Raadsvoorstel Brunssum, d.d. 1 november 2004 Gemeenteblad 2004 nr. 122 Afdeling Nr. Financiën 14447 Portefeuillehouder Akkermans D.A.M. Onderwerp Verordening woonwagenrechten 2005; nieuwe tarieven i.v.m. verhoging huren volledig ingerichte standplaatsen met 3 % Uiterlijke Uiterlijk 1 februari 2005; een latere datum is niet toegestaan beslisdatum Aan de raad. Voorstel/ambtelijk advies De "Verordening woonwagenrechten 2005" vast te stellen. Inleiding Door middel van de retributieverordening woonwagenrechten is het mogelijk om van bewoners van woonwagens, die weigeren een huurcontract af te sluiten of geen huur willen betalen, middels een belastingaanslag rechten te heffen voor het hebben van een standplaats met een woonwagen op een woonwagencentrum. Probleemstelling/Doelstelling Met ingang van 1 juli 2004 zijn de huren voor een volledig ingerichte standplaats met 3 % verhoogd. Afhankelijk van het bouwjaar van de standplaats gelden voor de onderstaande standplaatsen de navolgende huurprijzen Lokatie Bouwjaar Huurprijs m.i.v. 1 juli 2004 Eindstraat 1983 121,70 p. mnd. (oud 118,15) Hoogenboschweg1986 124,05 p. mnd. (oud 120,45) Rembrandtstraat 1986 124,05 p. mnd. (oud 120,45) Heidestraat 1987 118,75 p. mnd. (oud 115,30) Ganzepool 1992 122,00 p. mnd. (oud 118,45) Kaderstelling Gemeentewet; begroting Overwegingen o.a. Aangezien de huren zijn verhoogd dienen ook de tarieven vermeld in de retributieverordening woonwagenrechten in overeenstemming hiermee te worden verhoogd. In de bijgaande concept-verordening zijn de tariefwijzigingen verwerkt. Aangezien tariefsverhogingen met terugwerkende kracht niet mogelijk zijn is de datum van ingang van de heffing 1 februari 2005 (en niet 1 juli 2004). Uitvoering n.v.t. Raming van de gevolgen in geld en menskracht n.v.t. Verdere procedure en momenten van verantwoording n.v.t. Het college van burgemeester en wethouders, 1 van 6
,burgemeester.,secretaris. 2 van 6
Raadsbesluit Gemeenteblad 122 Afdeling Nr. Financiën 14447 De Raad der Gemeente Brunssum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 november 2004, afdeling Financiën, nr. 14447; gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet; Besluit vast te stellen de VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN WOONWAGENRECHTEN IN DE GEMEENTE BRUNSSUM 2005. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder standplaats een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet (Stb. 1991, 439); woonwagen een woonwagen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e van de Woningwet; huurovereenkomst de overeenkomst tussen de huurder en verhuurder van de standplaats c.a., waarin de huurbepalingen voor de standplaats zijn geregeld. maand een kalendermaand. BELASTBAAR FEIT Artikel 2 Onder de naam van woonwagenrechten worden, overeenkomstig de bepalingen van deze verordening, rechten geheven ter zake van het hebben van een standplaats met één woonwagen. BELASTINGPLICHT Artikel 3 De rechten, bedoeld in artikel 2, worden geheven van de hoofdbewoner. Wie als hoofdbewoner wordt aangemerkt wordt naar de omstandigheden beoordeeld. VRIJSTELLING Artikel 4 De rechten als bedoeld in artikel 2 worden niet geheven zolang voor de standplaats een huurovereenkomst geldt. HEFFINGSGRONDSLAG Artikel 5 De heffingsgrondslag voor de berekening van de rechten, bedoeld in artikel 2, is het aantal standplaatsen, dat in gebruik wordt genomen. TARIEF 3 van 6
Artikel 6 De rechten bedragen voor de lokatie Eindstraat per standplaats per maand 121,70; voor de lokatie Hoogenboschweg per standplaats per maand 124,05; voor de lokatie Rembrandtstraat per standplaats per maand 124,05; voor de lokatie Heidestraat per standplaats per maand 118,75; voor de lokatie Ganzepool per standplaats per maand 122,00. WIJZE VAN HEFFING Artikel 7 1. De woonwagenrechten worden geheven door middel van een gedagtekende nota of andere schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld. 2. De in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet model van de in het eerste lid bedoelde bescheiden vast. BELASTINGTIJDVAK Artikel 8 Het belastingtijdvak is gelijk aan één kalendermaand, aanvangende op 1 juli, 1 augustus, 1 september, 1 oktober, 1 november, 1 december, 1 januari, 1 februari, 1 maart, 1 april, 1 mei en 1 juni. TIJDSTIP VAN VERSCHULDIGDHEID EN VAN BETALING Artikel 9 1. De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak. 2. De rechten moeten worden voldaan in één termijn, welke vervalt 14 dagen na de dagtekening van de nota of andere schriftuur. INNEMEN EN VERLATEN VAN EEN STANDPLAATS IN DE LOOP VAN HET BELASTINGTIJDVAK Artikel 10 1. Indien een standplaats in de loop van het belastingtijdvak wordt ingenomen ontstaat de belastingplicht op de eerste dag van de maand, volgende op die, waarin standplaats wordt ingenomen. 2. Indien een standplaats in de loop van het belastingtijdvak wordt verlaten eindigt de belastingplicht op de laatste dag van de maand, waarin van de standplaats voor het laatst gebruik wordt gemaakt. NADERE REGELS DOOR HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Artikel 11 Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de woonwagenrechten. INWERKINGTREDING; OVERGANGSBEPALING; CITEERTITEL Artikel 12 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking. 2. Met ingang van de in lid 3 vermelde datum vervalt de "Verordening woonwagenrechten 2003", vastgesteld bij raadsbesluit van 9 juli 2003, met dien verstande, dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voordien hebben voorgedaan. 3. De datum van ingang van de heffing is 1 februari 2005. 4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening woonwagenrechten 2005". Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 4 van 6
De Raad voornoemd,,voorzitter.,griffier. 5 van 6
WERKINSTRUCTIE RAADSVOORSTEL 1. Na ontvangst van het gemeentebladnummer, dient gebruik te worden gemaakt van het nieuwe sjabloon raadsvoorstel; 2. Ten behoeve van het College dient het raadsvoorstel, voor zover mogelijk inclusief alle relevante bijlagen en (eventuele) aanpassingen, digitaal in Docman te worden verwerkt; 3. Het hoofd van de vakafdeling controleert het raadsvoorstel/ -besluit op compleetheid, inhoudelijke- en vormkwaliteit (zie sjabloon raadsvoorstel); 4. Het raadsvoorstel/ -besluit wordt door het afdelingshoofd aangeleverd bij het sectorhoofd; 5. Het sectorhoofd levert uiterlijk 6 weken voor de raadsvergadering op woensdag om 12.00 uur, het raadsvoorstel/ -besluit ter ondertekening en agendavorming aan bij de gemeentesecretaris (i.c. secretaresse Anjo Steyns); 6. De secretaris toetst het raadsvoorstel/ -besluit op integraliteit; 7. De gemeentesecretaris biedt het raadsvoorstel/ -besluit ter besluitvorming, bij het College aan op dinsdag 13.00 uur; 8. Het raadsvoorstel/ -besluit wordt, na accordering door het College, door de secretaris en de burgemeester in tweevoud ondertekend; 9. Ten behoeve van de Raad dient, nadat besluitvorming door het College definitief heeft plaatsgevonden, door de vakafdeling een digitale kopie van het raadsvoorstel/ -besluit inclusief eventuele bijlagen aan de griffie gemaild te worden. Daarbij dient duidelijk aangegeven te worden, welke bijlagen met het raadvoorstel meegestuurd dienen te worden; 10. Het raadsvoorstel/ -besluit wordt door een secretaresse van het College (i.c. secretaresse Anjo Steyns), inclusief de eventueel relevante bijlagen, aan de griffie aangeboden. Daarbij dient duidelijk aangegeven te worden, welke bijlagen met het raadvoorstel meegestuurd dienen te worden; 11. De griffie controleert het raadsvoorstel/ -besluit op compleetheid en vormkwaliteit; 12. De griffie zet het raadsvoorstel/ -besluit op de voorlopige raadsagenda en commissieagenda; 13. Nadat besluitvorming door de Raad heeft plaatsgevonden, wordt een kopie van het ondertekende raadsbesluit inclusief het complete dossier aan het hoofd van de vakafdeling geretourneerd. H.G.M. van de Roer Raadsgriffier M.A.M.H. Huijben, Gemeentesecretaris. 6 van 6