Veiligheid Verticaal Transport onder Certificatie W.H. de Brabander, M.R. Struikman De heer de Brabander werkt bij de Stichting TCVT, de heer Struikman bij het Ministerie van SZW Afgelopen jaren is er hard aan gewerkt om kraankeuringen en de opleiding voor kraan- en heimachinisten onder verschillende certificaten te brengen. Met het van kracht worden van de nieuwe arbowetgeving zijn verplichte certificaten ingevoerd. De veiligheid is hiermee gediend. Kraan- en heimachinisten moeten na een overgangstermijn beschikken over een geldig certificaat van vakbekwaamheid, en mobiele kranen en torenkranen moeten worden voorzien van een certificaat van goedkeuring. Onafhankelijke en deskundige certificerende instellingen voeren de regelingen uit. Deze instellingen laten zich daartoe specifiek accrediteren. Een dergelijke accreditatie geldt op zich weer als een zwaarwegend advies voor aanwijzing door de minister van SZW. Een dergelijke aanwijzing is nodig, omdat het wettelijk verplichte certificaten betreft. De stichting Toezicht Certificatie Verticaal Transport (TCVT) faciliteert de aangewezen instellingen met certificatieschema's en een Centraal College van Deskundigen, waarin belanghebbende partijen zitting hebben. Historie stichting TCVT Eind 1994 heeft de rechtsvoorganger van de VVT (Vereniging Verticaal Transport) het initiatief genomen tot oprichting van een stuurgroep 'Verticaal Transport', met als doel de gevolgen van de Europese richtlijnen inzake machines en arbeidsmiddelen te helpen vertalen naar de praktijk van alle dag. Aan de uitnodiging tot overleg gaven vijftien organisaties uit de kring van werkgevers, werknemers, leveranciers, gebruikers en overheid gehoor. Belangrijke taken van de stuurgroep waren de harmonisatie van wettelijke en niet-wettelijke keuringen en de bewaking van de kwaliteit van keuringsinstellingen. Bij deze ontwikkeling heeft het ministerie van SZW zich eind 1995 aangesloten door betrokken partijen te verzoeken mee te werken aan het onder certificatie brengen van de alsdan geldende wettelijke kraankeuringen en deskundigheidsbewijzen voor kraan- en heimachinisten. Belanghebbenden hebben aan dit verzoek gehoor gegeven. In 1996 is de stuurgroep Verticaal Transport omgevormd tot een zg. voorloper van een Centraal College van Deskundigen. Thans is een officieel Centraal College van Deskundigen ondergebracht in de stichting Toezicht Certificatie Verticaal Transport (TCVT), die tevens het beheer voert over alle certificatieschema's. Medio september 2000 is de stichting TCVT operationeel door het vaststellen van de eerste zes certificatieschema's voor verticaal transport en de funderingsbranche. Deze schema's stellen regels aan het goedkeuren van bepaalde kranen en het certificeren van de vakbekwaamheid van kraan- en heimachinisten. De certificatieschema's zijn afgestemd met het Ministerie van SZW en de Raad voor Accreditatie. De inhoud ervan sluit nauw aan bij de bestaande Arbowetgeving. Dat wil zeggen dat een kraan of een machinist gecertificeerd volgens een schema, ook voldoet aan de wetgeving. Lees verder 'Beschrijving Stichting TCVT Historie wettelijke veiligheidsmaatregelen Een hijs- of hefwerktuig is potentieel gevaarlijk. Indien de juiste veiligheidsmaatregelen of voorzieningen ontbreken, kunnen deze werktuigen een gevaar voor personen en omgeving opleveren en ernstige ongevallen veroorzaken. Ongevallen en gebruiksrisico's hebben in de vorige eeuw geleid tot het opstellen van o.m. de Veiligheidswet, de Stuwadoorswet en de Wet op de gevaarlijke werktuigen (Wgw).
Voor de verschillende bedrijfssectoren (zoals industrie, bouw, landbouw, haven) gaven de veiligheidsbesluiten van Veiligheidswet en de Stuwadoorswet bepalingen voor constructie en gebruik van hijs- en hefwerktuigen. De veiligheidsbesluiten zijn in 1983 onderdeel geworden van de Arbeidsomstandighedenwet en sinds 1997 vervangen door het Arbeidsomstandighedenbesluit en de Arbeidsomstandighedenregeling. In de Wgw zijn hoofdzakelijk bepalingen opgenomen ter uitvoering de Europese productrichtlijnen. Producten die aan deze richtlijnen voldoen zijn herkenbaar aan een CE-markering. De productvoorschriften voor hijs- en hefwerkuigen zijn opgenomen in de Richtlijn machines. Gebruikskeuringen aan hijskranen: De werkgever/eigenaar is verplicht zijn hijskranen in een goede staat houden. Door de wettelijke keuringsverplichtingen voor hijskranen wordt deze zorgplicht benadrukt. Het keuringsregime voor hijskranen is in mei 1982 ingevoerd. Sindsdien zijn gebruikskeuringen wettelijk verplicht aan kranen met een bedrijfslast van 2 ton of meer in de volgende gevallen: Na ingrijpende wijziging vóór heringebruikneming. Na ingrijpende herstelling vóór heringebruikneming. Na langdurige stilstand of buitengebruikstelling vóór heringebruikneming. Periodiek. Zo dikwijls als voor een veilig gebruik van de kraan redelijkerwijs noodzakelijk is, doch tenminste keer per jaar. Na demontage vóór heringebruikneming elders. Voor deze keuringen moet de werkgever een deskundige of deskundige organisatie inschakelen. Hij is daarbij vrij in zijn keuze, behalve als het gaat om een mobiele kraan of een torenkraan met een bedrijfslastmoment van 10 tonmeter of meer. Bij deze kranen moet hij voor bepaalde keuringen een door het Ministerie van SZW aangewezen instantie inschakelen, te weten voor de keuring na ingrijpende wijziging en voor periodieke keuringen voor het eerst 3 jaar na eerste ingebruikname en vervolgens telkens na elke 2 jaar (3-2-2-regeling). Aangewezen instanties zijn Aboma+Keboma (sinds mei 1982), SGS Technische Inspecties (sinds september 1998), AIB-Vinçotte Nederland (sinds maart 1998) en TÜV Nederland (sinds juni 2000). De resultaten van de keuringen moeten in het kraanboek worden vermeld. In geval een door SZW aangewezen instelling met gunstig resultaat de keuring heeft uitgevoerd, wordt vanaf 1 oktober 2000 hierop een TCVT certificaat van goedkeuring afgegeven. Lees verder 'TCVT Certificaat van goedkeuring.' Deskundigheidsbewijzen: Om veilig werken met hijskranen en funderingsmachines te waarborgen, is er in het verleden gewerkt aan een systeem van deskundigheidsbewijzen voor bepaalde groepen kraan- en heimachinisten. Torenkraanbestuurders moeten sinds november 1975 in het bezit zijn van een deskundigheidsbewijs. Voor machinisten van mobiele kranen en mobiele hei-installaties is dit bewijs verplicht gesteld in december 1989. De verplichting tot het hebben van het voorgeschreven bewijs geldt alleen wanneer het bedrijfslastmoment van de betrokken kraan of hei-installatie 10 tonmeter of meer bedraagt en wanneer deze kraan of hei-installatie wordt ingezet bij het tot stand brengen van civieltechnische werken of bouwwerken (kortweg de bouw). Dat de regeling alleen voor de bouw geldt, is historisch zo gegroeid. In oorsprong was de regeling gebaseerd op de Veiligheidswet en had betrekking op hijs- en hefwerkzaamheden in de bouw. Dit kwam omdat de bouwbranche het meest risicovol werd geacht en daar ook de meeste ongelukken gebeurden. De wettelijke bepalingen rond de deskundigheidsbewijzen waren opgenomen in de Veiligheidswet en daarna in de Arbeidsomstandighedenwet. Als instelling voor het opleiden van kraan- en heimachinisten en het afgeven van deskundigheidsbewijzen is de Stichting Beroepsopleiding Weg- en waterbouw (SBW) te Gouda aangewezen.
Voor de overgang van het deskundigheidsbewijs naar het certificaat van vakbekwaamheid is in de Arboregeling een overgangsregeling opgenomen die eindigt op 1 november 2004. Lees verder 'TVCT Certificaat van vakbekwaamheid'. Beschrijving Stichting TCVT Door betrokken partijen is ten behoeve van het toezicht op de certificatie de stichting Toezicht Certificatie Verticaal Transport (Stichting TCVT) in het leven geroepen. In 1999 werd de stichting TCVT formeel opgericht. De Stichting faciliteert het Centraal College van Deskundigen Verticaal Transport (CCvD-VT), en heeft het beheer van alle certificatieschema s in het kader van Verticaal Transport. Het inhoudelijk toezicht op de certificatieschema s ligt bij het CCvD-VT. Het operationeel toezicht op de certificatieschema s ligt bij de Raad voor Accreditatie. Het Centraal College van Deskundigen Verticaal Transport autoriseert de diverse certificatieschema s in het kader van Verticaal Transport en geeft deze vrij voor gebruik door de geaccrediteerde en, in het geval van verplichte certificatie, door de overheid aangewezen instellingen. Deze instellingen passen dus één of meer certificatieschema's toe. Zij zijn daartoe met name getoetst op hun onafhankelijkheid en deskundigheid. Zodra een certificatie-instelling door de overheid is aangewezen voor de afgifte van wettelijk verplicht gestelde certificaten, verkrijgt de instelling voor die werkzaamheden de status van Zelfstandig Bestuurs Orgaan (ZBO-status). Als ZBO moet de instelling onder meer voldoen aan de Algemene wet bestuursrecht. Op 20 september 2000 heeft de samenwerking met de Raad voor Accreditatie en de certificatie-instellingen formeel gestalte gekregen nadat op 7 september 2000 door het CCvD-VT de eerste certificatieschema s voor wettelijk verplichte certificaten waren goedgekeurd. In de stichting zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd: Werkgeversorganisaties: AVBB, VVT, FME-CWM en RAI ; Werknemersorganisaties: Hout- en Bouwbond FNV, Bouw- en Houtbond CNV, Vakvereniging het Zwarte Corps, FNV Bondgenoten; Toeleveranciers: BMWT en EKH; Opdrachtgevers: EEB, NS Railinfra en NOGEPA. Het Centraal College van Deskundigen Verticaal Transport (CCvD-VT) is belast met de inrichting, goedkeuring en vaststelling van de certificatieschema s ten behoeve van het TCVT Certificaat van Vakbekwaamheid Machinist Verticaal Transport en het TCVT Certificaat van Goedkeuring. Voor de inrichting en het onderhoud van de certificatieschema s zijn een zestal werkkamers samengesteld. Deze werkkamers hebben een uitvoerende en adviserende functie naar het CCvD-VT. Het werkveld van de TCVT is breed en betreft naast de bouw tevens de offshore, petrochemische industrie en railinfra. Elk werkveld heeft een werkkamer waarin deskundigen van gebruikers, producenten, leveranciers, opleidingsinstellingen, exameninstellingen en certificatie-instellingen werken aan de samenstelling van de certificatieschema s. TCVT Certificaat van Goedkeuring De verplichting tot het laten keuren en certificeren van bepaalde mobiele kranen, torenkranen en mobiele torenkranen berust sinds 1 november 1999 op de Arbeidsomstandighedenwet 1998, in casu artikel 7.19 van het Arbobesluit en de artikelen 7.1 t/m 7.3 en II negende lid van de Arboregeling. De keuringen moeten vanouds worden uitgevoerd door instellingen, die daarvoor door de Staatssecretaris van SZW zijn aangewezen (zie ook 2). De resultaten van deze keuringen worden vermeld in het kraanboek. Door de wijziging op 1 november 1999 van de Arboregelgeving moeten door
SZW aangewezen instellingen voortaan een certificaat van goedkeuring verstrekken ingeval een mobiele kraan of torenkraan is goedgekeurd. Een periodieke keuring en certificering door een aangewezen instelling moet voor de eerste maal plaatsvinden na verloop van 33 maanden en ten hoogste 37 maanden na het verstrijken van de maand waarin de mobiele kraan of torenkraan voor de eerste maal in gebruik is genomen. Vervolgens dient de periodieke keuring en certificering telkens na verloop van twee jaren herhaald te worden (Arboregeling artikel 7.2). In de andere jaren mag de kraaneigenaar voor de periodieke keuring zelf een deskundige uitkiezen; dat behoeft dus geen aangewezen instelling te zijn, maar dat mag uiteraard wel. Instellingen, die worden aangewezen voor het certificeren en keuren van mobiele kranen, moeten aantonen dat zij voldoen aan de gestelde criteria. In de toekomst zullen deze instellingen zich daartoe specifiek laten accrediteren conform EN 45004A en de desbetreffende TCVT certificatieschema's hanteren. Een dergelijke accreditatie geldt als een zwaarwegend advies voor de aanwijzing door de staatssecretaris van SZW. Tot maart 1998 was Aboma+Keboma de enige geaccrediteerde en aangewezen instelling voor de keuring van mobiele kranen. Inmiddels hebben ook SGS Technische Inspecties, AIB Vinçotte Nederland en TÜV Nederland zich deze status verworven. De aangewezen instellingen zullen zich binnenkort aanvullend laten accrediteren op basis van de vastgestelde TCVT certificatieschema's. De certificatieschema s periodieke O&B Mobiele kraan (W3-01), Torenkranen (W3-02), en Mobiele torenkranen(w3-03), zijn door de werkkamer O&B Verticaal Transport opgesteld voor de tweejaarlijkse verplichte keuringen. Het schema is op 07-09-2000 door het CCvD-VT goedgekeurd en door het bestuur Stichting TCVT vastgesteld. Voor de eerste keuring van mobiele kraan en torenkranen zijn nog certificatieschema's in ontwikkeling. Een eerste keuring moet worden uitgevoerd zodra een mobiele kraan of torenkraan, die niet voorzien is van een CE markering, na vervaardiging of ingrijpende wijziging voor het eerst in Nederland in gebruik genomen wordt. De certificatiereglementen omschrijven de werkwijze en de te hanteren beoordelingsmaatstaven bij de uitvoering van de periodieke keuring door de instelling ten behoeve van de afgifte van het TCVT Certificaat van Goedkeuring in combinatie met het aanbrengen van het TCVT Keurmerk op de kraan. De keuringen en certificatie worden conform de certificatieschema's W3-01, W3-02 of W3-03 in de wettelijk voorgeschreven frequentie uitgevoerd, t.w. voor het eerst drie jaar na eerste ingebruikname van de kraan en vervolgens telkens na twee jaar. Op vrijwillige basis kunnen de tussentijdse beoordelingen eveneens op deze wijze worden uitgevoerd. Met ingang van 01-10-2000 zullen de aangewezen instellingen de wettelijk verplichte periodieke gebruikskeuringen uitvoeren onder het regime van de TCVT certificatieschema s. TCVT Certificaat van Vakbekwaamheid Met betrekking tot verticaal transport zijn er voortdurende technische ontwikkelingen. Bovendien is de regelgeving aan wijzigingen onderhevig. Om ervan verzekerd te zijn dat de kennis en kunde van de betrokkenen met betrekking tot arbeidsveilig handelen, toepassing van technische middelen, kennis van de wettelijke bepalingen etc. op voldoende niveau blijft, is door de overheid gekozen voor een certificatieregeling welke leidt tot een persoonscertificaat. Dit persoonscertificaat wordt verleend door een conform EN 45013 geaccrediteerde en door de minister aangewezen certificerende instelling. De verplichting tot het certificeren van de vakbekwaamheid van machinisten van mobiele kranen, torenkranen en mobiele hei-installaties berust sinds 1 november 1999 op de Arbeidsomstandighedenwet 1998, in casu artikel 7.32 van het Arbobesluit en de artikelen 7.6 t/m 7.8 en II tiende lid en II elfde lid onder e van de Arboregeling. Conform artikel 7.6 van de Arbeidsomstandighedenregeling zijn ten behoeve van de onderstaande het persoonscertificaten certificatieschema s ingericht met een onderverdeling in categorieën:
Machinist mobiele kraan (TCVT-schema W4-01) Machinist torenkraan (TCVT-schema W4-02) - Mobiele kraan op rupsen MKR; - Autotruck AT / ruwterrein kraan RT / wegterrein kraan WT; - Grondverzetmachine met hijsfunctie GVM; - Autolaadkraan ALK. Uitgezonderd laadkranen, die uitsluitend zijn ingericht of worden gebruikt voor het laden of lossen van de laadbak van het voertuig of het voertuigsamenstel. - Mobiele torenkraan MTK; - Toptorenkraan TTK; - Loopkattorenkraan LTK. Machinist mobiele hei-installatie (TCVT-schema W4-03) - Mobiele hei-installatie met leiders MHL; - Mobiele hei-installatie met makelaar en tafel MHM; - Mobiele hei-installatie met trilblok MHT; - Mobiele hei-installatie met schroefboorpaalmachine MHS. Certificering tot machinist mobiele kraan, torenkraan of mobiele hei-installatie kan voor één of meer van deze categorieën plaatsvinden. Het vereiste vakbekwaamheidsprofiel van de machinist is door de Werkkamer Vakbekwaamheid van de stichting TCVT zowel voor het theoriegedeelte als voor het praktijkgedeelte uitgewerkt in eindtermen. Vervolgens zijn daar de toetstermen van afgeleid. Per toetsterm zijn daarna theorievragen en praktijkopdrachten opgesteld. Deze zijn opgenomen in de Itembank onder supervisie van de certificatie-instelling. Voor elk examen wordt een examenpakket samengesteld. Dit pakket bevat theorievragen en praktijkopdrachten conform de verdeling van de toetsmatrijs. Het wordt door de exameninstelling gehanteerd bij de examinering van de kandidaten. De geldigheidsduur van het certificaat is vijf (5) jaar. Hercertificatie kan geschieden door de certificatie-instelling indien is vastgesteld dat is voldaan aan de condities. De condities voor hercertificatie zijn:
1. Om voor hercertificatie in aanmerking te komen moet de houder aantonen in die vijf (5) jaar tenminste twee jaar te hebben gewerkt op de machine waarvoor het certificaat geldig is. Van deze twee jaar moet tenminste een half jaar vallen in de laatste drie jaar van de periode van vijf jaar. 2. De praktijkervaring kan worden aangetoond door aantekening van de praktijkervaring van de houder op de betreffende machine in het zogenaamde TCVT Praktijkregister. Deze praktijkervaring moet minimaal elke drie maanden door de werkgever worden getoetst op waarheid en te worden geparafeerd. 3. Indien de houder niet kan aantonen over voldoende praktijkervaring te beschikken in de laatste vijf jaar dan kan hij d.m.v. een praktijktoets aantonen nog steeds voldoende vakbekwaam te zijn. Een praktijktoets wordt afgenomen op basis van het praktijkexamen volgens het TCVT certificatieschema. De registratie in het bekende deskundigheidsbewijs, afgegeven door de SBW, zal dus vervangen worden door een apart TCVT praktijkregister dat door Stichting TCVT via de Certificatie-instelling onder een uniek nummer aan de certificaathouder wordt verstrekt. Tot voor kort was de Stichting Beroepsopleidingen Weg- en Waterbouw (SBW) door de staatssecretaris van SZW als enig instituut aangewezen voor opleiding en examinering voor het wettelijk verplichte deskundigheidsbewijs machinist mobiele kraan, torenkraan, en mobiele hei-installatie. Conform EN-45013 is de oude situatie waarin opleiding en examinering gekoppeld waren ontvlochten en worden de eindtermen van vakbekwaamheid middels toetstermen onafhankelijk getoetst, waarna certificatie plaats kan vinden. Thans hebben DNV-Certification en EVL zich aangemeld voor EN-45013 accreditatie op basis van de verschillende certificatieschema s Vakbekwaamheid. Accreditatie zal vervolgens als zwaarwegend advies gelden voor de aanwijzing als uitvoerende instelling door de staatssecretaris van SZW. Naar verwachting zullen de eerste TCVT-certificaten van vakbekwaamheid kunnen worden uitgereikt vanaf 1 december 2000. In de Arbowetgeving is in een overgangsregeling voorzien, waardoor de vervanging van het deskundigheidsbewijs door het certificaat van vakbekwaamheid geleidelijk kan plaatsvinden. De overgangstermijn eindigt op 1 november 2004. Omtrent de vervanging van het deskundigheidsbewijs zal binnenkort nadere berichtgeving volgen. Ten slotte Het werkveld van de stichting TCVCT is breder dan de onderwerpen van de gereedgekomen certificatieschema s. De verwachting is dat in de decembervergadering van het CCvD-VT de certificatieschema s keuring (O&B) van Offshorekranen (W2-01) en Railinframachines (W5-01) aan de orde zullen komen. Daarnaast zullen de werkkamers Hijsgereedschap en hijsmiddelen (W1) en Hei- en funderingsmachines (W6) van start gaan. In haar functie als coördinerend platform voor certificatie in de verticaal transportbranche zijn er door stichting TCVT verschillende acties gestart. Onduidelijkheden in het kader van de autolaadkraan met externe hijsfunctie en de grondverzetmachine met hijsfunctie worden onder haar auspiciën gebracht tot een eenduidige, werkbare en geaccepteerde duidelijkheid. De verwachting is dat dit zal leiden tot mogelijke aanvullingen op bestaande, of het opstellen van nieuwe certificatieschema s of wellicht ook tot aanpassing van regelgeving. Vanaf 1982 tot mei 2000 heeft Keboma en later Aboma+Keboma zich laten adviseren door een College van deskundigen, genaamd Technische Advies Commissie (TAC). In verband met de operationele status van stichting TCVT is besloten om de functie van TAC onder te brengen bij de Stichting TCVT. De rol en de taken van het College van Deskundigen Hoogwerkers (CDH), functionerend onder Aboma+Keboma, is eveneens met ingang van september 2000 overgedragen aan stichting TCVT.
Dit artikel is geplaatst in overleg met de stichting TCVT. Het is eerder verschenen als informatieblad van de TCVT. Het Informatieblad TCVT is in samenwerking met het ministerie van SZW tot stand gekomen. (c) 2001, NVVK Alle rechten voorbehouden. Niets van deze tekst mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.