Inspectierapport Kleuter BSO kinderopvang Smurfenland (BSO) Langegeer 115 3075JE ROTTERDAM Registratienummer 257706045 Toezichthouder: GGD Rotterdam-Rijnmond In opdracht van gemeente: Rotterdam Datum inspectie: 23-06-2016 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 12-08-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Pedagogisch klimaat... 4 Personeel en groepen... 6 Veiligheid en gezondheid... 7 Ouderrecht... 8 Inspectie-items... 10 Gegevens voorziening... 14 Gegevens toezicht... 14 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 15 2 van 15
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. De oordelen zijn gebaseerd op: - observaties; - documenten die zijn ingezien op de locatie zelf of later zijn nagestuurd; - gesprekken met de beroepskrachten; - contact met de locatiemanager Er zijn vooraf geen documenten opgevraagd. Beschouwing Feiten over buitenschoolse opvang Smurfenland: De buitenschoolse opvang heeft een capaciteit voor 4 kinderen in de leeftijd van 4-6 jaar. Kleuter BSO Kinderopvang Smurfenland bevindt zich in hetzelfde pand als Kinderdagverblijf Smurfenland. Het betreft een klein en huiselijk kindercentrum, gesitueerd in een woonhuis. De buitenschoolse opvang neemt een deel van de huidige ruimte van de peutergroep (de slaapruimte) en een deel van de keuken waar nu gezamenlijk wordt gegeten (op de eerste etage) in. Ook wordt gebruik gemaakt van dezelfde buitenspeelruimte, welke rondom het kindercentrum is gelegen. Inspectiegeschiedenis: De afgelopen jaren hebben de volgende inspecties plaatsgevonden: 08-07-2014: Onderzoek na registratie. Hierbij zijn geen overtredingen geconstateerd. Er werden toen nog geen kinderen opgevangen. 07-09-2015: Onderzoek na registratie is nogmaals uitgevoerd, omdat er in 2014 geen kinderen werden opgevangen. Hierbij zijn geen overtredingen geconstateerd. Bevindingen op hoofdlijnen: Tijdens dit jaarlijks onderzoek na registratie zijn op de onderzochte items geen overtredingen geconstateerd. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 15
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De 4 basisdoelen zoals vastgelegd in de Wet kinderopvang zijn geobserveerd en beoordeeld: - emotionele veiligheid - persoonlijke competentie - sociale competentie - overdracht van normen en waarden Tijdens de observaties van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar (versie januari 2015) met de daarin opgenomen indicatoren. De teksten van de gedragsbeschrijvingen van de pedagogische praktijk uit het veldinstrument zijn cursief gedrukt. Alle basisdoelen zijn beoordeeld. Hieronder zijn slechts een paar voorbeelden uitgewerkt van situaties die zich voordeden tijdens de observatie. De observatie heeft plaats gevonden na school tijdens het eten van een cracker en het vrij spelen. Emotionele veiligheid De beroepskrachten hebben een vertrouwde relatie met de kinderen De beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen accepteren zoals ze zijn; ze geven complimentjes, maken grapjes, knuffelen, hebben oogcontact en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft. Observatie: Een kind van de buitenschoolse opvang gaat even bij de peuters kijken van het kinderdagverblijf, hij gaat even kijken bij zijn zusje. De beroepskrachten van het kinderdagverblijf verwelkomen het kind: "Leuk dat je weer even komt kijken, hoe was het op school?" Het kind zegt hier weinig op. De beroepskracht zegt: "Ben je moe, jongen?" Het kind knikt en gaat even afzijdig zitten. Even later komt hij ook een cracker eten. Persoonlijke competentie De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren de ontwikkeling van (individuele) kinderen Kinderen krijgen ruimte voor zelfsturing, maar de beroepskracht is voor kinderen beschikbaar als hulp en controlepunt voor wat kan en mag. Kinderen gedragen zich redelijk zelfstandig en zelfverantwoordelijk bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten. Observatie: Het kind dat uit school is opgehaald geeft bij binnenkomst zelf aan dat zij honger heeft. De beroepskracht zegt: "Meid, doe lekker je jas uit. Wat wil je op je cracker?" Het meisje kiest haar beleg en gaat aan tafel haar cracker eten. Daarna gaat ze tekenen. Ze pakt zelf de spullen uit de kast. Tijdens het onderzoek is gebleken dat de houder zorg draagt voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan en dat beroepskrachten op de hoogte zijn van het beleidsplan en daar in de praktijk uitvoering aan geven. De 4 basisdoelen worden voldoende gewaarborgd waarmee voldaan is aan de wettelijke vereisten. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Interview anderen (Aanwezige beroepskracht) Observaties 4 van 15
Pedagogisch beleidsplan 5 van 15
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaringomtrent het gedrag van de stagiaire is ingezien. Van de vaste beroepskracht is de verklaring omtrent het gedrag in 2015 ingezien. Passende beroepskwalificatie De vaste beroepskracht is in het bezit van een passende beroepskwalificatie. Deze is in 2015 ingezien. Opvang in groepen Er is één basisgroep van maximaal 4 kinderen. Er wordt voldaan aan de wettelijke vereisten. Beroepskracht-kindratio Er wordt één beroepskracht ingezet voor 4 kinderen. Er wordt voldaan aan de wettelijke vereisten. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Er wordt nederlands gesproken op de buitenschoolse opvang. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Aanwezige beroepskracht) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten Personeelsrooster 6 van 15
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisatie veiligheid is in augustus 2015 aangevuld en toegeschreven op de inrichting van de BSO en de mogelijke risico's in de praktijk. De houder gaf aan tijdens de inspectie dat zij alert zullen blijven op het tussentijds aanpassen en aanvullen van het plan van aanpak. Er is een ongevallenregistratieformulier. De plaats en aard van het ongeval, de leeftijd van het kind, de datum van het ongeval en maatregelen zijn hierin opgenomen. Tijdens de inspectie heeft de toezichthouder met één van de beroepskrachten uitvoerig over de risico-inventarisatie veiligheid & gezondheid gesproken. Zij kende de risico's in de praktijk en kon goed verwoorden hoe het beleid ten aanzien van de risico-inventarisaties in de praktijk vorm krijgt. Gebruikte bronnen: Risico-inventarisatie veiligheid (augustus 2015) Risico-inventarisatie gezondheid (augustus 2015) Actieplan veiligheid Actieplan gezondheid Ongevallenregistratie Veiligheidsverslag Gezondheidsverslag 7 van 15
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders via: de website; het pedagogisch beleidsplan; en via dagelijkse gesprekken met de beroepskracht tijdens het ophalen van de kinderen De houder brengt de klachtenregeling alsmede de mogelijkheid om geschillen aan de geschillencommissie voor te leggen op passende wijze onder de aandacht van de ouders. Op de website staat informatie voor ouders over de mogelijkheid om klachten voor te leggen aan de geschillencommissie en een verwijzing naar de interne klachtenregeling. Hiermee wordt voldaan aan de wettelijke vereisten. Oudercommissie Kleuter BSO Kinderopvang Smurfenland vormt samen met kinderdagverblijf Smurfenland een oudercommissie. In de samengestelde oudercommissie hebben 4 ouders van het kinderdagverblijf en 1 ouder van de buitenschoolse opvang zitting. Klachten en geschillen 2016 De houder heeft een regeling getroffen (interne klachtenregeling) voor de afhandeling van klachten over: een gedraging van de houder of bij de houder werkzame personen jegens een ouder of kind; de overeenkomst tussen de houder en de ouder. De regeling is schriftelijk vastgelegd, voorziet er in dat de ouder de klacht schriftelijk bij de houder indient en dat de houder: de klacht zorgvuldig onderzoekt; de ouder zoveel mogelijk op de hoogte houdt van de voortgang van de behandeling; de klacht, rekening houdende met de aard ervan, zo spoedig mogelijk wordt afgehandeld; de klacht, uiterlijk zes weken na indiening bij de houder, wordt afgehandeld; de houder een schriftelijk en met redenen omkleed oordeel op de klacht verstrekt; in het oordeel een concrete termijn wordt gesteld waarbinnen eventuele maatregelen zullen zijn gerealiseerd. De houder is aangesloten bij de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Hiermee wordt voldaan aan de wettelijke vereisten. Klachten 2015 en voorgaande jaren De houder is aangesloten bij de ZcKK en ZcKK-OC. Het jaarverslag klachten voor de buitenschoolse opvang over 2015 is voor 1 juni 2016 naar de toezichthouder verstuurd. Gebruikte bronnen: Informatiemateriaal voor ouders Website Klachtenregeling 8 van 15
Klachtenregeling oudercommissie Inschrijving Geschillencommissie 9 van 15
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en Bij de inzet van beroepskrachten in opleiding wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden, overeenkomstig de voorwaarden in de cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en 10 van 15
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang, buitenlandse kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en 11 van 15
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang, buitenlandse kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en Ouderrecht Informatie De houder brengt de klachtenregeling, alsmede wijzigingen daarvan, op passende wijze onder de aandacht van ouders. (art 1.57b lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De houder brengt de mogelijkheid om geschillen aan de geschillencommissie voor te leggen op passende wijze onder de aandacht van ouders. (art 1.57c lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Oudercommissie De houder stelt binnen zes maanden na registratie een oudercommissie in. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen OF In een kindercentrum waar maximaal 50 kinderen worden opgevangen is (nog) geen oudercommissie ingesteld, de houder heeft zich echter aantoonbaar voldoende ingespannen om een oudercommissie in te stellen én de houder biedt, als ouders op een andere wijze worden betrokken bij onderwerpen waarvoor adviesrecht geldt, ouders de gelegenheid deel te nemen aan een oudercommissie. (art 1.58 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Als er conform artikel 1.58 tweede lid geen oudercommissie is ingesteld, betrekt de houder de ouders aantoonbaar voldoende op een andere wijze bij: - de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan artikel 1.50, eerste lid; - het pedagogische beleid dat wordt gevoerd; - voedingsaangelegenheden van algemene aard; - het algemene beleid op het gebied van opvoeding, veiligheid of gezondheid; - openingstijden; - het beleid met betrekking tot het aanbieden van voorschoolse educatie; - de vaststelling of wijziging van een regeling inzake de behandeling van klachten; - wijziging van de prijs van kinderopvang. (art 1.58 lid 2 en 3, 1.60 lid 1, 1.57b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Klachten en geschillen 2016 De houder treft een regeling voor de afhandeling van klachten over: - een gedraging van de houder of een bij de houder werkzaam persoon jegens een ouder of kind; - de overeenkomst tussen de houder en de ouder. (art 1.57b lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De regeling is schriftelijk vastgelegd, voorziet er in dat de ouder de klacht schriftelijk bij de houder indient en dat de houder: - de klacht zorgvuldig onderzoekt; - de ouder zoveel mogelijk op de hoogte houdt van de voortgang van de behandeling; - de klacht, rekening houdende met de aard ervan, zo spoedig mogelijk wordt afgehandeld; - de klacht, uiterlijk zes weken na indiening bij de houder, wordt afgehandeld; - de ouder een schriftelijk en met redenen omkleed oordeel op de klacht verstrekt; - in het oordeel een concrete termijn stelt waarbinnen eventuele maatregelen zullen zijn gerealiseerd. (art 1.57b lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen 12 van 15
De houder handelt overeenkomstig deze regeling. (art 1.57b lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De houder van een kindercentrum is aangesloten bij een door de minister van Veiligheid en Justitie erkende geschillencommissie voor het behandelen van: a) geschillen tussen houder en ouder over: - een gedraging van de houder of een bij de houder werkzame persoon jegens ouder of kind; - de overeenkomst tussen de houder en de ouder; b) geschillen tussen houder en oudercommissie over de toepassing en uitvoering van het wettelijke adviesrecht. (art 1.57c lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Klachten 2015 en voorgaande jaren De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD. (art 35 lid 2 Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg; art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) 13 van 15
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Kleuter BSO kinderopvang Smurfenland Aantal kindplaatsen : 4 Gegevens houder Naam houder : Kinderopvang Smurfenland B.V. Adres houder : Langegeer 115 Postcode en plaats : 3075JE ROTTERDAM KvK nummer : 54152348 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Rotterdam-Rijnmond Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Telefoonnummer : 010 4984015 Onderzoek uitgevoerd door : E.A. Blomsma Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Rotterdam Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Planning Datum inspectie : 23-06-2016 Opstellen concept inspectierapport : 28-07-2016 Zienswijze houder : 10-08-2016 Vaststelling inspectierapport : 12-08-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 12-08-2016 Verzenden inspectierapport naar : 12-08-2016 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 12-08-2016 14 van 15
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Rotterdam, vrijdag 12 augustus 2016 Betreft: Onze zienswijze op het Concept inspectierapport 23-06-2016 Kleuter BSO Uw kenmerk 2577 06 045 Geachte Mevrouw E.A. Blomsma, Op uw verzoek onze reactie / zienswijze op het concept rapport BSO Algemeen: Rapport is in goede staat ontvangen via email op 1 augustus 2016 en op woensdag 10 augustus 2016 na vakantie van de leidinggevende gelezen. Op de betreffende items die voldoende zijn bevonden, geen reactie, mits u daarom heeft gevraagd. Wij zijn heel trots op dit rapport. Er wordt hard aan gewerkt, met een enorme betrokkenheid en vaardigheid. Telkens zullen wij een stap verder maken in de ontwikkeling voor een heerlijke BSO voor de kinderen. De belangrijkste bevestiging zijn de kinderen die nog steeds elk ophaal moment -door de oude vertrouwde leidster -als een cadeautje zien en met warmte en enthousiasme de leidster om de nek vliegen als zij bij de klas deur staat! Inmiddels is gebleken dat extreem drukke kinderen, niet geschikt zijn voor onze kleuter BSO. Zo hebben wij 1 van de kleuters inmiddels i.v.m. welbevinden van het kind verwezen naar de BSO in de wijk, waar het kind meer gelegenheid had tot voetballen. Dit was zijn passie, dit talentje schopte de kinderen door de tuin en dat was niet de bedoeling. Binnen kwam hij niet tot spelen en werd lusteloos. Smurfenland gaat voor welbevinden van alle kinderen, zo ook voor de BSO kinderen. Ik hoop u hiermee voldoende te hebben bericht. In afwachting op uw reactie, Met vriendelijke groeten Nanda Dijkgraaf 15 van 15