CHECKLIST CRITERIA TEXTIELWASMIDDELEN VOOR GEBRUIK IN PROFESSIONELE TOESTELLEN



Vergelijkbare documenten
CHECKLIST CRITERIA TEXTIELWASMIDDELEN VOOR GEBRUIK IN PROFESSIONELE TOESTELLEN

CHECKLIST CRITERIA TEXTIELWASMIDDELEN VOOR GEBRUIK IN TOESTELLEN VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK EN VERGELIJKBAAR AAN TOESTELLEN VOOR HUISHOUDELIJK GEBRUIK

CHECKLIST CRITERIA MACHINEAFWASMIDDELEN VOOR GEBRUIK IN PROFESSIONELE TOESTELLEN

CHECKLIST CRITERIA ALLESREINIGERS, RUITENREINIGERS EN SANITAIRREINIGERS

DUURZAME OVERHEIDSOPDRACHTEN SCHOONMAAKMIDDELEN CHECKLIST HANDAFWASMIDDELEN

2. Gebruiksgeschiktheid (afwasresultaten) Het product levert bevredigende wasresultaten op bij de aanbevolen dosering.

(Voor de EER relevante tekst) (2014/313/EU)

BIJLAGE KADER CRITERIA. 2. toxiciteit voor in het water levende organismen: kritisch verdunningsvolume (KVV)

DUURZAME OVERHEIDSOPDRACHTEN SCHOONMAAKMIDDELEN CHECKLIST ALLESREINIGERS, RUITENREINIGERS EN SANITAIRREINIGERS

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 januari 2014 (OR. en) 5493/14 ADD 1 ENV 45

Publicatieblad van de Europese Unie L 326/25

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

Europese GPP-criteria voor schoonmaakproducten en -diensten

Detergenten met het Europese Ecolabel

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juli 2012 (30.07) (OR. en) 12976/12 ENV 653

DEEL 1: GEVARENAANDUIDINGEN ; H-zinnen

Duurzame overheidsopdracht-fiche: basis

LIJST VAN GEVARENAANDUIDINGEN, AANVULLENDE GEVARENAANDUIDINGEN EN AANVULLENDE ETIKETTERINGSELEMENTEN VOLGENS BIJLAGE III VAN DE CLP-VERORDENING

Gevarenaanduidingen (H)

Betekenis H-zinnen. Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren

L 326/38 Publicatieblad van de Europese Unie

Duurzame overheidsopdracht-fiche: basis

Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren.

Bijlage ALGEMEEN. dat het energiegebruik omlaag gaat door bevordering van het gebruik van detergenten die bijlage temperaturen effectief zijn.

Duurzame overheidsopdracht-fiche: basis

Bijlage Algemeen. Bovendien dragen deze criteria bij tot een grotere ecologische bewustwording van de consument.

Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid

Kruishofstraat Antwerpen T: F: SCHOONMAAK CATALOGUS

Kiezen van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen Reinhilde Weltens

AANVAARDING VAN DE KENNISGEVING Classificatie volgens CLP-GHS. Gelet op de aanvraag ingediend op 22/04/2016. De Minister van Leefmilieu beslist:

Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid

TOELATINGSAKTE. Wederzijdse parallele erkenning - Uniek Biocide. De Minister van Leefmilieu beslist:

(Voor de EER relevante tekst) (2011/331/EU) (PB L 148 van , blz. 13)

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

Publicatieblad van de Europese Unie L 16/1

EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument EP-PE_TC1-COD(2007)0121(PAR14) ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

AANVAARDING VAN DE KENNISGEVING. Gelet op de aanvraag ingediend op 13/09/2016. De Minister van Leefmilieu beslist:

Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

TOELATINGSAKTE Nieuwe toelating. De Minister van Leefmilieu beslist:

êx : Xi : Irriterend.

Hierbij gaat voor de delegaties document D033652/02 - BIJLAGE.

Checklist: Milieuvriendelijkheid van producten

AANVAARDING VAN DE KENNISGEVING. Gelet op de aanvraag ingediend op 29/10/2015. Gelet op het advies van het Comité voor Advies inzake Biociden

H228 Ontvlambare vaste stoffen, gevarencategorie 1 en 2

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD. 1 Identificatie van de stof of het preparaat en van de vennootschap/onderneming

1. IDENTIFICATIE VAN DE CHEMISCHE STOF OF HET MENGSEL EN DE ONDERNEMING

êx : Xi : Irriterend.

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING

BIJLAGE KADER CRITERIA

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006 rekening houdend met de bijlage bij Verordening (EU) nr.

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING

ÅM RUBRIEK 1 Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/onderneming

Veiligheidsinformatieblad

De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Hernieuwing. Gelet op de aanvraag ingediend op: 05/04/2011. De Minister van Leefmilieu beslist:

Aftellen tot Brzo 2015

(Voor de EER relevante tekst)

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 28/10/2013. De Minister van Leefmilieu beslist:

Hierbij gaat voor de delegaties document D048143/03 - Annex.

CLP-GHS. Globally Harmonized System of Classification and Labelling of Chemicals

Wijziging van de kennisgeving aanvaard

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 10/03/2015. De Minister van Leefmilieu beslist:

Veiligheidsinformatieblad

Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid

VEILIGHEIDSINFORMATIE BLAD. : Detergent Ammoniak. Bladzijde : 1/5 Revisie nr.: 1 Datum : 16/11/2016 Vervangt :../../..

RUBRIEK 1: Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/onderneming

AANVAARDING VAN DE KENNISGEVING. Gelet op het advies van het Comité voor advies inzake Biociden: De Minister van Leefmilieu beslist:

: Xi : Irriterend. Voor de gezondheid of voor het milieu gevaarlijke stoffen (Richtlijn 67/548/EEG) :

TOELATINGSAKTE Hernieuwing. Gelet op de aanvraag ingediend op: 09/02/2011. De Minister van Leefmilieu beslist:

De Minister van Leefmilieu beslist:

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Herziene uitgave nr : 1

ZETTEX CLEANING WIPES

(Voor de EER relevante tekst)

(Niet-wetgevingshandelingen) BESLUITEN

Veiligheidsinformatieblad Volgens EG-richtlijn 2001/58/EG

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 353/141

TOELATINGSAKTE Hernieuwing. Gelet op de aanvraag ingediend op: 28/11/2013. De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 06/08/2013. De Minister van Leefmilieu beslist:

Veiligheidsinformatieblad Volgens EG-richtlijn 2001/58/EG

Publicatieblad van de Europese Unie L 180. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 60e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 12 juli 2017.

De Minister van Leefmilieu beslist:

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Print datum Brake Cleaner AL 1 Van 6

TOELATINGSAKTE Hernieuwing Gelet op de aanvraag ingediend op 26/09/2016. De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 27/07/2016. De Minister van Leefmilieu beslist:

AANVAARDING VAN DE KENNISGEVING. Wijziging classificatie volgens CLP-GHS (verwijderen H272) Gelet op de aanvraag ingediend op 17/06/2015

(Voor de EER relevante tekst)

Veiligheidsinformatieblad

Aankoop van duurzame schoonmaakmiddelen en -diensten

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING

TOELATINGSAKTE Nieuwe toelating Gelet op de aanvraag ingediend op 03/11/2016. De Minister van Leefmilieu beslist:

Veiligheidsinformatieblad Volgens EG-richtlijn 2001/58/EG

Betreft : Aanvraag tot toelating voor het product: Aquaprotect - Tabs

Betreft : Aanvraag tot toelating voor het product: Blue Ocean - Chlor-O-Galet

(Voor de EER relevante tekst)

Transcriptie:

CHECKLIST CRITERIA TEXTIELWASMIDDELEN VOOR GEBRUIK IN PROFESSIONELE TOESTELLEN Noot voor de aankoper: Tekst in het bordeaux is ter informatie voor u bedoeld. U verwijdert deze tekst best uit de checklist voordat u de checklist met het bestek meestuurt. De aanbevolen dosering van textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen verschilt naar gelang de waterhardheid. De waterhardheid kan er immers voor zorgen dat een textielwasmiddel minder efficiënt wordt, waardoor er bij harder water een hogere dosering nodig is dan bij zachter water om eenzelfde effect te bereiken. Voor verschillende criteria in deze checklist, betekent dit dat maximale of minimale waarden verschillen naar gelang de waterhardheid. Wanneer u het machineafwasmiddel aankoopt voor gebruik op één bepaalde locatie, weet u de waterhardheid van die locatie 1. U kan dan de waarden voor de andere waterhardheden uit deze checklist schrappen. Gebruik steeds de aanbevolen dosering bij de waterhardheid ter plaatse. Overdosering leidt tot een snellere uitputting van de voorraad terwijl de effectiviteit niet wezenlijk verbetert, onderdosering leidt tot een lagere effectiviteit van het product. Voor elk criterium geeft de inschrijver aan in welke bijlage(n) de aanbestedende overheid het bewijsmateriaal kan terugvinden, en op welke pagina van die bijlage de gegevens (bv. conclusie) vermeld worden die aantonen dat het product aan het criterium voldoet. 1. Verplichte onderdelen Indien de inschrijver op één van de vragen uit dit hoofdstuk antwoordt, betekent dit dat het product niet voldoet aan de vereisten uit het bestek. 1. Milieulabels Het product draagt een milieulabel. 2, de EU-milieukeur Ga naar vraag b), het Nordic Swan label Ga naar vraag 6 b) Ga naar vraag 2 De inschrijver toont aan dat zijn product het milieulabel draagt d.m.v. een document van het competent body van het land waar het label werd aangevraagd, met duidelijke vermelding van het contractnummer. Dit document vermeldt, naast het contractnummer, op basis van welke criteriaset de toekenning van het label gebeurde, de datum waarop het contract inging en de datum waarop het contract afloopt. 2. Gebruiksgeschiktheid Het product levert effectieve wasresultaten op bij wasbeurten uitgevoerd met de aanbevolen dosering en bijhorende waterhardheid en mate van bevuiling op de laagste aanbevolen wastemperatuur. 1 Op de website van de Watergroep (http://www.dewatergroep.be/nl/content/676/waterhardheid.html) kan u terecht voor meer informatie over de waterhardheid in Vlaanderen. De Watergroep drukt de waterhardheid uit in een Franse maat voor waterhardheid (fh). Deze criteriaset hanteert de Duitse maat voor waterhardheid (dh). U kan de getallen snel omrekenen (1 fh = 0,56 dh). 2 Versie van de milieulabelcriteria waar deze checklist naar verwijst: EU-milieukeurcriteria voor wasmiddelen voor industrieel en institutioneel gebruik d.d. 14 november 2012 (geldig tot 14 november 2016) Nordic Ecolabelling of for professional use, version 2.1 (geldig van 15 december 2009 tot 31 december 2014) 1

De inschrijver dient een testrapport in dat aantoont dat het product effectieve wasresultaten oplevert bij de aanbevolen dosering. Het rapport kan een (interne) laboratoriumtest bespreken of een gebruikerstest. Laboratoriumtest Het testrapport toont aan dat het product minstens even effectief is als het voor de test gebruikte referentieproduct. Het testrapport vermeldt deze bevinding duidelijk in de conclusies van de test. Gebruikerstest Een gebruikerstest: wordt uitgevoerd met de procedure en de dosering die de producent / inschrijver aanraadt; in minstens 5 verschillende testcentra en; gedurende minstens 4 weken. Minstens 80 % van de testlocaties moeten het product als voldoende effectief of zeer effectief beoordelen op alle onderzoekspunten. Aanhangsel II bi het besluit van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur voor wasmiddelen voor industrieel en institutioneel gebruik beschrijft hoe de tests uitgevoerd moeten worden. 3. Verboden of beperkte stoffen en mengsels a) Specifiek uitgesloten stoffen Het product en/of zijn samenstellende bestanddelen bevat geen van de specifiek door de EU-milieukeur uitgesloten stoffen 3. De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat de specifiek uitgesloten stoffen niet voorkomen in het eindproduct. Deze verklaring op eer wordt eventueel gestaafd met verklaringen op eer van de fabrikanten van de ingrediënten. b) Gevarenzinnen Het product bevat geen bestanddelen met een gewichtspercentage > 0,01 % waaraan één van de gevarenaanduidingen / waarschuwingen is toegekend zoals vermeld in criterium 4 b) van het besluit van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur voor wasmiddelen voor industrieel en institutioneel gebruik of in bijlage 1, criterium b) bij deze checklist. De inschrijver dient het veiligheidsinformatieblad (MSDS of Material Safety Data Sheet) in van het eindproduct. Het veiligheidsinformatieblad geeft u informatie over de risico s die aan het product verbonden zijn, en van de bestanddelen die in het product zitten. O.a. volgende rubrieken zijn nuttig bij het controleren van de milieucriteria uit deze checklist (waar het veiligheidsinformatieblad als controle wordt genoemd): Rubriek 2: De identificatie van de verschillende gevaren (risico s voor mens en milieu en bijzondere gevaren) die met het product verbonden zijn. Rubriek 3: De samenstelling van de bestanddelen en de indeling van de bestanddelen volgens gevarensymbolen en risicozinnen. Rubriek 15: Wettelijk verplichte informatie (Etikettering in overeenstemming met EGrichtlijnen, met vermelding van gevaren en de betrokken R- en S- zinnen, eventuele bijzondere nationale verplichtingen ). De indeling en nummering van de rubrieken werd vastgelegd in bijlage II bij de Verordening (EG) nr. 1907/2006 (REACH). Oudere MSDS-fiches zijn mogelijk anders ingedeeld maar 3 U kan de volledige lijst van specifiek uitgesloten stoffen terugvinden als criterium 4 a) in het besluit van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur voor wasmiddelen voor industrieel en institutioneel gebruik of als Bijlage 1 bij deze checklist 2

moeten wel dezelfde informatie bevatten. Ga in elk geval na dat veiligheidsinformatiebladen die u als bewijsmateriaal kreeg niet ouder dan drie jaar zijn. 4. Geurstoffen Het product bevat geen parfums met nitromuskus- of polycyclische muskusverbindingen. Stoffen die als geurstof aan het product worden toegevoegd, zijn vervaardigd en/of behandeld volgens de gedragscode van de International Fragrance Association 4. Geurstoffen die moeten worden vermeld conform Verordening (EG) nr. 648/2004 betreffende detergentia (bijlage VII) komen niet voor in het product in hoeveelheden 0,010 % ( 100 ppm). De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat het product aan de criteria over de geurstoffen voldoet. 5. Enzymen De enzymen die in het product aanwezig zijn, zijn in vloeistofvorm of in stofvrij granulaat. De enzymen bevatten geen verontreinigingen door micro-organismen ten gevolge van de productie. De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat de enzymen die in het product aanwezig zijn, aan dit criterium voldoen. 6. Biologische afbreekbaarheid a) Oppervlakteactieve stoffen Alle oppervlakteactieve stoffen in het product zijn aeroob biologisch afbreekbaar (anbo). Alle niet-ionische en kationactieve oppervlakteactieve stoffen zijn ook anaeroob biologisch afbreekbaar (annbo). De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij de DID-nummers van de oppervlakteactieve stoffen vermeldt. Wanneer de stof niet in de DID-lijst voorkomt, toont de inschrijver d.m.v. literatuurgegevens of andere bronnen de afbreekbaarheid aan. b) (Niet-oppervlakteactieve) organische bestanddelen De som van de organische stoffen die niet aeroob afbreekbaar zijn en de som van de organische stoffen die niet anaeroob afbreekbaar zijn, zijn beiden niet hoger dan: Bij zacht water (0-6 dh): Producttype / Mate van bevuiling NBO (g / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 0,70 1,10 1,40 Vloeistof 0,50 0,60 0,70 Multicomponentsysteem 1,25 1,75 2,50 Bij water van gemiddelde hardheid (7-13 dh): Producttype / Mate van bevuiling NBO (g / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 1,10 1,40 1,75 Vloeistof 0,60 0,70 0,90 Multicomponentsysteem 1,75 2,50 3,75 4 U kan deze code terugvinden op de IFRA-website: http://www.ifraorg.org/ 3

Bij hard water (> 14dH): Producttype / Mate van bevuiling NBO (g / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 1,40 1,75 2,20 Vloeistof 0,70 0,90 1,20 Multicomponentsysteem met meerdere componenten 2,50 3,75 4,80 De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij de DID-nummers van de organische bestanddelen vermeldt en het totaalgewicht van de organische bestanddelen die aeroob en anaeroob niet afbreekbaar zijn 5. Hierbij wordt opgemerkt dat TAED als aeroob biologisch afbreekbaar beschouwd moet worden. Wanneer de stof niet in de DID-lijst voorkomt, toont de inschrijver met literatuurgegevens of andere bronnen de afbreekbaarheid aan. Het Nordic Swan label neemt ook een criterium op over het aerobe en anaerobe afbreekbaarheid van de niet-oppervlakteactieve organische bestanddelen van het product. Het Nordic Swan label geeft echter alleen waarden voor zacht water en maakt geen onderscheid tussen poeders, vloeistoffen en multicomponentsystemen. Dit maakt het Nordic Swan label ongeschikt voor de controle van dit criterium. U kan de biologische afbreekbaarheid van de bestanddelen controleren aan de hand van de DIDlijst 6. Onder de titel afbraak vindt u codes voor aerobe en anaerobe afbraak. Een bestanddeel is biologisch afbreekbaar als het de volgende codes heeft: Aerobe afbraak R (Gemakkelijk biologisch afbreekbaar volgens de ISO-richtsnoeren) Anaerobe afbraak Y (biologisch afbreekbaar in anaerobe omstandigheden) Wanneer een inschrijver de afbreekbaarheid van de organische stof met literatuurgegevens of andere bronnen aantoont, mag u een niet-oppervlakteactieve stof al anaeroob afbreekbaar beschouwen wanneer de stof: gemakkelijk afbreekbaar is en een lage adsorptie (A < 25 %) heeft of; gemakkelijk afbreekbaar is en een hoge desorptie (D > 75 %) heeft of; gemakkelijk afbreekbaar en niet-bioaccumulerend is. Let er in de documentatie op dat het testen van de adsorptie / desorptie gebeurde overeenkomstig OESO-richtsnoeren 106. 7. Toxiciteit voor waterorganismen Het chronisch kritisch verdunningsvolume 7 (KVV chronisch ) van het product bedraagt maximaal: Bij zacht water (0-6 dh): Producttype / Mate van bevuiling KVV chronisch (l / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 30.000 40.000 50.000 Vloeistof 50.000 60.000 70.000 Multicomponentsysteem 50.000 70.000 90.000 5 Op de website van de EU-milieukeur is een spreadsheet beschikbaar voor de berekening van de anbo en de annbo die u kan helpen. 6 U kan de laatste versie van de Detergent Ingredient Database of DID-lijst terugvinden op de website van het Nordic Swan label: http://www.nordic-ecolabel.org/criteria/product-groups/ 7 Het kritisch verdunningsvolume moet berekend worden volgens de formule die vermeld wordt in het besluit van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur voor wasmiddelen voor industrieel en institutioneel gebruik: http://ec.europa.eu/environment/ecolabel/products-groups-and-criteria.html 4

Bij water van gemiddelde hardheid (7-13 dh): Producttype / Mate van bevuiling KVV chronisch (l / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 40.000 60.000 80.000 Vloeistof 60.000 75.000 90.000 Multicomponentsysteem 60.000 80.000 100.000 Bij hard water (> 14dH): Producttype / Mate van bevuiling KVV chronisch (l / kg was) Licht Gemiddeld Zwaar Poeder 50.000 75.000 90.000 Vloeistof 75.000 90.000 120.000 Multicomponentsysteem met meerdere componenten 75.000 100.000 120.000 De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij het KVV chronisch (Critical Dilution Volume - CDV chronic ) voor het product vermeldt. Het Nordic Swan label neemt ook een criterium op over het KVV van het product. De waarden die het Nordic Swan label hanteert, liggen echter voor de meeste combinaties hoger dan de waarden van de EU-milieukeur. Dit komt waarschijnlijk omdat het Nordic Swan label geen onderscheid maakt tussen poeders, vloeistoffen en multicomponentsystemen. 8. Bewaarmiddelen Het product bevat geen bioaccumulerende bewaarmiddelen. Bewaarmiddelen zijn niet bioaccumulerend als log K ow (octanol / waterverdelingscoëfficiënt) < 3,0 of BCF (bioconcentratiefactor) < 100. De inschrijver dient een verklaring op eer waarin hij voor elk bewaarmiddel de log K ow of BCF vermeldt. Als zowel de BCF-waarden als de log K ow -waarden gegeven worden, wordt de hoogst gemeten BCF-waarde gebruikt om dit criterium te toetsen. Het Nordic Swan label garandeert dat de bewaarmiddelen een log K ow < 4,0 of een BCF < 500 hebben. Daardoor is het minder streng dan de EU-milieukeur. 9. Gebruiksaanwijzingen en informatie De verpakking en / of het productinformatieblad (of een equivalent document) bevat: De doseeraanwijzingen. Deze doseeraanwijzingen bevatten minstens de aanbevolen doseringen (g of ml) voor was met een lichte, medium en zware vuilvracht voor een zachte, gemiddelde en harde waterhardheid. De vermeldingen: Was op de laagst mogelijke temperatuur Volg de doseeraanwijzingen en pas de dosering aan aan de waterhardheid en de mate van bevuiling De inschrijver levert een verpakking, inclusief etiket of het productinformatieblad, mee van het product dat hij aanbiedt. 5

10. Verpakkingsvoorschriften a) Algemeen Kunststof onderdelen in de primaire verpakking (uitgezonderd doppen en pompjes) zijn geëtiketteerd volgens DIN 6120, deel 2 of een gelijkwaardige norm. De ftalaten in de kunststof verpakking (indien aanwezig) zijn ftalaten waarvoor op het moment van de inschrijving een risicobeoordeling heeft plaatsgevonden en die niet zijn ingedeeld in één van de categorieën waarnaar in criterium 3 b) van deze checklist verwezen wordt. De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat de verpakking van het product aan deze criteria voldoen. b) Gewicht/utiliteitsratio (WUR) De gewicht/utiliteitsratio (WUR) 8 van de verpakking is niet hoger dan: Producttype / WUR (in g / kg was) waterhardheid Laag Gemiddeld Hard Poeders 1,5 2,0 2,5 Vloeistoffen 2,0 2,5 3,0 OF De verpakking bestaat uit kunststof / papier / karton die meer dan 80 % gerecycleerd materiaal bevatten of meer dan 80 % kunststof uit hernieuwbare bron. De inschrijver dient een berekening van de gewicht/utiliteitsratio (WUR) in van de primaire verpakking (de verpakking zelf, doppen, stoppen, handpompen en sproeimechanismen) of een verklaring op eer waarin hij de totale hoeveelheid gerecycleerd materiaal en materiaal uit hernieuwbare bronnen in de verpakking vermeldt. Indien het product over een EU-milieukeur beschikt hoeft de inschrijver geen berekening van de gewicht/utiliteitsratio in te dienen. Indien hij dat niet doet, zal hij echter de laagste score krijgen op het gunningscriterium over de gewicht/utiliteitsratio. Deze informatie dient ook meteen als antwoord voor het gunningscriterium over de WUR van de primaire verpakking. Zo hoeft de inschrijver niet twee keer dezelfde vraag te beantwoorden.. Opleiding Tijdens de uitvoering van de opdracht zal de leverancier een jaarlijkse personeelsopleiding verzorgen zoals omschreven in het bestek. De eerste van deze opleidingen zal dieper ingaan op het gebruik en de dosering van de schoonmaakmiddelen. Deze opleidingen duren minimum twee uur. De inschrijver dient bij de offerte een opleidingsprogramma in voor de uitvoeringstermijn van de opdracht. In dit opleidingsprogramma staat minstens wanneer (bij benadering) de opleidingsmomenten zullen zijn, hoe lang ze zullen duren en welke onderwerpen aan bod zullen komen. 8 De gewicht/utiliteitsratio (WUR) moet berekend worden volgens de formule die vermeld wordt in het besluit van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur voor detergentia voor vaatwasmachines voor industrieel en institutioneel gebruik: http://eur-lex.europa.eu/lexuriserv/lexuriserv.do?uri=oj:l:2012:326:0025:0037:nl:pdf 6

12. Het product beschikt over een doseerhulpmiddel De inschrijver geeft een technische beschrijving van het doseerhulpmiddel of levert een staal van het aangeboden product met doseerhulpmiddel. Multicomponentsystemen die de EU-milieukeur dragen, worden geacht aan het criterium te voldoen. Deze informatie dient ook meteen als antwoord voor het gunningscriterium over doseerhulpmiddelen. Zo hoeft de inschrijver niet twee keer dezelfde vraag te beantwoorden. De EU-milieukeur garandeert dat multicomponentsystemen aangeboden worden met een automatisch en gecontroleerd doseersysteem. Ze garandeert dit niet voor poeders en vloeistoffen. 7

2. Optioneel Het product draagt het Nordic Swan label (zie criterium 1) U hoeft geen verdere vragen te beantwoorden Ga naar vraag 14 Producten met een Nordic Swan label voldoen aan de optionele criteria. 13. Gevarenzinnen Het product is niet geclassificeerd volgens Richtlijn 67/548/EEC of Verordening (EG) nr. 1272/2008 als: Classificatie Gevarensymbool en risicozin / Gevarencategorie en aanduiding Classificatie volgens Richtlijn Classificatie volgens Verordening 67/548/EEC 1272/2008 Schadelijk 9 Xn met R20, R21, R22, R48, R65 Acute tox. 4 en/of R68. De inschrijver dient het veiligheidsinformatieblad (MSDS of Material Safety Data Sheet) in van het eindproduct. 14. Specifiek uitgesloten stoffen Het product en/of zijn samenstellende delen bevat geen van deze stoffen: Reactieve chloorverbindingen zoals bv. Natriumhypochloriet of organische chloorverbindingen LAS (lineaire alkylbenzeensulfonaten) DADMAC (diallyldimethylammonium chloride) PFA s (per- en polyfluorinated alkylated verbindingen) Boorzuur en boraten Optische witmakers Geurstoffen Triclosan PBT (persistente bioaccumulerende en toxische stoffen Annex XIII van de Richtlijn 1907/2006/EC REACH)) vpvb (erg persistente en erg bioaccumulerende stoffen Annex XIII van de Richtlijn 1907/2006/EC (REACH)) Stoffen met een mogelijke endocriene verstoring van categorie 1 of 2 (volgens de officiële EU-lijsten) tot gevolg 10 Gehalogeneerde vlamvertragers Nanodeeltjes die metaal, carbon en/of fluorverbindingen bevatten De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat het eindproduct geen van de specifiek uitgesloten stoffen bevat. Deze verklaring op eer wordt eventueel gestaafd met verklaringen op eer van de fabrikanten van de ingrediënten. 15. Kleurstoffen Het product bevat geen bioaccumulerende kleurstoffen. Kleurstoffen zijn niet bioaccumulerend als log K ow (octanol / waterverdelingscoëfficiënt) < 4,0 of BCF (bioconcentratiefactor) < 500.Ook kleurstoffen die goedgekeurd zijn voor gebruik in voedingsmiddelen worden aanvaard. 9 An exemption applies to products where the classification is the result of the content of oxalic acid (CAS 144-62-7) or paracetic acid (CAS 79-21-0). 10 Het EU-rapport over endocriene verstoorders kan u terugvinden op http://ec.europa.eu/environment/endocrine/index_en.htm 8

De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij voor elke kleurstof de log K ow of BCF vermeldt, of de specificatie van het E-nummer in geval van een kleurstof die is goedgekeurd voor gebruik in voedingsstoffen. 16. Verpakkingsvoorschriften De verpakking (incl. etiketten) bevat geen PVC of andere gehalogeneerde plastics. De inschrijver dient een verklaring op eer in waarin hij vermeldt dat het product aan dit criterium over verpakking voldoet. 9

Checklist criteria textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen Criterium Algemene gegevens 1. Milieulabels 2. Gebruiksgeschiktheid Productprestatie Naam van het product: Het product is een: Poeder Vloeistof Multicomponentsysteem Het product draagt een milieulabel: EU-milieukeur 3. Verboden of beperkte stoffen en mengsels a) Specifiek uitgesloten stoffen b) Gevarenzinnen Ga naar vraag xxx Nordic Swan label Ga naar vraag 13 Ga naar vraag 2 Het product voldoet aan het criterium over gebruiksgeschiktheid: Het product en/of zijn samenstellende delen bevat geen van de specifiek door de EU-milieukeur uitgesloten stoffen: Het product voldoet aan het criterium over gevarenzinnen: Bewijsstukken Verwijzing naar bijlagen, incl. paginanr., die aantonen dat het product aan het criterium voldoet Verplichte onderdelen Overige informatie Als bewijsstuk volstaat deze checklist, ondertekend met de formulering ik verklaar dat de gegevens uit deze juist en volledig zijn, met naam en functie van de ondertekenaar en datum van de ondertekening. 10

Checklist criteria textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen Criterium 4. Geurstoffen 5. Enzymen 6. Biologische afbreekbaarheid a) Oppervlakteactieve stoffen b) Totale hoeveelheid biologisch niet-afbreekbare stoffen Productprestatie Het product voldoet aan het criterium over geurstoffen: In het product zijn: geen enzymen aanwezig enzymen aanwezig in vloeistofvorm enzymen aanwezig in de vorm van stofvrije granulaat enzymen aanwezig in andere vorm dan vloeistof of stofvrije granulaatvorm Alle oppervlakteactieve stoffen in het product voldoen aan het criterium over aerobe en anaerobe afbreekbaarheid: De organische stoffen in het product voldoen aan het criterium over biologische afbreekbaarheid: Bewijsstukken Verwijzing naar bijlagen, incl. paginanr., die aantonen dat het product aan het criterium voldoet Overige informatie

Checklist criteria textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen Criterium 7. Toxiciteit voor waterorganismen 8. Bewaarmiddelen 9. Gebruiksaanwijzingen en informatie Productprestatie Het KVV chronisch van het product is: Bij zacht water: bij lichte vuilgraad: bij medium vuilgraad: bij zware vuilgraad: Bij gemiddeld hard water: bij lichte vuilgraad: bij medium vuilgraad: bij zware vuilgraad: Bij hard water: bij lichte vuilgraad: bij medium vuilgraad: bij zware vuilgraad: Het product voldoet aan de criteria over bewaarmiddelen: : Log K ow : of BCF: De productverpakking of bijgeleverde informatie vermeldt alle vereiste gebruiksaanwijzingen en informatie: Bewijsstukken Verwijzing naar bijlagen, incl. paginanr., die aantonen dat het product aan het criterium voldoet Overige informatie 12

Checklist criteria textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen Criterium Productprestatie 10. Verpakkingsvoorschriften De verpakking van het product voldoet aan alle a) Algemeen algemene criteria over verpakking: De verpakking voldoet aan de vereiste over gewicht / samenstelling: De gewicht/utiliteitsratio (WUR) van de verpakking is: Bij zacht water: Bij gemiddeld hard water: b) Gewicht/utiliteitsratio Bij hard water: (WUR) OF De verpakking bestaat uit : % gerecycleerd papier / karton % gerecycleerd kunststof % kunststof uit hernieuwbare bronnen De inschrijver voorziet de gevraagde personeelsopleiding:. Opleiding Het product beschikt over een doseerhulpmiddel:, een automatisch doseersysteem 12. Doseerhulpmiddel, een manueel doseersysteem, via een gebruiksklaar product Bewijsstukken Verwijzing naar bijlagen, incl. paginanr., die aantonen dat het product aan het criterium voldoet Overige informatie 13

Checklist criteria textielwasmiddelen voor gebruik in professionele toestellen Criterium Productprestatie Bewijsstukken Verwijzing naar bijlagen, incl. paginanr., die aantonen dat het Overige informatie product aan het criterium voldoet Optioneel Producten met een Nordic Swan label voldoen aan alle optionele criteria, het optionele deel van de vragenlijst moet voor deze producten niet ingevuld worden. Het Nordic Swan label volstaat als bewijsmiddel. 13. Gevarenzinnen 14. Specifiek uitgesloten stoffen 15. Kleurstoffen 16. Verpakkingsvoorschriften Het product voldoet aan het criterium over gevarenzinnen: Het product en/of zijn samenstellende bestanddelen bevat geen van de door dit criterium uitgesloten stoffen: Het product voldoet aan de criteria over kleurstoffen: : Log K ow : of BCF: E-nummer: De verpakking (incl. etiketten) bevat geen PVC of andere gehalogeneerde plastics: 14

Bijlage 1 Verboden of beperkte stoffen en mengsels Naleving van de milieucriteria is verplicht voor stoffen die intentioneel zijn toegevoegd, evenals voor nevenproducten en onzuiverheden in grondstoffen, waarvan de concentratie gelijk is aan of groter is dan 0,010 gewichtspercent van de eindformule. Biociden, kleurstoffen en parfums moeten ongeacht hun concentratie voldoen aan de criteria. a) Gespecificeerde verboden stoffen De volgende (bestanddelen van) ingrediënten mogen niet in het product zijn opgenomen, noch als bestanddeel van de formule, noch als bestanddeel van een mengsel dat in de formule is opgenomen: Fosfaten (fosfonaten zijn niet verboden, maar beperkt door criterium 6 van deze checklist); APEO (alkylfenolethoxylaten) en ADP (alkylfenolen en derivaten daarvan); EDTA (ethyleendiaminetetra-azijnzuur) en de zouten ervan. b) Gevaarlijke stoffen en mengsels Overeenkomstig artikel 6, lid 6, van Verordening (EG) nr. 66/2010 betreffende de EU-milieukeur mag het product of een bestanddeel daarvan geen stoffen bevatten die beantwoorden aan de criteria voor classificatie met de hieronder gespecificeerde gevarenaanduidingen of waarschuwingszinnen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad of Richtlijn 67/548/EEG van de Raad, noch stoffen waarnaar wordt verwezen in artikel 57 van Verordening (EG) nr. 1907/2006. De onderstaande waarschuwingszinnen verwijzen in het algemeen naar stoffen. Indien er echter geen informatie over de stoffen kan worden verkregen, gelden de classificatieregels voor mengsels. Tabel 1: Lijst van gevaarlijke stoffen GHS-gevarenaanduiding 12 EU-waarschuwingszin 13 H300 Dodelijk bij inslikken R28 H301 Giftig bij inslikken R25 H304 Kan dodelijk zijn als de stof bij inslikken in de luchtwegen terechtkomt R65 H310 Dodelijk bij contact met de huid R27 H3 Giftig bij contact met de huid R24 H330 Dodelijk bij inademing R23/26 H331 Giftig bij inademing R23 H340 Kan genetische schade veroorzaken R46 H341 Verdacht van het veroorzaken van genetische schade R68 H350 Kan kanker veroorzaken R45 H350i Kan kanker veroorzaken bij inademing R49 H351 Verdacht van het veroorzaken van kanker R40 H360F Kan de vruchtbaarheid schaden R60 H360D Kan het ongeboren kind schaden R61 H360FD Kan de vruchtbaarheid schaden. Kan het ongeboren kind schaden R60/61/60-61 H360Fd Kan de vruchtbaarheid schaden. Verdacht van het schaden van het ongeboren kind R60/63 H360Df Kan het ongeboren kind schaden. Verdacht van het verminderen van de vruchtbaarheid R61/62 H361f Mogelijk gevaar voor verminderde vruchtbaarheid R62 H361d Mogelijk gevaar voor beschadiging van het ongeboren kind R63 H361fd Mogelijk gevaar voor verminderde vruchtbaarheid. Verdacht van het schaden van het ongeboren kind R62-63 H362 Kan schadelijk zijn via de borstvoeding R64 12 Verordening (EG) nr. 1272/2008 13 Richtlijn 67/548/EEG met aanpassingen aan de REACH-verordening conform Richtlijn 2006/121/EG en Richtlijn 1999/45/EG als gewijzigd. 15

GHS-gevarenaanduiding 12 EU-waarschuwingszin 13 H370 Veroorzaakt schade aan organen R39/23/24/25/26/27/28 H371 Kan schade aan organen veroorzaken R68/20/21/22 H372 Veroorzaakt schade aan organen bij langdurige of herhaalde blootstelling R48/25/24/23 H373 Kan schade aan organen veroorzaken bij langdurige of herhaalde blootstelling R48/20/21/22 H400 Zeer giftig voor in het water levende organismen R50 H410 Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen R50-53 H4 Giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen R51-53 H412 Schadelijk voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen R52-53 H413 Kan langdurige schadelijke gevolgen voor in het water levende organismen hebben R53 EUH059 Gevaarlijk voor de ozonlaag R59 EUH029 Vormt giftig gas in contact met water R29 EUH031 Vormt giftig gas in contact met zuren R31 EUH032 Vormt zeer giftig gas in contact met zuren R32 EUH070 Giftig bij oogcontact R39-41 Sensibiliserende stoffen H334 Kan bij inademing allergie- of astmasymptomen of ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken R42 H317 Kan een allergische huidreactie veroorzaken R43 Dit criterium geldt ook voor bekende afbraakproducten zoals formaldehyde uit formaldehyde afgevende middelen. Uitgesloten van bovenstaande eis zijn stoffen of mengsels waarvan de eigenschappen tijdens het productieproces veranderen (ze worden bijvoorbeeld niet meer biologisch beschikbaar of hun chemische samenstelling verandert waardoor het eerder vastgestelde gevaar niet meer van toepassing is). Het eindproduct mag niet worden geëtiketteerd volgens de bovenstaande gevarenaanduidingen. Afwijkingen: met name de onderstaande stoffen en mengsels zijn vrijgesteld van deze eis: Oppervlakteactieve stoffen H400 Zeer giftig voor in het water levende organismen < 20 % in het eindproduct Biociden gebruikt voor conserveringsdoeleinden (*) H331 Giftig bij inademing H334 Kan bij inademing allergie- of astmasymptomen (enkel voor vloeistoffen met een of ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken ph tussen 2 en 12 en met H317 Kan een allergische huidreactie veroorzaken maximaal 0,10 % (g/g) actief H400 Zeer giftig voor in water levende organismen materiaal) H334 Kan bij inademing allergie- of astmasymptomen Enzymen (**) of ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken H317 Kan een allergische huidreactie veroorzaken H400 Zeer giftig voor in het water levende organismen R50 R23 R42 R43 R50 R43 R50 Bleekkatalysatoren (**) H400 Zeer giftig voor in water levende organismen R50 NTA als een verontreiniging in (***) MGDA en GLDA H351 Verdacht van het veroorzaken van kanker R40 (*) Afwijking geldt enkel voor criterium b). Biociden moeten voldoen aan criterium e). (**) Met inbegrip van stabilisatoren en andere hulpstoffen in de bereidingen. (***) In concentraties die lager zijn dan 1,0 % in de grondstof, zolang de totale concentratie in het eindproduct lager is dan 0,10 %. R42 16

c) Stoffen die zijn opgenomen in de lijst overeenkomstig artikel 59, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1907/2006 Er mag geen afwijking op het in artikel 6, lid 6, van Verordening (EG) nr. 66/2010 vastgestelde verbod worden toegestaan voor stoffen die worden beschouwd als zeer zorgwekkend en die zijn opgenomen in de lijst zoals bedoeld in artikel 59 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 welke voorkomen in mengsels, in concentraties van meer dan 0,010 gewichtsprocent. d) Gespecificeerde beperkte ingrediënten Parfum Het product mag geen parfums bevatten die nitromuskus of polycyclische muskus bevatten. Ingrediënten die als parfum aan het product worden toegevoegd, moeten volgens de gedragscode van de International Fragrance Association (IFRA) zijn vervaardigd en behandeld. De code is te vinden op de website van IFRA: http://www.ifraorg.org/. De fabrikant dient de aanbevelingen van de IFRA-normen te volgen betreffende het verbod op, het beperkte gebruik van en de gespecificeerde criteria inzake de zuiverheid van materialen. Parfumstoffen die dienen te worden vermeld overeenkomstig Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad betreffende detergentia (bijlage VII) en die nog niet zijn uitgesloten krachtens criterium b) uit deze checklist, mogen niet voorkomen in hoeveelheden 0,010 % ( 100 ppm) per stof in het eindproduct. e) Gespecificeerde beperkte ingrediënten Biociden i) Het product mag uitsluitend biociden bevatten om het product te conserveren, en uitsluitend in de voor dit doel geschikte dosering. Dit heeft geen betrekking op oppervlakteactieve stoffen die ook biocide-eigenschappen kunnen hebben. ii) iii) Het is verboden op de verpakking of via enige andere communicatie te beweren of te suggereren dat het product een antimicrobiële of desinfecterende werking heeft. Het product mag biociden bevatten mits deze niet bioaccumulerend zijn. Een biocide wordt niet als bioaccumulerend beschouwd indien BCF < 100 of log K ow < 3,0. Als zowel de BCFwaarden als de log K ow -waarden beschikbaar zijn, wordt de hoogst gemeten BCF-waarde gebruikt. f) Enzymen Enzymen moeten een vloeibare vorm hebben of stofvrij granulaat zijn. Enzymen moeten vrij zijn van restanten van micro-organismen uit de vervaardiging. 17