ANORGANISCHE ANALYSEMETHODEN/WATER BEPALING VAN DE PH. De ph wordt gedefinieerd als het negatieve logaritme van de waterstofionen activiteit:

Vergelijkbare documenten
Bepaling van de ph. Ministerieel besluit van 15 april Belgisch Staatsblad van 20 mei 2009 WAC

ANORGANISCHE ANALYSEMETHODEN/WATER GELEIDBAARHEID

Bepaling van de elektrische geleidbaarheid

Geleidbaarheid. Ministerieel besluit van 29 jan Belgisch Staatsblad van 18 feb 2015

Bepaling van de elektrische geleidbaarheid

Meting ter plaatse van temperatuur, ph, elektrische geleidbaarheid, opgeloste zuurstof, vrije chloor en gebonden chloor

Meting ter plaatse van temperatuur, ph, elektrische geleidbaarheid, opgeloste zuurstof, vrije chloor en gebonden chloor

Bepaling van de buffercapaciteit

Bepaling van vaste stoffen in suspensie. Methode door filtratie op glasvezelfilter

Bepaling van vaste stoffen in suspensie. Methode door filtratie op glasvezelfilter

Bepaling van de buffercapaciteit

Bepaling van Totaal Organische Koolstof (TOC) en/of Opgeloste Organische Koolstof (DOC) in water

Spectofotometrische bepaling van nietchlooroxydeerbare

Bepaling van het gehalte aan orthofosfaat met behulp van doorstroomanalyse

Bepaling van de alkaliniteit en de buffercapaciteit

Bepaling van het gehalte aan orthofosfaat met behulp van doorstroomanalyse

Bepaling van ammoniakale stikstof door destillatie en titratie

Bepaling van ammoniakale stikstof door destillatie en titratie

Raming van de kleur volgens de Pt-Co schaal

Bepaling van opgelost chroom VI in water door ionenchromatografie

Bepaling van de oxideerbaarheid bij warmte

Bepaling van de oxideerbaarheid bij warmte

Bepaling van de oxideerbaarheid bij warmte

Wat is een ph meting?

Basics of ph. Theorie én praktijk (in 25 minuten en 10 slides ) Bart Küpers Productmanager Analyse, Endress+Hauser

Beheer en onderhoud van de W T W ph-meters

SPECTROFOTOMETRISCHE BEPALING VAN HET ORGANISCH KOOLSTOFGEHALTE IN BODEM

Uitwerkingen van de opgaven uit: CHEMISCHE ANALYSE ISBN , 1 e druk, Uitgeverij Syntax Media Hoofdstuk 17 Potentiometrie bladzijde 1

FOTOMETRISCHE BEPALING VAN FLUORIDE MBV EEN DOORSTROOMANALYSESYSTEEM (CFA)

Fotometrische bepaling van fluoride mbv een doorstroomanalysesysteem (CFA)

Bepaling van het gehalte aan ammoniakale stikstof met behulp van doorstroomanalyse

ZOUTGEHALTESENSOR BT78i

Ontsluitingsmethode voor olie

BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER

OVER PH: HET METEN VAN PH IS NIET MOEILIJK, MAAR ER IS VEEL ONBEGRIP OVER DEZE METING. DAAROM: DE ANTWOORDEN OP UW VERZAMELDE VRAGEN.

Bepaling van ammoniakale stikstof door manuele spectrofotometrie

Gecombineerde ph-elektroden Met gecombineerd glas- en Ag/AgCl referentiesysteem.

ALKALINITEIT/ZUURTEGRAAD (BUFFERCAPACITEIT)

Potentiometrische bepaling van sulfide

Waterdichte ph-meter phscan30

Vaste mest en vaste behandelde mest Ammoniumstikstof

M-Module Vul hier de identcode van uw regelaar in!

Bepaling van opgelost en totaal anorganisch gebonden fluoride met doorstroomanalyse

Bepaling van petroleumetherextraheerbare stoffen in water

BAM - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van nitraatstikstof

OXIDATIE- REDUCTIE POTENTIAAL SENSOR BT57i

Fluoride na hydropyrolyse

Bepaling van petroleumether extraheerbare stoffen in water

Bijlage I: Voorschriften voor meting, bemonstering, analyse en berekening Definitiebepalingen

GEBRUIKSAANWIJZING TESTER SERIES 1-5

Bepaling van opgelost en totaal anorganisch gebonden fluoride met doorstroomanalyse

Zuurstof O 2. Deze code van goede meetpraktijk beschrijft de toegepaste. werkwijze bij de monsterneming en meting van zuurstof

Bepaling van anorganisch gebonden totaal fluoride met ISE na digestie en stoomdestillatie

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes.

FLUORIDE NA DESTILLATIE EN METING MET ION SELECTIEVE ELECTRODE

Totaal cyanide met behulp van continue doorstroomanalyse

Handleiding HI Digitale Brix refractometer voor de bepaling van sucrose in waterige oplossingen

Bepaling van de totale organische koolstof (TOC) en/of de opgeloste organische koolstof (DOC) in water

5.4 ph van oplossingen van zwakke zuren of zwakke basen

Gebruikershandleiding

Verzadigingsindex of Langelier index

Gassnelheid en volume metingen. Deze code van goede meetpraktijk beschrijft de toegepaste. werkwijze bij de meting voor gassnelheid en volume

Handleiding HI96821 Digitale refractometer voor de bepaling van Natriumchloride in waterige oplossingen

Berekening van de saturatie-index

Bepaling van opgeloste Chroom VI in drink-, gronden industriëel afvalwater effluenten door ionenchromatografie

CIE 1976 totaal kleurverschil - ΔE*ab

BEPALING VAN DE UITLOGING VAN ANORGANISCHE COMPONENTEN UIT POEDER- EN KORRELVORMIGE MATERIALEN MET DE KOLOMPROEF

Bepaling van het totaal stikstofgehalte

Products Solutions Services. Basics of. ph

Digitale communicatie tussen analytische. sensoren <-> transmitters. Classification: EXTERNAL. 10/12/2009 Bart Küpers. Slide 1

Bepaling van het chemisch zuurstofverbruik (CZV)

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

7-serie. Draagbare ph/geleidbaarheid Meter. Draagbare PH 7 Meter Draagbare COND 7 Geleid. Meter. Draagbare PC 7 ph/geleid. Meter

Evaluatie van de ph metingen met betrekking tot monsterneming, conservering en meetonzekerheid.

Specificaties tot ms/cm 0 tot ppt (g/l) C temperatuur* C temperatuur

SPECTROFOTOMETRISCHE BEPALING VAN DE FENOLINDEX MET EEN DOORSTROOMANALYSESYSTEEM

Purgeerbare organische halogeenverbindingen (POX) in water

ph ORP Temperatuur Geleidbaarheid TDS Opgeloste Zuurstof Salinity Weerstand

Purgeerbare organische halogeenverbindingen (POX) in water

Geïmporteerd door: Zwembad BVBA Industrieweg Boortmeerbeek België HANDLEIDING Digitale ph-meter Type ZKOX0223 (K977CS)

Bestnr HANNA instruments waterdichte ph- en temperatuurmeter HI en HI 98128

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater

Kjeldahl stikstof. Ministerieel besluit van 06 februari Belgisch Staatsblad van 08 maart 2018

Water Tester. Bestnr.: Omwille van het milieu 100% recyclingpapier

Vloeibare mest en vloeibare behandelde mest Ammoniumstikstof

Handleiding. Pool Basic Evo ph. Aandacht! OPGELET!

CONTROLE VAN HET VOCHTWATER

Aanslag en beton verwijderaar voor industriele toepasingen.

Organische koolstoffen C x. (continue FID) H y. Periodieke metingen. Deze code van goede meetpraktijk beschrijft de toegepaste

ph ORP Temperatuur Geleidbaarheid TDS Opgeloste Zuurstof Salinity Weerstand

Veevoeder Ruw eiwit ONTWERPMETHODE ONTWERPMETHODE ONTWERPMETHODE

Vocht. Deze code van goede meetpraktijk beschrijft de toegepaste. werkwijze bij de meting van vocht binnen de VKL.

Bepaling van de droogrest

Reiniging en Desinfectie. HGR 9256 Good practices voor sterilisatie van medische hulpmiddelen

Chroom (VI) Ministerieel besluit van 19 februari Belgisch Staatsblad van 13 maart 2013

FOTOMETRISCHE BEPALING VAN FLUORIDE IN WATER M.B.V. EEN DOORSTROOMANALYSESYSTEEM

C.V.I. 5.3 Het meten van relatieve vochtigheid 5.3 HET METEN VAN RELATIEVE VOCHTIGHEID

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers.

Transcriptie:

1 INLEIDING BEPALING VAN DE PH Deze procedure beschrijft de bepaling van de ph in water (bijvoorbeeld grondwater, eluaten, ). De ph is een belangrijke parameter om de corrosiviteit van water te beoordelen. Bovendien speelt de ph een belangrijke rol bij de fysische (uitvlokking, desinfectie met chloor) en de biologische behandeling van afvalwater. Tal van fysico-chemische en biologische processen in aquatisch milieu worden in zekere mate door de ph van het water beïnvloed. De beschreven methode is bruikbaar voor ph-bepalingen in een ph-gebied van 3 tot 10. 2 PRINCIPE De ph wordt gedefinieerd als het negatieve logaritme van de waterstofionen activiteit: ph = -log a H + De waterstofionen activiteit van een oplossing kan gemeten worden met een gecombineerde glaselektrode. De potentiaal voldoet aan de vergelijking van Nernst: E = E + 0,0592 log a H+ = E - 0,0592 ph (bij 25 C) waarbij E een constante is afhankelijk van de gebruikte elektrode. De E waarde van de glaselektrode is niet constant in functie van de tijd en kan tot enkele mv verschuiven. Voor nauwkeurige ph metingen dient de glaselektrode regelmatig gekalibreerd te worden met een reeks standaard bufferoplossingen met gekende ph. 3 OPMERKINGEN Temperatuur, opgeloste gassen en organisch materiaal kunnen de ph beïnvloeden. Als er gesuspendeerd materiaal aanwezig is, moet men dit laten bezinken en de meting uitvoeren in de heldere bovenstaande vloeistof. Eventueel kan men filtreren. Het semipermeabele membraan van de gebruikte elektrode kan bij meting in oppervlaktewater of afvalwater verontreinigd worden door olie, vet en andere aanwezige onzuiverheden. De elektrodes dienen gereinigd te worden bij een langzame respons of bij problemen met de ijking ten opzichte van bufferoplossingen. Voor het bewaren, conditioneren, reinigen en regenereren van de elektrode wordt verwezen naar de aanbevelingen van de producent. Spoel de elektrode na ieder gebruik zorgvuldig met ultrapuur water en droog ze af met absorberend papier om eventuele waterdruppels te verwijderen (niet op de semipermeabele wand). Eventuele aanslag van kaliumchloride kristallen lost normaal op, door goed spoelen met ultrapuur water. Houd bufferoplossingen met ph>4 zorgvuldig afgesloten van de lucht daar geabsorbeerd CO 2 de ph verlaagt. Er moeten speciale voorzorgen genomen worden voor waters met een lage geleidbaarheid (< 5 ms/m) zoals gedeionizeerd water en regenwater (zie paragraaf 7.2). maart 2006 Pagina 1 van 5 CMA/2/I/A.1

4 MONSTERBEHANDELING De ph kan snel veranderen ten gevolge van fysische, biologische en chemische invloeden. De meting ervan moet daarom direct bij de monstername, of zo snel mogelijk (binnen 24 u) gebeuren zodat veranderingen tijdens het transport en de eventuele bewaring minimaal zijn. 5 APPARATUUR EN MATERIAAL 5.1 Apparatuur 5.1.1 ph-meter: een potentiometer met een minimum ingangsimpedantie van 10 12 Ω en de mogelijkheid om automatische temperatuurscorrectie (ATC) uit te voeren. De potentiometer heeft een afleesnauwkeurigheid van 0,01 ph-eenheid; 5.1.2 gecombineerde glaselektrode: deze bestaat uit een glazen omhulsel voorzien van een semipermeabel glasmembraan gevuld met een kaliumchloride oplossing (zoutbrug) en een zilver/zilverchloride referentie elektrode; 5.1.3 temperatuurssonde of thermometer (afleesbaar tot op 0,5 C); 6 REAGENTIA EN OPLOSSINGEN 6.1 Reagentia Opmerking 1: Hieronder wordt een opsomming gegeven van een reeks bufferoplossingen waaruit men een keuze kan maken. De bufferoplossingen moeten zodanig gekozen worden dat de ph van de stalen in dit meetgebied valt. De kalibratie wordt uitgevoerd met bufferoplossingen ph 7 en respectievelijk ph 3,5/4 voor het lage meetgebied en ph 9/10 voor het hoge meetgebied. De kalibratie kan uitgevoerd worden in ieder meetgebied afzonderlijk of over het ganse bereik. 6.1.1 ultra puur water, elektrische geleidbaarheid kleiner dan 0,1 ms m -1, equivalent met een weerstand groter dan 0,01 MΏ m bij 25 C. Het wordt aangeraden water te gebruiken van een waterzuiveringssysteem dat ultra puur water levert met een weerstand groter dan 0,18 MΏ m (doorgaan door leveranciers uitgedrukt als 18 MΏ cm); 6.1.2 standaard ph bufferoplossing kaliumwaterstoftartraat, KHC 4 H 4 O 3, 0,214 mol/kg (ph = 3,557 bij 25 C) of een gelijkwaardige commercieel verkrijgbare buffer; 6.1.3 standaard ph bufferoplossing kaliumwaterstofftallaat, C 6 H 4 (COOH)(COOK), 0,05 mol/kg (ph = 4,005 bij 25 C) of een commercieel verkrijgbare buffer ph = 4; 6.1.4 standaard ph bufferoplossing dinatriumwaterstoffosfaat/kaliumdiwaterstoffosfaat, Na 2 HPO 4 /KH 2 PO 4, 0,025/0,025 mol/kg (ph = 6,865 bij 25 C) of een commercieel verkrijgbare buffer ph = 7; 6.1.5 standaard ph bufferoplossing boorzuur (borax), Na 2 BB4O 7.10H 2 O, 0,01 mol/kg (ph = 9,180 bij 25 C) of een commercieel verkrijgbare buffer ph = 9; 6.1.6 standaard ph bufferoplossing natriumcarbonaat/natriumwaterstofcarbonaat, Na 2 CO 3 /NaHCO 3, 0,025/0,025 mol/kg (ph = 10,012 bij 25 C) of een commercieel verkrijgbare buffer ph = 10; 6.1.7 standaard ph bufferoplossing met een lage geleidbaarheid zwavelzuur 0,05 mol/l (ph = 4,005 bij 0 C tot en met 30 C) of een gelijkwaardige commercieel verkrijgbare buffer; 6.1.8 standaard ph bufferoplossing met een lage geleidbaarheid natriumwaterstofcarbonaat 0,05 mol/l (ph = 6,99 bij 20 C) belucht deze bufferoplossing met behulp van een aquarium ventilatie pomp om zo de correcte partiële druk aan CO 2 te bekomen. of een gelijkwaardige commercieel verkrijgbare buffer; maart 2006 Pagina 2 van 5 CMA/2/I/A.1

7 PROCEDURE 7.1 Kalibratie van de elektrode Breng de elektrode in de bufferoplossing ph 6,865 of in een commerciële buffer ph = 7 (6.1.4). Roer de oplossing goed. Tijdens het meten van de ph en de temperatuur mag de oplossing niet meer geroerd worden. Zet het nulpunt gelijk met de ph-waarde die zonet werd afgelezen voor de bufferoplossing (6.1.4). De uitgevoerde correctie mag niet meer dan 0,5 ph-eenheden (dit stemt overeen met ± 30 mv) bedragen. Indien dit niet het geval is, dient de elektrode gereinigd en eventueel geconditioneerd of geregenereerd te worden. Hiervoor word verwezen naar de instructies van de producent. Breng de elektrode vervolgens in bufferoplossing ph 4,005 of ph 9,180 (6.1.3 of 6.1.5). Roer de oplossing goed. Tijdens het meten van de ph en de temperatuur mag de oplossing niet meer geroerd worden. Stel de helling van de ijklijn bij zodanig dat de afgelezen ph-waarde op het meettoestel overeenstemt met de theoretische ph-waarde van de desbetreffende bufferoplossing bij de gemeten temperatuur. De maximaal toelaatbare afwijkingen van de helling worden gegeven in Tabel 1. Een vermindering van de helling van de rechte wijst meestal op een veroudering van de glaselektrode (voor regeneratie van de elektrode zie richtlijnen producent). Temperatuur Theoretische helling Toelaatbare praktische helling C mv mv 0 54,20 53-54,5 10 56,18 55-56,5 20 58,17 57-58,5 25 59,16 58-59,5 30 60,15 59-60,5 40 62,13 61-62,5 50 64,12 63-64,5 Tabel 1: Variatie van de theoretische helling met zijn aanvaardbare grenzen. Opmerking 2: Bij de huidige ph meters moet de correctie van het nulpunt en de correctie van de helling niet meer manueel worden uitgevoerd. Volgende grenzen voor het nulpunt en de helling kunnen hiervoor vooropgesteld worden. Voor het nulpunt wordt een maximale afwijking van ± 15 mv of 0,25 ph-eenheden toegestaan. De helling moet gelegen zijn tussen 95 % en 102 % van de theoretische helling. Bij een temperatuur van 25 C betekent dit dat de helling minimaal 56 mv en maximaal 60,5 mv mag bedragen. Indien ofwel de helling ofwel de asymmetrie (het nulpunt) niet voldoen aan de eisen dan dienen de bufferoplossingen voor dagelijks gebruik vervangen te worden of dient de elektrode gereinigd (of geregenereerd) te worden. Na iedere actie die men heeft ondernomen moet de kalibratie opnieuw worden uitgevoerd. Opmerking 3: De bufferoplossingen moeten zodanig gekozen worden dat de ph van de stalen in dit meetgebied valt. De kalibratie wordt uitgevoerd met bufferoplossingen ph 7 en respectievelijk ph 3,5/4 voor het lage meetgebied en ph 9/10 voor het hoge meetgebied. Indien eluaten gemeten worden, gebruikt men best bufferoplossing ph 10 i.p.v. bufferoplossing ph 9. De kalibratie kan uitgevoerd worden in ieder meetgebied afzonderlijk of over het ganse bereik. Opmerking 4: De kalibratie kan op twee manieren worden uitgevoerd, ofwel gebruikt men een automatische temperatuurscorrectie (ATC) ofwel gaat men werken met een manuele temperatuurscorrectie (MTC). ATC maart 2006 Pagina 3 van 5 CMA/2/I/A.1

Bij de beschreven methode wordt de kalibratie uitgevoerd volgens ATC. Hiervoor dienen bufferoplossingen gebruikt te worden waarvan de temperatuurscorrectietabel in het geheugen van de ph-meter is opgeslagen. Sommige toestellen hebben meer dan één temperatuurscorrectietabel in hun geheugen gestockeerd. De bufferoplossingen moeten niet op hun referentietemperatuur gebracht worden. Men meet de ph en de temperatuur van de bufferoplossing. Het toestel zal dan de meetwaarden eerst corrigeren naar de referentietemperatuur van 25 C en zal de gecorrigeerde waarden gebruiken om de berekening van de ijklijn uit te voeren. Hierdoor wordt alleen de temperatuursafhankelijkheid van de elektrodehelling gecompenseerd door de potentiometer en niet de temperatuursafhankelijkheid van de ph-waarden van het monster. MTC Indien ATC niet beschikbaar is dan wordt de kalibratie uitgevoerd volgens MTC. De bufferoplossingen moeten op hun referentietemperatuur (25 C) gebracht worden alvorens ze te meten. Het toestel zal de gemeten ph-waarden als dusdanig gebruiken voor de berekening van de ijklijn. 7.2 ph meting van waters met een lage geleidbaarheid ph metingen van waters met een lage geleidbaarheid (lager dan 5 ms/m) en een lage buffercapaciteit vergen speciale aandacht. Voorbeelden van dergelijke waters zijn gedeioniseerd water en regenwater. 7.2.1 Apparatuur Gebruik een glaselektrode met een glasmembraan met een lage oplosbaarheid. Bijvoorbeeld een elektrode met een glasmembraan gemaakt uit hoog alkali glas. Deze elektrodes geven een extreem lage alkali contaminatie. Deze elektrodes worden trouwens niet alleen aangeraden voor het uitvoeren van ph metingen van waters met een lage geleidbaarheid maar ze zijn ook aangewezen voor het gebruik bij hoge temperaturen en hoge ph waarden in allerlei watertypes. Men gebruikt best een elektrode met een sleeve ground joint of een slijpstuk i.p.v. een diafragma als waterstofbrug. Tegenwoordig zijn er ook elektrodes op de markt met 3 diafragma s i.p.v. 1 die ook geschikt zijn voor het gebruik in waters met een lage geleidbaarheid. Voor meer informatie wordt verwezen naar de desbetreffende fabrikanten. 7.2.2 Kalibratie Controleer de juistheid van de kalibratie door de ph van één van de standaardoplossingen met een lage geleidbaarheid (6.1.7 of 6.1.8) te meten. 7.3 ph meting van het te analyseren monster Het monster wordt goed geroerd, vervolgens meet men de ph en de temperatuur van het monster. Tijdens het meten van de ph en de temperatuur mag het monster niet meer geroerd worden. Opmerking 5: Als men geen stabiel resultaat bekomt voor de ph, dan wordt de ph waarde na drie minuten genoteerd. maart 2006 Pagina 4 van 5 CMA/2/I/A.1

8 RAPPORTERING De ph wordt gerapporteerd tot op 2 cijfers na de komma. Bij voorkeur wordt de ph gemeten en gerapporteerd bij 25 C. Indien de ph echter bij een temperatuur verschillend van 25 C werd gemeten, dan wordt dit op het verslag vermeld en wordt naast de ph ook de temperatuur waarbij de meting werd uitgevoerd, gerapporteerd. Indien gewenst, kan de ph waarde bij 25 C worden berekend, gebruik makend van Formule 1 en Figuur 1. Opmerking 6: Deze correctie mag echter alleen toegepast worden op stalen met een buffercapaciteit die in hoofdzaak te wijten is aan de aanwezigheid van waterstofcarbonaat ionen. ph 25 waarin ph 25 ph tm ΔpH tm = ph tm + ΔpH tm 9 REFERENTIES ph bij 25 C; ph bij de meettemperatuur; het verschil van de ph bij de meettemperatuur en de ph bij de referentietemperatuur (25 C) (zie Figuur 1); Figuur 1: temperatuurscorrectie grafiek ISO 10523:1994 Water quality Determination of ph Formule 1 maart 2006 Pagina 5 van 5 CMA/2/I/A.1