Vlaamse Biologie Olympiade 26 ste editie Eerste ronde

Vergelijkbare documenten
Examen Voorbereiding Cellen

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Biologie: Eukaryote cel 7/2/2015. dr. Brenda Casteleyn

Juli blauw Biologie Vraag 1

Juli geel Biologie Vraag 1

Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?

Biologie 1997 Augustus

ERFELIJKE INFORMATIE IN DE CEL


Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Biologie: Erfelijke informatie in de cel 6/29/2013. dr. Brenda Casteleyn

9, Samenvatting door een scholier 1855 woorden 27 november keer beoordeeld. Hoofdstuk 2 Biologie bedrijven

Celmembraan (duh! dat maakt het een cel) Celwand Ribosomen (voor eiwitsynthese) Soms: uitsteeksels zoals flagel (zweepstaart)

ENERGIEOMZETTINGEN IN DE CEL

Biologie (jaartal onbekend)

Samenvatting biologie thema 2

Samenvatting Biologie Thema 1: Organen en cellen

BIOLOGIE Havo / Vwo 4 Submicroscopische cel: celorganellen

Studiehandleiding Biochemie I

Samenvatting Biologie Thema 2

Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?

Samenvatting Biologie H3 Organen en cellen

De romp bestaat uit een borstholte en een buikholte, gescheiden door het middenrif.

Vlaamse Biologie Olympiade 28ste editie Eerste ronde

B2 Zelf cellen bekijken Preparaat om cellen door een microscoop te bekijken maak je eerst een preperaat


Welke van de bovenstaande celorganellen of levensprocessen kunnen zowel in prokaryote, als in eukaryote cellen voorkomen?

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2: Cellen

De cel, didactische schrijfopdracht 4 VMBO T Een reis door de subcellulaire structuur van de cel

Samenvatting Biologie H1+2

8.1. Boekverslag door L woorden 15 december keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie samenvatting biologie voor jou havo 4 thema 2

3.Mitose. 2.Mitose. Hoeveel chromatiden bevat een menselijke cel maximaal tijdens te mitose?

3. Hormonale regeling van de menstruele cyclus bij de vrouw

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3: Cellen

Samenvatting Biologie Voortplanting

Vlaamse Biologie Olympiade 27 ste editie Eerste ronde

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 1

Zijn er bij deze onderwerpen deficiënties, dan kun je via de volgende sites je kennis vergroten: - -

Les wetenschappen: biologie

Biologie. L. Standaert

Praktische opdracht Biologie Cellen

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 1

Stamcellen zijn ongedifferentieerde cellen die zich blijven delen. Drie verschillende stamcelbronnen zijn:

Welke combinatie van twee celorganellen en hun respectievelijke functies is correct?

De cel metabolisme cel cel- membraan eiwitsynthese DNA aminozuren 1.1 De cel celcyclus celmembraan Afbeelding 1.1

Oplossingen Biologie van 2000

5,8. Hoofdstuk 1. Samenvatting door een scholier 2273 woorden 3 oktober keer beoordeeld. Biologie voor jou

Onderdelen van de cel

Thema: Inleiding in de biologie & Cellen

Cellen in het lichaam.

de cel A&F_MBO_H01.indd :21

Welke van de onderstaande beweringen is correct met betrekking tot het zenuwstelstel?

Welke van de onderstaande beweringen is correct met betrekking tot het zenuwstelstel?

Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?

Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?

De eukaryotische cel. Inleiding¹

Biologie Vraag 1 <A> <B> <C> <D> Vraag 1. Dit zijn een aantal gegevens over een nucleïnezuur.

Begrippenlijsten biologie 4 havo en 5 havo PENTA College CSG Scala Rietvelden

Mitose is een ander woord voor gewone celdeling. Door gewone celdeling blijft het aantal chromosomen in lichaamscellen gelijk (46 chromosomen).

Voortplanting. Examen VMBO-GL en TL. biologie CSE GL en TL. Bij dit examen hoort een bijlage.

1: Nanotechnologie. 2: Cellen bekijken

Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?

Hormonale regeling gametogenese

Beschouw onderstaande figuur van een plantencel in verschillende milieus. Welke bewering is correct?

6,4. Samenvatting door E woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

Jongetje of meisje? hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Begrippen Hoofdstuk 3

Welke van de onderstaande structuren maakt spiercontractie mogelijk?

Onderdelen van de cel

Biologie ( havo vwo )

Vlaamse Biologie Olympiade Eerste ronde

GEZONDHEIDSKUNDE. Het menselijk lichaam

Mitochondriële ziekten

Naam: Student nummer:

Fenotype nakomelingen. donker kort 29 donker lang 9 wit kort 31 wit- lang 11

Membranen, membraantransport en cytoskelet Versie 2015

Samenvatting Biologie Hoofdstuk.1 p.1 t/m 6

Cellen aan de basis.

Samenvatting Biologie Thema 1

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 3 + 4

Celademhaling & gisting

Voortplanting en celdeling

2. mitochondriën leveren de benodigde energie. Eiwit-flagellen zogen voor de beweging van staart

Eindexamen biologie 1-2 vwo 2004-I

Nederlandse samenvatting voor geïnteresseerden buiten het vakgebied

De cel, didactische schrijfopdracht 4 VMBO T Een reis door de subcellulaire structuur van de cel

Samenvatting. Samenvatting

3 Rundveefokkerij Melkproductiecontrole Selectie Fokwaardeschatting Inseminatieplannnen 69 3.

Voorbereidende opgaven Examencursus

Samenvatting Biologie Wat is biologie

Periode 9 - deel 1 MOLECULAIRE GENETICA

Vlaamse Biologie Olympiade 30ste editie Eerste ronde

Eindexamen biologie 1-2 vwo 2002-I

6,6. Samenvatting door een scholier 2492 woorden 31 mei keer beoordeeld HOOFDSTUK 2 CELLEN IN WERKING

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2, Cellen: bouw en functie

Cellen van drie domeinen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Welke combinaties tussen een celorganel en zijn functie zijn correct?

3 Factoren die het watergehalte van organismen 40 bepalen. 3.1 Bepalende factoren voor watergehalte Belang van water voor levende wezens 41

Antwoorden door een scholier 1825 woorden 28 februari keer beoordeeld

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 1 Examen

Transcriptie:

Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Biologie Olympiade 26 ste editie 2014-2015 Eerste ronde

1) Joris vindt informatie over de afstamming van planten volgens de evolutietheorie. Met behulp van deze informatie maakt hij een stamboom (zie de afbeelding). De cijfers in de stamboom geven aan wanneer enkele eigenschappen zijn ontstaan tijdens de evolutie van planten. Joris trekt twee conclusies uit de gegevens in zijn stamboom. a. Varens zijn meer verwant aan paardenstaarten dan aan naaktzadigen. b. Alle planten met vaatbundels maken zaden voor de voortplanting. Zijn deze conclusies juist volgens de gegevens in de stamboom? A) Geen van beide conclusies is juist. B) Alleen conclusie a is juist. C) Alleen conclusie b is juist. D) Zowel conclusie a als conclusie b is juist. 2) Het gebied aangeduid met X is een deel van: A) Een niervatkluwen (glomerulus) B) Een longblaasje (alveolus) C) Een darmvlok (villus) D) Een bloedcel Pagina 2

3) Vijf delen van een bepaald organisme zijn a. Mitochondrium b. Uitscheidingsstelsel c. Eileider d. Een ribosoom e. Witte bloedcel (Lymfocytl) Wat is de juiste volgorde van de bovenstaande delen van groot naar klein? A) c b a d e B) c b d e a C) b c a d e D) b c e a d 4) Jutta gaat voor een jaarlijkse check up naar de huisarts. Na bloedonderzoek is gebleken dat haar hemoglobinegehalte onder de normwaarde ligt. Haar moeder maakt zich ongerust en denkt dat a. er nauwelijks bloedstolling zal optreden bij een verwonding b. er onvoldoende zuurstof vervoerd wordt c. er onvoldoende antilichamen aangemaakt worden bij een infectie Wat is correct? A) Alleen a B) Alleen b C) Alleen a en c D) Alleen b en d deze vraag werd geschrapt. 5) Een student wenst te bepalen of een bepaalde kever de populatie van een schadelijke plant kan controleren. Welke achtereenvolgende stappen moet hij doen in zijn onderzoek? Hieronder zie je een aantal stappen van zijn wetenschappelijke methode: a. Een onderzoeksvraag formuleren b. Een experiment uitvoeren c. Een hypothese formuleren d. Een conclusie noteren e. De gegevens analyseren Welke is de correcte volgorde van deze stappen? A) a b c d e B) c d a e b C) a c b e d D) e b a e d 6) Tijdens de levenscyclus van het Tijmblauwtje (een vlinder) speelt de rode mier een cruciale rol. De mieren, misleid door chemische stoffen gelijkaardig aan die van hun eigen larven, plaatsen de rupsen van het Tijmblauwtje in broedkamers. Daar doen de rupsen zich tegoed aan de larven van de rode mieren. De ecologische relatie tussen de mieren en de vlinders is een voorbeeld van... A) Mutualisme B) Commensalisme C) Parasitisme D) Competitie Pagina 3

7) Twee vogelsoorten eten dezelfde insectensoorten uit de schors van bomen maar jagen specifiek op verschillende momenten van de dag. Deze vogels jagen in A) Dezelfde niche in dezelfde habitat B) Verschillende niches in dezelfde habitat C) Dezelfde niche in verschillende habitats D) Verschillende niches in verschillende habitats 8) Onderstaand diagram stelt een deel van de koolstofcyclus voor. Welk cijfer komt overeen met fotosynthese? A) 2 B) 3 C) 4 D) 5 9) Onderstaand schema geeft de verandering van de hoeveelheid DNA aan in... A) Alle lichaamscellen B) Alleen de cellen die instaan voor de groei van het organisme C) Voortplantingscellen D) Alleen stamcellen Pagina 4

10) Op de onderstaande figuur zien we een preparaat van het epitheel van een ui. Het cytoplasma werd gekleurd. Het is duidelijk te zien dat in alle cellen het celmembraan losgekomen is van de celwand. Dit kan veroorzaakt zijn door dat A) Het preparaat ondergedompeld werd in een oplossing waarvan de concentratie aan opgeloste stoffen groter is dan die van de cel zelf B) Het preparaat ondergedompeld werd in een oplossing waarvan de concentratie aan opgeloste stoffen kleiner is dan in de cel zelf. C) Het preparaat ondergedompeld werd in zuiver water. D) De kleurstof het water uit de cel onttrekt. 11) Koppel elke structuur met zijn functie I. Vacuole II. Ruw endoplasmatisch reticulum III. Golgi-apparaat IV. Kernporiën a. Modificatie van suikers op glycoproteïnen b. In stand houden van de druk in een plantencel c. Uitwisseling tussen cytosol en celkern d. Synthese van eiwitten voor export A) Ia, IIb, IIIc, IVd B) Ia, IIc, IIIb, IVc C) Ib, IId, IIIa, IVc D) Id, IIc, IIIb, Iva 12) Welke van onderstaande moleculen of structuren bevinden zich zowel in een bacteriële cel, plantencel als een dierlijke cel? Bacteriële cel Plantencel Dierlijke cel Golgi X X Flagellen X X ER X X RNA X X X Cytoplasmamembraan X X X ATP-synthase X X X Celwand X X Ribosomen X X X DNA X X X mitochondrium X X Celkern X X cytoplasma X X X Pagina 5

A) Golgi-apparaat, flagellen, endoplasmatisch reticulum B) RNA, cytoplasmamembraan, ATP-synthase C) Celwand, ribosomen, DNA D) Mitochondrium, celkern, cytoplasma 13) Meiose A) is bij vrouwen volledig afgewerkt op het moment van de geboorte B) is bij vrouwen volledig afgewerkt op het moment van de ovulatie (= eisprong) C) wordt bij vrouwen volledig afgewerkt op het moment van de bevruchting D) wordt bij vrouwen volledig afgewerkt in het ovarium (=de eierstok) 14) Bij diploïde organismen is het aantal chromatiden dat zich in het evenaarsvlak bevindt tijdens A) de metafase van de mitose gelijk aan 2n. B) de metafase van de meiose I gelijk aan 2n. C) de metafase van de meiose I gelijk aan 4n. D) de metafase van de meiose II gelijk aan n. 15) Hieronder staan 3 beweringen over de meiose van een primaire eicel: a. Bij een meiose wordt het aantal chromosomen per cel gehalveerd b. Het cytoplasma van de moedercel wordt bij de meiose in gelijke mate over de vier dochtercellen verdeeld. c. Homologe chromosomen worden tijdens de meiose II van elkaar gescheiden Welke van deze beweringen is juist: A) Alleen a B) Alleen a en b C) Alleen b en c D) a, b en c 16) Een bacterie bevindt zich in een omgeving waarin enkel glucose als mogelijke energiebron aanwezig is. De bacterie produceert ATP maar er is nooit een gas waarneembaar. Welk van de opgesomde processen kunnen in deze bacterie plaatsvinden? a. Glycolyse b. Melkzuurgisting c. Krebscyclus A) Geen van de drie B) Enkel a C) a en b D) a, b en c 17) Welke structuur neemt deel aan de reflexboog bij de kniepeesreflex? A) Het cerebellum (de kleine hersenen) B) De hypothalamus C) Het ruggenmerg D) Centriolen Pagina 6

18) Via de zaadleider worden zaadcellen: A) vanuit de teelbal tot bij de bijbal gebracht B) vanuit de zaadblaas tot bij het zwellichaam gebracht C) vanuit de bijbal tot bij de prostaat gebracht D) vanuit de uterus tot boven in de eileider gebracht 19) In stilstaand en stromend zoet water kan pijlkruid groeien. In de zogenaamde mattenbies-rietgemeenschap komt naast pijlkruid onder andere ook zwanenbloem voor. In diagram 1 is de tolerantiecurve voor opgeloste zouten van zwanenbloem getekend. De maximumconcentratie opgeloste zouten waarbij pijlkruid nog kan leven, is ongeveer de helft van die van zwanenbloem. In diagram 2 is deze tolerantiekromme van zwanenbloem als een gestippelde curve opgenomen en er zijn vier curve P, Q, R en S getekend. Welke van de curven P, Q, R en S kan de tolerantie voor opgeloste zouten van pijlkruid weergeven? Zwanenbloem pijlkruid A) Curve P B) Curve Q C) Curve R D) Curve S Pagina 7

20) Tijdens de productie van zowel brood, bier en wijn wordt glucose gefermenteerd tot ethanol door gistcellen. Welke combinatie van onderstaande stellingen over dit proces is correct? a. Gist voert deze fermentatie uit omdat er in deze cellen geen mitochondria aanwezig zijn b. Voor elke molecule ethanol die gevormd wordt, wordt er ook een molecule CO2 vrijgezet c. Er worden netto slechts 2 ATP moleculen vrijgezet per molecule glucose d. De glycolyse maakt deel uit van het fermentatieproces A) a en b B) a, c en d C) b, c en d D) Enkel d 21) Onderstaande grafiek stelt de relatieve concentratie van enkele hormonen, betrokken in de menstruele cyclus, voor. In welk van onderstaande gevallen is dit een mogelijke verloop? A) Dit is een normale menstruele cyclus B) Dit verloop hoort bij een vrouw die reeds 7 weken zwanger is C) Dit verloop hoort bij een vrouw die een anticonceptiepil neemt D) Dit verloop hoort bij een vrouw waarbij de eierstokken operatief zijn weggenomen 22) De figuur hieronder toont vier mogelijke liggingen (nummer 1-4) van een proteïne in een fosfolipide dubbellaag van een celmembraan. De zwarte regio s zijn (voornamelijk) samengesteld uit polaire en geladen aminozuren, terwijl de witte regio s (voornamelijk) niet-polaire aminozuren bevatten. Welke is de meest waarschijnlijke ligging van het proteïne ten opzichte van de fosfolipide dubbellaag? A) 1 B) 2 C) 3 D) 4 Pagina 8

23) Microtubuli zijn fijne buisvormige structuren die opgebouwd zijn uit het eiwit tubuline. Daarenboven zijn ze ook onderdelen van tal van celorganellen. Welke van de onderstaande organellen bevat géén microtubuli? A) De centriolen B) De flagellen C) Het cytoskelet D) De celwand 24) In welk proces ontstaat netto ATP? a. Oxidatieve fosforylering b. Glycolyse c. Calvincyclus (donkerreactie) d. Lichtreacties A) Alleen a B) Alleen b C) Alle vier D) a, b en d 25) Welke uitspraak over menselijk bloed en het menselijk bloedvatenstelsel is correct? A) Alle slagaders vervoeren zuurstofrijk bloed, terwijl alle aders zuurstofarm bloed vervoeren. B) De leverpoortader vervoert voedingsstofrijk bloed van de darmen naar de lever. C) Bij een bloeddrukmeting is het eerste getal, de systolische druk of bovendruk, de maximale druk die wordt opgebouwd bij het samentrekken van de rechter hartkamer. D) Zuurstofrijk bloed is helder rood, maar bloed dat zeer zuurstofarm is, is door de afwezigheid van zuurstof in het hemoglobine-molecule helderblauw tot azuur van kleur. Pagina 9