Inspectierapport BSO Speelwijs locatie Babylon (BSO) Van Speykstraat 109 3014VG ROTTERDAM Toezichthouder: GGD Rotterdam-Rijnmond In opdracht van gemeente: ROTTERDAM Datum inspectie: 08-07-2014 Type onderzoek : Onderzoek voor registratie Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 17-07-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek...3 Observaties en bevindingen...4 Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang...4 Pedagogisch klimaat...5 Personeel en groepen...6 Veiligheid en gezondheid...7 Accommodatie en inrichting...8 Ouderrecht...9 Inspectie-items... 10 Gegevens voorziening... 13 Gegevens toezicht... 13 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 14 2 van 14
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd onderzoek voor registratie. Tijdens deze inspectie zijn alle voor deze opvang geldende voorwaarden, die voor aanvang van exploitatie getoetst kunnen worden, onderzocht. Een volledig kwaliteitsoordeel is echter nog niet mogelijk omdat het centrum nog niet in exploitatie is gegaan. Een aantal kwaliteitseisen kan pas volledig beoordeeld worden bij het bezoek na aanvang van de exploitatie. Dit onderzoek vindt plaats binnen drie maanden na opname in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. De toezichthouder geeft een advies voor wel of niet opnemen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen en beoordeelt het aantal aangevraagde kindplaatsen. Beschouwing -Buitenschoolse opvang Speelwijs locatie Babylon is onderdeel van koepelorganisatie Speelwijs & Maupetuus. De buitenschoolse opvang is voornemens met ingang van 1 september 2014 te starten met de exploitatie. De houder heeft schriftelijk een aanvraag registeropname ingediend bij de gemeente Rotterdam. -Het onderzoek na aanvraag registeropname is op 9 juli 2014 uitgevoerd. Dit is binnen de wettelijk gestelde termijn van 10 weken. Uit dit onderzoek is gebleken dat de exploitatie van de buitenschoolse opvang redelijkerwijs zal plaatsvinden in overeenstemming met het bepaalde bij of krachtens afdeling 3, paragrafen 2 en 3 van dit hoofdstuk. Dit betekent dat aan de gemeente Rotterdam advies wordt gegeven om de buitenschoolse opvang op te nemen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. -De dagelijkse leiding van buitenschoolse opvang Speelwijs locatie Babylon is in handen van een coördinator buitenschoolse opvang. Daarnaast vindt ondersteuning plaats van een kwaliteitsmedewerker en een beleidsmedewerker. De beleidsmedewerker geeft trainingen aan de pedagogisch medewerkers over onder andere de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, feedback geven en ontvangen en het pedagogisch beleidsplan. In dit rapport wordt de stand van zaken per domein beschreven. - Het plan is om in de buitenschoolse opvang in eerste instantie 10 kinderen op te vangen met uitbreiding naar totaal 14 kinderen. - Buitenschoolse opvang Speelwijs locatie Babylon bevindt zich in basischool Babylon Taalschool en heeft 1 leefruimte en een aangrenzende buitenspeelruimte. -De houder geeft aan dat er een nauw samenwerkingsverband zal zijn met de kinderorganisaties in de wijk. Samen met de Van Velthuizen Stichting (MKD), SBO Henry Dunant, Taalschool Babylon en andere partijen in de wijk zal er gezocht worden naar een breed georiënteerde vorm van kinderopvang in de buitenschoolse uren. Advies aan College van B&W Opnemen in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen. De toezichthouder adviseert de gemeente Rotterdam om buitenschoolse opvang Speelwijs locatie Babylon op te nemen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen met 14 kindplaatsen in plaats van door de houder aangevraagde 20 kindplaatsen. Zie verder bij het domein accommodatie en inrichting. 3 van 14
Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet Deze voorwaarden zijn al beoordeeld voor de andere locaties van deze houder. Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving De houder heeft nog twintig buitenschoolse opvang locaties en een kinderdagverblijf locatie in exploitatie. Tijdens de laatste inspectieonderzoeken van drie buitenschoolse opvang locaties zijn overtredingen geconstateerd: Locatie Het Baken: overtreding op het domein personeel en groepen; Locatie Catamaran Maria Daneelserf: overtredingen op het domein personeel en groepen en domein ouderrecht; Locatie Wegwijzer: overtredingen op het domein personeel en groepen en domein ouderrecht. De indruk van de toezichthouder is dat de houder openstaat voor verbeteringen. Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde(n): Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder. (art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Gebruikte bronnen: Inspectierapport BSO Speelwijs locatie Het Baken met bezoekdatum 3-3-2014; Inspectierapport BSO Speelwijs locatie Catamaran Maria Daneelserf met bezoekdatum 3-3- 2014; Inspectierapport BSO Speelwijs locatie Wegwijzer met bezoekdatum 2-4-2014. 4 van 14
Pedagogisch klimaat Speelwijs & Maupetuus heeft een pedagogisch beleidsplan voor de buitenschoolse opvang. In het pedagogisch beleidsplan is de visie van Speelwijs & Maupetuus verwerkt en wordt een beschrijving gegeven van de vier opvoedingsdoelen: het bieden van emotionele veiligheid, de persoonlijke competentie, de sociale competentie en het eigen maken van waarden en normen. Zodra de locatie in exploitatie is, zal er een pedagogisch werkplan worden opgesteld. Het werkplan zal specifieke informatie van de locatie gaan bevatten. Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan geeft onder ander een beschrijving van: Het wenbeleid; De werkwijze, de maximale omvang en leeftijdsopbouw van de basisgroep; De achterwachtregeling; Het beleid omtrent opvang van extra dagdelen; Het open-deuren-beleid. De houder heeft aangegeven nog een pedagogisch werkplan op te stellen met specifieke informatie over locatie Babylon. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de locatieverantwoordelijke) Pedagogisch beleidsplan (Versie V0314VB6) E-mail verkeer met de houder. 5 van 14
Personeel en groepen Bij buitenschoolse opvang Speelwijs & Maupetuus locatie Babylon zal in eerste instantie één basisgroep worden opgestart van 10 kinderen in de leeftijd van 4-13 jaar. Verklaring omtrent het gedrag Bij de aanvraag is een Verklaring omtrent het Gedrag van de houder (VOG RP) overlegd. Deze is niet ouder dan twee maanden. De locatiemanager geeft aan dat de pedagogisch medewerker die in de buitenschoolse opvang gaat werken reeds werkzaam is bij Speelwijs & Maupetuus. Van deze medewerker is de Verklaring Omtrent het Gedrag ingezien en deze voldoet aan de gestelde eisen. Passende beroepskwalificatie De locatiemanager geeft aan dat de pedagogisch medewerker die in de buitenschoolse opvang gaat werken reeds werkzaam is bij Speelwijs & Maupetuus. Van deze medewerker is een passende beroepskwalificatie ingezien. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de locatieverantwoordelijke) Verklaringen omtrent het gedrag (van de medewerkers en rechtspersonen) Diploma's beroepskrachten Aanvraagformulier exploitatie buitenschoolse opvang BSO Speelwijs locatie Babylon. 6 van 14
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid zijn in juni 2014 uitgevoerd. Deze zijn door de pedagogisch medewerkers tezamen met de kwaliteitsmedewerker uitgevoerd. De organisatie heeft een aantal protocollen en werkinstructies op het gebied van veiligheid en gezondheid. De risico-inventarisaties worden opnieuw uitgevoerd als de locatie is ingericht en de kinderen worden opgevangen. De risico-inventarisatie veiligheid bevat: Een beschrijving van de veiligheidsrisico's op de thema's: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden; Een plan van aanpak waarin maatregelen beschreven staan op de veiligheidsrisico's; Evaluatiemomenten; Een veiligheidsverslag. Er is een ongevallenregistratieformulier. De plaats en aard van het ongeval, de leeftijd van het kind, de datum van het ongeval en maatregelen zijn hierin opgenomen. De risico-inventarisatie gezondheid bevat: Een beschrijving van de gezondheidsrisico's op de thema's: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. Een plan van aanpak waarin maatregelen beschreven staan op de gezondheidsrisico's; Evaluatiemomenten; Een gezondheidsverslag. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling vastgesteld. De sociale kaart is ingevuld. De meldcode voldoet aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de locatieverantwoordelijke) Observaties Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Actieplan veiligheid Actieplan gezondheid Ongevallenregistratie Veiligheidsverslag Gezondheidsverslag Meldcode kindermishandeling (Versie 5 juli 2014) 7 van 14
Accommodatie en inrichting Binnenruimte Buitenschoolse opvang Speelwijs locatie Babylon heeft een groepsruimte op dezelfde verdieping als waar kinderdagverbijf Dikkertje Dap van de Van Veldhuizen Stichting is gehuisvest. De groepsruimte heeft een oppervlakte van 50,3 m2. De houder heeft een aanvraag ingediend voor 20 kindplaatsen. Het aantal beschikbare m2 is echter toereikend voor de registratie van 14 kindplaatsen. De houder was er vanuit gegaan dat een, in een vluchtroute gelegen, gang (21,3 m2) en een andere ruimte (11,9 m2) meegerekend kon worden in het aantal beschikbare m2. De houder heeft niet inzichtelijk/aantoonbaar gemaakt dat de genoemde ruimtes gebruikt mogen worden voor spelactiviteiten. Tijdens de inspectie heeft de houder aangegeven alleen gebruik te gaan maken de groepsruimte (50,3 m2), als binnenspeelruimte, voor de kinderen. Ten tijde van het onderzoek was de ruimte nog niet ingericht. Dit wordt tijdens het onderzoek na registratie beoordeeld. Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde(n): Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is aangrenzend aan de voorzijde van de bso. Er zijn verschillende speeltoestellen aanwezig zoals een speelkooi voor voetbal. Eveneens is er aan de achterzijde een binnentuin aanwezig. Optisch gezien is er voldoende m2 buitenspeelruimte voor 14 kinderen. De buitenspeelruimte is te allen tijde toegankelijk voor de kinderen en vast beschikbaar. Gebruikte bronnen: Observaties Interview locatiemanager E-mail verkeer over afmetingen van de ruimten 8 van 14
Ouderrecht Informatie De ouders worden geïnformeerd via de website van Speelwijs & Maupetuus, het pedagogisch beleidpslan en het intakegesprek. De informatie over het te voeren beleid voldoet aan de gestelde eisen. Klachten De houder is aangesloten bij de ZcKK en ZcKK-OC. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (met de locatieverantwoordelijke) Website (Speelwijs & Maupetuus) Klachtenregeling Klachtenregeling oudercommissie Pedagogisch beleidsplan Versie V0314VB6. 9 van 14
Inspectie-items Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan. (art 1.1 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder. (art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) De houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn vestiging(en) te voorkomen. (art 1.49 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze toezichthouder) Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 10 van 14
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder beschrijft de veiligheidsrisico s op de thema s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk) 11 van 14
De houder beschrijft de gezondheidsrisico s op de thema s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Accommodatie en inrichting Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector) De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 12 van 14
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : BSO Speelwijs locatie Babylon Aantal kindplaatsen : 20 Gegevens houder Naam houder : Speelwijs en Maupetuus B.V. Adres houder : Kauwendaal 12 Postcode en plaats : 2914KG NIEUWERKERK AD IJSSEL Website : www.speelwijs.nl KvK nummer : 24411311 Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Rotterdam-Rijnmond Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Telefoonnummer : 010 4984015 Onderzoek uitgevoerd door : E.J. Berends Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : ROTTERDAM Adres : Postbus 70014 Postcode en plaats : 3000KS ROTTERDAM Planning Datum inspectie : 08-07-2014 Opstellen concept inspectierapport : 15-07-2014 Zienswijze houder : 17-07-2014 Vaststelling inspectierapport : 17-07-2014 Verzenden inspectierapport naar houder : 21-07-2014 en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar : 21-07-2014 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 11-08-2014 13 van 14
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Hartelijk dank voor het concept inspectie rapport. Ik heb het gelezen en kan mij vinden in Uw bevindingen.ik ga akkoord met de inhoud en zie het definitieve rapport gaarne tegemoet.gezien ons mailverkeer en telefonisch onderhoud zie ik af van hoor en wederhoor. Met vriendelijke groeten, Monique WindrichBSO Speelwijs 14 van 14