Reglement Recreawedstrijden Para-Equestrian Editie 08-02-2013 1
Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 2 ALGEMENE VOORSCHRIFTEN... 3 DRESSUURPROEVEN... 3 WEDSTRIJDTERREIN... 3 WEDSTRIJDKLEDIJ... 3 OPTOMING... 3 1.1 Speciale optoming voor paarden bij para-equestrian ruiters... 3 PAARDEN... 4 1.2 Registratie en inenting... 4 1.3 Toilettage... 4 INSCHRIJVEN... 4 BEPALINGEN VOOR DEELNAME AAN RECREAWEDSTRIJDEN PARA-EQUESTRIAN... 4 1.4 Ruiters... 4 1.5 Beperkingen tijdens eenzelfde wedstrijddag... 4 1.6 Graadbepaling van de ruiter... 4 RANKING... 5 1.7 Algemene voorwaarden voor opname in de ranking... 5 1.8 Ranking op de recreawedstrijdenwedstrijden... 5 1.9 Regelmatigheidscriterium (niet voor freestyle)... 5 1.10 Opmaak van het eindklassement... 5 PRIJSUITREIKING... 6 2
Algemene voorschriften Algemeen wordt verwezen naar het FEI-reglement para-equestrian. De recreawedstrijden voor para-equestrian ruiters worden georganiseerd door de VLPcommissie para-equestrian. Zij bepalen de accommodatie en staan in voor de organisatie van de wedstrijden. Dressuurproeven Ruiters kunnen zich inschrijven in de Novice-, Team-, Individual- en de Freestyleproeven: De Noviceproeven: - Ia Novice - Ib Novice - II Novice - III Novice - IV Novice De Teamproeven - Ia Teamtest - Ib Teamtest - II Teamtest - III Teamtest - IV Teamtest De Individual Championshipproeven - Ia Individual Championshiptest - Ib Individual Championshiptest - II Individual Championshiptest - III Individual Championshiptest - IV Individual Championshiptest De Freestyleproeven: - Ia Freestyle Test - Ib Freestyle Test - II Freestyle Test - III Freestyle Test - IV Freestyle Test Wedstrijdterrein Tot nader order worden alle proeven verreden op een piste van 20mx40m. Wedstrijdkledij Ruiters moeten de proef afleggen in geschikte kledij en schoeisel. Het is wenselijk dat ruiters in wedstrijduniform zijn. Het dragen van een goedkeurde cap met driepuntsluiting is verplicht tijdens het voorstellen van de proef, de opwarming en op de trajecten van en naar de stallen of paardenwagen. Optoming Zie FEI-reglement 1.1 Speciale optoming voor paarden bij para-equestrian ruiters Voor speciale toelatingen bij de optoming van de paarden: zie FEI-reglement. 3
Paarden Ruiters kunnen met een eigen paard of met een huurpaard aan de wedstrijden deelnemen. Wanneer de ruiter met een huurpaard wenst te rijden, dient dit bij inschrijving meegedeeld te worden. Hierbij dient ook de lengte en het gewicht van de ruiter meegegeven te worden. 1.2 Registratie en inenting Indien de ruiter met een eigen paard deelneemt, moet het bewijs van inenting op verzoek van de organisator of een official getoond kunnen worden. Immatriculatie van het paard is niet verplicht. 1.3 Toilettage Het is wenselijk de paarden in te vlechten, maar dit is niet verplicht. Onnatuurlijke, decoratieve elementen zoals linten zijn verboden. Inschrijven Inschrijven voor deze wedstrijden kan door het inschrijvingsformulier in te vullen en ten laatste maandag vóór de wedstrijd terug te bezorgen op het VLP-secretariaat. Inschrijven met een eigen paard kost 5. Inschrijven met een huurpaard kost 7. Dit bedrag moet ten laatste op de sluitingsdag (maandag vóór de wedstrijd) overgemaakt worden op het rekeningnummer van het VLP secretariaat: BE06 4410 6333 8122, met de vermelding: recrea datum van de wedstrijd + naam van de ruiter. Bepalingen voor deelname aan recreawedstrijden paraequestrian 1.4 Ruiters Ruiters moeten lid zijn van minstens één van volgende verenigingen: VLP, LEWB, LRV of VLG. 1.5 Beperkingen tijdens eenzelfde wedstrijddag - Een combinatie ruiter/paard mag maximum 2 proeven per wedstrijddag voorstellen. Deze proeven mogen gespreid zijn over 2 verschillende graden. - Een combinatie ruiter/paard mag slechts 1 maal per wedstrijddag dezelfde proef voorstellen. - Een paard mag 4 keer per wedstrijddag voorgesteld worden. 1.6 Graadbepaling van de ruiter Indien een ruiter reeds een Graad toegewezen kreeg van een FEI classifier, is dit de Graad waarnaar de combinatie moet streven om deel te nemen. Een ruiter (met beperking) met of zonder classificatie, kan starten in een Graad naar keuze. Indien een combinatie 2x60% behaald in een bepaalde proef moet hij overstappen naar een hogere proef / Graad. 2 x 65% staat gelijk met een overgang naar de Individual Championship test Ook wanneer hij/zij een Graad hoger rijdt dan zijn eigen Graad, zullen de resultaten opgenomen worden in het klassement. 4
Ranking 1.7 Algemene voorwaarden voor opname in de ranking - De ranking per wedstrijd zal gemaakt worden over alle graden heen. Er wordt wel een opdeling gemaakt tussen novice test, team test, individual test, individual championship test en Freestyle indien er meer dan 2 starters zijn voor een specifieke test. - Wanneer een ruiter deelneemt met een paard dat op internationaal niveau reeds gestart is, kan het resultaat niet meetellen voor de ranking. 1.8 Ranking op de recreawedstrijdenwedstrijden Op selectiewedstrijden wordt een algemene ranking opgemaakt over alle Graden en proeven heen. De ruiter met de hoogste score wint*. Wanneer er binnen eenzelfde proef meer dan 2 ruiters zijn proef heeft voorgesteld met een geldige eindscore, wordt er voor deze proef een aparte ranking opgemaakt. In geval van een ex-aequo op de eerste plaats binnen de ranking van een recreawedstrijd, dan is het de ruiter met het hoogste puntentotaal op de algemene score onderaan het protocol die wint. In het geval dat er nog steeds een ex-aequo is dan worden er twee prijzen uitgereikt op plaats 1, maar dan zal er geloot worden om de beker. De scores van de ruiters worden wel genoteerd op de eindranking. Bij ex-aequo in de kür op muziek worden de artistieke scores vergeleken. *Ruiters die onder hun eigen Graad rijden en die de overgang naar hogere Graad niet wensen toe te passen ook al hebben ze 2x60 % gereden, kunnen meedoen maar komen niet in aanmerking voor de eindranking en voor het regelmatigheidscriterium. 1.9 Regelmatigheidscriterium (niet voor freestyle) - Om opgenomen te worden in de eindklassering moet minimum deelgenomen zijn aan 3 verschillende wedstrijden binnen het recreacircuit. - Om in aanmerking te komen voor het regelmatigheidscriterium moet er minimum 1x per wedstrijdseizoen een kür op muziek voorgesteld worden. - De hoogste individuele dagscore van elke ruiter wordt per wedstrijd opgenomen. - Het criterium wordt opgemaakt op naam van de ruiter. Hierbij wordt geen rekening gehouden met welk paard er gereden werd. Bijgevolg kan in eenzelfde seizoen gewisseld worden van paard. - Voor ruiters die met twee paarden deelnamen, komt de hoogste score in aanmerking. - De ruiter met de hoogste eindscore wint de regelmatigheidsprijs. In geval van exaequo geeft het hoogst aantal deelnames de doorslag en/of de algemene scores. 1.10 Opmaak van het eindklassement - Het eindklassement wordt opgemaakt per graad. - Per deelgenomen wedstrijd (= wedstrijddag) krijgt de ruiter 1 punt. Binnen een graad worden punten toegekend naargelang het aantal ruiters binnen de graad. Het aantal ruiters binnen een graad komt overeen met het punt dat aan de eerste in het klassement binnen die graad wordt toegekend. De 2 e krijgt 1 punt minder enz. Voor het opstellen van deze ranking geldt volgende formule: [totaal aantal punten (cfr aantal deelnemers)+aantal gereden wedstrijden] 5
- Ruiters die deelnemen aan proeven onder hun Graad, kunnen niet opgenomen worden in het regelmatigheidscriterium. - De eerste 3 uit de ranking van het regelmatigheidscriterium zullen prijzen in ontvangst nemen. Prijsuitreiking Bekers, linten en naturaprijzen aan de winnaars tijdens de manches. Voor de ereplaatsen van het criterium worden extra prijzen voorzien. Ruiters dienen bij de prijsuitreiking verplicht gepaste kledij te dragen. 6