Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sliedrecht

Vergelijkbare documenten
b e s l u i t : Nr: 06-63b De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr ;

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Bedum 2006

Gezien het voorstel inzake de vaststelling van de Marktverordening (Gem. blad Afd. A 2004, no. 116);

Marktverordening Leeuwarderadeel 2006 Paragraaf 1 Algemene bepalingen

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 mei 2007, nummer 104; b e s l u i t :

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Losser 2003

b e s l u i t : Nr: 12-9 De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr. 12-9;

Artikel 3 Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Marktreglement dagmarkt Markt

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

gelet op artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet;

1.0 INLEIDENDE BEPALINGEN

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Delfzijl 2008

Verordening op de warenmarkt(en) gemeente Grootegast 2010

Marktverordening Westvoorne 2012

Artikel 3. Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Heumen 2010, de Algemene wet bestuursrecht;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 maart 2007;

gelezen het voorstel van het college van 14 februari 2006, nummer 104; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Besluit nadere regels 2013 Nadere regels op grond van artikel 5 van de Marktverordening gemeente Hengelo 2006.

BESLUIT: vast te stellen de volgende Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Middelburg.

Marktverordening Papendrecht 2000

Marktverordening Oosterhout 2003

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Marktverordening gemeente Castricum 2005

Gemeente Zwolle, bekendmaking uitvoeringsbesluit marktverordening gemeente Zwolle 2015

Marktverordening Gulpen-Wittem 2007

Marktverordening gemeente Valkenswaard 2007

Inrichtingsplan weekmarkt 2017

MARKTREGLEMENT 2012 BEHORENDE BIJ MARKTVERORDENING GEMEENTE HELLENDOORN 2012

Marktreglement vrijdagmarkt Maastricht

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;

gelet op artikel 160 eerste lid sub h van de Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening Waalwijk 2009 en de Algemene wet bestuursrecht;

Vergadering d.d. : 22 november Agendapunt : 6.2. Registratienummer : Onderwerp : Marktverordening 2011

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Markt- en standplaatsverordening Westvoorne 2012

Marktreglement gemeente Brielle

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening gemeente Goirle Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Hilversum 2011, de Algemene wet bestuursrecht;

overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de markt;

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Dordrecht 2004

Inrichtingsplan voor de donderdag- en zaterdagmarkt te Zaandam

MARKTVERORDENING GEMEENTE DORDRECHT

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2001, nr. 45/16;

Artikel 1. Begripsomschrijving Voor de begripsomschrijvingen wordt verwezen naar artikel 5.38 van de Algemene Plaatselijke Verordening

Nadere regels op grond van artikel 4 Marktverordening Nijmegen 2007

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse heuvelrug;

Voorstel besluit Ter vervanging van de bestaande marktverordening een nieuwe marktverordening vast te stellen.

Marktverordening Gooise Meren 2017

ONTWERP. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2005, bijlage nr.: ;

Marktreglement gemeente Utrechtse Heuvelrug 2014

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; overwegende

Overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de gemeentelijke warenmarkten;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist;

Marktverordening 2013

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Leusden

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 11 december 2014, nummer. De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college van 4 november 2014,

Marktverordening gemeente Terneuzen 2011

GEMEENTEBLAD. Nr Gemeente Heerlen - Marktreglement 2014 HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. 25 juli Officiële uitgave van gemeente Heerlen.

Marktreglement Maastricht

MARKTVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

gelezen het voorstel van het college van 4 november 2010, volgnr ; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Marktreglement 2010, nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Deurne op basis van artikel 4 van de Marktverordening gemeente Deurne 2010

MARKTREGLEMENT GEMEENTE MEDEMBLIK 2012

c. standplaats: de ruimte die voor de duur van een markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet en artikel 3 van de Marktverordening van de gemeente Oss 2017;

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Haren 2012

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Schiedam 2007 (gewijzigd exemplaar)

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE GRONINGEN (MD );

Artikel 2, Toepassingsgebied Deze verordening is van toepassing op alle door Burgemeester en wethouders ingestelde algemene warenmarkten.

Jaar: 2006 Nummer: 76 Besluit: Gemeenteraad 7 november 2006 Gemeenteblad. MARKTVERORDENING 2006 Raadsbesluit 7 november 2006, bijlage 132

Gelet op het bepaalde in artikel 3 van de Marktverordening gemeente Heerde 2012;

Reglement weekmarkt. Reglement weekmarkt. Paragraaf 1 De markt in de kern Hardinxveld-Giessendam

1. De Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch als volgt vast te stellen:

CVDR. Nr. CVDR486182_1. Inrichtingsplan gemeente Lingewaard 2018

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 december 2013, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

De belangrijkste wijzigingen zijn het afschaffen van de wacht- en de anciënniteitlijst.

Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Enkhuizen

In behandeling genomen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 november 2013

: Intrekking van de Marktverordening 2001 en vaststellen van de Marktverordening 2003

Marktreglement gemeente Maassluis 2012

Standplaatsen- en Ventverordening van de gemeente Gulpen-Wittem januari 2003

Marktverordening 2016

ALGEMENE TOELICHTING MARKTREGLEMENT

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Emmen;

Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch

G E M E E N T E B E S T U U R v a n V A A L S

CVDR. Nr. CVDR237825_1. Marktreglement gemeente Rijswijk 2012

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2007; STZ 07/24389; raadsstuk ;

vast te stellen de volgende 'Marktverordening Gemeente Vlagtwedde 2016'.

besluiten: Het Marktreglement 2014 gemeente s-hertogenbosch als volgt vast te stellen:

Beleidsregels standplaatsvergunningen

CVDR. Nr. CVDR24393_1. Verordening op de markten. Algemene bepalingen

Transcriptie:

MARKTREGLEMENT GEMEENTE SLIEDRECHT Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sliedrecht Gelet op artikel 160 eerste lid, sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening Sliedrecht, de Algemene wet bestuursrecht; Overwegende dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen met betrekking tot uitvoering van de marktverordening en een ordelijk verloop van de markt Besluit vast te stellen de volgende: Nadere regels voor de markt te Sliedrecht Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen De in artikel 1 van de marktverordening Sliedrecht gegeven begripsomschrijvingen zijn tevens van toepassing op deze nadere regels. Artikel 2. Dag, tijd en plaats van de markt 1. De markt wordt, behoudens het bepaalde in het tweede en derde lid van dit artikel, gehouden op woensdag van 09.30 uur 16.30 uur op het Burg. Winklerplein; 2. De markt kan op grond van dringende redenen, dit ter beoordeling van het college in afwijking van het eerste lid, tijdelijk plaatsvinden op een andere dag, op andere tijd, op een andere plaats. 3. Geen markt wordt gehouden op de dagen vermeld in artikel 7, eerste lid, sub a en b van de Winkeltijdenwet, behoudens het bepaalde in de artikelen 2 en 3 van de Verordening op de Winkeltijdenwet. Artikel 3. Inrichting van de markt 1. Het aantal standplaatsen is vastgesteld zoals aangegeven op de bij dit reglement behorende tekening van het marktterrein. 2. De afmeting van de standplaatsen is bepaald op 4 strekkende meter (8 m2) of een veelvoud daarvan. 3. Het college kan bij de toewijzing van de plaatsen afwijken van de standaardmaten. Artikel 4. Branche-indeling Voor het verkrijgen van een voor de consument zo aantrekkelijk mogelijke markt kunnen voor elk van de in de bijlage, behorende bij dit reglement, genoemde artikelen (groepen) niet meer standplaatsen worden toegewezen dan het aantal standplaatsen dat is aangegeven in desbetreffende bijlage. Artikel 5. De Marktcommissie Het college stelt een commissie van advies in die tot taak heeft hen te adviseren inzake marktaangelegenheden. Hoofdstuk 2 Vergunningen Artikel 6. Inschrijving op de anciënniteitlijst Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een doorlopend genummerde lijst met vermelding van en in volgorde van de datum waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen. Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld de soort artikelen die de vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe hij behoort. 1

Artikel 7. Doorhalen van inschrijving op de anciënniteitlijst De inschrijving op de anciënniteitlijst wordt doorgehaald indien de vergunning van een houder van een vaste standplaats wordt ingetrokken. Artikel 8. Inschrijving op de wachtlijst 1. Een aanvrager wordt op de wachtlijst ingeschreven: a. indien geen vaste standplaats kan worden toegewezen en hij schriftelijk dan wel elektronisch heeft aangegeven dat hij op de wachtlijst wil worden ingeschreven; b. waarbij hij heeft aangetoond dat hij persoonlijk kan voldoen aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie; c. En hij de benodigde papieren heeft overlegd. 2. Het college verstrekt een schriftelijk bewijs van inschrijving op de wachtlijst onder vermelding van; a. de naam en voornamen, de geboortedatum en plaats, het adres en de woonplaats van de aanvrager; b. de datum waarop de aanvraag door hem is ontvangen; c. de soort artikelen die de aanvrager wil verhandelen of de branche waartoe hij behoort; d. de kraam of andere verkoopmaterialen die de aanvrager wil gebruiken. Artikel 9. Doorhalen van inschrijving op de wachtlijst 1. De inschrijving op de wachtlijst wordt doorgehaald: a. wanneer een vaste plaats wordt toegewezen en ingenomen; b. indien de ingeschrevene niet jaarlijks vóór 1 januari om verlenging van de inschrijving heeft verzocht; c. op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene; d. bij overlijden van de ingeschrevene; e. wanneer de ingeschrevene een aangeboden vaste plaats weigert (tenzij hij deze op grond van bijzondere omstandigheden niet aanvaardt); dan wel niet reageert op een uitnodiging om een vaste plaats in te nemen; f. indien ter zake van de inschrijving of de ontheffing of anderszins onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt. 2. De inschrijving op de wachtlijst van een kind, een partner of een werknemer van de vergunninghouder, uitsluitend met het doel om de vergunninghouder te zijner tijd op te volgen, blijft gehandhaafd als het kind, de partner of de werknemer een vrijgekomen standplaats in dezelfde branche niet aanvaardt. Artikel 10. Overschrijving vaste standplaatsvergunning 1. In geval van overlijden, het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, (gedeeltelijke) bedrijfsbeëindiging dan wel blijvende arbeidsongeschiktheid van de vergunninghouder kan de vaste standplaatsvergunning worden overgeschreven op de echtgenoot, de levenspartner van de vergunninghouder of een andere achterblijvende persoon met wie hij duurzaam samenwoonde. 2. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan het kind van de vergunninghouder de vergunning voor de vaste standplaats krijgen, dan wel de werknemer van de vergunninghouder de vergunning voor een vaste standplaats, indien hij: a. ten minste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode als mede-eigenaar (aantoonbaar samenwerkingsverband als vennoot of aandeelhouder) in dit bedrijf heeft gefunctioneerd; b. zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst; c. bij notariële akte dient te worden aangetoond dat de onderneming in eigendom van het kind/de medewerker is overgegaan en dat de marktplaats geen economische factor in de overname is. 2

3. Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na het overlijden van de vergunninghouder, na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, dan wel gedeeltelijke bedrijfsbeëindiging dan wel nadat de blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld. 4. Voor de overschrijving van de vergunning komt als eerste in aanmerking de echtgenoot of levenspartner, vervolgens het kind en tot slot de medewerker of mede-eigenaar. 5. Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel. Hoofdstuk III Toewijzen en bezetten van standplaatsen Artikel 11. Toewijzing standplaatsen 1. Een standplaats wordt toegewezen als vaste plaats, seizoenplaats, dagplaats of standwerkerplaats. 2. Een vrijgekomen vaste plaats wordt als dagplaats beschouwd en blijft als zodanig aangemerkt zolang zij niet als vaste plaats of seizoensplaats is toegewezen. 3. Toewijzing van een dagplaats geschiedt door afgifte van een vergunning door het college op het moment dat de standplaats niets als vaste standplaats wordt ingenomen. Artikel 12. Het toewijzen van een vaste plaats 1. Een opengevallen vaste standplaats op de markt wordt opnieuw als vaste standplaats uitgegeven met inachtneming van de geldende indeling per artikelengroep. 2. Voor een opengevallen standplaats komen achtereenvolgens in aanmerking: a. De vergunninghouder van een vaste standplaats die heeft aangegeven een andere vaste standplaats te willen nemen. De toewijzing geschiedt in volgorde van ancienniteit als vaste standplaatshouder en met inachtneming van de branche-indeling van de markt. b. De aanvrager voor een vaste standplaats die is ingeschreven op de wachtlijst. De toewijzing geschiedt in volgorde van inschrijving op deze lijst, behoudens het bepaalde in artikel 9 van het marktreglement. c. De vergunninghouder van een aangrenzende vaste standplaats, die heeft aangegeven een tweede aangrenzende plaats ter beschikking te willen krijgen. De toewijzing geschiedt in volgorde van anciënniteit als vaste standplaatshouder. 3. Indien niemand, nadat de hiervoor bepaalde leden in acht zijn genomen, te kennen heeft gegeven in aanmerking te willen komen voor de vrijgekomen vaste plaats, zal de plaats via werving aan een gegadigde worden toegewezen. Artikel 13. Toewijzing dagplaats 1. Aanvragers voor een dagplaats, die geen vaste plaats op de markt hebben en die in aanmerking willen komen voor een vergunning voor een dagplaats moeten zich een half uur voor de openingstijd van de markt aanmelden bij de marktmeester. 2. De aanvrager voor een dagplaats dient aan de vereisten van artikel 6 van de Marktverordening te voldoen. 3. Om voor een dagplaats in aanmerking te komen, dient aanvrager op de in artikel 8, lid 1, bedoelde lijst te zijn ingeschreven. 3

4. Bij toewijzing van een dagplaats is het in artikel 4 gestelde onverminderd van toepassing. 5. Indien het aantal aanvragers het aantal beschikbare dagplaatsen overtreft geschiedt toewijzing via loting door de marktmeester. Loting vindt een half uur voor aanvang van de markt plaats (om 09.00 uur). 6. De loting vindt plaats door middel van een willekeurig gekozen getal, waarna uitgifte van de plaatsen in volgorde van de aanmelding plaatsvindt. 7. De marktmeester wijst de opengevallen plaatsen toe aan de aanvragers die zijn ingeloot met dien verstande dat een aanvrager in dezelfde branche als de afwezige vaste kramer niet op diens plaats wordt geplaatst. Artikel 14. Toewijzing standwerkerplaats 1. Toewijzing van een standwerkerplaats geschiedt door de marktmeester door middel van loting, met inachtneming van het bepaalde in artikel 13, de leden 5 en 6. De standwerker aan wie ingevolge artikel 12 van de marktverordening het bevel is gegeven zich te verwijderen van de markt, is voor een periode van twaalf opeenvolgende weken uitgesloten van deelname aan de loting. 2. De standwerker dient aan de vereisten van artikel 8 van de Marktverordening te voldoen. 3. Een standwerker dient bij voortduring daadwerkelijk als standwerker op te treden. Hij of zij houdt een voor het publiek aansprekende uiteenzetting over het door hem of haar te verkopen artikel en tracht tenslotte een aantal personen gelijktijdig tot aankoop daarvan te bewegen. Indien blijkt dat niet bij voortduring als standwerker wordt opgetreden zal hij of zij terplekke door de marktmeester worden gewaarschuwd. Deze waarschuwing zal schriftelijk worden bevestigd. Indien een tweede maal blijkt dat niet bij voortduring als standwerker wordt opgetreden, zal aan betrokkene(n) mondeling en schriftelijk worden meegedeeld dat twaalf opeenvolgende weken geen standwerkerplaats zal worden toegewezen aan hem of haar. Wordt betrokkene(n) na eerdergenoemde periode wederom een standwerkerplaats toegewezen en hij of zij treedt wederom niet daadwerkelijk als standwerker op, dan zal aan hem of haar in het vervolg geen standwerkerplaats meer worden toegewezen. 4. De marktmeester beoordeelt of personen bij voortduring daadwerkelijk als standwerker optreden. 5. Indien een standwerker zich wil doen bijstaan, meldt hij dit vooraf aan de marktmeester onder vermelding van de naam van degene die hem zal bijstaan. Degene die hem zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting. 6. Een branche mag slechts één keer per maand aan de loting deelnemen. 7. Een standwerker mag geen assortiment aanbieden van meer dan 2 artikelen, waaruit de klant zelf zijn keuze kan maken (zoals maatgebonden artikelen). Tevens mag door een standwerker geen gebruik worden gemaakt van prijsaanduidingen, meetlatten en/of weegtoestellen. 8. Snel aan bederf onderhevige consumptieartikelen, zulks ter beoordeling van de marktmeester, uitzoekhandel, alsmede gebruikte (met uitzondering van boeken en tijdschriften) en maatgebonden goederen, mogen niet worden verkocht. 9. Per branche kan maar voor één plaats worden ingeloot. 4

Hoofdstuk IV Bepalingen over het gebruik van de standplaats Artikel 15. Innemen van een standplaats met eigen materiaal 1. Op verzoek van een vaste standplaatshouder kan in de vergunning toestemming worden verleend om met eigen materiaal zijn standplaats in te nemen 2. Het in het vorige lid vermelde verzoek omvat in ieder geval de volgende gegevens: a. Een opgave van de lengte, hoogte en breedte van het eigen materiaal. b. Een gedetailleerde tekening van het eigen materiaal. c. Foto s van het eigen materiaal. 3. Indien de in het tweede lid genoemde bewijsstukken ook na verzoek tot aanvulling van de aanvraag niet tijdig zijn ontvangen, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. 4. De toestemming wordt in ieder geval geweigerd indien: a. Het eigen materiaal technisch niet inpasbaar is binnen de beschikbare ruimte op de markt zoals aangegeven op de in artikel 3 genoemde tekeningen. b. Het eigen materiaal niet voldoet aan de in artikel 16 genoemde eisen. Artikel 16 Eisen eigen materiaal Het eigen materiaal moet aan de volgende eisen voldoen: a. Het eigen materiaal mag in opgestelde toestand niet dieper zijn dan de kramenrij (3 strekkende meter) en niet langer dan 12 strekkende meter. b. Uitklapbare toonbanken en/of vitrines mogen niet buiten de staanders van de kramenrij uitsteken. c. Aan de zijkanten van het eigen materiaal mogen geen zeilen, kleppen of andere zaken zijn aangebracht die de doorgang aan de verkoopzijde verhinderen of het zicht op de naastgelegen verkoopgelegenheid beperken. d. Het eigen materiaal dient een minimale (klep-)hoogte te hebben die gelijk is aan de vrije doorgangshoogte van het op de markt gebezigde huurmateriaal. e. Het eigen materiaal dient deugdelijk te zijn en er netjes uit te zien, e.e.a. ter beoordeling van de marktmeester. Bij twijfel moet een onafhankelijk deskundig oordeel worden verkregen. Artikel 17. Persoonlijk innemen standplaats; bijstand 1. De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen persoonlijk in. Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven. 2. De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan. 3. De vergunninghouder en degene die hem bijstaat mogen zich niet schuldig maken aan wangedrag of bedrog. Artikel 18. Aantal keren innemen vaste standplaats De vergunninghouder van een vaste standplaats neemt ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken zijn standplaats op de markt in, dit met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 19 en 20. 5

Artikel 19. Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden 1. De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen, deelt dit schriftelijk mee aan het college. Bij vakantie geeft de vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt. 2. De schriftelijke mededeling wordt tijdig voor de desbetreffende marktdag gedaan. Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de marktmeester gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college. 3. Bij langdurige afwezigheid van een vergunninghouder van een vaste standplaats wegens ziekte, dient ten bewijze van deze reden van verhindering iedere drie maanden een geneeskundige verklaring te worden overgelegd. 4. Indien de in het vorige lid bedoelde verklaring van een geneeskundige niet wordt overgelegd of indien er naar het oordeel van burgemeester en wethouders gerede aanleiding bestaat nadere informatie te verkrijgen, dient de vergunninghouder een keuring te ondergaan bij een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke geneeskundige. 5. Kortstondige afwezigheid, tot maximaal twee uur, zonder mededeling of ontheffing, is voor de vergunninghouder van een vaste standplaats toegestaan, mits de standplaats niet onbeheerd achtergelaten wordt en de mogelijkheid tot verkoop gegarandeerd blijft. Artikel 20. Ontheffing en vervanging 1. In geval van ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college op aanvraag van de vergunninghouder van een vaste standplaats hem tijdelijk (met een maximum van 2 jaar; art. 8 lid 2 Marktverordening) ontheffing verlenen van de verplichting om ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken de standplaats op de markt in te nemen. 2. Het college kan op aanvraag van de vergunninghouder hem vergunning verlenen zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met name genoemde persoon, die voldoet aan de geldende vereisten zoals vermeld in artikel 7 van de Marktverordening Sliedrecht 2006. Artikel 21. Tijdstip innemen standplaats/aan- en afvoer goederen 1. Het is verboden voor vergunninghouders op het marktterrein meer dan 3 1/2 uur voor aanvang en meer dan twee uur na afloop van de markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of goederen aan of af te voeren. 2. De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot sluitingstijd van de markt te blijven innemen. Het college kan hiervan ontheffing verlenen. 3. Indien de vergunninghouder zijn vaste standplaats niet uiterlijk om 09.00 uur heeft ingenomen, wordt de desbetreffende standplaats voor die dag als dagplaats aangemerkt. Tenzij de marktmeester de standplaats op tijdig verzoek én onder opgave van een geldige reden die hem belet tijdig aanwezig te zijn, van de vergunninghouder voor hem beschikbaar houdt. 4. Er mag vanaf 16.00 uur worden begonnen met inpakken, onder voorwaarde dat men daarnaast wel in staat moet zijn een assortiment goederen te koop aan te bieden dat representatief is aan het gehele assortiment dat men overdag te koop aanbiedt. Artikel 22. Verboden Het is de vergunninghouder verboden: 1. op de markt afval aan te voeren. Onder afval wordt mede verstaan: waren of goederen of partijen daarvan, die geheel of in belangrijke mate ongeschikt zijn om te verhandelen: 2. marktafval te deponeren in de voor huishoudelijk afval bestemde inzamelingsmiddelen (afvalbakken). 6

Hoofdstuk V OVERIGE BEPALINGEN Artikel 23. Obstakels en welstand 1. Het is verboden de doorgang en de wandelgangen op en langs het marktterrein te hinderen of te belemmeren. 2. De kramen of andere verkoopinrichtingen die op de marktterreinen worden gebruikt of geplaatst, alsmede de boven- en achterzeilen die worden aangebracht of gebruikt, moeten voldoen aan de eisen daaraan door of namens het college te stellen. Artikel 24. Schoonhouden en opleveren standplaats De vergunninghouder dient: a. ervoor te zorgen dat zijn standplaats steeds een goed verzorgd aanzien biedt; b. tijdens de markt zelf zijn afval, verpakkingsmaterialen en dergelijke in te zamelen; c. voordat hij het marktterrein verlaat, zijn standplaats en onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren en zelf voor de afvoer van zijn marktafval zorg te dragen; d. aan de voorzijde van zijn marktkraam of verkoopgelegenheid afvalbakken van voldoende grootte te plaatsen, indien hem een vergunning is verleend om op zijn standplaats geringe eet- en drinkwaren voor consumptie gereed te maken en te verkopen. Tevens dient hij de volle afvalbakken leeg te maken. Dit afval hoort ook bij het bedrijfsafval van de vergunninghouder; e. maatregelen te treffen om te voorkomen dat zijn standplaats vervuild raakt, indien hij handel drijft in artikelen van een branche waaruit zou kunnen voortvloeien dat de ondergrond en omgeving van zijn standplaats vervuild raakt. De te treffen maatregelen dienen ter goedkeuring van de marktmeester, en zo nodig op zijn/haar aanwijzingen, te geschieden; f. zijn kraam aan de voorzijde tussen verkoopblad en grond af te schermen. Artikel 25. Het gebruik van geluidsapparatuur 1. Het gebruikmaken van geluidsapparatuur is alleen toegestaan na verleende schriftelijke toestemming hiervoor van de marktmeester. 2. Standplaatshouders of bezoekers van de markt mogen van het gebruik van de geluidsapparatuur geen hinder ondervinden, dit ter beoordeling van de marktmeester. Artikel 26. Uitstallingen 1. Uitstallingen zijn alleen toegestaan na verleende toestemming daarvoor van de marktmeester. 2. Toestemming voor uitstallingen kan alleen worden verleend indien er sprake is van een vrije doorgang zonder obstakels van 3 meter breed en 2 meter hoog. 3. Op de aanrijroute van hulpverlening kan alleen toestemming worden verleend voor uitstallingen indien er sprake is van een vrije doorgang van 4 meter breed en 4,5 meter hoog. Artikel 27. Het stallen van rij- en voertuigen 1. Het is de vergunninghouder toegestaan om op het marktterrein zijn voertuig te parkeren als de volgende voorschriften in acht worden genomen: a. Het voertuig wordt achter de kraam geplaatst; b. Het voertuig veroorzaakt geen hinder of beperkingen voor andere vergunninghouders; c. Het geparkeerde voertuig wordt niet als extra ruimte voor het uitstallen van verkoopwaar gebruikt. 2. Als het plaatsen van het voertuig achter de kraam naar het oordeel van de marktmeester niet mogelijk is dan wijst de marktmeester een andere plaats aan voor het parkeren van het voertuig. Artikel 28. Algemene veiligheidsnormen 1. In het kader van brandpreventie gelden de volgende regels: a. elektrische gloeilampen dienen zo te worden gemonteerd dat zij niet in aanraking kunnen komen met gemakkelijk brandbare stoffen; 7

b. losse kabels moeten zich op een hoogte van tenminste 2,5 meter boven de grond bevinden of kabels die in de looppaden op de grond liggen, moeten op ordentelijke wijze worden aangebracht, dit ter beoordeling en goedkeuring van de marktmeester; c. bij elke gelegenheid waar gebakken of gebraden wordt, moet een doelmatig blusapparaat alsmede een deksel voor afsluiting van de pan(nen) aanwezig zijn (bijvoorbeeld een koolzuursneeuwblusser met een vulling van 6 kilogram of een poederblusser met een vulling van ten minste 6 kilogram); d. een gaskomfoor of een elektrisch komfoor moet zijn opgesteld op een plaats van onbrandbaar materiaal dat de warmte slecht geleidt; e. een gaskomfoor moet door middel van een speciaal daarvoor geconstrueerde rubberslang met metalen klemmen of koppelingen aan de gasflessen zijn verbonden; f. lege of niet in gebruik zijnde gasflessen moeten buiten een kraam of wagen zijn opgesteld. In gebruik zijnde flessen moeten op een goed geventileerde plaats zijn opgesteld; g. emballage en verpakkingsmateriaal mag niet in of nabij open vuur aanwezig zijn; h. ballons met brandbaar gas gevuld, mogen niet aanwezig zijn; 2. Het gebruik van kook- en bakinstallaties en van verwarmingsapparatuur is alleen toegestaan na verleende goedkeuring. Artikel 29. Afgelasting markt 1. Indien bij aanvang van de markt, of gedurende de tijdsperiode waarop de markt wordt gehouden, weersinvloeden, calamiteiten e.d. de orde op de markt kunnen verstoren, er direct gevaar dreigt voor de marktplaatshouder, het publiek en/of objecten op of in de nabijheid van het marktterrein waardoor de openbare orde in gevaar komt of schade kan worden toegebracht aan derden, kan het college, in samenspraak met brandweer, politie en marktmeester): a. de vergunninghouder verplichten de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te treffen b. beslissen de markt anders op te stellen c.q. in te richten c. beslissen de markt niet te laten aanvangen of d. beslissen de markt onmiddellijk te beëindigen 2. Van de in het vorige lid bedoelde situatie(s) is in ieder geval sprake indien er voor aanvang van de markt dan wel tijdens de markt sprake is van snel verslechterende weersomstandigheden zodanig dat sprake is van storm of orkaankracht, dan wel deze weersomstandigheden op korte termijn, voor het einde van de markt, worden voorspeld. 3. Van de onder lid 1.c en d. bedoelde beslissing van het college kan door kooplieden met een verkoopwagen worden afgeweken, dit op eigen risico van de koopman. Hoofdstuk VI Overgangs- en slotbepalingen Artikel 30. Benaming Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als Marktreglement gemeente Sliedrecht. Artikel 31. Inwerkingtreding Dit reglement treedt in werking met ingang van. Aldus vastgesteld in de vergadering van het College van Burgemeester en Wethouders, gehouden op 8