INFORMATIEBLAD. Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw GEÏSOLEERDE SPOUWMUREN MET GEVELMETSELWERK



Vergelijkbare documenten
VERWERKINGS- VOORSCHRIFTEN

BUtgb. Spouwmuurisolatie (gedeeltelijke spouwvulling) EUROWALL, EUROTHANE AL en EUROTHANE SILVER 03/2481

INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMEEN 2. HET AANBRENGEN VAN MUURISOLATIE 3. PLAATSING 4. INWENDIGE CONDENSATIE 6. VEREISTE ISOLATIEDIKTE 7. TECHNISCHE GOEDKEURING

BUtgb 04/2497. Geldig van tot B E S C H R I J V I N G

GEISOLEERDE SPOUWMUREN MET GEVELMETSELWERK

INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMEEN 2. HET AANBRENGEN VAN MUURISOLATIE 3. TECHNISCHE GOEDKEURING

BUtgb 04/1788. Geldig van tot B E S C H R I J V I N G

Na-isolatie van spouwmuren door insitu vullen van de luchtspouw. Kwaliteitsborging

6IWc Volbouw 1. Deel 2: Volbouw

ATG 14/2496. Technische Goedkeuring ATG met Certificatie. Geldig van 16/4/2014 tot 15/4/ Doel en draagwijdte van de technische goedkeuring

ATG 14/2974. Technische Goedkeuring ATG met Certificatie. Geldig van 22/7/2014 tot 21/7/ Voorwerp

Onvolkomenheden in de isolatie van de gebouwschil

Duurzaam bouwen. Muren

BELBLOCK betonmetselstenen & thermische isolatie samen wordt het goed

Duurzaam bouwen. Muren

INDIVIDUELE TAAK OPLEIDINSONDERDEEL CONSTRUCTIES 1. JULIE VANDENBULCKE MAK 1 E Aannemer: Luc Vandermeulen

05 Bouwfysische aspecten 01 Thermisch gedrag van een spouwmuur

Thermische isolatie van bestaande platte daken

Gevels Inleiding Massieve gevel Spouwmuren. functie van de gevel prestatie-eisen van toepassing op gevels

B-1342 Limelette, avenue P. Holoffe 21 B-1932 Sint-Stevens-Woluwe, Lozenberg 7 B-1000 Brussel, Lombardstraat 42 STUDIEVERSLAG

Voor dak, wand, vloer en zolder

KOUDEBRUGGEN. hulpmiddelen om koudebruggen te begroten

PUR / PIR THERMISCHE ISOLATIE

Bekeken vanuit de praktijk

CONSTRUCTIES 1: BOUWKNOPEN

SPOUWMUURISOLATIE (VOLLEDIGE OF GEDEELTELIJKE SPOUWVULLING)

HALFEN TEPLO SPOUWHAAK TEPLO 16 - BV GEVELS

Binnenisolatie: fysische fenomenen van warmte- lucht en vochttransport

Thermische isolatie oplossingen. gevel panelen. thermische isolatie. spouwmuurpur / PIR performant. buitenisolatie

ATG 11/1798. Technische Goedkeuring ATG met Certificatie. Geldig van 08/09/2011 tot 07/09/ Doel en draagwijdte van de technische goedkeuring

Installatieinstructies

Het hedendaagse platte dak

Deel 1 Spouwmuur & ETICS

UNILIN, DIVISION INSULATION

CONSTRUCTIES 1: BZL-TAAK

Bespreking twee constructiedetails: Bouwknopen

Duurzaam bouwen. Het geïsoleerde plat dak

STS 71-2 Systemen voor de buitenisolatie van gevels STS 71-2 Voorstelling

Daken Platte daken Hellende daken Metalen daken. Warm dak Omgekeerd dak

Hygrothermisch concept van platte daken. 16 maart 2017

Basisprincipes. Binnenisolatie - Deel 1: Basisprincipes. Groot potentieel voor na-isolatie van muren. Timo De Mets Labo Hygrothermie

5. Producteigenschappen

SPOUWMUURISOLATIE. (volledige of gedeeltelijke spouwvulling) URSA WALLTEC 32, URSATEC FACADE 32. Geldig van 26/09/2018 tot 25/09/2023.

U- waardeberekening klik op wand nr Wandtype

Drempel(loo)s zonder hindernissen

SPOUWMUURISOLATIE (VOLLEDIGE OF GEDEELTELIJKE SPOUWVULLING) Minerale wol - glaswol (MW) CAVITEC 035, TPKD430, CAVITEC 032 en CAVITEC 032 PREMIUM

SCHIPHOL HOTEL BADHOEVEDORP

Thermische isolatie oplossingen. performant. binnenisolatie

SPOUWMUURISOLATIE (gedeeltelijke spouwvulling) XTROWALL. Geldig van 29/01/2016 tot 28/01/ Voorwerp

HET COMFORT VAN EEN GEÏSOLEERDE VLOER

SPOUWMUURISOLATIE. (gedeeltelijke spouwvulling) STYRISOL GR-300. Geldig van 31/10/2016 tot 30/10/ Voorwerp

Thermische isolatie van zware vloeren

1. Principe. 2. De EPB regelgeving. Informatie en ondersteuning. Opmerkingen

Spouwmuurisolatie (volledige of gedeeltelijke spouwvulling)

Werf gelegen in Lebbeke, Brusselsesteenweg 307

VERSLAG EPB-STUDIE. Bouwheer. Projectlocatie. Projectomschrijving. Ons dossiernummer. Datum. Stad Gent. Gent. Kinderdagverblijf De Bron

Thermische isolatie oplossingen. thermische isolatie. muur en vloer PUR / PIR. panelen TMS & SIS REVE

Duurzaam bouwen. Het geïsoleerde hellend dak

AANSLUITING GEVELVOET - VLOER OP VOLLE GROND OPTIE 1 OPTIE 2

ac coördinatie gcv Roeselare

SPOUWMUURISOLATIE (gedeeltelijke spouwvulling) KOOLTHERM K8. Geldig van 26/10/2016 tot 25/10/ Voorwerp

Na-isolatie van muren

Constructie BZL ENEMAN BENJAMIN

TMS 23 SOPRATHERM ALU 23

Isolatie van hellend dak van buitenaf. Na-isolatie van de zolderruimte. houten draagvloer. Platdakisolatie. betonnen draagvloer.

Na-isolatie van bestaande buitenmuren Studiedag 7 februari 2012 Consciencegebouw, Brussel. Navullen van spouwmuren met isolatie in de praktijk

Plaatsingsvoorschriften voor DELTA -ALPINA bij pannendaken in beton of gebakken aarde in BENELUX

Alkreflex 2L-2. In de spouw. innovation in insulation. Algemeen. Verwerking / bestekomschrijving

FICHE TECHNIQUE TECHNISCHE FICHE LEVEL DESIGN 1

BUtgb 04/2006. Geldig van tot B E S C H R I J V I N G

Spouwmuurisolatie (gedeeltelijke spouwvulling) UTHERM WALL PIR L. Geldig van 25/11/2016 tot 24/11/ Voorwerp

SPOUWMUURISOLATIE (gedeeltelijke spouwvulling)

HET COMFORT VAN EEN GEÏSOLEERDE VLOER

Click to edit Master title style

Bij deze isolatietechniek wordt de isolatie aan de buitenzijde van de gevelmuren geplaatst. Op deze isolatie wordt een nieuwe afwerking geplaatst.

SPOUWMUURISOLATIE. (gedeeltelijke spouwvulling) BAUDERPIR W R. Geldig van 29/05/2016 tot 28/05/ Voorwerp

Implementatie van bouwknopen in EPR

Spouwmuurisolatie (volledige of gedeeltelijke spouwvulling) Isover. EASYPAN, MUPAN PLUS, MUPAN FACADE en MUPAN ULTRA XS

Eurowall, de ultradunne spouwisolatie met uitstekende isolatiewaarde.

Drempeldetaillering voor toegankelijk buitenschrijnwerk

SPOUWMUURISOLATIE (gedeeltelijke spouwvulling) TMS SOPRATHERM ALU. Geldig van 23/01/2017 tot 22/01/ Voorwerp

Wind- en vochtdicht isolatieschild met de IKO enertherm ALU NF isolatieplaat

GEEF EEN PLATDAK WAAR HET RECHT OP HEEFT!

Infosessies voor energiedeskundigen type A. januari/februari 2011

Spouwmuurisolatie (volledige of gedeeltelijke spouwvulling)

1.2. Isolatie- en dichtingsmaterialen

Verhoog uw comfort en bespaar op uw energiefactuur

Overzicht module 5: transmissie

Spouwmuurisolatie (volledige of gedeeltelijke spouwvulling)

L u c h t d i c h t b o u w e n

Opleiding Duurzaam Gebouw:

Spouwmuurisolatie (volledige of gedeeltelijke spouwvulling) Isover EASYPAN, MUPAN PLUS, MUPAN FACADE, MUPAN ULTRA XS EN MULTIMAX 30

Student: Timon Bouttelisier ZELFREFLECTIEVERSLAG ARCHITECTUURBUREAU A[RT] Architecten: Rogiest Denis & Tack Marjan. Telefoon:

XPS THERMISCHE ISOLATIE

Na-isoleren van bestaande buitenmuren

9. Overzicht van de eigenschappen en de voordelen van cellenbeton

nee nee nee Trans missiegegevens rekenzone gehele woning conslructie A[m* RcţrrŕKAV] UfW/nťK] 3oi H zonwering beschaduwing toelichting

Laag materiaal dikte mm Lambda W/m.K R-waarde m 2.K/W binnenspouwblad Kalkzandsteen 150 1,000 0,150 isolatie Kooltherm K8 (50-117mm) 84 0,020 4,200

GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap afdeling infrastructuur west Schoonmeersstraat 26, 9000 Gent t: f:

Transcriptie:

INFORMATIEBLAD Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw GEÏSOLEERDE SPOUWMUREN MET GEVELMETSELWERK 00/1 vervangt 0/1 Sinds de jaren 0 worden door de BUtgb ATG s voor spouwmuurisolatie afgeleverd. Deze ATG s geven de gebruiksgeschiktheid van het isolatiemateriaal voor toepassing in spouwmuren aan. Tezamen met de gedeclareerde producteigenschappen, vermeld in de ATG/H-productgoedkeuring, worden de product- en systeemeigenschappen gecertificeerd (zie figuur 1). De ATG-technische goedkeuring bevestigt de gebruiksgeschiktheid van het isolatiemateriaal voor toepassing in de spouwmuur tezamen met de plaatsingsvoorschriften. De ATG/H-productgoedkeuring beperkt zich tot de declaratie van de producteigenschappen. Fig. 1 : Voorbeelden van ATG-documenten Dit BUtgb-informatieblad geeft een overzicht van de algemeen geldende bouwkundige voorschriften voor spouwmuren waarin de ATG-goedgekeurde isolatiematerialen worden aangewend. De bijzondere toepassingsregels voor elk individueel product worden vermeld in de desbetreffende ATG s. De hierna vermelde algemene regels mogen niet worden toegepast voor een bepaald product zonder kennisname van de desbetreffende ATG. De lijst van de ATG s kan worden geraadpleegd in het Benor-ATG repertorium of op de website http:// www.butgb.be. BUtgb Belgische Unie voor de technische goedkeuring in de bouw c/o Federale overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie, Kwaliteit van de bouw, Goedkeuring en Voorschriften Wetstraat 1 B-100 Brussel Tel. : + (0)/.1., Fax : (0)/.1.1 http://www.butgb.be, http://info.benoratg.org ATG - informatieblad 00/1-1

1. UITGANGSPUNTEN Vanaf de jaren 0 zijn spouwmuren (zie figuur ) in België meer en meer de uitvoering van gevels gaan overheersen. Aanvankelijk werden ze niet geïsoleerd. Sinds de oliecrisis in de jaren 0 en de Kyotoafspraken worden ze meer en meer geïsoleerd. Naast de ATG s voor geïsoleerde spouwmuren met gevelmetselwerk zijn ook voor de volgende isolatiemethodes ATG s beschikbaar die hier niet besproken worden : buitengevelisolatie en -systemen dakisolatie sandwichpanelen bouwsystemen in houtskeletbouw, massiefbouw, staal en beton isolatiemateriaal in combinatie met open gevelbekledingen na-isolatie met opvulling van de spouw (1) binnenwandisolatie (zie ATG/H) vloerisolatie isolerende beglazing buisisolatie. Het thermisch isoleren nam in de laatste decennia een enorme vlucht onder meer onder impuls van de strikte reglementaire thermische eisen, van kracht in de gewesten (zie tabel 1). Tezamen met deze eisen, zijn er voor deze constructies ook eisen naar regendichtheid, stabiliteit, hygrisch en thermisch gedrag. Tabel 1 : Overzicht van de reglementaire max. aanvaardbare warmtedoorgangscoëfficiënten (*) voor buitenmuren in het kader van stedenbouwkundige handelingen voor gebouwen van kracht in de gewesten : tussen het beschermd volume (BV) en de buitenomgeving of tussen het beschermd volume en een onverwarmde, niet tegen vorst beschermde ruimte k = U 0, W/(m.K) (**) tussen het BV en een onverwarmde, wel tegen vorst beschermde ruimte k = U 0,9 W/(m.K) (*) Naast deze reglementair opgelegde U-waarden wordt een U-waarde 0, W/(m.K) als energetisch optimaal beschouwd. (**) In het Vlaams reglement wordt voor echte buitenmuren gesteld dat de waarde van 0, gewaarborgd moet worden rekening houdend met de koudebruggen. Als kan aangetoond worden dat er geen condensatiegevaar is, mag de waarde van 0, W/(m.K) vervangen worden door 1,0 W/ (m.k). Referenties : Besl. Vl. Exec. van 0..199 (BS 1..199) Besl. W. Exec. van 1..199 (BS 0..199) Besl. Br. Hoofdstedelijke Regering van..1999 (BS 9..1999). In dit informatieblad wordt dieper ingegaan op de spouwmuren voorzien van gevelmetselwerk van gebouwen met een binnenklimaatklasse I, II en III voor wat betreft de vochtproductie. Voor binnenklimaatklasse IV dient er een speciale studie uitgevoerd te worden (definitie binnenklimaatklasse : zie bijlage ).. OPBOUW EN SAMENSTELLING VAN DE GEÏSOLEERDE SPOUWMUUR De geïsoleerde spouwmuren worden als volgt opgebouwd : buitenspouwblad in metselwerk; al dan niet afgewerkt met buitenpleister- of verflagen spouw, deels of volledig voorzien van een isolatielaag binnenspouwblad in dragend metselwerk of in gewapend beton, al dan niet verder voorzien van pleisterlagen e.a.,... en luchtdicht afgewerkt. Naast de ontdubbeling is het eigen aan de spouwmuur om in de spouw een drukvereffening met de buitenomgeving te realiseren zodat, door het luchtdicht afwerken van het binnenblad, de regen niet door overdruk tot in het binnenblad wordt gedreven maar afgevoerd kan worden (zie figuur ). Door de luchtdichte uitvoering van het binnenspouwblad zal inderdaad de druk van de buitenomgeving en de spouwruimte quasi gelijk zijn en verschillend van de binnenomgeving. p (buitendruk) e p e (buitendruk) p i p e (buitendruk) (binnendruk) Fig. : Spouwmuurconstructie en de drukvereffening (1) Momenteel herziet de BUtgb het programma van ATG-toelatingsonderzoek. Tenslotte worden niet enkel eisen gesteld aan de toegepaste producten maar zal de uitvoering een grondig voorafgaand geschiktheidsonderzoek en een nauwgezette nacontrole vereisen zodat de na-isolatie een volledig en homogene vulling en een hygrothermisch correcte opbouw garandeert. - ATG - informatieblad 00/1

Met een goede keuze van de materialen en een verzorgde uitvoering is een perfecte spouwmuur realiseerbaar (zie figuur ). 1 Fig. A : Deelgevulde geïsoleerde spouwmuur 1. Buitenspouwblad. Luchtspouw. Isolatiemateriaal. Binnenspouwblad. Bepleistering (bij zichtmetselwerk indien nodig aan de spouwzijde) 1 Fig. B : Volledig gevulde geïsoleerde spouwmuur De al dan niet aanwezige luchtspouw maakt het onderscheid tussen een deelgevulde en een volledig gevulde geïsoleerde spouwmuur. Deze luchtspouw bedraagt : bij deelvulling : luchtspouw van 0 mm op plan zodat rekening houdend met de uitvoeringstoleranties er een vrije en continue luchtspouw aan de gevelzijde aanwezig is bij volledige vulling : een luchtspouw van 0 mm op plan waarbij de isolatielaag aan beide zijden volledig aansluit met binnen- en buitenspouwblad. Beide opties geven aanleiding tot verschillende ontwerpregels, uitvoeringsvoorwaarden en keuzes van materialen. Deelgevulde spouwmuren vormen de courante toepassing, volledig gevulde spouwmuren kunnen slechts in een beperkt toepassingsgebied met inachtname van de verder aangegeven voorwaarden. Elke ATG vermeldt de consequenties van de eigenschappen van het isolatiemateriaal in de spouwmuur.. BOUWKUNDIGE ONTWERP- EN UITVOERINGSPRINCIPES.1 Algemeen Bij het ontwerpen van de spouwmuur moet rekening gehouden worden met : de vereiste thermische eisen (zie tabel 1) de blootstelling van de gevel aan wind en regen de detaillering van de gevel : geveloppervlakte, aandeel gevelopeningen en plaats van de ramen, aanwezigheid van een dakoversteek, dorpels, (druip)lijsten,... de gevelopbouw, de integratie en de aansluiting met de andere structuurelementen (funderingen, vloeren, dak,...) de keuze van de materialen in relatie tot de productkenmerken, het ontwerpen en de plaatsingsmethode. Naast deze ontwerpregels zijn de volgende randvoorwaarden van zeer groot belang en zullen dan ook opgenomen worden in het uitvoeringsdossier : Een geïsoleerde spouwmuur vereist een nauwgezette uitvoering met een doorgedreven kwaliteitscontrole. In overeenstemming met NBN B -01 Uitvoering van metselwerk wordt aangeraden eerst het binnenspouwblad op te trekken zodat mortelresten of -baarden vermeden worden. Zo wordt een goede plaatsing van het isolatiemateriaal gewaarborgd, kan het met zorg worden geplaatst en wordt ongecontroleerd luchten watertransport vermeden. Om het afstromend water naar buiten te evacueren zal onderaan de spouw en boven elke gevelonderbreking een waterdicht membraan met verkleefde of gelaste voegen geplaatst worden. Open stootvoegen (minstens 1 per lopende meter) worden voorzien boven elke waterkerende laag tot op het membraan; de openingen moeten toelaten water af te voeren. Koudebrugwerking moet vermeden worden door de warmte-isolatie consequent door te trekken over de volledige geveloppervlakte. Aan het binnenspouwblad is een continue luchtdichte afwerking vereist. Dit kan worden gerealiseerd door : - ofwel luchtdicht isolatiemateriaal met luchtdichte voegen - ofwel luchtdicht binnenspouwblad, zoals b.v. in het geval van prefab of in situ gerealiseerde betonwanden - ofwel luchtdichte bepleistering, of aan de binnenzijde, of aan de spouwzijde van het binnenspouwblad. Zonder deze luchtdichtheid is de kans op regendoorslag reëel. De luchtdichtheid moet eveneens verzekerd zijn ter plaatse van de aansluitingen met het schrijnwerk en andere gevelonderdelen. Vermijden van langs- en rotatieluchtstromingen tussen en rond de spouwisolatie. Zo moeten de voegen tussen de isolatieplaten onderling goed aansluiten en moeten de isolatieplaten goed sluitend tegen het binnenspouwblad worden aangebracht. Tijdens de duur van de werken moeten de in opbouw zijnde muren beschermd worden tegen weersinvloeden. Bij regenweer en tijdens werkonderbrekingen (aan het einde van de dag of de ATG - informatieblad 00/1 -

week, tijdens de verlofperiode,...) moeten de muren bovenaan afgedekt en beschermd worden tegen regen. Het respecteren van de uitvoeringsdetails zoals aangegeven in hoofdstuk.. Bijzondere ontwerp- en uitvoeringsregels bij deel- en volledige vulling Naargelang de optie deelvulling of volledige vulling, moet op een verschillende wijze geredeneerd worden. Deelgevulde spouwmuren vormen de courante toepassing, volledig gevulde spouwmuren kunnen slechts in een beperkt toepassingsgebied met inachtname van de verder aangegeven voorwaarden. Hierna worden een aantal elementaire beschouwingen gegeven die verder in de ATG specifiek voor het materiaal verduidelijkt worden...1 DEELGEVULDE SPOUWMUREN Bij dit concept wordt de spouw deels met isolatiemateriaal opgevuld. Men gaat ervan uit dat : het neerslagwater aan beide zijden van het gevelmetselwerk kan aflopen luchtstromingen in de spouw kunnen voorkomen. Om tot een goed functionerende spouwmuur van dit type te komen moeten naast de in.1 vermelde regels de volgende bijzondere voorwaarden minstens gerespecteerd worden : het binnenspouwblad eerst en volledig optrekken het binnenspouwblad luchtdicht afwerken de isolatiematerialen zo plaatsen en bevestigen dat een volledig aaneensluitende isolatielaag wordt gerealiseerd. - bij minerale wolplaten wordt dit gerealiseerd door het ineengrijpen van de plaatvezels - bij kunststofplaten wordt dit gerealiseerd door een randafwerking (tand en groef of sponning) die moet toelaten rondom de plaat een gesloten voeg te realiseren. Eventueel kunnen de plaatvoegen bijkomend met voegbanden afgewerkt worden. Eveneens zal erop toegezien worden dat het ingedrongen water naar buiten wordt afgevoerd. - bij platen van cellenglas wordt dit gerealiseerd door het gebruik van voegdichtingsmateriaal - voor andere materialen zullen de desbetreffende ATG-voorschriften gerespecteerd worden. als gevolg van de vochtbelasting in het gevelmetselwerk moeten de gevelstenen cf. NBN B- 00 : Gevelstenen en de mortel normaal vorstbestand zijn het eventueel indringend water naar buiten afvoeren door goed geplaatste afhellende spouwankers en waterkerende lagen. Daarenboven zal ook het volgende voorkomen worden : valspecie en mortelresten in de restspouw bij het optrekken van het gevelmetselwerk luchtstromingen tussen de isolatielaag en het binnenspouwblad... VOLLEDIG GEVULDE SPOUWMUREN Bij dit concept wordt de spouw volledig met isolatiemateriaal opgevuld. Men gaat ervan uit dat : het neerslagwater enkel langs de buitenzijde van het gevelmetselwerk vrij kan aflopen er geen luchtstromingen aanwezig zijn. Om tot een goed functionerende spouwmuur van dit type te komen zal de ontwerper de graad van regenblootstelling in zijn ontwerp beoordelen en wordt bij de uitvoering aan de volgende voorwaarden voldaan: bij voorkeur het binnenspouwblad eerst en volledig optrekken het binnenspouwblad luchtdicht afwerken de isolatiematerialen zo plaatsen dat een volledig aaneensluitende isolatielaag wordt gerealiseerd. Bij minerale wolplaten wordt dit gerealiseerd door het ineengrijpen van de plaatvezels. Voor andere isolatiematerialen zullen de desbetreffende ATG-voorschriften gerespecteerd worden als gevolg van de hogere vochtbelasting in het gevelmetselwerk moeten de gevelstenen cf. NBN B-00 : Gevelstenen en de mortel zéér vorstbestand zijn het eventueel accidenteel indringend water naar buiten afvoeren door goed geplaatste afhellende spouwankers en waterkerende lagen. De volledige spouwvulling wordt afgeraden : bij sterk blootgestelde gevels : - de gevels van gebouwen in steden of op het platteland die hoger zijn dan meter - de gevels van gebouwen in de kuststreek die hoger zijn dan meter - alle gevels van gebouwen gelegen langs het strand. Bij lagere gebouwhoogtes zal de aanwezigheid van oversteken een gunstig effect hebben op de blootstelling. Met oversteken wordt bedoeld balkons, kroonlijsten, dakgoten,... waarvan de breedte (L) minstens 1/ van de onderliggende te beschermen gevelhoogte (H) bedraagt (zie figuur ). bij sterk dampremmende gevels, b.v. gevelmetselwerk afgewerkt met dampremmende verven of mortels of bij gebruik van geglazuurde gevelstenen. H ;;;;;;;;; L ;; Fig. ;;;;;;;;; ;; - ATG - informatieblad 00/1

ATG - informatieblad 00/1. Overzicht van de kenmerken van het isolatiemateriaal In tabel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste eigenschappen en de minimum eisen gesteld aan isolatiematerialen voor spouwmuurisolatie : Tabel : Overzicht van de belangrijkste eigenschappen en de minimum eisen gesteld aan isolatiematerialen voor spouwmuurisolatie. Voor de vermelde materialen heeft de BUtgb procedures uitgewerkt rekening houdende met de geharmoniseerde productnormen (NBN EN 11 tot NBN EN 11). Voor de niet vermelde materialen zullen in voorkomende gevallen soortgelijke procedures worden uitgewerkt. Minerale wol (MW) Kunststofschuimen Cellenglas glaswol (MWG) en EPS XPS PUR/PIR (bekleed) PF (bekleed) CG rotswol (MWR) Randafwerking voorzien van rechte boorden lengte (l) (NBN EN ) ± % breedte (b) (NBN EN ) ± 1, % dikte (d) (NBN EN ) T, T, T Haaksheid (NBN EN ) mm/m Vlakheid (NBN EN ) mm Warmtegeleidingscoëfficiënt λ D 0,0-0,0 Rekenwaarde in m.k/w = R D (zie ATG) Vochtopname (NBN EN 109) 1 kg/m Dimensionele stabiliteit na blootstelling aan warmte en vocht h C 90 % RV (NBN EN 10) 1 % % Waterdampdoorlaatbaarheid grootte-orde cfr. (NBN EN 10) NBN EN 1 productnorm eventueel Annex C van de Annex A van de productnorm + in W/m.K (NBN EN 1) + Toleranties op de : + eventueel T, T mm (d > 100 mm) cfr. NBN EN 11 NBN EN 1 NBN EN 1 NBN EN 1 NBN EN 1 tabulated values grootte-orde cfr. grootte-orde cfr. grootte-orde cfr. grootte-orde cfr. rechte boorden L1 ± mm (l < 1000 mm) ± mm (l < 1000 mm) ± mm (l < 10 mm) ± mm - onbekleed ± 10 mm (l 1000 mm) ±, mm (l 000 mm) ±, mm (l 000 mm) ± mm - bekleed ± 10 mm (l 000 mm) ± 10 mm (l 000 mm) ± 1 mm (l > 000 mm) ± 1 mm (l > 000 mm) W1 ± mm (b < 1000 mm) ± mm (b < 1000 mm) ± mm (b < 10 mm) ± mm ± 10 mm (b 1000 mm) ±, mm (b 000 mm) ±, mm (b 000 mm) T1 T1 T T1, T ± mm S1 mm/m mm/m S l,b mm/m S l,b mm/m Sd mm S mm d P / mm ( dm ) mm ( dm ) 10 mm (d < 0 mm) mm // mm (> dm ) 10 mm (> dm ), mm (0 d 100 mm) 0,0-0,00 0,09-0,00 0,00-0,00 0,00-0,00 0,00-0,00 = R D = R D = R D = R D = R D (zie ATG) (zie ATG) (zie ATG) (zie ATG) (zie ATG) - - - - 0, kg/m DS (0, 90)1 h 0 C 90 % RV DS(TH) h 0 C 90 % RV h 0 C 90 % RV 1 % % ± 1, % ε l,b 0, % / ε 1 % d voorzien van tand en groef of sponning met bijbehorende toleranties voorzien van Druksterkte (NBN EN ) - CS (10) 0 CS (10\Y) 100 CS (10\Y) 100 CS (Y) 100 CS (Y) 00 Brandreactie (NBN EN 101-1) A1-F A1-F A1-F A1-F A1-F A1-F

. UITVOERINGSDETAILS & -TEKENINGEN In aanvulling met de bouwkundige ontwerp- en uitvoeringsprincipes (zie ) worden bij de opbouw van de spouwmuur de volgende uitvoeringsdetails gerespecteerd :.1 Aansluiting met de fundering De fundering zal een breedte hebben die even breed is dan de totale spouwmuurbreedte. In tabel worden de courante spouwmuurbreedten vermeld die vlot overgedragen kunnen worden op het funderingsmetselwerk of funderingszolen in beton.. Gevelopeningen Bij gevelopeningen zal erop toegezien worden dat : voetloden of horizontaal geplaatste en ingeplooide afdichtingsmembranen het infiltrerend regenwater naar buiten afvoeren de lateien, de dorpels, de rolluikkasten,... voorzien zijn van een thermische onderbreking. Tabel : courante spouwmuurbreedten Totale spouw- Breedte Breedte Breedte muurbreedte buitenspouw- spouw binnenspouw- (mm) blad (mm) (mm) blad (mm) 00 90 0 10 0 90 100 10 90 90 10 10 1 Bij gebruik van een bredere spouw en/of een breder binnenspouwblad zal één en ander constructief dienen te worden onderzocht. Indien het buitenspouwblad eveneens een structureel dragende functie heeft, zal de spouwmuur aldus dan ook dienen berekend en uitgevoerd te worden. Deze techniek komt in België enkel aan bod bij relatief hoge gebouwen met gevels opgebouwd uit dragend gewapend metselwerk of betonwanden. 00 mm Fig. : 1. Vloerisolatie. Funderingsisolatie. Spouwisolatie. Isolerende bouwblok. Open stootvoeg. Bescherming van het metselwerk. Waterkerende laag. Luchtspouw 1 Fig. : 1. Beglazing. Raam. Dragend metselwerk. Bepleistering. Voegdichting. Isolatiemateriaal. Buitenspouwblad. Deur of vensterkader 10 9 11 Fig. : 1. Beglazing. Raam. Latei. Isolatiemateriaal. Binnenspouwblad. Bepleistering. Voegdichting. Metalen hoekprofiel 9. Open stootvoeg 10. Buitenspouwblad 11. Waterkerende laag 1. Deur of vensterkader 1 1 - ATG - informatieblad 00/1

1 10 11 10 9 9 11 1 Fig. : 1. Beglazing. Voegdichting. Raam. Metalen dorpel. Vensterbank 9. Isolatiemateriaal. Isolatiemateriaal 10. Buitenspouwblad. Dragend metselwerk 11. Waterkerende laag. Spouwanker 1. Vensterdorpel 1 Fig. 9 : 1. Beglazing. Rolluikkast. Raam. Voegdichting. Latei 9. Open stootvoeg. Isolatiemateriaal 10. Buitenspouwblad. Binnenspouwblad 11. Waterkerende laag. Bepleistering 1. Rolluik 1. Vloer-, balkon- en dakaansluitingen Naast de voorzorgen ten aanzien van de waterafvoer en de koude bruggen zoals bij de gevelopeningen, zullen daarenboven de oplegbreedten van deze vloer-, balkon- en dakdelen moeten worden gerespecteerd. Fig. 10 : 1. Open stootvoeg. Opgeplooide randen van de waterkerende laag. Gevelmetselwerk Fig. 11 : 1. Bijkomende verankering. Dekvloer. Vloerisolatie. Vloerplaat. Dragend metselwerk. Isolatiemateriaal. Bepleistering. Buitenspouwblad 1 1 ATG - informatieblad 00/1 -

10mm mm 10mm Buiten 9 10mm Binnen 10 9 1 1 Fig. 1 : 1. Draagvloer. Prefab wapeningssysteem met thermische onderbreking. Isolerende bouwblok. Metaalslabbe. Waterkerende laag. Dorpel in mortelbed. Isolatiemateriaal. Balkonafdichting 9. Tegel op tegeldrager Fig. 1 : 1. Strook metaal. Pan. Onderdak. Tengellat. Panlat. Randlat. Isolatiemateriaal. Isolatiemateriaal 9. Dwarslat 10. Boordplank 0 mm 9 10 0 mm 10 mm 0 à 0 mm 1 1 Fig. 1 : 1. Keper of spant bevestigd op de muurplaat. Slab van de dakgoot op de bebording. Gootblok. Isolatie van de gevel. Muurplaat op het gootblok. Gootbodem in helling te plaatsen door uitvulling. Afdichting muur/dak bij gedeeltelijke spouwvulling. Isolatie van het dak 9. Neuslijst 10. Buitenboeiplank Fig. 1 : 1. Afdichting. Spouwafdekking. Randprofiel. Las. (Isolerend) metselwerk - ATG - informatieblad 00/1

. Spouwhaken of -ankers Aan de dragende binnenwand worden zowel het buitenmetselwerk als de spouwisolatie bevestigd. Volgend aantal spouwhaken/-ankers (figuur 1 & 1) zullen worden gerespecteerd : ter bevestiging van het buitenmetselwerk voorzien de regels der kunst om per m min. spouwhaken te plaatsen in de lintvoegen van het metselwerk (zie figuur 1) of spouwankers in te boren in het binnenspouwblad (figuur 1). ter bevestiging, ter ondersteuning en aandrukken van de spouwisolatie dienen de platen minstens door vijf bevestigingspunten per m bevestigd te worden. Hierbij mogen de spouwhaken/ -ankers gebruikt worden voor zover ze voorzien zijn van klemstukken (zie figuur 1). ;;;;;;;;; ;;;;;;;;; ;;;;;;;;; ;;;;;;;;; ;;;;;;;;; ;;;;;;;;; ;;; ;;; ;;; ;;; Fig. 1 : Voorbeeld van een spouwhaak met klemstuk (rozet) Het vermeld aantal spouwhaken/-ankers zal voldoende verspreid worden aangebracht, een tussenafstand van maximum 0 cm, zowel horizontaal als verticaal gemeten, is aanbevolen (zie figuur 19). De spouwankers zijn in verzinkt staal of roestvast staal. Deze spouwankers zijn voorzien van een knik of een rozet (klemstuk) en worden mee ingemetseld, hetzij ingeboord. Bij de deelgevulde geïsoleerde spouwmuur worden op deze spouwhaken klemstukken (kunststofrozetten) aangebracht die de panelen tegen het binnenspouwblad aandrukken. Eventueel kunnen hiervoor ook andere bevestigingssystemen gebruikt worden. De afstand van de bevestigingspunten tot de rand, loodrecht op de rand gemeten, bedraagt ongeveer 100 mm. 1 Fig. 1 : Voorbeeld van een spouwhaak om in te metselen 1. Funderingsmetselwerk. Waterkerende laag. Isolatiemateriaal. Bevestiging. Binnenspouwblad. Buitenspouwblad Fig. 19 : Bevestigingsschema van spouwhaken/-ankers Fig. 1 : Voorbeeld spouwanker in het binnenspouwblad ATG - informatieblad 00/1-9

. BIJLAGE 1 : BEREKENING U-WAARDE De warmtedoorgangscoëfficiënt U (vroeger Belgisch symbool k ) wordt berekend volgens de klassieke formules en met inbegrip van de correctiefactoren (Zie STS 0.) : op de thermische weerstand van de spouwmuur wordt een reductiefactor toegepast voor plaatsingstoleranties bij de uitvoering op de warmtedoorgangscoëfficiënt worden toeslagfactoren toegepast conform NBN EN ISO 9, voor spleten in de isolatielaag en mechanische bevestigingen doorheen de isolatielaag. Concreet gebeurt de berekening als volgt : R tot = R si + R 1 + R +... + +... + R n + R se + R corr (1) U = 1 / R tot () U c = U + U g + U f () Waarbij : R tot R si : thermische weerstand van de spouwmuur : thermische overgangsweerstand binnenzijde bouwdeel, conform NBN EN ISO 9. Voor de spouwmuur is R si = 0,1 m.k/w R 1, R,... R n : thermische weerstand (rekenwaarde) van de diverse lagen van de spouwmuur (m.k/w) zoals het gevelmetselwerk, het binnenmetselwerk en de pleisterlaag. Voor deelgevulde spouwisolatie zal een warmteweerstand van de luchtlaag van cm worden meegeteld; deze bedraagt 0,09 m.k/w voor een matig verluchte spouw en 0,1 m.k/w voor een niet verluchte spouw. : voor een homogene isolatielaag is dit de gedeclareerde thermische weerstand van het isolatieproduct voor de betreffende α coëfficiënt (α = 0,) λ f thermische geleidbaarheid van de bevestiger (b.v. λ f = 0 W/m.K voor staal) n f aantal bevestigers per m (b.v. n f = ) A f oppervlakte van de doorsnede van de bevestiger (b.v. A f = 1,.10 - m ) d i lengte van de bevestiger die de isolatie doorboort, meestal is d i = dikte isolatie (bij ankers met verzonken kop kan dit minder zijn dan de dikte van de isolatie) thermische weerstand van het isolatieproduct (zie hoger) R tot thermische weerstand van de spouwmuur (zie hoger) Opmerking : er wordt geen correctie toegepast bij : spouwankers in niet geïsoleerde spouw spouwankers bij muren van metselwerk en binnenspouwblad van hout indien de λ-waarde van het anker < 1 W/m.K. Rekenvoorbeeld voor spouwmuren Geval 1 : Deelgevulde geïsoleerde spouwmuur Gegevens 1 R se R corr U U c U g U f dikte. = R D : thermische overgangsweerstand buitenzijde bouwdeel, conform NBN EN ISO 9. Voor de spouwmuur is R se = 0,0 m.k/w : correctiefactor = - 0,10 m.k/w voor plaatsingstoleranties bij de uitvoering van de spouwmuur : warmtedoorgangscoëfficiënt spouwmuur : gecorrigeerde warmtedoorgangscoëfficiënt spouwmuur conform NBN EN ISO 9 : toeslag op de U-waarde voor spleten in de isolatielaag, conform NBN EN ISO 9, voor uitvoering conform de ATG wordt U g =0 : toeslag op de U-waarde voor bevestigingen door de isolatielaag, conform NBN EN ISO 9, berekend als volgt : U f = α λ fa f n f d i R tot, met () R si = 0,1 m.k/w R se = 0,0 m.k/w 1. Buitenspouwblad : λ 1Ue = 1,1 W/m.K; d = 9 cm; R 1 = 0,0 m.k/w.. Luchtspouw min. cm, (matig geventileerd); R = 0,09 m.k/w.. Isolatiedikte d in functie van de vereiste U- waarde en de λ D waarde van het isolatiemateriaal.. Binnenspouwblad uit snelbouwsteen : λ Ui = 0,1 W/m.K; d = 1 cm; R = 0,1 m.k/w.. Bepleistering (gips) : λ Ui = 0, W/m.K; d = 1 cm; R = 0,019 m.k/w. Betreffende λ - waardes en diktes zijn functie van de keuze van de materialen en gelden enkel als voorbeeld. Er wordt dan ook verwezen naar NBN B - 00/A1 voor de bepaling van de in werkelijkheid toe te passen waardes. 10 - ATG - informatieblad 00/1 R corr = -0,10 m.k/w

Wat betreft de verliezen t.g.v. de spouwankers wordt uitgegaan van stalen ankers (λ f = 0 W/m.K), per m (n f = ), diameter mm (A f = 1,.10 - m ). Uitgaande van deze gegevens en van de formules (1), (), () en (), wordt de gecorrigeerde U c waarde van de spouwmuur als volgt berekend : U c = 1 R si +R 1 +...+ R D +... R n +R se +R corr + α λ fa f n f d i R D R si +R 1 +...+ R D +... R n +R se +R corr () Ter bepaling van de benodigde isolatiedikte, wordt verondersteld dat R D = d/λ D naar beneden afgerond op 0,0 m.k/w. Hiermee wordt iets veiliger gerekend dan werkelijk nodig. In onderstaande tabel wordt de U c waarde gegeven in functie van de dikte en de λ D waarde van de isolatie. Combinaties die resulteren in een U c -waarde boven de reglementaire eis van 0, W/m.K voor spouwmuren kunnen niet worden weerhouden. Uit de tabel kunnen eveneens de combinaties λ D -waarde/dikte worden afgelezen die voldoen aan de energetisch meest optimale eis voor buitenmuren U c 0, W/m.K. Dikte isolatie (mm) U c - waarde voor deelgevulde geïsoleerde spouwmuur λ D -waarde isolatie (W/m.K) 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0 0, 0, 0, 0,1 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,1 0, 0, 0, 0,1 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0,0 0 0, 0, 0, 0,1 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,9 0 0, 0, 0,1 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0,1 0 0,1 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 90 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, 9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 100 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 10 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 110 0,1 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 11 0,1 0,19 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 10 0,1 0,1 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 1 0,1 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, 0, 10 0,1 0,1 0,1 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, ATG - informatieblad 00/1-11

Geval : Volledig gevulde geïsoleerde spouwmuur Gegevens 1 R si = 0,1 m.k/w R se = 0,0 m.k/w 1. Buitenspouwblad : λ 1Ue = 1,1 W/m.K; d = 9 cm; R 1 = 0,0 m.k/w.. Isolatiedikte d in functie van de vereiste U- waarde en de λ D waarde van het isolatiemateriaal. Binnenspouwblad uit snelbouwsteen : λ Ui = 0,1 W/m.K; d = 1 cm; R = 0,1 m.k/w.. Bepleistering (gips) : λ Ui = 0, W/m.K; d = 1 cm; R = 0,019 m.k/w. Betreffende λ - waardes en diktes zijn functie van de keuze van de materialen en gelden enkel als voorbeeld. Er wordt dan ook verwezen naar NBN B - 00/A1 voor de bepaling van de in werkelijkheid toe te passen waardes. R corr = -0,10 m.k/w Wat betreft de verliezen t.g.v. de spouwankers wordt uitgegaan van stalen ankers (λ f = 0 W/m.K), per m (n f = ), diameter mm (A f = 1,.10 - m ) Uitgaande van deze gegevens en van de formules (1), (), () en (), wordt de gecorrigeerde U c waarde van de spouwmuur als volgt berekend : U c = 1 R si +R 1 +...+ R D +... R n +R se +R corr + α λ fa f n f d i R D R si +R 1 +...+ R D +... R n +R se +R corr 1 - ATG - informatieblad 00/1

Ter bepaling van de benodigde isolatiedikte, wordt verondersteld dat R D = d/λ D naar beneden afgerond op 0,0 m.k/w. Hiermee wordt iets veiliger gerekend dan werkelijk nodig. In onderstaande tabel wordt de U c waarde gegeven in functie van de dikte en de λ D waarde van de isolatie. Combinaties die resulteren in een U c -waarde boven de reglementaire eis van 0, W/m.K voor spouwmuren kunnen niet worden weerhouden. Uit de tabel kunnen eveneens de combinaties λ D -waarde/dikte worden afgelezen die voldoen aan de energetisch meest optimale eis voor buitenmuren U c 0, W/m.K. Dikte isolatie (mm) U c - waarde voor volledig gevulde geïsoleerde spouwmuur λ D -waarde isolatie (W/m.K) 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0,0 0,0 0,0 0,0 0,00 0 0, 0,9 0,1 0, 0, 0,0 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0,90 0,90 0,9 0,9 0,9 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0 0, 0, 0,0 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0,9 0,9 0,0 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0 0, 0,0 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0,9 0,9 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 90 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0, 0, 0, 0, 9 0,1 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 0, 100 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,1 0, 10 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 110 0,19 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 11 0,1 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 10 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 1 0,1 0,1 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0, 0, 0, 0, 10 0,1 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0,0 0, 0, 0, 1 0,1 0,1 0,1 0,19 0,0 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,0 0,1 0, 0, 10 0,1 0,1 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 0, 1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 0,1 10 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 0,0 1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,19 0,0 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0,9 10 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,19 0,19 0,1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, ATG - informatieblad 00/1-1

. BIJLAGE : BINNENKLIMAATKLASSE- CONDENSATIE Om ontoelaatbare condensatie ten gevolge van convectie van vochtige binnenlucht en diffusie van waterdamp of van bouwvocht te vermijden, moet nagegaan worden of een bijkomend lucht- en dampscherm al dan niet noodzakelijk is. De noodzaak ervan hangt af van meerdere factoren, waaronder het buiten- en het binnenklimaat, de aanwezigheid van bouwvocht, de materiaaleigenschappen (λ, µd-waarden en vochtgedrag),... Onderstaande grafiek en tabel omschrijven de binnenklimaatklassen in functie van : op de abcis, θ gemiddelde temperatuur in het gebouw ( C) op de ordinaat, ϕ gemiddelde vochtigheid in het gebouw (%) pi dampdruk in het gebouw (Pa). Indien uit de hygrothermische condensatie berekening (cfr. pren ISO 1) zou blijken dat er een kans bestaat op resulterend condens, moet een geschikt lucht-/dampscherm aan de warme zijde van de isolatielaag geplaatst worden. 100 pi = 1.00 Pa pi = 1.0 Pa 0 pi = 1.1 Pa pi = 1.100 Pa 0 0 0 ϑ (%) IV III II I 1 1 1 0 0 θ( C) () Binnenklimaatklassen Voorbeelden Jaargemiddelde Gemiddelde dampdrukdampdrukken verschillen gedurende binnen weken p i (Pa) (p i - p e ) (Pa) I Gebouwen met weinig - stapelplaatsen voor droge goederen 1100 Pa p i < 11 < 19-10. θ e (*) tot geen permanente - kerken, toonzalen, garages, vochtproductie werkplaatsen II Gebouwen met beperkte - grote woningen 11 Pa p i < 10 < -. θ e vochtproductie per m - scholen en goede ventilatie - winkels - niet-geklimatiseerde kantoren - sportzalen en polyvalente hallen III Gebouwen met een - (kleine) woningen, flats 10 Pa p i < 100 < 1 -. θ e belangrijkere vochtproductie - ziekenhuizen, verzorgingstehuizen per m en matig tot - verbruikszalen, restaurants, voldoende ventilatie feestzalen, theaters - laaggeklimatiseerde gebouwen (RV 0 %) IV Gebouwen met hoge - hooggeklimatiseerde gebouwen p i 100 > 1 -. θ e vochtproductie (RV > 0 %) - hydrotherapieruimten - zwembaden (overdekt) - vochtige industriële ruimten zoals wasserijen, drukkerijen, brouwerijen, papierfabrieken Opmerking : gebouwen in overdruk, gebouwen met een sterk wisselend vochtehalte (b.v. dancings) vergen een speciale bouwfysische studie. (*) : θ e = buitentemperatuur 1 - ATG - informatieblad 00/1