Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

Vergelijkbare documenten
1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Afdekking Standaard met timerfunctie Art. nr. : ST.. Bedieningshandleiding

Afbeelding 1: Helderheidsregelaar inbouw

Afbeelding 1: Binaire ingang 8-voudig 24 V

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Kamerthermostaat met taster interface 4-voudig. Art.-Nr.: 2178TS. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Tastsensor 3 F100

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. KNX KNX temperatuurregelaar voor objecten. Best.nr. : XX

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX. Tastsensor 3. Tastsensor 3 basis enkelvoudig. Best. nr. :

Bedieningshandleiding. Continuregelaar

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie KNX. Tastsensor 3 Plus. Tastsensor 3 Plus tweevoudig. Best. nr.

KNX/EIB. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Objectregelaar. Objectregelaar. Best.nr. : Bedieningshandleiding

KNX/EIB Tastsensor 3 Plus F Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. LB-management. Power DALI-taststuureenheid TW

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. KNX temperatuurregelaar. KNX temperatuurregelaar. Best.nr.

Met 2-kanaals toetselement: instelling van de kleurtemperatuur met rechter tuimelschakelaar

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. LB-management. Jaloeziebasiselement Universeel. Jaloeziebasiselement Universeel Art. nr.

1 Veiligheidsinstructies

KNX/EIB. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Thermostaat. Thermostaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Voedingseenheid. Art.-Nr.: 2005 REG. Art.-Nr.: 2002 REG. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Elektronische stuureenheid. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. CO2-sensor. Bedieningshandleiding

KNX/EIB Lichtsterkteregelaar. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Fan coil actor 2-voudig. Art.-Nr.: FCA 2 REGHE. Bedieningshandleiding

KNX/EIB Binaire ingang. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Verwarmingsactor 6-voudig. Art.-Nr.: 2136 REG HZ. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Standaard AC 230 V ~ Art. nr. 230 ME. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX. Lichtsterkteregelaar Mini Best. nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. LB-management. Draaidimmer Standaard led

Afbeelding 1: Repeater

Afbeelding 1: Schakelklok met alle segmenten

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. Systeem 3000

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische stuureenheid 1-10 V, voor DIN-rail. Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid Universeel AC 230 V ~ Art. nr. 232 ME. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Draaidimmer LV. Art. nr. : 244 HEX. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening met 2-voudig toetselement. System 3000

Vermogensuitbreiding van de in de referentielijst (zie hoofdstuk technische gegevens) genoemde

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

KNX inbouwverwarmingsactor 1-voudig met neventoestel-aansluiting Art.-Nr.: 2501 HZUP

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer conventioneel. Bedieningshandleiding

Afbeelding 1: Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Toerenregelaar. Bedieningshandleiding

KNX/EIB Voedingseenheid. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Voedingseenheid 640 ma. Best.nr. : Best.nr.

Afbeelding 1. (5) LK, groen, Ethernet Link Signal, brandt bij actieve verbinding met het IP-net

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. LB-management. Draaidimmer Universeel led

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement Motorstuureenheid, DC 24 V. Art.-Nr.: 224 ME. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

Afb.2.: Achteraanzicht

KNX inbouwactor jaloezie 1-voudig met neventoestel-aansluiting

Afbeelding 1. (5) LK, groen, Ethernet Link Signal, brandt bij actieve verbinding met het IP-net

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkkop DIN-rail Art. nr. : FK100REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. LB Management. Elektronische schakeleenheid 1-kanaals

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Stuureenheid 1-10 V, 3-voudig. Art.-Nr.: 2193 REG. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Led tastdimmer. Art. nr LEDDE. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Tronic-draaidimmer voor Tronictransformator. Art.-Nr.: 225 TDE Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Tronic dimmer. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Lichtmanagement Taststuureenheid. Bedieningshandleiding

Jaloezie- en rolluikbesturingssysteem Jaloeziebesturingsknop, Jaloeziebesturingsknop met sensordetectie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer met druk-wisselschakelaar. Art.-Nr.: 266 GDE Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Trappenhuisautomaat, Impulsgever. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. DALI-gateway. DALI-gateway Art. nr. : 2098 REG HE. Bedieningshandleiding

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Bedoeld gebruik. Plug & Light. Lichtcontactdoos. Lichtcontactdoos Best. nr.:

KNX/EIB. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Fan Coil-actor. Fan Coil-actor. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Bediening. Systeem DALI-Power-besturingseenheid inbouwbasiselement

Toetselement onder lang indrukken: het licht wordt met minimale lichtsterkte ingeschakeld.

KNX/EIB Schakelaktor enkelvoudig 16A / tweevoudig 6A. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat

1 Veiligheidsinstructies. 2 Bedoeld gebruik. 3 Producteigenschappen. 4 Bediening. LB-management. Dimmer mini Universeel led

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Draaidimmer conventioneel. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. DALI-gateway. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische zender Universeel, L-leider. Art.-Nr.

DALI-potentiometer Tunable White met geïntegreerde netvoeding, DALIpotentiometer. DALI-potentiometer Tunable White met geïntegreerde netvoeding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Jaloeziemanagement OmzetterWindmeter. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Aanwezigheidsmelder. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement DIN-rail vermogenuitbreider universeel W. Art. nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Sensorafdekking 180 Standaard 2,20 m. Art.-Nr.: AS Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Funkmanagement Funkkop DIN-rail. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Funkmanagement Radiografische DIN-rail actor. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

KNX/EIB Verwarmingsactor zesvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. 3 Functie. Best.nr. : Bedieningshandleiding

Draadloze bussysteem Draadloze besturingseenheid 1-10V enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr.

LB-management Automatische schakelaar Standaard 1,10 m, Automatische schakelaar Standaard 2,20 m

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Potentiometer 1-10 V

Afbeelding 1: Schakelklok met alle segmenten

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

KNX inbouw jaloezie/verwarming combinatieactor met neventoestel-aansluiting Art.-Nr.: 2531 UP

Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement Bewegingsmelder plafondmontage. Art.-Nr.: DAW 360 WW Art.-Nr.

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding DALI Power Potentiometer

1 Veiligheidsinstructies

Draadloze bussysteem Draadloze jaloezieactor enkelvoudig. 1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Best.nr. : Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat KNX/EIB. Aanwezigheidsmelder. Aanwezigheidsmelder standaard. Best. nr. :

Afbeelding 1: Constructie apparaat

Transcriptie:

Kamerthermostaat Fan Coil Art. nr. : TRDLS9248.. Kamerthermostaat Fan Coil Art. nr. : TRDA5248.. Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies Elektrische apparaten mogen alleen door een elektromonteur worden gemonteerd en aangesloten. Ernstig letsel, brand of materiële schade mogelijk. Handleiding volledig doorlezen en aanhouden. Deze handleiding is onderdeel van het product en moet door de eindklant worden bewaard. 2 Functie Bedoeld gebruik - Toetsenmodule voor het bedienen van elektrische ventilatorconvectoren in KNX-installaties - Meten en regelen van de kamertemperatuur - Montage in apparatuurdoos conform DIN 49073. Producteigenschappen - 8 capacitieve sensortoetsen - Interne temperatuursensor - De externe temperatuursensor kan worden geëvalueerd - Aansturen van de ventilatorconvectoren - Verwarmen en/of koelen - Geschikt voor installaties met 2 of 4 buizen - Tot 3 ventilatorniveaus kunnen worden aangestuurd - Kamerthermostaatfunctie - Vooraf selecteren van het actuele energieniveau door een keuze te maken uit 4 bedrijfsmodi conform KNX-standaard dan wel 5 temperatuurprofielen voor gebruik in hotels of vergelijkbare instellingen - Display ter indicatie van de temperatuur ( C of F), het ventilatorniveau, de bedrijfsmodus/het profiel - 1 bedieningsniveau en 2 menu-niveaus - Menuniveaus kunnen worden geblokkeerd - 1 status-led (rood/groen/blauw) - Helderheid en contrast instelbaar - Oplichtduur verlichting maximaal 120 seconden - Te gebruiken als secundaire aansluiting voor de kamerthermostaat - Geïntegreerde buskoppeling 1/5

3 Bediening Bedieningselementen Afbeelding 1: Aanzicht (1) Setpointwijziging temperatuur (2) Handmatig instellen van het ventilatorniveau (3) Status-LED (4) Omschakelen naar het profiel Eco resp. de modus Nacht (5) Automatische modus ventilatorniveau (6) Omschakelen naar het profiel Standby resp. de modus Vorst-/hittebescherming (7) Omschakelen temperatuurweergave C/ F i Gedetailleerde gegevens over de menuniveaus 1 en 2 zijn te vinden in de technische documentatie op onze internetpagina. Bedrijfsmodi en displaysymbolen Het apparaat vergelijkt de actuele kamertemperatuur met de ingestelde setpointtemperatuur en stuurt overeenkomstig de momentele vraag verwarmings- of koeltoestellen aan. De setpointtemperatuur hangt af van de momenteel ingestelde bedrijfsmodus resp. het profiel en kan, afhankelijk van de programmering, door de gebruiker worden gewijzigd. De actuele bedrijfsmodus wordt in het display weergegeven. Symbool geen symbool ƕ Ɣ Ɠ Ɩ Ť ŵ Betekenis Profiel Comfort resp. bedrijfsmodus Comfort Profiel Comfort resp. bedrijfsmodus Standby Profiel Eco resp. bedrijfsmodus Nacht Profiel Standby Profiel Building Protection resp. bedrijfsmodus Vorst-/hittebescherming Verwarmen Koelen Setpointtemperatuur ş Ventilatorniveau handmatig 2/5

ƒ Ventilatorniveau automatisch Status LED De status-led geeft, afhankelijk van de ingestelde parameters, de bedrijfsmodus van de regelaar dan wel het gebruik van de sensortoetsen of allebei aan. Kleur van de led Groen of uit Rood of uit Profiel of bedrijfsmodus Comfort, Comfort, Eco of Comfort, Standby, Nacht Standby, Building Protection of Vorst-/hittebescherming Een knipperende groene led geeft aan dat de sensortoetsen zijn gebruikt. Bedieningsniveau - Setpointtemperatuur verhogen: sensortoets ƞ indrukken. - Setpointtemperatuur verlagen: sensortoets Ɵ indrukken. - Ventilatorniveau verhogen: sensortoets şƞ indrukken. - Ventilatorniveau verlagen: sensortoets şɵ indrukken. - Automatische modus voor het ventilatorniveau instellen: sensortoets ƒ indrukken. - Omschakelen naar profiel Eco resp. bedrijfsmodus Nacht: sensortoets Ɣ indrukken. - Omschakelen naar profiel Standby resp. bedrijfsmodus Vorst-/hittebescherming: sensortoets Ɠ indrukken. i De profielen Eco en Standby resp. de bedrijfsmodi Nacht en Vorst-/hittebescherming worden afgesloten door de sensortoetsen Ɣ of Ɠ nog een keer in te drukken. De daaropvolgende status hangt af van de vraag of de regelaar al dan niet een melding heeft ontvangen over de aanwezigheid van personen. Menuniveau 1 instellen Alleen voor de modus verwarmen resp. koelen, met handmatige omschakeling. o De sensortoetsen ĸƟ en Ɣ gedurende 2 tot 4 seconden ingedrukt houden. Menuniveau 1: - Omschakelen tussen verwarmen/koelen Menuniveau 2 openen o De sensortoetsen ĸƟ en Ɣ langer dan 5 seconden ingedrukt houden. Menuniveau 2: - Setpointtemperatuur verwarmen profiel Comfort resp. bedrijfsmodus Comfort - Setpointtemperatuur koelen profiel Comfort resp. bedrijfsmodus Comfort - Verlagen setpointtemperatuur verwarmen Comfort resp. Standby - Verhogen setpointtemperatuur koelen Comfort resp. Standby - Instellen ventilatorbesturing Comfort resp. Standby - Verlagen setpointtemperatuur verwarmen Eco resp. Nacht - Verhogen setpointtemperatuur koelen Eco resp. Nacht - Instellen ventilatorbesturing Eco resp. Nacht - Verlagen setpointtemperatuur verwarmen Standby - Verhogen setpointtemperatuur koelen Standby - Instellen ventilatorbesturing Standby - Ventilatorniveau voor de afzonderlijke profielen resp. bedrijfsmodi - Wijzigingen resetten - Offset voor temperatuurmeting instellen - Regelaar blokkeren - Display-helderheid instellen - Displaycontrast instellen - Oplichtduur display instellen 3/5

Bedienen via het menu o Waarde verhogen: sensortoets ƞ indrukken. o Waarde verlagen: sensortoets Ɵ indrukken. o Vorige menu-item selecteren: sensortoets şƞ indrukken. o Volgende menu-item selecteren: sensortoets şɵ indrukken. o Menu afsluiten zonder opslaan: sensortoets ƒ indrukken (ŏ) o Instellenen opslaan en het menu verlaten: sensortoets C/ F indrukken (Ŏ) 4 Informatie voor elektromonteurs Levensgevaar door elektrische schokken. Spanningvoerende delen in de nabijheid van de inbouwlocatie afdekken. Apparaat monteren en aansluiten Afbeelding 2 Aanbevolen montagehoogte: 1,50 m. o Draagring (8) op de juiste plaats op een apparaatdoos monteren. Let op markering TOP = boven. o Frame (9) op de draagring steken. o Apparaat (10) met busklem aansluiten op de buskabel en op de draagring steken. Fysiek adres en toepassingsprogramma laden Projectering en inbedrijfname met ETS4.2 of vanaf ETS5. Het apparaat is aangesloten. De busspanning is ingeschakeld. o De sensortoetsen ĸƞ en Ɠ tegelijk gedurende ca. 2 seconden indrukken. In het display verschijnt PRG MODE. De status-led knippert snel blauw. o Fysiek adres toewijzen en toepassingsprogramma in het apparaat laden. i Als de status-led langzaam blauw knippert, is er geen of een verkeerd toepassingsprogramma geladen. 5 Technische gegevens KNX medium Ingebruiknamemodus Nominale spanning KNX 4/5 TP256 S-modus DC 21... 32 V SELV

Opgenomen stroom KNX 8... 17,5 ma Beschermingsklasse III Omgevingstemperatuur -5... +45 C Opslag-/ transporttemperatuur -20... +70 C ALBRECHT JUNG GMBH & CO. KG Volmestraße 1 58579 Schalksmühle GERMANY Telefon: +49 2355 806-0 Telefax: +49 2355 806-204 kundencenter@jung.de www.jung.de 5/5