KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

Vergelijkbare documenten
KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN KOEN MAENE t. VZW FOCUS TV REGIONALE TV VOOR HET NOORDEN VAN WEST-VLAANDEREN

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

ALGEMENE KAMER. ZAAK J. WILLEKENS t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEP

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV SBS BELGIUM

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE

ALGEMENE KAMER. KLACHT VAN E.V. t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2015/206) BESLISSING nr. 2015/071

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. BVBA VIMN BELGIUM. (dossier nr. 2015/199) BESLISSING nr. 2015/064

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. BVBA VIMN BELGIUM

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS- BRABANT-HALLE-VILVOORDE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW NIET-OPENBARE TELEVISIEVERENIGING BRUSSEL

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW FOCUS TV-REGIONALE TV VOOR HET NOORDEN VAN WEST-VLAANDEREN

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2016/236A) BESLISSING nr. 2016/041

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW ANTWERPSE ONTSPANNINGSSTICHTING t. VZW VRIJE RADIO LEUVEN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV BELGIAN BUSINESS TELEVISION

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. BVBA MENT MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV BELGIAN BUSINESS TELEVISION

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV MEDIALAAN. (dossier nr. 2017/279A) BESLISSING nr. 2017/033

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS-BRABANT-VILVOORDE (RING TV) (dossier nr. 2009/0499) BESLISSING nr.

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK NV VMMa t. NV VRT

ALGEMENE KAMER. ZAAK W. T. t. NV TELENET

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV STUDIO 100 TV

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW CANDY RADIO t. VZW ALBATROS, VZW LOKALE RADIO NINOVE, VZW RADIO YOU EN VZW VIA MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE MEDIA MAATSCHAPPIJ

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV BITES EUROPE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV DOBBIT

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE VOOR HET NOORDEN VAN WEST-VLAANDEREN

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS- BRABANT-HALLE-VILVOORDE. (dossier nr. 2015/212C) BESLISSING nr.

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW VRIJE PRIVATE OMROEPVERENIGING LAND VAN WAAS t. VZW EEN TWEE, VZW WEEKEND EN VZW RADIO ECHO

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE TV VOOR HET NOORDEN VAN WEST-VLAANDEREN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE OMROEP BRABANT

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS- BRABANT-HALLE-VILVOORDE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW WEST-VLAAMSE TELEVISIE OMROEP REGIO ZUID

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV MEDIALAAN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS- BRABANT-HALLE-VILVOORDE

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW WESTHOEK RADIO t. VZW RADIO ALTER-NATIEF EN VZW RADIO AALTER

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW TV KEMPEN EN MECHELEN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW AUDIO VIDEO OOST-VLAAMSE TELEVISIE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2017/279B) BESLISSING nr. 2017/032

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW ATLANTIS MUSIC. (dossier nr. 2016/233) BESLISSING nr. 2016/033

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN NV VLAANDEREN EEN t. VZW MAX. (dossier nr. 2017/270) BESLISSING nr. 2017/051

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW MUZIEK IN GERAARDSBERGEN t. VZW RADIO DELTA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW ANTWERPSE TELEVISIE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. BVBA ACTUA TV

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV NJAM! (dossier nr. 2016/229C) BESLISSING nr. 2016/030

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV VLAMEX

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. BVBA FM PROMOTION. (dossier nr. 2017/287) BESLISSING nr. 2017/038

ALGEMENE KAMER. ZAAK VZW NATIONALE BEROEPSVERENIGING VAN MEUBELHANDELAARS t. NV MEDIALAAN

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW NIET-OPENBARE TELEVISIEVERENIGING BRUSSEL

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE AALST-DENDERMONDE-SINT- NIKLAAS, DAGELIJKSE REGIONALE INFORMATIE EN EDUCATIE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE VLAAMS-BRABANT-HALLE-VILVOORDE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW WESTHOEK RADIO

ALGEMENE KAMER. KLACHT VAN B. H. t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEPORGANISATIE. (dossier nr. 2016/224) BESLISSING nr.

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW RADIO WELKOM

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV VLAMEX

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW CENTRUM RADIO MECHELEN

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER KLACHT VAN AIRTIME BVBA, RADIOWORKS COMM. V., C FM NV, FAMILYRADIO VLAANDEREN VZW EN RADIO CLUB FM VZW. (dossier nr.

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV SBS BELGIUM

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW REGIONALE TELEVISIE AALST- DENDERMONDE-SINT-NIKLAAS, DAGELIJKSE REGIONALE INFORMATIE EN EDUCATIE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW REGIONALE TELEVISIE AALST- DENDERMONDE-SINT-NIKLAAS, DAGELIJKSE REGIONALE INFORMATIE EN EDUCATIE

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. NV LIFE! TV BROADCASTING COMPANY

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW KUURNSE LOKALE OMROEP. (dossier nr. 2017/292B) BESLISSING nr. 2017/044

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. VZW KILIAAN. (dossier nr. 2017/292A) BESLISSING nr. 2017/043

VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. BVBA CODITEL BRABANT/NUMERICABLE

ALGEMENE KAMER. ZAAK VAN VRM t. NV MEDIALAAN

Vlaamse Gemeenschap HET VLAAMS COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, Rolnummer : 513. Beslissing nr. 2005/075 BESLISSING. 16 september 2005

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW DE HOGE NOOT

ALGEMENE KAMER ZAAK VAN VRM. t. VZW AUDIO VIDEO STUDIO OOST- VLAAMSE TELEVISIE

Transcriptie:

KAMER VOOR ONPARTIJDIGHEID EN BESCHERMING VAN MINDERJARIGEN ZAAK KURT LAMBRECHTS t. NV VLAAMSE RADIO- EN TELEVISIEOMROEP (dossier nr. 2009/0497) BESLISSING nr. 2010/006 19 januari 2010

KURT LAMBRECHTS t. VRT 1 In de zaak van K. Lambrechts tegen NV Vlaamse Radio- en Televisieomroep, De Vlaamse Regulator voor de Media (kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen), samengesteld uit: Mevr Mevr Mevr J. KAMOEN, voorzitter, L. D HAENENS, ondervoorzitter, H. BLOEMEN, D. DE POOT, F. FIERS, L. HELLIN, R. OTTEN, H. VAN HUMBEEK, M. VAN NIEUWENBORGH, D. VOORHOOF, leden, en Mevr M. VAN LOKEREN, griffier, Na beraadslaging op 19 januari 2010, Neemt op dezelfde datum de volgende beslissing: FEITEN EN PROCEDURE 1. Met een aangetekende brief van 2 december 2009, ontvangen door de Vlaamse Regulator voor de Media (hierna: Regulator) op 3 december 2009, dient de heer Kurt Lambrechts, wonende Redingenstraat 69 te 3000 Leuven, een klacht in tegen NV Vlaamse Radio- en Televisieomroep (hierna: VRT), met maatschappelijke zetel Auguste Reyerslaan 52 te 1043 Brussel. De klacht heeft betrekking op een trailer die werd uitgezonden op 28 november 2009 omstreeks 20u. op het omroepprogramma Eén (VRT). In de trailer worden volgens klager o.a. beelden getoond van: - een expliciete koelbloedige moord (schot in het voorhoofd) uit de film De zaak Alzheimer ; - een bodybag met een lijk uit de fictiereeks Flikken. De klager voert aan dat de uitzending plaats vond net voor de uitzending van het programma Dieren in Nesten, een familieprogramma waar ook zijn kinderen van 5 en 7 jaar trouwe kijkers van zijn. Hierdoor werden zijn jonge kinderen onaangekondigd en ongewild geconfronteerd met voor hen schokkende beelden. 2. Met een aangetekende brief van 21 december 2009, ontvangen door de Regulator op 23 december 2009, heeft de VRT gereageerd op de voornoemde klacht.

2 KURT LAMBRECHTS t. VRT 3. De klager en de VRT zijn rechtsgeldig en aangetekend uitgenodigd voor de hoorzitting van 19 januari 2010. Met een e-mail van 18 januari 2010 laat de klager weten verhinderd te zijn en de hoorzitting niet kan bijwonen. De VRT wordt op 19 januari 2010 gehoord door de Kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de Vlaamse Regulator voor de Media. De VRT wordt vertegenwoordigd door mevrouw Merel Janssens. TOEPASSELIJKE REGELS 4. Art. 42 van het decreet betreffende radio-omroep en televisie van 27 maart 2009 (hierna: het Mediadecreet) luidt als volgt: Lineaire televisieomroeporganisaties mogen geen programma's uitzenden die de lichamelijke, geestelijke of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen ernstig zouden kunnen aantasten, met name programma's waarin pornografische scènes of beelden van nodeloos geweld voorkomen. Deze bepaling geldt ook voor andere programma's die schade kunnen toebrengen aan de lichamelijke, geestelijke of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen, tenzij door de keuze van het tijdstip van uitzending of door technische maatregelen wordt gewaarborgd dat minderjarigen in het verzorgingsgebied of zendgebied de uitzendingen normaliter niet zullen zien of beluisteren. Als dergelijke programma's ongecodeerd worden uitgezonden, moeten ze voorafgegaan worden door een akoestische waarschuwing of moeten ze gedurende de hele uitzending herkenbaar zijn aan een visueel symbool. De bepalingen van het eerste en het tweede lid gelden ook voor aankondigingen van programma's die uitgezonden worden door lineaire televisieomroeporganisaties. Beoordeling 5. Over de ontvankelijkheid van de klacht Het artikel 220, 2 van het Mediadecreet bepaalt dat een klacht op straffe van onontvankelijkheid uiterlijk de vijftiende dag na datum van de uitzending van het programma moet ingediend zijn door eenieder die blijkt geeft van een benadeling of een belang.

KURT LAMBRECHTS t. VRT 3 De termijn binnen dewelke de klacht diende te worden ingediend, werd door Kurt Lambrechts gerespecteerd. Dit wordt niet betwist door de VRT. Er wordt door de VRT evenmin betwist dat Kurt Lambrechts een belang heeft in hoedanigheid van ouder van twee jonge kinderen. In dit verband kan ook gewezen worden op artikel 22bis van de Grondwet dat bepaalt dat elk kind recht heeft op eerbiediging van zijn morele, lichamelijke, geestelijke en seksuele integriteit. Dit artikel beoogt de bescherming van kinderen tegen elke aanslag op hun integriteit die hun ontwikkeling naar volwassenheid ernstig kan verstoren of die schade met zich kan meebrengen wegens hun bijzondere kwetsbaarheid. Naast de verplichting van de overheid om het kader te scheppen waarbinnen deze rechten geëerbiedigd worden, is het in eerste instantie een positieve plicht van de ouders over deze rechten van het kind te waken. Zij vertegenwoordigen bovendien rechtsgeldig de belangen van hun kinderen. De ouders hebben dan ook een persoonlijk en rechtstreeks belang bij de bescherming van de grondwettelijke gewaarborgde rechten van hun kinderen. Een belang kan zowel materieel als moreel zijn (zie Cass. 18 december 1980, Arr. Cass. 1980-1981, 447). De omstandigheid dat Kurt Lambrechts niet op de hoorzitting verschijnt, heeft geen invloed op de ontvankelijkheid van de klacht. Immers, de Kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de Vlaamse Regulator voor de Media is door de schriftelijke klacht rechtsgeldig gevat en een tegensprekelijke procedure werd conform art.13 van het Procedurebesluit gestart zodat zij gehouden is, mits de andere vereisten tot ontvankelijkheid verenigd zijn over de klacht uitspraak te doen. Het Procedurebesluit vermeldt niet dat een klager, op straffe van onontvankelijkheid, gehouden is te verschijnen op de hoorzitting. Ten overvloede dient ook opgemerkt te worden dat Kurt Lambrechts in zijn mail waarin hij aankondigt niet aanwezig te zullen zijn op de hoorzitting, geen afstand heeft gedaan van zijn klacht en nog steeds een beslissing nastreeft. Immers, zo vermeldt hij: Ik verzoek de Kamer ( ) alsnog zitting te houden en mijn eerste schrijven, het wederwoord en het door de VRT betrokken beeldmateriaal op de gebruikelijke manier te behandelen. 6. Over de gegrondheid van de klacht 6.1. De VRT voert aan dat de bedoelde trailer niet door de Dienst Mediaplanning van de VRT werd ingepland, maar door de VAR, die normaal de (commerciële) autopromotiespots van de VRT inplant. Het feit dat de bedoelde trailer net voor het programma Dieren in Nesten werd geplaatst wordt toegeschreven aan een communicatiefout tussen de VRT en de VAR.

4 KURT LAMBRECHTS t. VRT De VRT geeft aan dat de betrokken diensten ondertussen op de hoogte werden gebracht en dat is gevraagd in de toekomst de nodige voorzorg te nemen. De VRT verontschuldigt zich bij de klager en zijn kinderen en zal er in de toekomst op toezien dat spots met fragmenten die niet geschikt zijn voor kinderen, niet worden uitgezonden voor een familieprogramma. 6.2. Voor de beoordeling van de klacht dient de toetsing te gebeuren op basis van de bepaling van artikel 42 van het Mediadecreet. Om een inbreuk op art. 42, tweede lid vast te stellen, is het voldoende dat er aangetoond wordt dat het programma schade kan toebrengen aan de fysieke, mentale of zedelijke ontwikkeling van de minderjarige. Dat geldt niet enkel voor programma s maar ook voor aankondigingen van programma s die uitgezonden worden door omroepen van of erkend door de Vlaamse Gemeenschap (art. 42, vierde lid Mediadecreet). Tenzij dus mocht blijken dat door de keuze van het tijdstip van uitzending of door technische maatregelen gewaarborgd is dat minderjarigen in het verzorgingsgebied of zendgebied de uitzendingen normaliter niet zullen zien of beluisteren. In de bewuste aankondigingspot worden beelden getoond van een moord bij middel van een schot in het voorhoofd. Er is verder een doorschijnende bodybag te zien, die vervolgens met een rits wordt geopend waardoor het hoofd van een overledene in beeld komt, met duidelijke verwondingen in het aangezicht. De Kamer is van oordeel dat het tonen van gruwelijke of schokkende beelden een negatieve invloed kan hebben op de fysieke, mentale of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen. De VRT had zich er bewust moeten van zijn dat, gelet op het gegeven dat de trailer werd geprogrammeerd net voor een familieprogramma, niet kon worden gewaarborgd dat jongeren of kinderen de trailer normaliter niet zouden zien. Aldus blijft het principe gestand dat een omroep, op een uur waarop een breed publiek kan bereikt worden, de nodige voorzorgen moet nemen om geen leeftijdsinadequate beelden uit te zenden die schade kunnen toebrengen aan de fysieke, mentale of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen. De Kamer wijst er op dat de VRT beschikte over de keuze om bij de samenstelling van de trailer minder schokkende of minder gruwelijke beelden uit de aangekondigde programma s te selecteren. De Kamer neemt akte van de mogelijkheid dat de vastgestelde inbreuk ten dele het gevolg kan zijn van een communicatiefout tussen de VRT en de VAR en dat de omroep er in de toekomst op zal toezien dat spots met fragmenten die schade kunnen berokkenen aan minderjarigen in de zin van art. 42 van het Mediadecreet, niet worden uitgezonden voor, tijdens of

KURT LAMBRECHTS t. VRT 5 onmiddellijk na een familieprogramma. De verontschuldiging van de VRT aan de klager maakt dit aannemelijk. Als gevolg van deze elementen is er geen reden om, naast de vaststelling van de inbreuk en het akteren van de verontschuldiging en het engagement door de VRT, een sanctie op te leggen aan de VRT. OM DEZE REDENEN, DE VLAAMSE REGULATOR VOOR DE MEDIA Verklaart de klacht van de heer Kurt Lambrechts ontvankelijk en gegrond. Zegt dat er geen reden is om voor de vastgestelde inbreuk een sanctie op te leggen aan VRT. Aldus uitgesproken te Brussel, op 19 januari 2010. M. VAN LOKEREN J. KAMOEN griffier voorzitter Tegen deze beslissing kan beroep tot nietigverklaring worden aangetekend bij de Raad van State. Dat beroep moet worden ingesteld bij aangetekende brief binnen zestig dagen na de kennisgeving, overeenkomstig de bepalingen van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en het besluit van de regent van 23 augustus 1948 tot regeling van de rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.