Camera Network Dome Camera Korte installatiehandleiding XC-MD-22V-IR
Dank u wel voor uw aankoop van dit product. Mochten er vragen of onduidelijkheden zijn, neem dan contact op met uw dealer. Over deze handleiding Deze handleiding betreft de XC-MD-22V-IR dome camera. Deze handleiding kan type- of drukfouten bevatten, en de inhoud hiervan kan zonder vooraankondiging aangepast worden. Aan fouten in deze handleiding kunnen geen rechten worden ontleend. Bij updates van producten of systemen zal, indien nodig, een nieuwe versie van deze handleiding beschikbaar worden gesteld. DISCLAIMER STATEMENT Underwriters Laboratories Inc. ( UL ) heeft dit product niet getest op prestatie, betrouwbaarheid, veiligheid en/of signaleringsaspecten. UL heeft dit product getest conform de UL Veiligheidsstandaard UL60950-1 betreffende brand, schok en mogelijke verwonding. UL GEEFT GEEN INDICATIE, GARANTIE OF CERTIFICERING IN WELKE VORM DAN OOK BETREFFENDE DE PRESTATIE, BETROUWBAARHEID OF SIGNALERINGGERELATEERDE FUNCTIES VAN DIT PRODUCT. 0501061040530 1
Informatie m.b.t. regelgeving FCC Informatie FCC Naleving: Dit product is getest en in overeenstemming bevonden met de gestelde limieten van een digitaal apparaat conform deel 15 van de FCC regelgeving. Deze limieten zijn ontworpen om tot op redelijke hoogte bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij plaatsing in een commerciële omgeving. Onjuiste installatie van dit product kan straling genereren welke als schadelijk kan worden ondervonden bij gebruik in nabijheid van radioapparatuur. Installatie en gebruik van dit apparaat in een woongebied kan mogelijk schadelijke interferentie veroorzaken die de gebruiker in eigen beheer zal moeten verhelpen. FCC Condities Dit apparaat is in overeenstemming met deel 15 van de FCC regelgeving, welke bij gebruik bestaat uit de volgende twee condities: 1. Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie uitstralen. 2. Dit apparaat moet bestand zijn tegen mogelijke schadelijke interferentie van buitenaf. EU Conformiteitsverklaring Dit product en indien van toepassing de meegeleverde accessoires zijn gemarkeerd met CE en zijn daarom in overeenstemming met de Europese standaard conform de Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EC, de EMC richtlijn 2004/108/EC, de RoHS richtlijn 2011/65/EU. 2
2012/19/EU (WEEE richtlijn): Producten gemarkeerd met dit symbool mogen niet bij het restafval terecht komen. Voor juiste recycling dient het te worden afgeleverd bij uw lokale leverancier bij de aankoop van een nieuw product, of bij een aangewezen collectiepunt. Voor meer informatie zie: www.wecycle.nl. 2006/66/EC (batterijrichtlijn): Dit product bevat een batterij die niet bij het restafval terecht mag komen. Zie de productinformatie voor specifieke informatie over het type batterij. De batterij is mogelijk gemarkeerd met een symbool dat aangeeft of er cadmium (Cd), lood (Pb) of kwik (Hg) in zit. Voor juiste recycling geeft u uw batterij af bij uw leverancier of bij een aangewezen collectiepunt. Voor meer informatie zie www.wecycle.nl. 3
Veiligheidsinstructie Deze veiligheidsinstructies zijn bedoeld voor juist gebruik van apparatuur en om letsel aan uzelf of anderen en schade aan de apparatuur te voorkomen. De voorzorgsmaatregelen zijn onderverdeeld in Waarschuwing en Let op. Beide bevatten belangrijke informatie over de veiligheid. Leef alle voorzorgsmaatregelen altijd na. Waarschuwing: Wanneer u deze waarschuwing niet in acht neemt, kan dit leiden tot ernstige ongevallen. Let op: Wanneer u deze waarschuwing niet in acht neemt, kan dit leiden tot letsel of schade aan de apparatuur. Waarschuwing Volg de instructies op om ernstige ongevallen te voorkomen. Let op Volg de instructies op om letsel of schade aan de apparatuur te voorkomen. Waarschuwingen Gebruik van dit product moet in overeenstemming zijn met nationale en regionale elektrische veiligheidsregelgeving. Input voltage moet zowel aan de SELV (Safety Extra Low Voltage) en de Limited Power Source met 24 VAC of 12 VDC IEC60950-1 standaard voldoen. Zie technische specificaties voor gedetailleerde informatie. 4
Aansluiting van meerdere apparaten op een enkele spanningsbron kan oververhitting en brandgevaar tot gevolg hebben. Zorg dat eventuele stekkers juist aangesloten zijn op de desbetreffende spanningsbron. Zorg bij bevestiging aan muur of plafond voor juiste montage. Indien het apparaat rook, geur of ongebruikelijk geluid veroorzaakt ontkoppel dan gelijk de spanningsbron en neem contact op met uw service center. Let op Zorg dat de camera is aangesloten op een correcte spanningsbron. Laat de camera niet vallen en stel deze niet bloot aan fysieke schokken. Raak de sensor niet aan met uw vingers. Als reiniging noodzakelijk is gebruik dan een schone doek en een kleine hoeveelheid ethanol en poets voorzichtig. Indien de camera voor langere tijd niet gebruikt gaat worden dek de lens en sensor dan altijd af. Richt de camera niet richting de zon of een directe felle lichtbron. Dit heeft een nadelig effect op het gegenereerde beeld (dit is geen productfout) en verkort de levensduur van de sensor. De sensor kan kapot gebrand worden door middel van een laser. Wanneer laserapparatuur gebruikt wordt dek de sensor dan altijd volledig af. Plaats de camera niet in extreme temperaturen ( bedrijfstemperatuur immer tussen -30 ~+60 ), stoffige of vochtige ruimtes, en stel deze niet bloot aan elektromagnetische straling. 5
Om oververhitting te voorkomen is goede luchtcirculatiemogelijkheid noodzakelijk. Houd de camera uit de buurt van vocht wanneer in gebruik. Tijdens transport dient de camera altijd in de originele of gelijkwaardige verpakking te zitten. Slijtagegevoelige onderdelen dienen regelmatig te worden vervangen, in overeenstemming met de MTBF gegevens van het desbetreffende onderdeel in de toegepaste situatie. Neem contact op met uw dealer voor meer informatie. Onjuist gebruik of vervanging van de accu kan (explosie)gevaar met zich meebrengen. Vervang altijd door een gelijkwaardig model. Ontdoe uzelf van accu s conform nationale en lokale regelgeving. Bij onjuiste werking van het product neemt u contact op met uw leverancier of dichtstbijzijnde service center. Ontmantel de camera nooit zelf (in het geval van ongeautoriseerde reparatie of onderhoud wordt geen garantie of verantwoordelijkheid opgenomen door leverancier of producent.) 6
Inhoudsopgave 1.Overzicht... 8 2.Installatie... 10 3.Configuratie van netwerkcamera over LAN... 22 4.Toegang middels Webbrowser... 25 7
1. Overzicht 1 2 3 4 Figuur 1-1 Overzicht 8
Tabel 1-1 No. Description 1 Dome 2 Zwarte kap 3 Lens 4 Montage voet 5 Reset 6 Auxiliary Video Output 7 Serial Port 8 Micro SD Card Slot 9 Netwerkkabel 10 Power kabel Druk ongeveer 10s op RESET als de camera is voorzien van spanning om terug te gaan naar de standaard instellingen, inclusief gebruikersnaam, wachtwoord, IP adres, poortnummer etc. 9
2. Installatie Voordat u begint: Controleer of het apparaat in goede conditie en inclusief alle onderdelen is geleverd. Zorg ervoor dat alle gerelateerde apparatuur is uitgeschakeld tijdens installatie van de camera. Controleer de specificaties met betrekking tot de installatieomgeving. Controleer of gebruikte voeding overeenkomt met de gevraagde voeding om schade te voorkomen. Als het product niet correct werkt, neem dan contact op met uw leverancier of dichtstbijzijnde service center. Ontmantel de camera niet zelf voor onderhoud of reparatie. Zorg dat het plafond minimaal bestand is tegen drie maal het gewicht van de camera. Voor de camera met IR ondersteuning bent u verplicht aandacht te besteden aan de volgende voorzorgsmaatregelen om IR reflectie te voorkomen: Vuil en stof op de dome veroorzaken IR reflectie. Verwijder alstublieft niet de folie op de dome voordat de installatie is afgerond. Als er vuil en stof op de dome zitten, maak deze dan schoon met een zachte doek en isopropyl alcohol. Zorg ervoor dat er geen reflecterend oppervlak te dicht bij de cameralens zit. Het IR licht van de camera kan daardoor terug reflecteren in de camera. 10
De schuimring rond het objectief moet tegen de binnenzijde van de dome zitten om deze te isoleren van de IR leds. Zorg bij het vastzetten van de dome op de camerabehuizing dat de schuimring naadloos aansluit. Demonteren Stappen: 1. Draai de drie schroeven aan de rand van de dome los met de schroevendraaier. 2. Maak de dome open en verwijder de zwarte kap. Black Liner Screw Hole Bubble Figuur 2-1 De dome en de zwarte kap 11
Montage Netwerk Dome Camera Korte installatiehandleiding Plafond montage Stappen: 1. Demonteren van de camera zie sectie 2.1. 2. Plaats het boorsjabloon op de plaats waar u de camera wil monteren. 3. Boor de drie schroefgaten zoals te zien is in figuur 2-2. Side Cable Outlet Cable Outlet Drilling Template for Outdoor Day/Night Vandal-proof Dome Camera Screw Hole Figuur 2-2 Het boor sjabloon 4. Als u de kabels door het plafond wil geleiden, boor dan een gat zoals eveneens op het boor sjabloon te zien is. Sla deze stap over als u de kabels langs het plafond wil geleiden 5. Plaats de camera zo tegen het plafond dat de gaten in het plafond gelijk zitten met de gaten in de montagevoet van de camera. 12
6. Schroef de camera vast met de bijgeleverde schroeven. Zoals te zien is in figuur 2-3. Back Box Screw Figuur 2-3 Bevestig de camera 7. Leidt de kabels door de kabeldoorvoer. 8. Sluit de video output connector aan op de monitor. Sluit de power connector aan op de stroomvoorziening. 9. Pas het beeld en de focus aan. Raadpleeg de sectie 2.3 voor meer gedetailleerde informative. 10. Plaats de zwarte kap terug. 11. Plaats de dome terug en schroef deze vast zoals te zien is in figuur 2-4. 13
Figuur 2-4 Zwarte kap en dome plaatsen Wartel installeren op de zijkant Als u de kabels uit de zijkant van de camera wil leiden door een wartel, volg dan onderstaande stappen. Stappen: 1. Draai de waterdichte plug tegen de klok in om deze te verwijderen van de camera. 14
Water-proof Plug Side Cable Outlet Figuur 2-5 Verwijder de waterdichte plug 2. Geleidt de kabels door de zijkant van de camera 3. Plaats een wartel en draai deze met de klok mee goed vast. Conduit Figuur 2-6 Wartel installeren op de camera 15
Voor wandmontage, positioneer de wartelaansluiting aan de onderzijde vanwege de waterbestendigheid. Downward Figuur 2-7 Zijde kabeldoorvoer 16
Mounting Adapter Mounting Base Figuur 2-8 de cameravoet installeren 1. Leidt de kabels door het gat in het midden van de wandsteun. 2. Plaats de camera op de wandsteun. 3. Draai de schroeven vast om de camera aan de wandsteun te koppelen. 4. Sluit de video output connector aan op de monitor. Sluit de stroomconnector aan op de spanningsvoorziening. 5. Positioneer de camera en focus de lens. Raadpleeg de sectie 2.3 voor meer gedetailleerde informatie. 17
Figuur 2-9 Secure Camera 6. Plaats de zwarte kap. 7. Plaats de dome op de camera. 8. Draai de schroeven vast om de dome te koppelen aan de camera. 18
Figuur 2-10 Secure Black Liner and Bubble Beeld en focus aanpassen Stappen: 1. 3-axiaal aanpassing. 1). Bekijk het beeld van de camera met behulp van een monitor. 2). Draai aan de pan-as om de camera in de juiste pan-positie te zetten. 3). Draai aan de tilt-as om de camera in de juiste tilt positie te zetten. 4). Bepaal de juiste hoek door aan de lens te draaien. 19
Tilting Panning Rotation Figuur 2-11 3-axis Adjustment 2. Zoom en focus toepassing. 1). Bekijk het beeld van de camera met behulp van een monitor. 2). Draai het zoom-hendeltje los en verplaats deze tussen T (Tele) en W (Wide) om de juiste invalshoek te verkrijgen. 3). Zet het zoom-hendeltje vast. 4). Draai het focus-hendeltje los en verplaats deze tussen F (Far=ver) en N (Near=dichtbij) om de optimale focus te krijgen. 5). Zet het focus-hendeltje vast. 20
Zoom/Focus Lever Figuur 2-12 Lens afstellen Figuur 2-13 regenkap Wanneer u de camera buiten installeert, gebruik dan de regenkap XC-RC-MD-01 om regen op de dome te voorkomen. Het kan nog steeds gebeuren dat de dome vervaagt, waardoor het IR licht in de camera reflecteert. Reinig daarom regelmatig de dome. 21
3. Configuratie van netwerkcamera over LAN Doel: Om de camera te configureren en te bekijken middels het LAN (Local Area Network), sluit de camera aan op hetzelfde subnet als uw PC. Installeer vervolgens de Xyclop CCTV software om uw camera te vinden en het IP adres hiervan aan te passen. Figuur 3-1 Aansluiting over LAN Stel het IP adres van de camera in voor toegang over LAN. Stappen: 1. Gebruik Xyclop CCTV client software om alle online apparaten te detecteren. Zie de Xyclop CCTV client software handleiding voor gedetailleerde informatie. 22
Zoek automatisch naar online apparaten Na het opstarten van de Xyclop CCTV software wordt automatisch iedere 15 seconden naar online apparaten gezocht in het subnet waarin uw PC zich bevindt. Het toont het totale aantal en de informatie van de gevonden apparaten in de Online Apparaten interface. Figuur 3-2 Zoek Online Apparaten Apparaten worden gezocht en getoond in de lijst 15 seconden nadat deze online zijn; ze worden weer verwijderd 45 seconden nadat ze offline zijn. Zoek handmatig naar online apparaten U kunt ook op de knop apparaten lijst te verversen. drukken om handmatig de online 23
2. Pas het IP adres en subnet aan, aan het subnet van uw PC. Stappen: 1). Klik het apparaat dat aangepast moet worden aan in de apparatenlijst en klik op om de netwerkparameters aan te passen. 2). Pas de aanpasbare netwerkparameters desgewenst aan, bijvoorbeeld IP adres en Poortnr. 3). Vul het Administrator paswoord in en klik op om de wijzigingen op te slaan. Figuur 3-3 Aanpassen van netwerkparameters. 24
Het standaard IP adres is 192.0.0.64. De standaard gebruikersnaam is admin en het paswoord is 12345. Om de camera te kunnen benaderen vanaf andere subnets dient u de gateway van de netwerkcamera in te vullen nadat u ingelogd bent. 25
4. Toegang middels Webbrowser Systeemvereisten: OS: Microsoft Windows XP SP1 en hoger / Vista / Win7 / Server 2003 / Server 2008 32bits CPU: Intel Pentium IV 3.0 GHz of hoger RAM: 1G of hoger Display: 1024 768 resolutie of hoger Webbrowser: Internet Explorer 7.0 en hoger, Apple Safari 5.02 en hoger, Mozilla Firefox 3.5 en hoger, and Google Chrome 8 en hoger. Stappen: 1. Open de webbrowser. 2. Typ in de adresbalk het IP adres van de camera, bijvoorbeeld 192.0.0.64 en druk op enter om het login-scherm te laden. 3. Vul uw gebruikersnaam en paswoord in. 4. Klik op. 26
Figuur 4-1 Login Interface 5. Installeer de plug-in om live video te bekijken en om de camera te beheren. Volg de instructies op het scherm om de plug-in te installeren. Het kan zijn dat u uw browser opnieuw moet opstarten om de installatie te voltooien. Figuur 4-2 Download Plug-in 27
Figuur 4-3 Download Plug-in Figuur 4-4 Installeer Plug-in 28
Figuur 4-5 Installeer Plug-in 6. Start uw webbrowser na de installatie opnieuw op en herhaal stappen 2-4 om in te loggen. Voor verdere details over configuratie, zie de gebruikershandleiding van de netwerkcamera. 29