Leerlingenstatuut Scholengemeenschap Lelystad

Vergelijkbare documenten
Leerlingenstatuut. Scholengemeenschap Lelystad Kofschip EZ Lelystad

Leerlingenstatuut Christelijk College Nassau-Veluwe 02FB

LEERLINGENSTATUUT. RSG Enkhuizen

Leerlingenstatuut Jozefmavo

Leerlingenstatuut Maritieme Academie Harlingen

Leerlingenstatuut Schoonhovens College. Augustus Juli 2020

LEERLINGENSTATUUT ZWIN COLLEGE 2014

Leerlingenstatuut t Atrium

OSG Piter Jelles Leerlingenstatuut Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Metameer

A. Algemeen N.B. Overal waar hij staat, kan ook zij gelezen worden.

Leerlingenstatuut Vechtdal College

LEERLINGENSTATUUT. St. BONIFATIUSCOLLEGE

Met een leerlingenstatuut in de hand is er een prima mogelijkheid de rechten en plichten van leerlingen te verduidelijken en te verbeteren.

Leerlingenstatuut De Rietlanden. april 2014

leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Versie september

LEERLINGENSTATUUT. Van Kinsbergen college

LEERLINGENSTATUUT

Leerlingenstatuut VMBO-groen 2013

Leerlingenstatuut Van Lodenstein College. Augustus 2014

Leerlingenstatuut Gymnasium Novum

1. BETEKENIS Een leerlingenstatuut is een overzicht van de rechten en plichten van een leerling.

Leerlingenstatuut Lauwers College

Leerlingenstatuut. OSG Piter Jelles. Vastgesteld door CvB: 16 januari 2018 Vastgesteld door MR: 21 februari 2018

Leerlingstatuut Vechtdal College

Leerlingenstatuut De Rietlanden. april 2019

Leerlingenstatuut

2.2 LEERLINGENSTATUUT

LEERLINGENSTATUUT. Pagina 1. Leerlingenstatuut Vlaardingse Openbare Scholengroep januari Versie maart 2014

Leerlingenstatuut. Stad & Esch. geldig van. 1 augustus t/m. 31 juli Leerlingenstatuut Stad & Esch pagina 1 van 10

Leerlingenstatuut Stad & Esch geldig van 1 augustus 2016 t/m 31 juli 2018

LEERLINGENSTATUUT

LEERLINGENSTATUUT Goedgekeurd door de MR: 19 november 2015

A. ALGEMEEN 1. Betekenis 2. Doel 3. Begripsomschrijving 4. Procedure en geldigheidsduur 5. Toepassing 6. Publicatie

Leerlingenstatuut VMBO-groen 2015 Van kracht met ingang van schooljaar 2015/2016

LEERLINGENSTATUUT s Gravendreef College INTERCONFESSIONELE SCHOLENGEMEENSCHAP VOOR VMBO (KGT) en HAVO

Leerlingenstatuut Stad & Esch geldig van 1 augustus 2018 t/m 31 juli 2020

LEERLINGENSTATUUT. Inhoudsopgave

Zaandam, augustus Beste leerling,

Leerlingenstatuut Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland-Noord

Versie maart 2014 Inhoudsopgave

Leerlingenstatuut SOVON uitwerking Huygens College

Leerlingenstatuut Scholengemeenschap Panta Rhei Amstelveen, juni 2015

Algemeen. 1.1 Begrippen In dit leerlingenstatuut wordt bedoeld met:

Leerlingenstatuut MLF

Leerlingenstatuut Rijnlands Lyceum Oegstgeest 2014

LEERLINGENSTATUUT VAN HET BAUDARTIUS COLLEGE. december 2015

Leerlingenstatuut. Versie juni

Leerlingenstatuut. Jac. P. Thijsse College

LEERLINGENSTATUUT STEDELIJK GYMNASIUM HAARLEM

Leerlingenstatuut Rijnlands Lyceum Oegstgeest Inhoud

LEERLINGENSTATUUT NOVEMBER 2015 NOVEMBER 2017

Leerlingenstatuut Februari 2017

Schooljaar 2010/2011 Schooljaar 2011/2012 LEERLINGENSTATUUT

A. Algemeen 1. BETEKENIS

Leerlingenstatuut. Maerlant-Lyceum

Leerlingenstatuut Erasmiaans Gymnasium

Schooljaar 2013/2014 Schooljaar 2014/2015 LEERLINGENSTATUUT

Leerlingenstatuut 11 juni 2018

LEERLINGENSTATUUT 2016 van het Montessori Lyceum HERMAN JORDAN te Zeist.

Leerlingenstatuut. Maerlant Besluit directie: 20 maart 2014 Instemming MR: Brielle, maart 2014

Paragraaf 1 ALGEMEEN De Boerhaave

Leerlingenstatuut Openbare Scholengemeenschap De Meergronden

LEERLINGENSTATUUT. Schooljaar Schooljaar

HET LEERLINGENSTATUUT AGNIETEN COLLEGE

LEERLINGENSTATUUT /

LEERLINGENSTATUUT VEURS LYCEUM 2013 INHOUDSOPGAVE

14/16. Leerlingenstatuut Connect College. L e e r l i n g e n r a a d C o n n e c t C o l l e g e, E c h t

LEERLINGENSTATUUT SCHOLENGEMEENSCHAP WERE DI

Toetsprotocol. Secr/Determ/Toetsnotitie HNE Pagina 1

Leerlingstatuut van Stichting EBO voor de Passie-scholen

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

LEERLINGENSTATUUT. Goedgekeurd door de MR d.d. 7 juni 2012

Leerlingenstatuut

Kennemer College. Het leerlingenstatuut

SINT-JANSCOLLEGE LEERLINGENSTATUUT I. ALGEMENE BEPALINGEN

LEERLINGENSTATUUT VAN DALTON DEN HAAG

LEERLINGENSTATUUT VAN HET MEREWADE COLLEGE VOOR PRO, VMBO, HAVO, ATHENEUM TE GORINCHEM

Leerlingenstatuut Het Vlier 1. Paragraaf 1 ALGEMEEN Het Vlier

Leerlingenraadstatuut Corbulo College 2016/2017

Schoolreglement en leerlingenstatuut

LEERLINGENSTATUUT vmbo Pascal Zuid handreiking voor scholen 9 februari 2015

leerlingenstatuut marianum

Leerlingenstatuut. Inhoud. Algemeen. 1. Betekenis 2. Doel 3. Begrippen 4. Procedure 5. Geldigheidsduur 6. Geldigheid 7. Publicatie

Model Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut. Inhoud. A. Algemene bepalingen

LEERLINGENSTATUUT Almere College, maart 2016

LEERLINGENSTATUUT Inhoudsopgave

Toetsprotocol Secr/Determ/Toetsprotocol HNE 2019 Pagina 1

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut. Kennemer College

1. BETEKENIS Een leerlingenstatuut is een overzicht van de rechten en plichten van een leerling.

Inleiding Toetsen Toetsbespreking, correctie, normering, inzage Onregelmatigheden, bezwaar en beroep... 9

het aan school verbonden personeel, hieronder begrepen de leden van de schoolleiding.

3.1. Het leerlingenstatuut regelt de rechten en plichten van de leerlingen.

Leerlingenstatuut. Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Arkelstein 1. Paragraaf 1 ALGEMEEN Arkelstein

Saenstroom opdc. Leerlingenstatuut

Leerlingenstatuut Kennemer College

Transcriptie:

Leerlingenstatuut Scholengemeenschap Lelystad Maart 2013

LEERLINGENSTATUUT SGL INHOUDSOPGAVE Pagina INLEIDING... 3 A. ALGEMEEN... 3 1. BETEKENIS... 3 2. DOEL... 3 3. BEGRIPPEN... 3 4. PROCEDURE... 4 5. GELDIGHEIDSDUUR... 4 6. TOEPASSING... 4 7. PUBLICATIE... 4 B. REGELS BINNEN DE SCHOOLINSTELLING... 5 8. REGELS OVER HET ONDERWIJS... 5 9. HET VOLGEN VAN ONDERWIJS DOOR LEERLINGEN... 5 10. ONDERWIJSTOETSING... 5 11. WERKSTUKKEN... 6 12. RAPPORTEN... 6 13. OVERGAAN EN ZITTENBLIJVEN... 7 14. VERWIJDERING OP GROND VAN LEERPRESTATIE... 7 15. HUISWERK... 7 B2. REGELS OVER DE SCHOOL ALS ORGANISATIE EN GEBOUW... 8 16. VRIJHEID VAN MENINGSUITING... 8 17. VRIJHEID VAN UITERLIJK... 8 18. AANPLAKBORDEN... 8 19. BIJEENKOMSTEN... 8 20. LEERLINGENRAAD... 8 21. LEERLINGENREGISTRATIE EN PRIVACYBESCHERMING... 9 22. ORDE... 9 23. ONGEWENSTE INTIMITEITEN... 10 24. AANWEZIGHEID... 10 25. TE LAAT KOMEN... 10 C. GESCHILLENCOMMISSIE EN HET LEERLINGENSTATUUT... 10 26. KLACHT... 10 27. RECHT OP VOORSTELLEN EN SUGGESTIES... 11 2

INLEIDING Voor je ligt het leerlingenstatuut van de SGL. De SGL is geen school waar we altijd alle regels tot in detail beschrijven. Medewerkers, leerlingen en ouders werken in het algemeen op een plezierige wijze samen om de leerlingen zo snel mogelijk te laten slagen voor het examen dat het best bij hen past. Toch is het goed belangrijke afspraken die we met elkaar gemaakt hebben vast te leggen, dan weet iedereen waar hij of zij aan toe is. Leerlingen en medewerkers hebben allen rechten en plichten. In 2010 is het eerste statuut tot stand gekomen dankzij een prima samenwerking tussen de schoolleiding en de leerlingenraad. In 2013 is het door leerlingenraad en schoolleiding bijgesteld. A. ALGEMEEN 1. BETEKENIS Een leerlingenstatuut is een overzicht van de rechten en plichten van een leerling. 2. DOEL Een leerlingenstatuut biedt de mogelijkheid de rechtspositie van leerlingen te verduidelijken en te verbeteren. Het Leerlingenstatuut beoogt: 1. Problemen te voorkomen 2. Problemen op te lossen 3. Willekeur uit te sluiten 4. Eenduidig te zijn. 3. BEGRIPPEN In dit statuut wordt bedoeld met leerlingen: alle leerlingen die op de school staan ingeschreven; ouders: ouders, voogden, feitelijke verzorgers; onderwijs ondersteunend personeel: personeelsleden met een andere taak dan lesgeven; docenten: personeelsleden met een onderwijstaak; schoolbestuur: het bevoegd gezag: het bestuur van de SVOL (Stichting Voortgezet Onderwijs Lelystad) centrale directie: de centrale directie van de SVOL schoolleiding: de drie afdelingsleiders leerlingenraad: een uit en door de leerlingen gekozen groep, zoals bedoeld in artikel 12 van de Wet Medezeggenschap Onderwijs, of een soortgelijke organisatie die de belangen van leerlingen behartigt; medezeggenschapsraad: het vertegenwoordigend orgaan van de hele school, zoals bedoeld in artikel 4 van de Wet Medezeggenschap onderwijs; geleding: een groepering binnen de school; mentor: docent, aangewezen om een leerling of een groep leerlingen gedurende het schooljaar sociaal te begeleiden; 3

interne geschillencommissie: orgaan dat klachten aangaande vermeende onjuiste of onzorgvuldige toepassing van het leerlingenstatuut in behandeling kan nemen en hierover bindende uitspraken doet (zie artikel 26.4 op blz. 11) docentenvergadering: een vergadering van docenten. 4. PROCEDURE Het leerlingenstatuut wordt op voorstel van de leerlingenraad en de schoolleiding vastgesteld door de medezeggenschapsraad. 5. GELDIGHEIDSDUUR Het leerlingenstatuut wordt voor een periode van twee schooljaren vastgesteld door de medezeggenschapsraad. Daarna wordt het opnieuw besproken in alle geledingen en weer al dan niet gewijzigd of aangevuld voor een periode van twee schooljaren vastgesteld. Indien geen bespreking plaatsvindt, wordt het leerlingenstatuut geacht opnieuw voor vier schooljaren te zijn vastgesteld, maar het moet wel opnieuw goedgekeurd worden door de medezeggenschapsraad. 6. TOEPASSING Het leerlingenstatuut is bindend voor: - de leerlingen - de docenten - het onderwijsondersteunend personeel - de schoolleiding - de ouders. Dit geldt behoudens wettelijk vastgestelde bevoegdheden en reglementen. 7. PUBLICATIE Het leerlingenstatuut is bij alle leden van de leerlingenraad aanwezig. Tevens wordt het op de site van de school (www.sgl.nl) geplaatst. 4

B. REGELS BINNEN DE SCHOOLINSTELLING 8. REGELS OVER HET ONDERWIJS 8.1 De leerlingen hebben er recht op dat de docenten zich inspannen om behoorlijk onderwijs te geven. Het gaat hierbij om zaken als: - redelijke verdeling van de lesstof over de lessen; - goede presentatie en duidelijke uitleg van de stof; - kiezen van geschikte schoolboeken; - aansluiting van het opgegeven huiswerk bij de behandelde lesstof. 8.2 Als een docent naar het oordeel van een leerling of een groep leerlingen zijn taak niet op een behoorlijke wijze vervult, dan kunnen de leerlingen zich beklagen bij de afdelingsleider of dit ter sprake brengen in de leerlingenraad. De leerlingenraad bespreekt dit met de afdelingsleider. 8.3 De afdelingsleider geeft binnen tien schooldagen de leerling(en) een reactie op de klacht. 8.4 Is de reactie van de schoolleiding naar het oordeel van de leerling(en) ook niet afdoende, kan de interne geschillencommissie worden ingeschakeld. 9. HET VOLGEN VAN ONDERWIJS DOOR LEERLINGEN 9.1 De leerlingen zijn verplicht zich in te spannen om een goed onderwijsproces mogelijk te maken dat ordelijk moet verlopen. Daarbij kan de docent diverse werkvormen gebruiken. 9.2 Een leerling die een goede voortgang van de les verstoort of verhindert kan door de docent verplicht worden de les te verlaten. 10. ONDERWIJSTOETSING 10.1 Toetsing van de leerstof kan op meerdere wijzen geschieden: a. oefentoetsen b. overhoringen (mondeling of schriftelijk) c. proefwerken (hiermee worden de vaardigheden getoetst. Leerlingen kunnen deze niet voorbereiden. Voorbeelden: lees- en luistertoetsen.) d. repetities (gaan over grotere stukken lesstof die in meerdere weken behandeld zijn) e. werkstukken 10.2 Een oefentoets is uitsluitend bedoeld om de leerling en de docent inzicht te geven in hoeverre de leerling de lesstof begrepen en geleerd heeft. De oefentoets kan ook onverwacht gehouden worden. Van oefentoetsen wordt het cijfer niet meegeteld voor het rapport. 10.3 Van een overhoring, proefwerk, repetitie en werkstuk moet tevoren duidelijk zijn hoe het cijfer geteld wordt bij het vaststellen van een rapportcijfer. Vanaf klas 3 VMBO en 4 HAVO/VWO geldt het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). 10.4 Een overhoring betreft de lesstof van een les of enkele lessen en kan zonder vooraankondiging gehouden worden. 10.5 Voordat een niet aangekondigde overhoring wordt afgenomen hebben de leerlingen het recht de docent kort vragen te stellen over de stof van de overhoring. 5

10.6 Een proefwerk en een repetitie worden tenminste vijf schooldagen tevoren opgegeven. De docent en klas spreken af of huiswerk in de agenda van Magister, in de ELO van Magister of in de leerlingagenda s genoteerd gaat worden. 10.7 Een leerling mag in klas 1 slechts één repetitie per schooldag krijgen. Vanaf klas 2 maximaal 2 repetities mits deze niet tot hetzelfde leergebied (wiskunde, natuurkunde, biologie, Nederlands, moderne vreemde talen, zaakvakken) horen. Bij herkansing mag van deze regel afgeweken worden. 10.8 Een repetitie mag alleen de behandelde lesstof bevatten die vijf schooldagen tevoren is afgerond. Er dient een redelijke verhouding te bestaan tussen de leerstof en de repetitie. De vorm van de repetitie moet tevoren duidelijk zijn. 10.9 De docent moet de uitslag van een proefwerk, repetitie of overhoring binnen tien schooldagen bekend maken en de cijfers in Magister ingevoerd hebben. Een proefwerk of repetitie wordt zoveel mogelijk altijd nabesproken in de les, dit in overleg met de leerlingen. Een proefwerk, repetitie of overhoring die voortbouwt op een vorig proefwerk of overhoring kan slechts worden afgenomen als het vorige proefwerk, repetitie of overhoring is besproken en de cijfers bekend zijn. 10.10 Een leerling heeft het recht van inzage in een gemaakte toetsing. 10.11 De normen van de beoordeling van een toetsing worden door de docent zoveel mogelijk van te voren meegedeeld en zonodig toegelicht. 10.12 Wie het niet eens is met de beoordeling van een toetsing, tekent eerst bezwaar aan bij de docent. 10.13 Is de reactie van de docent niet bevredigend, dan kan de beoordeling aan de afdelingsleider, of in laatste instantie aan de geschillencommissie worden voorgelegd. 10.14 De leerling die met een voor de schoolleiding aanvaardbare reden niet heeft deelgenomen aan een toetsing heeft recht alsnog aan de toetsing deel te nemen. De sanctie van het op heterdaad betrapt worden fraude hangt af van welke fraude plaatsvindt en kan dus niet tevoren vastgesteld worden. 10.15 Voor leerlingen die aan het examen begonnen zijn (vanaf klas 3 vmbo, 4 havo en 4 vwo) is dit geregeld in de PTA s en in het examenreglement. 10.16 In de bovenbouw van het havo/vwo worden er 4 keer per jaar schoolexamenweken georganiseerd. Tijdens deze weken gelden dezelfde regels als tijdens een Centraal Schriftelijk Eindexamen. 11. WERKSTUKKEN Wanneer het maken van werkstukken van wat voor soort ook, onderdeel is van het onderwijsprogramma en meetelt in een rapportcijfer, dan dient tevoren duidelijk te zijn aan welke normen een werkstuk moet voldoen, wanneer het gereed moet zijn en wat er gebeurt bij niet of te laat inleveren. De uiterste inleverdatum en de eisen waaraan het werkstuk moet voldoen, worden indien van toepassing op de ELO van Magister gezet. 12. RAPPORTEN 12.1 Een rapport geeft de leerling een overzicht van zijn prestaties voor alle vakken over een bepaalde periode. Het rapport is gericht aan de leerling en de ouders. 12.2 Leerlingen kunnen via Magister Web Portal hun gescoorde cijfers en absenties raadplegen. De daartoe benodigde codes krijgen zij in een persoonlijke brief in één van de eerste weken dat zij als leerling op school komen. Op verzoek van ouders moet de school ook hen de codes verstrekken. 6

12.3 De cijfers op het eindrapport kunnen voor bepaalde vakken opgesteld worden op grond van een gemiddelde van de voorgaande rapporten; hierover dient tevoren duidelijkheid te worden gegeven. Vanaf klas 3 staat dit vermeld in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). 12.4 In de onderbouw moet voorkomen worden dat een rapportcijfer op grond van slechts één proefwerk wordt vastgesteld. Bij 1-uursvakken kan het soms niet anders. 12.5 In de bovenbouw havo/vwo hebben leerlingen tijdens de SE-weken meestal per vak één grote repetitie. 12.6 De rapporten worden door de ouders voor gezien getekend. 13. OVERGAAN EN ZITTENBLIJVEN 13.1 Tevoren dient duidelijk te worden aangegeven aan welke voorwaarden leerlingen moeten voldoen om toegelaten te worden tot een hoger leerjaar. Dit staat beschreven in het schoolplan en voor leerlingen in de uitgave op weg naar klas xxx die door de decanen verstrekt wordt of in de schoolgids. 13.2 Een leerling mag in klas 1 of 2 maximaal één keer één niveau (omhoog of omlaag) afwijken van een advies van de docentenvergadering m.b.t. het niveau /de opleiding. 14. VERWIJDERING OP GROND VAN LEERPRESTATIE 14.1 Het is niet toegestaan een leerling op grond van onvoldoende leerprestaties van school te sturen, ook niet na één keer zittenblijven van de leerling. De schoolleiding kan aan een leerling wel een advies geven zich voor een andere school of andere afdeling in te schrijven. 14.2 Na twee keer doubleren in eenzelfde leerjaar heeft de schoolleiding de bevoegdheid een bindend advies te geven aan de leerling. 14.3 Wanneer een leerling van een advies in klas 2 is afgeweken en hij/zij niet bevorderbaar is naar een volgend leerjaar, wordt hij/zij teruggeplaatst naar het oorspronkelijk geadviseerde niveau. 14.4 Het is niet mogelijk om aan het eind van klas 3 of hoger van het schooladvies af te wijken. Dit in tegenstelling tot aan het eind van klas 1 of klas 2. Er is dus sprake van verplichte plaatsing, want de uitspraak van de docentenvergadering is bindend. Leerlingen die aan het eind van klas 2 zijn afgeweken, doubleren aan het eind van klas 3 niet, maar worden teruggeplaatst naar klas 3 op het aan het eind van klas 2 geadviseerde niveau. Op verzoek van leerling en ouders en zo mogelijk kan een leerling afstromen naar een lager niveau. Hierover is tevoren altijd overleg tussen leerling, ouders en mentor. 15. HUISWERK 15.1 De docenten die lesgeven aan een bepaalde klas, zorgen voor een redelijke totale belasting aan huiswerk. Hierbij wordt moet ook rekening worden gehouden met het maken van werkstukken. De docent spreekt met de klas af of het huiswerk in de agendafunctie van Magister wordt genoteerd, in de ELO van Magister of dat leerlingen het in hun eigen agenda noteren. 15.2 De leerling die niet in de gelegenheid is geweest het huiswerk te maken, meldt dit bij de aanvang van de les aan de docent. De docent en de leerling overleggen samen hoe dit wordt opgelost. Indien de docent van de leerling de reden waarom de leerling het huiswerk niet heeft kunnen maken niet aanvaardbaar acht, kan de docent een sanctie 7

opleggen. Gebeurt dit vaker, dan neemt de docent contact op met de mentor van de leerling. 15.3 De docent zet de planners, indien van toepassing, op de ELO van Magister. B2. REGELS OVER DE SCHOOL ALS ORGANISATIE EN GEBOUW 16. VRIJHEID VAN MENINGSUITING Een ieder heeft de vrijheid zijn mening op school te uiten maar dit mag niet kwetsend of beledigend zijn voor anderen. Wie zich door een ander beledigd voelt kan handelen volgens de in artikel 26 aangegeven procedure. 17. VRIJHEID VAN UITERLIJK 17.1 Een ieder heeft het recht op vrijheid van uiterlijk. 17.2 De school kan alleen bepaalde kleding verplicht stellen wanneer deze kleding aan bepaalde veiligheids- of doelmatigheidseisen moet voldoen, bijvoorbeeld tijdens lessen lichamelijke opvoeding of de praktijklessen van de beroepsgerichte vakken in het vmbo. 17.3 De school kan bepaalde kleding verbieden wanneer deze de communicatie of doelmatigheid van het onderwijs belemmert. Hierbij valt te denken aan petjes of mutsen waardoor de ogen niet zichtbaar zijn of bepaalde sieraden. 18. AANPLAKBORDEN Er is een aanplakbord waarop de leerlingenraad, de schoolkrantredactie en eventueel andere aanwezige leerlingencommissies zonder toestemming vooraf mededelingen en affiches van niet-commerciële aard kunnen ophangen. 19. BIJEENKOMSTEN 19.1 De leerlingenraad heeft het recht te vergaderen over zaken aangaande het schoolgebeuren en daarbij gebruik te maken van de faciliteiten van de school. 19.2 Anderen dan leden van de leerlingenraad worden alleen toegelaten op een bijeenkomst van leerlingenraad, wanneer de de leden van de leerlingenraad dat toestaan. 19.3 De schoolleiding is verplicht voor een bijeenkomst van de leerlingenraad een ruimte ter beschikking te stellen. 19.4 De leerlingenraad is verplicht een ter beschikking gestelde ruimte in goede staat achter te laten. 19.5 De gebruikers zijn verantwoordelijk en aansprakelijk voor eventuele schade. 20. LEERLINGENRAAD 20.1 Aan een leerlingenraad wordt zo mogelijk een vaste ruimte, maar in ieder geval een afsluitbare kast ter beschikking gesteld. 20.2 Voor activiteiten van de leerlingenraad worden door de schoolleiding drukfaciliteiten, apparatuur en andere materialen in redelijke mate gratis ter beschikking gesteld. 20.3 Activiteiten van de leerlingenraad kunnen zo nodig tijdens de lesuren plaatsvinden. 8

20.4 Leerlingenraadsleden kunnen voor hun werkzaamheden lesuren vrij nemen na toestemming van de schoolleiding. 20.5 Een leerling kan op grond van zijn / haar activiteiten in de leerlingenraad geen hinder ondervinden van personen genoemd in artikel 6. 20.6 We streven er naar dat er vanuit iedere klas 1 leerling zitting neemt in de deelraden onderbouw, bovenbouw Vmbo en de bovenbouw Havo/Vwo. 20.7 De drie deelraden vaardigen een vertegenwoordiging van 3 leerlingen af naar de Centrale Leerlingenraad. 21. LEERLINGENREGISTRATIE EN PRIVACYBESCHERMING 21.1 Gegevens van leerlingen worden opgenomen in de leerlingenadministratie. 21.2 De leerlingenadministratie staat onder verantwoordelijkheid van de schoolleiding. De schoolleiding bepaalt volgens een protocol welke medewerker welke lees- en schrijfrechten heeft in de leerlingenadministratie. Deze rechtenstructuur is ter inzage voor de leerlingenraad. 21.3 Een leerling heeft de bevoegdheid na een schriftelijk verzoek tot inzage van de gegevens die over hem en/of zijn ouders genoteerd zijn en het doen van voorstellen aan de schoolleiding om correcties aan te brengen. 21.4 De schoolleiding geeft binnen vijf schooldagen aan de betrokkene(n) te kennen of de gewenste correcties al dan niet uitgevoerd zullen worden. 21.5 Indien de betrokkene(n) niet tevreden is/ zijn met het antwoord van de schoolleiding kan/kunnen de betrokkene(n) zich direct wenden tot de geschillencommissie. 21.6 Leerlingen kunnen via het internet in Magister Web Portal hun cijfers en absenties raadplegen. 21.7 De mentoren controleren twee maal per jaar met hun leerling de NAW gegevens. 21.8 In het gebouw en bij de fietsenstalling wordt er gebruikt gemaakt van een gesloten cameracircuit om toezicht te houden. Deze beelden worden maximaal 72 uur bewaard en kunnen bekeken worden door de medewerkster Jeugd en Veiligheid en de afdelingsassistenten. In het geval van een ernstig incident worden de beelden opgeslagen en bewaard tot het incident afgehandeld is. In een dergelijke situatie kunnen de beelden ook bekeken worden door andere medewerkers die bij het incident betrokken zijn. Wanneer er aangifte gedaan wordt, kunnen de beelden op verzoek aan de politie ter beschikking worden gesteld. 22. ORDE De leefregels waar we ons allen aan te houden hebben, zijn gedeeltelijk opgenomen in de schoolgids: 1. Leerlingen moeten hun schoolpas altijd bij zich hebben. 2. In de school mag nergens gerookt worden. 3. Fietsen moeten volgens voorschrift in de stalling worden gezet. 4. Kauwgom is overal in de school verboden i.v.m. ernstige vervuiling 5. Om de school schoon te houden, geldt voor iedereen: gooi je afval in een prullenbak en zorg met elkaar voor een schone school. 6. Alleen in studieruimten met harde gele vloeren mag gegeten en gedronken worden. 7. Iedereen heeft corveedienst volgens schema. 8. Op de gangen wordt rustig gelopen en gepraat. 9. Een lokaal mag alleen betreden worden als er een docent aanwezig is. 10. De leerling moet op tijd in de les aanwezig zijn. 9

11. Mobiele telefoons en audio-apparaten zoals MP3-spelers mogen in de klas niet worden gebruikt, behalve wanneer de docent daar toestemming voor geeft. In de pauze zijn deze toegestaan mits anderen hier geen last van hebben. 12. Er wordt niet gegeten en gedronken tijdens de les. 23. ONGEWENSTE INTIMITEITEN 23.1 Een leerling heeft er recht op als persoon tegemoet te worden getreden. Indien de leerling zich gekwetst voelt door een benadering of intimiteit van de kant van medeleerlingen of schoolpersoneel, die de leerling niet gewenst heeft, dan kan hij zich wenden tot de vertrouwenspersoon of de mentor. 24. AANWEZIGHEID 24.1 Leerlingen zijn verplicht de lessen volgens het voor hen geldende rooster te volgen, tenzij er een andere regeling is getroffen. 24.2 Leerlingen kunnen bij de schoolleiding wijzigingen in het basisrooster voorstellen. 24.3 Zoals in de schoolgids vermeld zijn leerlingen tijdens pauzes, lesuitval en roostervrije uren niet verplicht op school te blijven of de school te verlaten. 25. TE LAAT KOMEN 25.1 Een leerling die per periode 3 keer te laat komt, moet zich één maal om 7.45 uur melden. Komt een leerling in een periode zes keer te laat, worden de ouders hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld en moet de leerling zich twee keer om 7.45 uur melden. In het geval dat een leerling in een periode negen keer of meer te laat komt, worden de ouders hierover geinformeerd en is een melding aan de Leerplichtambtenaar mogelijk. Ook dan moet de leerling zich twee keer om 7.45 uur melden. C. GESCHILLENCOMMISSIE EN HET LEERLINGENSTATUUT 26. KLACHT Bij vermeende onjuiste of onzorgvuldige toepassing van het leerlingenstatuut kan een ieder bezwaar aantekenen bij degene die zodanig heeft gehandeld met het verzoek de handelwijze in overeenstemming te brengen met het leerlingenstatuut. 26.1 BEMIDDELING DOOR DE MENTOR Indien de klager van degene tegen wie de klacht is gericht een leerling betreft en deze geen bevredigende reactie heeft ontvangen, stelt hij de desbetreffende mentor op de hoogte. De mentor heeft drie schooldagen de gelegenheid een bemiddelende rol te vervullen. 26.2 KLACHT BIJ DE AFDELINGSLEIDER Wanneer de klacht ook door bemiddeling door de mentor niet opgelost kan worden, benadert de klager de afdelingsleider. Zij/hij doet binnen 10 schooldagen een uitspraak. 10

26.3 KLACHT BIJ DE GESCHILLENCOMMISSIE In het geval dat ook de afdelingsleider de klacht niet op een bevredigende wijze op heeft kunnen lossen, kan de klager een beroep doen op de geschillencommissie. De geschillencommissie is bereikbaar op het secretariaat van de SGL: secretariaat@sgl.nl 26.4 De geschillencommissie kan elke klacht betreffende vermeende onjuiste of onzorgvuldige toepassing van het leerlingenstatuut in behandeling nemen. 26.5 De geschillencommissie is samengesteld uit twee docenten, twee leerlingen en één ouder. Zij worden door de vertegenwoordigende lichamen van de eigen geleding benoemd. Bij ontbreken hiervan worden zij door de medezeggenschapsraad benoemd. De benoeming geldt voor de duur van 1 schooljaar. Op dezelfde wijze wordt voor ieder lid van de vaste geschillencommissie een plaatsvervanger benoemd. 26.6 Op verzoek van één der partijen of op eigen verzoek kan een lid van de geschillencommissie zich bij een zaak verschonen. 26.7 De geschillencommissie wijst uit haar midden een voorzitter aan. De schoolleiding stelt de geschillencommissie administratieve ondersteuning ter beschikking. 26.8 Een klacht wordt schriftelijk ingediend bij de ambtelijk secretaris van de geschillencommissie. 26.9 Een klacht kan zowel individueel als collectief worden ingediend. 26.10 De geschillencommissie stelt de klager in de gelegenheid de klacht mondeling toe te lichten en stelt degene, tegen wie een klacht is ingediend, in de gelegenheid verweer te voeren. 26.11 Degene die een klacht heeft ingediend en degene tegen wie een klacht is ingediend, kunnen zich bij de behandeling van de klacht door de geschillencommissie laten bijstaan door een derde. 26.12 Door betrokkenen kunnen getuigen worden opgeroepen. 26.13 De zitting van de geschillencommissie is openbaar, tenzij één van de betrokkenen verzoekt de zitting besloten te verklaren. 26.14 De uitspraken van de geschillencommissie zijn openbaar. 26.15 De afhandeling van een klacht door de geschillencommissie geschiedt binnen tien schooldagen na indiening van de klacht. 26.16 De geschillencommissie kan een klacht gegrond, ongegrond of gedeeltelijk gegrond verklaren. 26.17 De uitspraak van de geschillencommissie is voor de betrokken partijen bindend. 26.18 De schoolleiding draagt zorg voor uitvoering van de uitspraak van de geschillencommissie. Indien de klacht de schoolleiding betreft draagt het schoolbestuur zorg voor de uitvoering van de uitspraak van de geschillencommissie. 27. RECHT OP VOORSTELLEN EN SUGGESTIES. Leerlingen hebben het recht voorstellen en suggesties te doen aangaande alle zaken op school. De schoolleiding zal hier zorgvuldig mee omgaan. 11