten belangrijk is, de (digitale) dienstverlening aan burgers en ondernemers en de samenwerking met maatschappelijke ketenpartners, werkelijk innovatief, beter, sneller en betrouwbaarder zal worden. Hoogachtend, Vereniging van Nederlandse Gemeenten J. Kriens Algemeen Directeur Vereniging van Nederlandse Gemeenten 5/5