Rapport. Rapport over een klacht betreffende het CAK. Datum: 25 maart Rapportnummer: 2014/024

Vergelijkbare documenten
Rapport. Rapport betreffende een klacht over het Centraal Administratie Kantoor uit Den Haag. Datum: 04 augustus Rapportnummer: 2011/229

Een onderzoek naar de afhandeling van een bezwaarschrift door de gemeente Voorschoten

Rapport. Rapport over een klacht over het CAK te Den Haag. Datum: 23 mei Rapportnummer: 2013/054

Rapport. Datum: 22 maart Rapportnummer: 2013/024

Rapport. Rapport over een klacht betreffende de Voedsel en Waren Autoriteit uit Den Haag. Datum: 4 mei Rapportnummer: 2011/131

Rapport. Dat verdient geen compliment

Rapport. Gegoochel met facturen

Rapport Datum: 2 mei 2011 Rapportnummer: 2011/134

Zij klaagt er voorts over dat de SVB de schade en kosten die het gevolg waren van de werkwijze van de SVB niet aan haar wil vergoeden.

Rapport. Datum: 26 maart 1998 Rapportnummer: 1998/087

Rapport Gemeentelijke Ombudsman

Rapport Gemeentelijke Ombudsman

Rapport. Datum: 25 januari 2001 Rapportnummer: 2001/024

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 15 september 2005 Rapportnummer: 2005/266

Rapport. Eind goed, al goed! Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de Belastingdienst

Rapport. Rapport over een klacht over het CAK. Datum: 28 november Rapportnummer: 2012/190

Rapport. Rapport over een klacht over de Sociale Verzekeringsbank te Zaanstad. Datum: 5 februari 2015 Rapportnummer: 2015/021

Trage behandeling restitutieverzoek

Deskundigenoordeel Een onderzoek naar de manier waarop het UWV. (de klacht over) een deskundigenoordeel heeft afgehandeld.

Rapport. Datum: 3 februari 2011 Rapportnummer: 2011/005

Rapport. Datum: 13 oktober 2005 Rapportnummer: 2005/316

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/049

Rapport. Rapport betreffende een klacht over een gedraging van het College voor zorgverzekeringen. Datum: 10 mei Rapportnummer: 2012/078

Wachten op aanpassingskosten van een auto Gemeente Amsterdam Dienst Wonen, Zorg en Samenleven

Rapport. Datum: 26 april 2000 Rapportnummer: 2000/163

Rapport. Een onderzoek naar de overschrijding van de beslistermijn van definitieve. toekenning van toeslagaanvragen. Oordeel

Rapport. 2014/109 de Nationale ombudsman 1/5

Rapport. Rapport over een klacht over de IND uit Utrecht. Datum: 10 maart Rapportnummer: 2011/089

Rapport betreffende een onderzoek naar de manier waarop de. Waarderingskamer toezicht heeft gehouden op de vaststelling van WOZwaarden

Incasso van de eigen bijdrage Zorg met Verblijf gaat over van CAK naar UWV: wat te doen als incassopraktijken niet op elkaar aansluiten?

Rapport. 2014/111 de Nationale ombudsman 1/7

Fout op fout, naar eer en geweten Gemeente Zaanstad Maatschappelijk Domein

"Wat kan ik, wat zal ik, wat moet ik? Ik weet het dus echt niet meer."

Rapport. Datum: 26 april 2007 Rapportnummer: 2007/077

Beoordeling Bevindingen

Rapport. Datum: 3 mei 2007 Rapportnummer: 2007/084

Rapport. Rapport over een klacht over de politiechef van de regionale eenheid Den Haag. Datum: 6 maart Rapportnummer: 2014/017

Rapport. Datum: 26 september 2003 Rapportnummer: 2003/340

OORDEEL. Het klachtenformulier is gedateerd 3 mei 2012 en bij het secretariaat ingeboekt op 8 mei 2012 onder nummer

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Weigerachtige behandeling Wob-verzoek Gemeente Weesp

Rapport gemeentelijke ombudsman

Gestrande vergunningsaanvraag Gemeente Amsterdam Binnenwaterbeheer Amsterdam (sinds 1 januari 2011 Waternet) Stadsdeel Amsterdam-Noord

Rapport. Datum: 2 oktober 2000 Rapportnummer: 2000/336

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Rapport over een klacht over de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland te Leiden. Datum: Rapportnummer: 2014/025

OORDEEL. Het verzoek tot onderzoek betreft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo, hierna (ook) te noemen: de gemeente.

Rapport. Datum: 18 september 2003 Rapportnummer: 2003/319

Waar blijft de fiets? Dienst Zorg en Samenleven

Verzoeker klaagt erover dat de officier van justitie van de CVOM stelselmatig niet op zijn correspondentie reageert.

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Datum: 26 januari 2015 Rapportnummer: 2015/015

Een onderzoek naar de trage uitbetaling van een stagevergoeding door de. Dienst Justitiële Inrichtingen van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

Beoordeling. h2>klacht

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Rapport. Datum: 3 december 2010 Rapportnummer: 2010/344

Rapport gemeentelijke ombudsman

Trage toelichting op onjuiste inhoudingen Gemeente Amsterdam Dienst Werk en Inkomen Werkplein Zuid/Oud-West Dienstencentrum, Juridische Zaken

Rapport. Datum: 6 november 2007 Rapportnummer: 2007/240

Rapport. Datum: 1 februari 2002 Rapportnummer: 2002/027

Rapport. Datum: 8 augustus 2003 Rapportnummer: 2003/261

Gebrekkige schadeafhandeling na val met fiets Gemeente Amsterdam Stadsdeel Nieuw-West VGA Verzekeringen Dienstverlening en Facilitair Management

Chaotische behandeling van bijzondere bijstandsaanvraag Gemeente Amsterdam Dienst Werk en Inkomen RVE Bijzondere Doelgroepen

Rapport. Rapport over het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen te Amsterdam. Datum: 10 april Rapportnummer: 2013/0031

Rapport. Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen. Datum: 22 januari Rapportnummer: 2013/007

Beoordeling. h2>klacht

De behandelingsduur van een nieuwe aanvraag om kinderopvangtoeslag 2014

Telefonisch horen bij een klacht Gemeente Almere Dienst Sociale Zaken

Rapport. Datum: 22 mei 2003 Rapportnummer: 2003/144

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen. Datum: 22 maart Rapportnummer: 2012/046

Trage en slordige afhandeling kwijtscheldingsverzoeken Gemeente Amsterdam Dienst Belastingen Gemeente Amsterdam

Rapport. Datum: 16 mei 2003 Rapportnummer: 2003/124

Rapport. Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136

Verwarring over melding verkeersbord Gemeente Amsterdam Dienstverlening en Facilitair Management Stadsdeel Zuid

Rapport. Datum: 28 september 2007 Rapportnummer: 2007/205

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst/Toeslagen uit Utrecht. Datum: 22 november Rapportnummer: 2011/346

Rapport. De behandeling van een bezwaarschrift. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over

Een onderzoek naar de wijze waarop de gemeente Leusden heeft gehandeld in verband met de inschrijving van een derde op het adres van verzoekster.

Problemen met Langdurigheidstoeslag en Knipkaart Gemeente Amsterdam Dienst Werk en Inkomen Dienstencentrum, Team Voorzieningen

Tevens klaagt verzoekster erover dat zij op haar diverse brieven aan de Belastingdienst geen antwoord heeft gekregen.

4. Op 13 januari 2008 wendde verzoeker zich tot de Nationale ombudsman omdat hij nog geen nieuw besluit van de PUR had ontvangen.

Rapport. Datum: 19 januari 2001 Rapportnummer: 2001/016

Rapport. Datum: 31 augustus 2005 Rapportnummer: 2005/255

Rapport. En wat wilt u nu precies weten?

Fout op fout bij aanslag kadegelden Gemeente Zaanstad Domein Dienstverlening en Veiligheid Sector Belastingen

Rapport. Vergoeding griffierecht na bijna één jaar uitbetaald. Oordeel

RAPPORT. Het klachtenformulier is gedateerd 24 juni 2013 en bij het secretariaat ingeboekt op 24 juni 2013 onder nummer

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248

Toekenning huurtoeslag gestopt wegens bijtelling inkomen van de vorige bewoonster

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/241

"Ik woon nu bijna 3 jaar in Wassenaar en ben zeer verbolgen over de wijze waarop u met uw burgers omgaat:

Rapport. Rapport betreffende een klacht over Waternet te Amsterdam. Verantwoordelijk bestuursorgaan: Waterschap Amstel, Gooi en Vecht

Beoordeling. h2>klacht

Het verkrijgen van een fiets met hulpmotor Gemeente Amsterdam Dienst Zorg en Samenleven Welzorg

Rapport. Datum: 23 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/367

Rapport. Datum: 25 maart 1998 Rapportnummer: 1998/083

Een onderzoek naar de afhandeling van een schadeclaim door het openbaar lichaam Bonaire (OLB)

Verzoekster klaagt erover dat de Informatie Beheer Groep (IB-Groep):

Rapport. Datum: 23 maart 2000 Rapportnummer: 2000/115

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het Centraal Administratiekantoor Bijzondere Zorgkosten bv uit Den Haag. Datum: 27 april 2011

Transcriptie:

Rapport Rapport over een klacht betreffende het CAK Datum: 25 maart 2014 Rapportnummer: 2014/024

2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat het CAK niet klantvriendelijk te werk is gegaan bij het behandelen van haar aanvraag voor een WTCG-tegemoetkoming. Bevindingen en beoordeling I Bevindingen Algemeen Wtcg tegemoetkoming Door de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) kunnen burgers met een chronische ziekte of handicap in bepaalde gevallen een financiële tegemoetkoming van de overheid krijgen voor extra kosten. Deze tegemoetkoming wordt vastgesteld na afloop van het jaar waarop deze betrekking heeft en in één keer uitgekeerd. Een aantal burgers ontvangt in oktober of november een beschikking dat zij recht hebben op de tegemoetkoming over het voorgaande jaar. Burgers die eind november nog geen beschikking hebben ontvangen maar menen wel recht te hebben op de tegemoetkoming, kunnen zelf een aanvraag indienen. Het CAK stuurt de burger dan een beschikking waarin het de aanvraag toekent dan wel afwijst. Het CAK geeft aan dat het bedrag ongeveer zes weken na een toekennende beschikking wordt uitgekeerd indien de beschikking na 15 december is verstuurd. Het CAK vermeldt op de eigen website dat burgers die in de voorgaande jaren een tegemoetkoming hebben ontvangen, het jaar daarop niet automatisch in aanmerking komen voor een tegemoetkoming. Het CAK kende met de Wtcg 2011 en de Wtcg 2012 problemen met het tijdig toezenden van beschikkingen en uitkeren van de tegemoetkoming aan een significant aantal burgers, wat leidde tot meerdere klachten van burgers bij de Nationale ombudsman. Feiten Aanvraag tegemoetkoming door verzoekster Verzoekster vroeg op 3 december 2012 online een tegemoetkoming voor 2011 aan bij het CAK omdat zij geen beschikking van het CAK had ontvangen. Het jaar daarvoor had het CAK verzoekster nog excuses aangeboden omdat het onvoldoende adequaat had gehandeld en verzoekster de tegemoetkoming niet tijdig had doen toekomen. Omdat verzoekster op 29 januari 2013 nog niets van het CAK had gehoord, nam zij telefonisch contact op met het CAK. Verzoekster zond naar aanleiding van dat telefonisch gesprek op

3 31 januari 2013 een nieuwe schriftelijke aanvraag. Het CAK stuurde op 29 maart 2013 een bevestiging van ontvangst van de aanvraag naar verzoekster. Op 9 april 2013 zond het CAK verzoekster een afwijzende beschikking. Verzoekster tekende vervolgens op 10 april 2013 bezwaar aan tegen deze beschikking. Het CAK zond haar op 2 mei 2013 een toewijzende beschikking, die echter geen reactie was op het bezwaar van 10 april 2013 maar een ambtshalve beschikking. Op 4 juli 2013 zond het CAK een beslissing op het bezwaar aan verzoekster. Het CAK gaf aan dat het in de ambtshalve beschikking van 2 mei 2013 een lage algemene tegemoetkoming van 308 had toegekend aan verzoekster. Het CAK verklaarde het bezwaarschrift tegen de beschikking van 2 mei 2013 ongegrond voor zover in deze beschikking niet was tegemoetgekomen aan de bezwaren van verzoekster. Visie verzoekster 1. Verzoekster diende op 23 maart 2013 een klacht in bij de Nationale ombudsman omdat zij van mening was dat het CAK onaanvaardbaar traag op haar aanvraag van een tegemoetkoming reageerde. De Nationale ombudsman stuurde haar klacht ter behandeling door naar het CAK. Op 3 juni 2013 diende verzoekster haar klacht weer in bij de Nationale ombudsman omdat zij niet tevreden was met de klachtbehandeling door het CAK. Verzoekster gaf aan dat zij op 21 maart 2012 ook al een klacht had ingediend bij de Nationale ombudsman; zij had destijds half juni 2012 de tegemoetkoming voor 2010 ontvangen na meer dan een half jaar gewacht te hebben. 2. Verzoekster vond het onterecht dat het CAK beweerde haar aanvraag op 31 januari 2013 te hebben ontvangen. Zij gaf aan dat zij online al op 3 december 2012 een aanvraag had ingediend. Eerder online een aanvraag indienen was niet mogelijk. Verzoekster was niet te spreken over het vervolgtraject. Zij moest zelf telefonisch contact opnemen met het CAK om te vernemen dat haar aanvraag onvoldoende informatie bevatte; daarop diende zij een nieuwe aanvraag in, moest zeer lang wachten op een ontvangstbevestiging en een afwijzende beschikking. Nadat zij bezwaar had ingediend tegen de afwijzende beschikking, ontving zij een toekennende beschikking die geen reactie was op haar bezwaar. Op verzoekster kwam dit allemaal niet klantvriendelijk over. Zij begreep niet waarom zij de tegemoetkoming niet automatisch toegekend had gekregen aangezien zij in de voorgaande jaren ook een tegemoetkoming had ontvangen. Daarnaast begreep zij de gebrekkige motivering bij de afwijzende beschikking niet. 3. Verzoekster was tevreden over de helpdeskmedewerkers die haar telefonisch te woord hadden gestaan; zij vond deze zeer correct en behulpzaam. Verzoekster vond de leiding van het CAK echter incompetent en zag hen het liefst verdwijnen. Zij zat niet te wachten op excuses van het CAK want dat vond zij ongeloofwaardig.

4 Visie CAK 4. Het CAK gaf aan dat in principe iedereen die recht heeft op de tegemoetkoming Wtcg 2011 in oktober of november 2012 een beschikking van het CAK ontvangt waarin kenbaar wordt gemaakt welk bedrag uitgekeerd gaat worden. Vervolgens wordt vanaf eind december 2012 deze tegemoetkoming uitgekeerd. 5. Het CAK is hierbij afhankelijk van de aanlevering van gegevens van instanties zoals de gemeente, de zorgverzekeraar en het Centrum Indicatie Zorg (CIZ). Wanneer de gegevens van deze instanties niet, niet volledig of niet correct worden aangeleverd, kan het voorkomen dat een klant niet automatisch een beschikking ontvangt. In deze situatie kan de klant zelf een aanvraag voor de tegemoetkoming Wtcg 2011 indienen. Veel klanten denken volgens het CAK dat, omdat zij voorgaande jaren de tegemoetkoming ontvingen, zij ook dit jaar automatisch in aanmerking komen. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) stelt echter elk jaar opnieuw de voorwaarden vast waaraan iemand moet voldoen om in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming. 6. Het CAK gaf aan dat het reeds in april 2012 naar verzoekster toe had aangegeven te betreuren dat de informatievoorziening over de aanvraag van de Wtcg 2010 niet naar wens was verlopen. Het CAK meldde verzoekster dat haar dossier met betrekking tot de Wtcg 2010 echter geen invloed heeft gehad op de gebeurtenissen met betrekking tot de Wtcg 2011. Het CAK begreep dat het vervelend voor verzoekster was wanneer zij wederom zelf een aanvraag voor de Wtcg 2011 moest indienen, terwijl zij had verwacht deze automatisch te ontvangen. Zeker omdat in het voorgaande jaar een soortgelijke situatie zich had voorgedaan. Daarnaast betreurde het CAK dat de aanvraag van verzoekster van 3 december 2012 niet direct in behandeling genomen kon worden, maar ook dat het haar niet zelf geïnformeerd had dat haar aanvraag niet verder in behandeling was genomen vanwege een onjuiste geboortedatum. Een duidelijke foutmelding was destijds helaas nog niet zichtbaar voor de klanten van het CAK. Het CAK bood daarvoor zijn excuses aan, alsmede voor het feit dat het verzenden van de ontvangstbevestiging van de aanvraag van verzoekster van 28 januari 2013 twee maanden heeft geduurd. Volgens het CAK was niet terug te vinden dat de medewerker van het CAK verzoekster had verteld dat zij bij haar aanvraag te weinig informatie had ingediend. Motivering bij beschikking 7. Het CAK meldde dat de algemeen geformuleerde motivering in zowel een toewijzingsals een afwijzingsbeschikking standaard is. Wanneer een aanvraag wordt ontvangen vraagt het CAK bij de ketenpartners op of de klant in aanmerking komt en beoordeeld de eventueel ontvangen bewijslast. Voor het ontvangen van een tegemoetkoming zijn via het ministerie van VWS een groot aantal voorwaarden vastgesteld die in een aantal tegemoetkomingscategorieën in te delen zijn. Om die reden ontvangt men dan een beschikking waarin wordt gesteld dat men al dan niet aan (een of meer van) de voorwaarden uit de categorieën voldoet. Ook dient een beslissing op bezwaar wettelijk

5 gezien voldoende gemotiveerd te zijn. Het CAK meldde dat het al zijn uitingen toetst op helderheid en duidelijkheid, omdat het van mening is dat al zijn klanten de boodschap erin moeten kunnen begrijpen. Dat proces blijft voor het CAK voortdurend in beweging. Verloop aanvraag Wtcg verzoekster 8. Het CAK verklaarde dat het de aanvraag van verzoekster in eerste instantie had afgewezen omdat op het moment van de aanvraag nog geen gegevens bij het CAK bekend waren. In april 2013 ontving het CAK via geautomatiseerde weg van een ketenpartner gegevens waaruit bleek dat er wel recht bestond op een tegemoetkoming en is de ambtshalve toekenningsbeschikking verzonden. Met andere woorden: als verzoekster geen aanvraag had ingediend was deze beschikking ook aan haar verzonden. Deze gegevens waren in oktober en november 2012 nog niet aangeleverd en daarmee nog niet bekend bij het CAK. Het CAK gaf aan dat het er naar streeft om alle gegevens die op tijd zijn aangeleverd door de ketenpartners in oktober en november te verwerken en in december te beschikken. 9. Het CAK deelde mee dat het de ontvangstbevestiging laat aan verzoekster had verzonden. Het CAK kon zich voorstellen dat het voor verzoekster niet duidelijk was dat zij, na het indienen van een bezwaarschrift, de toekenning van 2 mei 2013 ontving. In dat licht bezien achtte het CAK de klacht gegrond. Aanpassingen10. Het CAK gaf tijdens het onderzoek aan dat het gaat kijken waar het de eigen processen kan verbeteren. Onder andere naar aanleiding van de klacht van verzoekster heeft het CAK twee procesverbeteringen ten opzichte van het volgende regelingsjaar ingevoerd: - op het klantportaal wordt tegenwoordig een melding getoond als het proces van aanvragen onjuist dan wel niet is afgerond; - bij de bezwaarhandeling wordt op dit moment altijd eerst geprobeerd om telefonisch contact op te nemen. Daar waar dat eerder optioneel was, is dit nu de eerste stap in het proces. Als het CAK dit destijds had gedaan, was er wellicht veel ruis voorkomen. Wat overigens volgens het CAK wel bleek uit de contactmomenten was dat verzoekster alleen nog schriftelijk benaderd wilde worden door het CAK. II Beoordeling De Nationale ombudsman beoordeelt de klacht van verzoekster over het CAK aan de hand van het behoorlijkheidsvereiste van voortvarendheid. De overheid handelt zo snel en slagvaardig mogelijk en hanteert daarbij de wettelijke termijnen als uiterste termijnen. 1. De burgers die recht hebben op de tegemoetkoming Wtcg zijn veelal maatschappelijk kwetsbaar met een beperkt inkomen. De tegemoetkoming betreft extra kosten in verband

6 met ziekte of handicap en wordt niet eerder dan tien tot elf maanden na het jaar waarin de kosten zijn gemaakt toegekend. Om die reden is het van belang dat het CAK tijdig beslist over de toekenning van de tegemoetkoming. 2. Het CAK had bekend gemaakt dat het in oktober of november 2012 beschikkingen over de toekenning voor 2011 ging sturen aan de rechthebbenden. Het CAK was er echter niet in geslaagd om alle burgers die recht hadden op een tegemoetkoming voor 2011 tijdig een beschikking te sturen. De Nationale ombudsman is van oordeel dat het CAK niet voortvarend heeft gehandeld omdat verzoekster deze ambtshalve toekenning pas op 2 mei 2013 van het CAK ontving. De vertraging was het gevolg van het laat CAK niet voortvarend heeft gehandeld omdat verzoekster deze ambtshalve toekenning pas op 2 mei 2013 van het CAK ontving. De vertraging was het gevolg van het laat ontvangen van de gegevens van andere instanties, nodig voor het vaststellen van de tegemoetkoming. Dat moge zo zijn, maar dat ontslaat het CAK niet van de verplichting zich in te zetten voor een tijdige aanlevering van die gegevens. En in het geval dit onverhoopt niet lukt, het tijdig informeren van verzoekster dat de beslissing op zich laat wachten en wanneer zij de beslissing wel mag verwachten. Dat had wellicht kunnen voorkomen dat verzoekster moeite deed via een aanvraag alsnog een tegemoetkoming te ontvangen. 3. Ook de eigen aanvraag van verzoekster is naar het oordeel van de Nationale ombudsman niet voortvarend in behandeling genomen. Verzoekster had op 3 december 2012 een aanvraag gedaan en moest er op 29 januari 2013 na zelf telefonisch contact te hebben opgenomen achter komen dat haar aanvraag niet verder in behandeling was genomen. Toen zij vervolgens op 31 januari 2013 een nieuwe aanvraag indiende, moest zij nog eens twee maanden wachten op een ontvangstbevestiging en zij ontving bijna twee weken later de beschikking. Dit is een te lange wachttijd voor een beschikking en een onaanvaardbaar lange wachttijd voor een ontvangstbevestiging. Een professionele en geautomatiseerde organisatie als het CAK dient dit veel sneller te kunnen. 4. Voor verzoekster duurde het hele traject van besluitvorming over de tegemoetkoming te lang. Verder was het ook nog erg verwarrend dat zij een afwijzing op haar eigen aanvraag ontving, daar bezwaar tegen indiende en vervolgens een ambtshalve toekenning ontving. Deze ambtshalve toekenning was in tegenspraak met de eerdere afwijzing. In de toekenning stond niet dat het CAK bekend was met de eerdere afwijzing en het bezwaarschrift van verzoekster. Het CAK deed geen enkele moeite om aan verzoekster duidelijk te maken waarom zij eerst een afwijzing en vervolgens een toekenning ontving. Door gebrek aan afstemming lijken er bij het CAK twee trajecten door elkaar te hebben gelopen, die van de aanvraag die verzoekster zelf had ingediend en die van de ambtshalve toewijzing. Het CAK dient burgers als verzoekster niet in een dergelijke Kafkaëske wereld terecht te laten komen.

7 De onderzochte gedraging is niet behoorlijk. Conclusie De klacht over de onderzochte gedraging van het CAK, is gegrond wegens strijd met het vereiste van voortvarendheid. Instemming De Nationale ombudsman ziet met instemming dat het CAK maatregelen heeft genomen om burgers beter te informeren rond de processen van aanvraag doen en bezwaar indienen. De Nationale ombudsman, mr. F.J.W.M. van Dooren, waarnemend ombudsman