Onderzoek bestuurlijke uitgaven Gemeente Heeze-Leende



Vergelijkbare documenten
Onderzoek bestuurlijke uitgaven Gemeente Waalre

Verordening rechtspositie wethouders gemeente De Wolden 2011

Verordening rechtspositie wethouders Dordrecht

Regelgeving declaraties collegeleden Vlaardingen

Concept verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: Agenda nr: Onderwerp: verordening rechtspositie wethouders. Aan de gemeenteraad,

Onderzoek bestuurlijke uitgaven Gemeente Son en Breugel

gezien de circulaires van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 17 mei 2006 (MARZ/CvA/U ) en 7 juli 2006 (MARZ/CvA/u );

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS 2014 onder WKR. De raad van de gemeente Oss

Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2009

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013 onder de WKR

RAADSBESLUIT. Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 april 2012, met nummer 33/2012;

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden De raad van de gemeente Maasdriel;

Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden 2012.

De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van ; gezien het voorstel van het college van 6 februari 2007,doc.nr. B /09192;

Reg. nr.: Z /INT *ZAADFBAC759* Oude versie met artikelsgewijs de aanpassingen.

Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2007

Onderwerp: Vaststelling van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en burgerraadsleden 2006.

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer december 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014 VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN 2014

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Utrechtse Heuvelrug 2017

VERORDENING VOORZIENINGEN WETHOUDERS, RAADSLEDEN, DUO RAADSLEDEN EN COMMISSIELEDEN.

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN GEMEENTE SINT ANTHONIS

gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders d.d. 9 maart 2010;

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden van de gemeente Leudal 2014

Voorgestelde wijzigingen verordening: Was-wordt lijst verordening raadsleden en wethouders

- 1 - gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

vast te stellen de volgende: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2011

Hoofdstuk II Voorzieningen voor. raads- en commissieleden.

Raadsbesluit Reg. nr : Ag. nr : 9 Datum :

Gemeente Stadskanaal: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Stadskanaal 2015

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Besluit voorzieningen burgemeester, gemeentesecretaris en raadsgriffier

Artikel 3 Onkostenvergoeding Artikel 4 Berekening en betaling vaste vergoedingen Artikel 5 Reiskosten Artikel 6 Verblijfkosten

Verordening rechtspositie wethouders, raad- en commissieleden van gemeente Maasdriel 2014

Regels omtrent gebruik van gemeentelijke voorzieningen, vergoedingen en declaraties

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden

Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden Gemeente Landgraaf 2015.

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN (inclusief 1 e wijziging)

burgemeester en in diens afwezigheid de gemeentesecretaris Daarnaast is fiattering door de budgetbeheerder vereist.

Nr GEMEENTEBLAD De raad van de gemeente Westerveld, Hoofdstuk

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Houten

Volgnummer : 16 Kenmerk : stafafdeling bestuurlijke zaken en middelen Onderwerp : Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2015

Gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Hoofdstuk II VOORZIENINGEN VOOR RAADS- EN COMMISSIELEDEN

Voorstel van het college inzake verordening voorzieningen wethouders.

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Roerdalen 2015

Verordening rechtspositie wethouders, raads-en commissieleden 2006

Bestuurszaken en Veiligheid. telefoon (0184) 495. gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 september 2009;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Zeewolde 2014

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 december 2011, nr ;

Concept verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2016

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,

4",..,,,.' B .C-. E R N H EZ E. gezien het bijbehorende voorstel van burgemeester en wethouders van 15 april 2014;

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN GEMEENTE DALFSEN 2014

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2013.

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2006

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum :

VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS, RAADS- EN COMMISSIELEDEN 2014

Gemeenteblad van Zaltbommel 2011 Nr. 4.1

Gemeente Wormerland. Verordening rechtspositie Wethouders, Raads- en Burgerraadsleden Wetstechnische informatie. Tekst van de regeling

Rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 3 februari

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet;

Onderwerp: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 51 Datum: nr. 33

Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers De Bilt 2015

vast te stellen de verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2012.

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 15 mei 2007;

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Verordening rechtspositie raadsleden, fractievertegenwoordigers en wethouders

RAADSBESLUIT. Datum en nummer 20 september 2007, nummer 040/2007. De raad van de gemeente Papendrecht;

RAADSVOORSTEL. B en W-besluit nr.: Naam programma: Bestuur en Dienstverlening. Onderwerp:

Onderwerp Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Boxtel 2015

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING

Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Purmerend 2014

Verordening rechtspositie raadsleden en fractievertegenwoordigers

Verordening rechtspositie raadsleden, fractievertegenwoordigers en wethouders

Gedragscode Bestuurlijke. Integriteit. Collegeleden.

Gulpen-Wittem, 24 juli 2007 Auteur Thea Bormans Portefeuillehouder Burgemeester Bijlagen Diversen Afdeling personeelszaken Ons Kenmerk

Verordening voorzieningen wethouders, raads- en commissieleden 201 4

voor commissiebehandeling naam opsteller: F.A.M. van Gorkum telefoonnummer: adres:

gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,

Verordening rechtspositie wethouders, raadsen commissieleden gemeente Kerkrade 2014

- 1 - Gedragscode bestuurlijke integriteit. gelet op het bepaalde in de artikelen 15 lid 3, 41c lid 2 en 69 lid 2 van de Gemeentewet;

verordening op rechtspositie wethouder, raads- en commissieleden van de gemeente Sliedrecht 2009

Gemeente Den Haag. rv 116 Bestuursdienst BSD/ RIS _111120

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014

Onderwerp: Wijziging "Verordening wethouders en raadsleden 2007"

Voorstel van het college inzake wijziging verordening voorzieningen wethouders

Aan de Raad. Made, 2 december Raadsvergadering d.d. 9 januari Agendapunt: Onkostenvergoeding bestuurders

Transcriptie:

Onderzoek bestuurlijke uitgaven Gemeente Heeze-Leende Rekenkamercommissie de Groene Rand Maart 2010

Voorwoord Voor u ligt het rapport betreffende het onderzoek naar de onkosten van gemeentebestuurders dat de Rekenkamercommissie in het najaar van 2009 uitvoerde. De nadruk ligt in dit rapport op de betaling van onkosten via de salarisadministratie (op basis van declaraties) en via de financiële administratie (vooral representatie- en studiekosten). Eens in de zoveel jaar hebben de bestuurlijke kosten en specifiek de declaraties van bestuurders, zowel bij rijk provincie als gemeente, maar ook daarbuiten (bijvoorbeeld de declaraties van hoge politieambtenaren) de aandacht van de landelijke pers. Het is niet de intentie van de Rekenkamercommissie om mee te liften in een landelijke hype. De Rekenkamercommissie gaat er op voorhand niet van uit dat er sprake is van malversaties. De Rekenkamercommissie heeft voor de start van haar onderzoek geen rook gezien, laat staan vuur. Met andere woorden: de Rekenkamercommissie had vooraf geen signalen dat het met het declaratiegedrag en de overige bestuurlijke uitgaven niet goed zou zitten. Het gaat de Rekenkamercommissie in dit onderzoek primair om het verschaffen van inzicht voor de raad en de burger: transparantie staat bij het onderzoek voorop. De Rekenkamercommissie voerde dit onderzoek niet alleen in Heeze-Leende uit. Ook in de andere gemeenten waar de Rekenkamercommissie actief vond dit onderzoek plaats. Hiermee kon de Rekenkamercommissie dit onderzoek relatief efficiënt uitvoeren. Daarnaast is het hierdoor mogelijk om de bestuurlijke onkosten van de vijf rekenkamergemeenten met elkaar te vergelijken. Een van de doelstellingen van het in het leven roepen van een rekenkamer de actief is voor vijf gemeenten was om onderzoek efficiënt uit te kunnen voeren en om van elkaar te kunnen leren. De Rekenkamercommissie is van mening dat met de aanpak van dit onderzoek aan bovenvermelde doelstellingen wordt voldaan. Rekenkamercommissie de Groene Rand Drs. W.F.P. Hartmann Drs. J. van den Berg Drs. W.J.H.S. Lindelauf RA RO 2

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding 4 1.1. Aanleiding 1.2. Rechtmatigheid 1.3. Onderzoeksdoel 1.4. Wat zijn bestuurlijke uitgaven? 1.5. Probleemstelling c.q. vraagstelling bij het onderzoek 1.6. Leeswijzer Hoofdstuk 2: Normenkader 7 2.1. Inleiding 2.2. Landelijke wet- en regelgeving 2.3. Handreiking integriteit 2.4. Circulaire van de VNG dd. 26 juni 2009. 2.5. Lokale regelgeving Hoofdstuk 3: De gang van zaken in gemeente Heeze-Leende 18 3.1. Inleiding 3.2. Administratieve organisatie 3.3. Accountantsonderzoek Hoofdstuk 4: Vergelijking tussen de rekenkamergemeenten 21 4.1. Inleiding 4.2. Declaraties 4.3. Overige onkosten Hoofdstuk 5: Bestuurlijke uitgaven in Heeze-Leende 23 5.1. Inleiding 5.2. Totaaloverzicht 5.3. Beoordeling van de declaraties 5.4. Beoordeling van de overige onkosten Hoofdstuk 6: Conclusies en aanbevelingen 28 Hoofdstuk 7: Reactie college van B&W 29 Hoofdstuk 8: Nawoord Rekenkamercommissie 32 Bijlage 1: handreiking integriteit 3

Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1. Aanleiding Sinds 1 augustus 2009 kent Rekenkamercommissie de Groene Rand een nieuwe samenstelling. De oude Rekenkamercommissie heeft bij de afronding van haar werkzaamheden er niet voor gekozen om nog onderzoeksonderwerpen te selecteren voor de nieuwe Rekenkamercommissie. Reden daarvan was dat de oude Rekenkamercommissie niet over haar graf wenste te regeren. De nieuwe Rekenkamercommissie streeft ernaar een nieuwe, frisse start te maken. Daarom heeft zij besloten om tot aan de verkiezingen van maart 2010 twee zelf geïnitieerde onderzoeken uit te voeren. Daar de Rekenkamercommissie een periode van niet publiceren aanhoudt van zes weken vóór tot twee weken na de verkiezingen zal publicatie van het rapport plaatsvinden medio maart. De Rekenkamercommissie wil tijdens de huidige raadsperiode nog twee onderzoeken uitvoeren die leereffecten opleveren voor de nieuwe raadsperiode. In deze onderzoeken staan de uitvoering van het collegeprogramma en de onkosten van gemeentebestuurders centraal. Dit rapport gaat in op het onderzoek betreffende de bestuurlijke uitgaven, dat wil zeggen de onkosten van Burgemeester en Wethouders. Uitgangspunt bij dit onderzoek is het vertrouwen in de politiek te versterken en de kloof tussen bestuurders en kiezers te verkleinen. Het onderwerp bestuurlijke uitgaven staat al jaren hoog op politieke agenda s van rijk, provincies en gemeenten. Daarnaast hebben declaraties van bestuurders aandacht van de media, waaronder de actie die omroep RTL4 onlangs uitvoerde bij circa 300 gemeenten naar de declaraties van gemeentebesturen. De Rekenkamercommissie inventariseerde bij de vijf rekenkamergemeenten of zij ook voor dit onderzoek zijn benaderd. De vijf gemeenten hebben aangegeven door RTL4 benaderd te zijn, stukken te hebben aangeleverd en vervolgens niets meer van RTL4 te hebben vernomen. 1.2. Rechtmatigheid Dit onderzoek heeft het karakter van een zogenaamd rechtmatigheidonderzoek. In de nota missie, doelen en werkwijze van de Rekenkamercommissie is bepaald dat de Rekenkamercommissie onderzoek uitvoert naar de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het gevoerde bestuur. Over de rechtmatigheid wordt in de nota het volgende opgemerkt: Bij rechtmatigheid gaat het om het voldoen aan de wettelijke kaders en regelgeving. Het gaat hier om zowel de regelgeving van het rijk en de provincie als de regelgeving van de gemeente zelf. Een door de rekenkamer ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening (als bedoeld in artikel 213, tweede lid). Dit is de taak van de accountant. De Rekenkamercommissie merkt op dat het primaire doel van dit onderzoek het bevorderen van transparantie betreft. Daarnaast wil de Rekenkamercommissie een bijdrage leveren aan de lerende organisatie. De Rekenkamercommissie gaat er primair van uit dat de bestuurlijke uitgaven functioneel en rechtmatig zijn gedaan. 4

1.3. Onderzoeksdoel Het doel van het onderzoek is te achterhalen welke uitgaven door de bestuurders zijn gedaan c.q. zijn gedeclareerd, te bepalen waarvoor deze zijn gedaan en te bepalen of de bestuurlijke uitgaven reëel waren in het licht van het er tegenover staande doel en of hierbij de vigerende wet- en regelgeving is gevolgd. 1.4. Wat zijn bestuurlijke uitgaven? Onderscheid moet worden gemaakt tussen de stomen waarlangs de uitgaven plaatsvinden en de kostensoorten. Betreffende het eerste: Onder bestuurlijke uitgaven worden in dit onderzoek verstaan de uitgaven die op de volgende wijze worden betaald: Alle variabele vergoedingen die, op declaratiebasis 1, via de salarisadministratie worden uitbetaald in verband met door het bestuur gedane uitgaven en gemaakte onkosten. Alle onkosten die door bestuurders middels gemeentelijke creditcards worden betaald. Alle onkosten van het bestuur die door middel van facturering door leveranciers, door de financiële administratie, rechtstreeks worden betaald door de gemeente. Onder de in dit onderzoek onderzochte kosten c.q. bestuurlijke uitgaven vallen de volgende ten laste van de gemeente komende uitgaven c.q. kostensoorten: Kilometervergoedingen Kosten in verband met openbaar vervoer Vaste autovergoedingen (woon- werkverkeer) Parkeerkosten Taxikosten Lunchkosten, dinerkosten, cateringkosten Studie- en congreskosten Representatiekosten 2 Telefoonkosten Internetkosten 1.5. Probleemstelling c.q. de vraagstelling van het onderzoek De centrale vraag bij dit onderzoek luidt als volgt: Waren de bestuurlijke uitgaven van gemeente Heeze-Leende, in de periode maart 2006 tot heden, functioneel 3 en in overeenstemming met de vigerende wet- en regelgeving? 1 Onder declaratie verstaat van Dale: rekening van gemaakte onkosten. 2 Onder representatiekosten verstaat van Dale: uitgaven die nodig zijn voor het voeren van een staat die verbonden is aan een bepaalde functie. 3 Onder functioneel verstaat van Dale: geschikt voor een bepaalde functie De Rekenkamercommissie vertaalt dit in uitgaven gedaan in het belang van de gemeente. 5

De volgende afgeleide vragen worden in het onderzoek beantwoord: Welke bedragen zijn door bestuurders in de periode maart 2006 tot ultimo 2009 gedeclareerd en uitbetaald via de salarisadministratie? Welke uitgaven zijn door de bestuurders door middel van (eventuele) creditcards van de gemeente gedaan? Welke uitgaven werden gedaan via de financiele administratie? Waren de uitgaven functioneel. Droegen ze bij tot de algemene doelstellingen van de gemeente? Waren de uitgaven rechtmatig, dat wil zeggen in overeenstemming met de vigerende externe wetgeving en interne regelgeving en vielen de uitgaven niet gewoon onder de algemene onkostenvergoeding? Hoeveel bestuurlijke uitgaven zijn er gemaakt, per afzonderlijke gemeente? Hoe verhouden deze uitgaven zich tot de uitgaven van de andere vier gemeenten in het rekenkamergebied (benchmark) Het onderzoek heeft betrekking op de periode maart 2006 tot ultimo 2009. 1.6. Leeswijzer In hoofdstuk 2 behandelt de Rekenkamercommissie het toetsingskader. Hoofdstuk 3 gaat kort in op de binnen de gemeente gehanteerde procedures en het jaarlijkse jaarrekeningonderzoek door de externe accountant. In hoofdstuk 4 wordt een vergelijking gepresenteerd van de bestuurlijke uitgaven van de gemeentebesturen van de vijf gemeenten Son en Breugel, Best, Waalre, Heeze Leende en Nuenen. In hoofdstuk 5 worden de bevindingen ten aanzien van de bestuurlijke uitgaven van de bestuurders weergegeven. Hoofdstuk 6 geeft de conclusies van de Rekenkamercommissie weer en de naar aanleiding daarvan geformuleerde aanbevelingen. In hoofdstuk 7 is de reactie van het college naar aanleiding van het bestuurlijk hoor en wederhoor opgenomen. Hoofdstuk 8 tot slot bevat het nawoord van de rekenkamercommissie. 6

Hoofdstuk 2: Normenkader 2.1. Inleiding Bij de beoordeling van de onkostenvergoedingen is gebruik gemaakt van normen die zijn ontleend aan: wet- en regelgeving; professionele normen zoals te vinden in publicaties van bijvoorbeeld de VNG; lokale regelgeving. 2.2. Landelijke wet- en regelgeving Voor de burgemeester en wethouders zijn landelijk de volgende regels van toepassing: rechtspositiebesluit burgemeesters; regeling rechtspositieburgemeesters; reisbesluit binnenland/reisregeling binnenland; rechtspositiebesluit wethouders; regeling rechtspositie wethouders. Daarnaast is er sprake van een handreiking integriteit en van een VNG-circulaire die zich in algemene zin richt op bestuurlijke kosten. 2.2.1 Rechtspositiebesluit burgemeesters Het rechtspositiebesluit burgemeesters is geldig vanaf 11 september 2002. Het besluit bevat 72 artikelen. In het besluit komen de volgende zaken aan de orde: Bezoldiging Vakantie-uitkering Eindejaarsuitkering Ambtstoelage Vergoeding bij waarneming Ziekte Tegemoetkoming in ziektekosten Gratificatie bij ambtsjubileum Computer en communicatieapparatuur Verplaatsingskosten Reis- en verblijfkosten Ambtswoning Gemeentelijke hypothecaire lening Ontslag/FPU/overlijden/arbeidsongeschiktheid 7

Onder de reis- en verblijfkosten wordt het volgende gemeld: 1. Indien de burgemeester ten behoeve van de dienst gebruik maakt van een eigen personenauto, ontvangt de burgemeester deswege een vergoeding per afgelegde kilometer, berekend overeenkomstig de bepalingen van het Reisbesluit binnenland. 2. Indien de burgemeester voor plaatselijk vervoer binnen de gemeente, dat geen deel uitmaakt van een reis die zich mede buiten de gemeente uitstrekt, ten behoeve van de dienst gebruik maakt van een eigen personenauto, wordt aan de burgemeester deswege in afwijking van het eerste lid, ter dekking van de kosten van dit vervoer een vaste vergoeding toegekend. 3. Indien de burgemeester ten behoeve van de dienst verblijfkosten heeft gemaakt, worden hem die kosten ten laste van de gemeente vergoed overeenkomstig de bepalingen van het Reisbesluit binnenland. 4. Onze Minister stelt ter uitvoering van dit artikel nadere regels vast. 2.2.2. Reisbesluit binnenland/reisregeling binnenland Met betrekking tot de vergoeding voor reiskosten met een eigen voertuig wordt in het reisbesluit binnenland het volgende opgemerkt: Indien de dienstreis naar het oordeel van het bevoegde gezag niet of niet op doelmatige wijze per openbaar vervoer kan worden ondernomen, kan het bevoegde gezag aan de betrokkene toestemming verlenen voor de dienstreis gebruik te maken van een eigen motorvoertuig of bromfiets, in welk geval hem een vergoeding wordt verleend volgens door Onze Minister van Binnenlandse Zaken te stellen regels. Met betrekking tot de vergoeding van de verblijfkosten wordt in het reisbesluit binnenland het volgende opgemerkt: 1. De in verband met een dienstreis noodzakelijk gemaakte kosten voor maaltijden en logies en voor kleine uitgaven overdag en 's avonds worden vergoed volgens door Onze Minister van Binnenlandse Zaken te stellen regels. 2. Geen aanspraak op vergoeding wegens verblijfkosten bestaat voor een dienstreis korter dan vier uur en voor een dienstreis binnen de standplaats voor zover de reisbestemming op minder dan 1 kilometer van de plaats van tewerkstelling ligt. De door onze minister van binnenlandse zaken te stellen regels zijn uitgewerkt in de zogenaamde Reisregeling Binnenland. Hierin is met betrekking tot de reiskosten het volgende te lezen De vergoeding voor het gebruik van een eigen motorvoertuig of bromfiets als bedoeld in artikel 7 van het besluit, bedraagt 0,37 per afgelegde kilometer. 8

en met betrekking tot de verblijfkosten (bedragen 2009): De vergoeding wegens verblijfkosten als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van het besluit omvat voor ieder vol etmaal dat de dienstreis duurt een bedrag van 3,98 voor kleine uitgaven overdag (dagcomponent) alsmede een bedrag van 11,90 voor kleine uitgaven 's-avonds (avondcomponent) vermeerderd met: a. 12,56 voor een lunch (lunchcomponent) b. 19,00 voor een avondmaaltijd (dinercomponent) c. 75,67 voor logies (logiescomponent) d. 7,39 voor een ontbijt (ontbijtcomponent) 2.2.3 Regeling rechtspositie burgemeesters Deze regeling is een nadere uitwerking van een aantal artikelen van het rechtspositiebesluit. In deze regeling wordt nader ingegaan op: Computer/internetgebruik Onkostenvergoeding gebruik privé telefoon Verhuiskostenvergoeding Reiskostenvergoeding woon-werkverkeer Pensionkosten Reiskostenvergoeding voor reizen binnen de gemeente Gebruik dienstauto Overige reiskosten Onder de onkostenvergoeding gebruik privé telefoon is het volgende vermeld: De in artikel 30, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit burgemeesters bedoelde vergoeding voor het gebruik van de privé-telefoon bedraagt 25,- bruto per maand. Onder de reiskostenvergoeding woon-werkverkeer is het volgende vermeld: De vergoeding van kosten voor woon- werkverkeer, bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder a, van het Rechtspositiebesluit burgemeesters betreft: a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer; b. bij gebruik van een eigen personenauto een bedrag van 0,15 per afgelegde kilometer. Onder reiskostenvergoeding voor reizen binnen de gemeente is het volgende vermeld (bedragen 2009): 9

1. Indien de burgemeester voor vervoer binnen de gemeente regelmatig gebruik maakt van een eigen personenauto, ontvangt hij daarvoor een vaste vergoeding. Deze vergoeding bedraagt per maand: a. 64,75 in gemeenten met een oppervlak tot 50 vierkante kilometer; b. 92,50 in gemeenten met een oppervlak van 50 tot 100 vierkante kilometer; c. 138,75 in gemeenten met een oppervlak van 100 tot 150 vierkante kilometer; d. 166,50 in gemeenten met een oppervlak van meer dan 150 vierkante kilometer. 2.2.4 Rechtspositiebesluit wethouders Dit besluit valt uiteen in circa 30 artikelen, waarin (onder andere) het volgende is geregeld: Bezoldiging Diverse onkostenvergoedingen Computer/internet-gebruik Onder diverse onkostenvergoedingen is het volgende bepaald: 1. De raad kan bij verordening bepalen dat de wethouder aanspraak heeft op een vergoeding van: a. kosten voor woon-werkverkeer; b. reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt. 2. Onze Minister stelt bij ministeriële regeling nadere regels over de hoogte van de vergoeding en de voorwaarden voor de aanspraak. 2.2.5. Regeling rechtspositie wethouders. Deze regeling is een nadere uitwerking van het rechtspositiebesluit. In de regeling wordt ingegaan op: Vergoeding voor reis- en pensionkosten Verhuiskostenvergoeding Kosten woon-werkverkeer Reis- en verblijfkosten Onder de kosten voor woon-werkverkeer is het volgende vermeld: De vergoeding van kosten voor woon- werkverkeer, bedoeld in artikel 23, eerste lid, onder a, van het Rechtspositiebesluit wethouders betreft: a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer; b. bij gebruik van een eigen personenauto een bedrag van 0,15 per afgelegde kilometer Onder reis- en verblijfkosten is het volgende vermeld: De vergoeding voor reis- en verblijfkosten, bedoeld in artikel 23 eerste lid, onder b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, betreft: a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer; b. bij gebruik van een eigen personenauto, een bedrag van 0,37 per afgelegde kilometer; c. de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten. 10

2.3. Handreiking integriteit Hierboven werd de handreiking integriteit van bestuurders bij gemeenten en provincies aangehaald. Deze handreiking gaat (onder andere) in de volgende zaken: Belangenverstrengeling Omgaan met (vertrouwelijke) informatie Geschenken en diensten Bestuurlijke uitgaven Inkopen en aanbesteden Voor dit onderzoek is met name het onderdeel bestuurlijke uitgaven van belang. In een van de toegevoegde bijlagen zijn de meest essentiële issues van de handreiking terzake opgenomen. 2.4. Circulaire van de VNG dd. 26 juni 2009. In deze circulaire wordt, als reactie op in het land gehoorde geluiden over onduidelijkheden, in algemene zin ingegaan op de bestuurlijke kosten, de vraag welke ten laste van de gemeente komen en op welke wijze dit gebeurt en de vraag welke kosten geacht worden te vallen onder de vaste onkostenvergoeding van burgemeester en wethouders. In deze circulaire is het volgende bepaald: Regel is dat uitsluitend bestuurlijke kosten voor vergoeding in aanmerking komen. Het gaat om functionele kosten die noodzakelijk zijn om het politieke ambt te kunnen vervullen. Als met de uitgave geen enkel overheidsbelang is gediend, moeten de kosten voor eigen rekening blijven. Dat kosten functioneel zijn, sluit niet uit dat deze ook een bepaald privé-voordeel kunnen opleveren (bijvoorbeeld een zakendiner). Het vereist een op het geval toegesneden afweging. Twee criteria zijn bij deze afweging van belang: met de uitgave is een functioneel overheidsbelang gediend, en de uitgave vloeit voort uit het politieke ambt. Vervolgens wordt in de circulaire een drietraps-raket geschetst die erop neerkomt dat bestuurskosten in eerste aanleg rechtstreeks door de gemeente zelf betaald worden. In tweede aanleg is er sprake van een vaste onkostenvergoeding die veel van de door de bestuurders gemaakte onkosten afdekt. Wat daarna nog resteert kan door de bestuurders worden gedeclareerd en wordt via de salarisadministratie uitbetaald. Hierop wordt in het navolgende ingegaan. 1. Bedrijfsvoering en bestuurskosten Uitgangspunt is dat ambtsgerelateerde voorzieningen zoveel mogelijk vanuit de gemeente ten laste van de begroting ter beschikking worden gesteld (dus vanuit de bedrijfsvoering) aan burgemeesters en wethouders. De kosten daarvan worden rechtstreeks door de gemeente zonder tussenkomst van de betrokken ambtsdrager voldaan (bijvoorbeeld computer, opleidingen, congressen). Dergelijke voorzieningen worden ter beschikking gesteld of in bruikleen verstrekt. 11

2. Vaste onkostenvergoeding (ambtstoelage) Burgemeesters en wethouders krijgen daarnaast een onkostenvergoeding voor overige aan het ambt gerelateerde kosten. De vergoeding is opgebouwd op basis van de volgende kostencomponenten en is ook uitsluitend hiervoor bedoeld. Wethouders Burgemeesters Representatie Representatie Vakliteratuur Vakliteratuur Contributies, lidmaatschappen Contributies, lidmaatschappen Telefoonkosten 4 Bureaukosten, porti Bureaukosten, porti Zakelijke giften Zakelijke giften Bijdrage aan fractiekosten 5 Representatieve ontvangsten aan huis Representatieve ontvangsten aan huis Excursies Excursies Gegeven het forfaitaire karakter wordt de onkostenvergoeding geacht de gemiddelde uitgaven voor de desbetreffende elementen te dekken. In beginsel worden meeruitgaven op betreffende posten niet alsnog door middel van een declaratie in rekening gebracht. In de bijlage bij modelgedragscode van BZK, VNG, IPO en Unie van Waterschappen zijn de kostencomponenten als volgt nader uitgewerkt: Representatie Representatie (koffie, thee, hapjes, drankjes, etentjes met zakelijke relaties, attenties e.d.). Voorbeelden zijn uitgaven en (reis)kosten verbonden aan bezoeken van zieken, bejaarden, 100-jarigen en het bijwonen van georganiseerde activiteiten, bijeenkomsten en recepties. Tevens worden onder deze categorie begrepen de noodzakelijke kosten voor de representatie die door de partner worden gemaakt in verband met de functie-uitoefening als politieke ambtsdrager. Overigens behoren werklunches en -diners die worden georganiseerd vanuit het bestuurssecretariaat tot de bedrijfsvoering. De factuur komt na afloop rechtstreeks naar het gemeentehuis. Vakliteratuur Uitgaven voor (abonnementen voor) vakliteratuur, losbladige uitgaven, naslagwerken. Dagbladen vallen niet onder vakliteratuur. Het is aan de gemeente om te bepalen of verstrekking van een dagblad vanuit de bedrijfsvoering een functioneel belang dient. Contributies (verenigingen) Contributies/lidmaatschappen: lidmaatschap vakbond, belangenvereniging, beroepsvereniging, bestuurdersvereniging e.d. Het lidmaatschap van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) valt hier niet onder. Gelet op het belang van het Genootschap voor de ambtsvervulling is overeengekomen dat deze contributie voor de burgemeester direct door de gemeente wordt voldaan. 4 Burgemeesters die voor de uitoefening van het ambt gebruik maken van de privé-telefoon krijgen hiervoor een tegemoetkoming van 25. 5 Na de dualisering van het gemeentebestuur is de wethouder geen lid meer van de gemeenteraad. Een bijdrage aan de fractiekosten is daarmee niet meer van toepassing. 12

Telefoonkosten De kosten van zakelijke gesprekken waaronder ook van de mobiele telefoon. De kosten van telefoonabonnementen vallen niet onder de vaste kostenvergoeding. Vanuit de bedrijfsvoering wordt op aanvraag van burgemeester of wethouder op grond van het rechtspositiebesluit een mobiele telefoon in bruikleen verstrekt. De onkostenvergoeding voor wethouders kan dan worden verlaagd om een dubbele vergoeding te voorkomen. Bureaukosten en porti Pennen, potloden, papier, zakelijke agenda e.d. tevens de kosten voor het verzenden van post en het kopiëren van stukken. Het gebruik van deze voorzieningen op het gemeentehuis komt vanzelfsprekend ten laste van de bedrijfsvoering. Giften Zakelijke giften die de politieke ambtsdrager louter als zodanig doet, en die men als privépersoon niet zou hebben gedaan, aan inzamelingsacties, collectes e.d. (in de regel voor plaatselijke en/of regionale doeleinden). Giften aan een politieke partij of verkiezingscampagne maken hier geen deel van uit. Representatieve ontvangsten aan huis Hieronder vallen de kosten verbonden aan kleine ontvangsten in de eigen woning die direct verband houden met de uitoefening van het ambt in het eigen huis (consumptieve verstrekkingen e.d.). Excursies Excursies die worden gevolgd ten behoeve van de uitoefening van het politieke ambt (inclusief reis- en verblijfskosten). 3. Declaraties Sluitstuk is de mogelijkheid van declaratie van incidentele functionele kosten. Daarbij gelden de declaratieregels van betrokken gemeente. Uitsluitend functionele kosten komen voor vergoeding in aanmerking. Voorts geldt voor declaraties en rekeningen dat deze uitsluitend in aanmerking komen voor betaling voor zover de uitgavenpost niet geacht wordt reeds bestreken te worden door een (vaste) vergoeding. In de Regeling rechtspositie burgemeesters en de Regeling rechtspositie wethouders is in artikel 8, resp. artikel 5 vastgelegd dat het declareren van kosten geschiedt onder overlegging van bewijsstukken. In de toelichting bij dit artikel wordt gemeld dat het aanbeveling verdient dat declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure met gebruikmaking van vastgestelde formulieren. In een noot wordt expliciet verwezen naar de Handreiking integriteit van bestuurders bij gemeenten en provincies met daarin richtlijnen en modelcodes inzake onder meer het afwikkelen van bestuurlijke uitgaven. De handreiking is een coproductie van BZK, VNG, IPO en Unie van Waterschappen. 13

In hoofdstuk XIV van de Gemeentewet is de financiële administratie en de controle daarop geregeld. Op grond van artikel 212 van de Gemeentewet worden bij gemeentelijke verordening de uitgangspunten van het financiële beleid, het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie van een gemeente vastgesteld. Deze verordeningen waarborgen dat aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan. Daarmee is tevens een toetsingsnorm gegeven. Op grond van artikel 213 van de Gemeentewet worden bij gemeentelijke verordening voorts regels vastgesteld voor de controle op het financiële beheer, de inrichting van de (financiële) administratie, de financiële organisatie en regels over kwetsbare activiteiten en handelingen. Het is aan de gemeenten hoe de verordeningen worden ingevuld. Uitgangspunt daarbij moet steeds zijn dat er een inzichtelijke verantwoording plaats vindt van de gemaakte kosten. Om die reden is het van belang dat gemeenten heldere procedures hebben beschreven en een inzichtelijke administratie hebben. Het college legt elk jaar (aan de raad) verantwoording af over het gevoerde beleid onder overlegging van de jaarrekening en het jaarverslag. In dat kader wordt tevens verantwoording afgelegd over de bestuurlijke uitgaven. Daarnaast is er een accountantscontrole (voorgeschreven in artikel 213 van de Gemeentewet). Verder kan de raad een rekenkamer instellen, die een belangrijke rol kan spelen in het doeltreffend, doelmatig en rechtmatig besteden van middelen. 2.5. Lokale regelgeving 2.5.1. Gedragscode bestuurlijke integriteit Op 16 december 2002 is door de gemeenteraad van Heeze-Leende de gedragscode bestuurlijke integriteit vastgesteld. In deze code komen de volgende issues aan bod: Algemene bepalingen Belangenverstrengeling en aanbesteding Nevenfuncties Informatie Aannemen van geschenken Bestuurlijke uitgaven Declaraties Creditcards Gebruik van gemeentelijke en provinciale voorzieningen Reizen buitenland De voor deze rapportage meest wezenlijke passages volgen hieronder: 6 Bestuurlijke uitgaven 6.1. Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond. 6.2. Ter bepaling van de functionaliteit van bestuurlijke uitgaven worden de volgende criteria gehanteerd. - met de uitgave is het belang van de gemeente gediend en - de uitgave vloeit voort uit de functie. 14

7. Declaraties: 7.1. de bestuurder declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed 7.2. declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure 7.3. een declaratie wordt ingediend door middel van een daartoe vastgesteld formulier. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld. 7.4. gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Eventuele voorschotten worden voorzover mogelijk binnen een maand afgerekend. 7.5. De gemeentesecretaris (college) respectievelijk de griffier (raad) is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling en registratie van declaraties. Declaraties van bestuurders worden administratief afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar. 7.6. in geval van twijfel omtrent de declaratie, wordt deze voorgelegd aan de burgemeester. Zonodig wordt de declaratie ter besluitvorming aan het college voorgelegd. 8. Creditcards 8.1. het gebruik van creditcards voor binnenlands gebruik wordt zoveel mogelijk beperkt. 8.2. de gemeentesecretaris of de griffier draagt zorg voor aanvragen, verstrekken en intrekken van creditcards. Er wordt vastgelegd voor welk soort kosten de creditcard kan worden gebruikt. 8.3. bij de afhandeling van betalingen verricht met een creditcard wordt een daartoe vastgesteld formulier ingediend. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld. 8.4. het gebruik van de creditcard kan uitsluitend betrekking hebben op uitgaven die volgens de geldende regelingen voor vergoeding in aanmerking komen. 8.5. ingeval van twijfel over een correct gebruik van de creditcard wordt dit aan de burgemeester gemeld en zo nodig ter besluitvorming aan het college voorgelegd 8.6. indien met de creditcard kosten zijn betaald die na controle blijken voor rekening van de bestuurder te moeten komen, wordt aan de bestuurder een factuur gezonden ter hoogte van het bedrag dat voor zijn rekening dient te blijven. 2.5.2. Overige regelgeving 2.5.2. Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden en fractievertegenwoordigers In veel gemeenten is sprake van een verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden. Het gebruik van een dergelijke verordening is niet verplicht. De VNG heeft een modelverordening terzake opgesteld. De Verordening rechtspositie wethouders, raadsleden en fractievertegenwoordigers 2008 van gemeente Heeze-Leende is door de Raad vastgesteld op 17 december 2007. De verordening kent zes hoofdstukken met 33 artikelen. De volledige tekst in bijgevoegd als bijlage II. Voor onderhavig onderzoek zijn de volgende hoofdstukken en artikelen van belang. 15

Hoofdstuk III Voorzieningen voor wethouders Artikel 16 Onkostenvergoeding De vergoeding voor aan de uitoefening van het wethouderschapschap verbonden kosten is gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 14.000 18.000 inwoners, vermeld in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders. Artikel 18 Zakelijke reiskosten 1. De wethouder ontvangt een vergoeding voor zakelijke reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt. De vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten; b. bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders; c. een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten; d. Op aanvraag worden de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder gesaldeerd overeenkomstig de regeling voor gemeentelijk personeel. Indien geen regeling als bedoeld in de eerste volzin is vastgesteld vindt op aanvraag saldering van de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder plaats overeenkomstig artikel 4a van de Reisregeling binnenland, artikel 2a van de Reisregeling buitenland en artikel 13a van de krachtens het Verplaatsingskostenbesluit 1989 vastgestelde Verplaatsingskostenregeling 1989. Artikel 19 Buitenlandse dienstreis 1. Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed. 2. Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden. Artikel 20 Cursus, congres, seminar of symposium 1. De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente. 2. De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder. Artikel 21 Computer en internetverbinding 1. Op aanvraag worden de wethouder ten laste van de gemeente voor de uitoefening van het ambt een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. Voor zover er sprake is van een belastingheffing in verband met een ten laste van de gemeente ter beschikking gestelde computer, bijbehorende apparatuur en software als bedoeld in het eerste lid ontvangt de wethouder ten laste van de gemeente op aanvraag per jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde daarvan voor een periode van maximaal drie jaar. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan wethouders in bruikleen ter beschikking stelt. 16

3. Indien geen computer, bijbehorende apparatuur en software ter beschikking is gesteld, verleent het college de wethouder op aanvraag voor de uitoefening van het ambt voor een periode van maximaal drie jaar een tegemoetkoming van 30% van de aanschafwaarde voor a. aanschaf van een computer, bijbehorende apparatuur en software, of b. gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software. Daarbij wordt ten hoogste uitgegaan van de aanschafwaarde van de computer, bijbehorende apparatuur en software welke het college aan de wethouders in bruikleen ter beschikking stelt. 4. Op aanvraag worden de wethouder de aanleg- en abonnementskosten voor de internetverbinding voor de in het eerste of derde lid genoemde computerapparatuur vergoed. 5. De wethouder ondertekent voor de bruikleen een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 6. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast. Artikel 22 Mobiele telefoon 1. Op aanvraag wordt de wethouder voor uitsluitend de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld. 2. De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente. 3. Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast. 4. Voor zover de in bruikleen beschikbaar gestelde mobiele telefoon voor privé-doeleinden is gebruikt, vindt maandelijks een verrekening van de gesprekskosten plaats. Artikel 24 Fietsregeling 1. De wethouder kan deelnemen aan de fietsregeling als bedoeld in artikel 37 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001. Naar keuze van de wethouder wordt de bezoldiging dan wel vaste onkostenvergoeding dan wel eindejaarsuitkering verminderd met de vergoeding voor de fiets als bedoeld in de Uitvoeringsregeling. 2. Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente. Artikel 25 Reis- pensionkosten en verhuiskosten bij benoeming De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van: a. reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders; b. verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders. 17

Hoofdstuk 3. De gang van zaken bij gemeente Heeze-Leende 3.1. Inleiding In dit hoofdstuk wordt kort ingegaan op de binnen de gemeente gehanteerde procedures en het jaarlijkse jaarrekeningonderzoek door de externe accountant. 3.2. Beschrijving administratieve organisatie 3.2.1. Vaste maandvergoedingen Vaste vergoeding/ambtstoelage De wethouders ontvingen alledrie (in 2009) een belaste vaste onkostenvergoedingen groot 560,86. Dit is de vergoeding die wettelijk bepaald is voor gemeenten in grootteklasse 14.000 tot 18.000 inwoners. De burgemeester ontving een vaste ambtstoelage van 686,54. Ook dit bedrag is wettelijk vastgesteld voor gemeenten in de grootteklasse 6 (14.000-18.000 inwoners). De onkostenvergoeding en ambtstoelage zijn bedoeld als tegemoetkoming in de kosten die met de functie verband houden. In het vergoedingsbedrag van de wethouders is tevens begrepen een vergoeding voor kilometers die binnen de gemeentegrenzen gemaakt moeten worden voor de uitoefening van de functie. Vaste autovergoeding De Burgemeester ontvangt naast zijn ambtstoelage ook nog een belaste vaste autokostenvergoeding voor de binnen de gemeentegrenzen gereden kilometers. Deze vergoeding is eveneens wettelijk bepaald en bedraagt voor gemeenten met de omvang (oppervlakte) van Heeze-Leende van 138,75 per maand. Telefoonvergoeding De burgemeester ontvangt een maandelijkse vaste vergoeding van 25,00 overeenkomstig bovengenoemde landelijke regelgeving. Internetvergoeding Op basis van de rechtspositie burgemeesters is het mogelijk om een vergoeding te ontvangen voor de abonnementskosten van de internetverbinding. Dit is voor de burgemeester een bedrag groot 27 per maand. 3.2.2. Vergoedingen op basis van declaratie Kilometers Kilometers voor dienstreizen buiten de gemeente worden vergoed op basis van de kilometervergoeding zoals die landelijk wordt vastgesteld ( 0,37 per kilometer). Dit bedrag is gedeeltelijk ( 0,19) belastingvrij. 0,18 per kilometer wordt uitbetaald als belaste vergoeding. 18

Parkeergeld Parkeergeld wordt, aldus fiscale wetgeving, geacht opgenomen te zijn in de bovengenoemde variabele kilometervergoeding ad 0,37. Indien door een werkgever toch besloten wordt om parkeergeld te vergoeden dan is deze vergoeding belast. Openbaar vervoer Voor de kosten in verband met openbaar vervoer worden aan de declaratieformulieren de bewijsstukken gehecht (treinkaartjes, taxinota s etc.). Verblijfkosten Voor verblijfkosten zijn in Heeze-Leende geen vooraf bepaalde vergoedingsbedragen van toepassing. Gedeclareerd wordt wat daadwerkelijk uitgegeven wordt. Reis- en verblijfkosten worden vooral door de burgemeester gedeclareerd. Het betreft hier voornamelijk parkeerkosten (zie hiervoor) en lunches en diners indien hij uit hoofde van zijn functie onderweg is. Indienen declaraties Over het indienen van de declaraties wordt in de gedragscode bestuurlijke integriteit onder andere het volgende opgemerkt: Declaraties worden afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure. Een declaratie wordt ingediend door middel van een daartoe vastgesteld formulier. Bij het formulier wordt een betalingsbewijs gevoegd en op het formulier wordt de functionaliteit van de uitgave vermeld. Gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Declaraties van bestuurders worden administratief afgehandeld door een daartoe aangewezen ambtenaar. In Heeze-Leende wordt gebruik gemaakt van een daartoe speciaal ontworpen formulier. Dit formulier dient te worden voorzien van alle noodzakelijke bewijsstukken. Het formulier wordt door de declarant aan de gemeentesecretaris of de burgemeester voorgelegd en door hem ondertekend. Vervolgens wordt het formulier opgestuurd naar het shared service center alwaar de verdere verwerking via de salarisadministratie plaatsvindt. 3.2.3. Onkosten die middels facturering worden betaald De vergoeding van functioneel gemaakte kosten kan ook plaatsvinden door rechtstreekse toezending van een voor akkoord ondertekende nota aan de gemeente. De nota zal daarna door de gemeente worden betaald. 19

3.2.4. Creditcards In Heeze-Leende wordt gebruik gemaakt van creditcards. Deze is in handen van de burgemeester en de gemeentesecretaris. De uitgaven die met deze creditcard gedaan worden zijn zeer bescheiden. De Rekenkamercommissie beschikt over het overzicht van de betalingen die vanaf het invoeren van de creditcard t/m juli 2009 gedaan zijn. Uit dit overzicht blijkt dat de meeste kosten die via creditcard worden betaald betrekking hebben op reis- en verblijfkosten (met name parkeergeld) vergader- en representatiekosten. In totaal gaat het om een bedrag groot 4.637. In het vervolg van dit rapport wordt op de vergader- en representatiekosten nog nader ingegaan. 3.2.5. Rechtstreekse betalingen aan de bestuurders In incidentele gevallen zijn er bedragen rechtstreeks aan de bestuurders uitbetaald via de financiele administratie. Het gaat hier om: Burgemeester: 13.873 in verband met verhuiskosten en voorschot netto-salaris. Verhuiskostenvergoeding conform wettelijke regeling. Wethouder van Bree: 2.694 in verband met voorschot netto-salaris. Wethouder van Hofweegen: 429 in verband met telefoonkosten Wethouder de Lange: 1.158 in verband met telefoonkosten. De vergoedingen aan de burgemeester en wethouder van Bree betreffen voorschotten die verrekend zijn met de salarisadministratie. De telefoonkosten van wethouder van Hofweegen en Wethouder de Lange betreffen in 2006 en 2007 uitbetaalde bedragen in verband met kosten GSM (mobiele telefoon). Dit betreft door henzelf gemaakte kosten in de periode waarin aan hen, door de gemeente, nog geen GSM s ter beschikking waren gesteld. 3.3. Onderzoek door de accountant Na bestudering van de verstrekte managementletters en accountantsrapporten constateert de Rekenkamercommissie dat door de externe accountant geen opmerkingen zijn gemaakt over declaraties van bestuurders noch over tekortkomingen in de hierbij gevolgde procedures. Ook in de verstrekte accountantsrapporten betreffende de jaarrekeningen heeft de Rekenkamercommissie geen opmerkingen aangetroffen over declaraties van bestuurders. 20

Hoofdstuk 4. Vergelijking tussen de rekenkamergemeenten 4.1. Inleiding In dit hoofdstuk gaat de Rekenkamercommissie in op de vergelijking van de bestuurlijke uitgaven van de vijf rekenkamergemeenten. Allereerst komen de declaraties aan bod. Vervolgens wordt ingegaan op de overige bestuurlijke uitgaven 4.2. Declaraties In deze paragraaf ingaan op wat de colleges in totaal (dus niet per individu) gedurende de afgelopen vier jaar hebben gedeclareerd aan: Reiskosten Kosten openbaar vervoer Parkeergeld Verblijfkosten Telefoonkosten Internetkosten Het gaat hier om kosten die door de bestuurders in eerste instantie zelf zijn gemaakt (zijn voorgeschoten ) en achteraf bij de gemeente in rekening worden gebracht Tabel 4.1 totale declaraties gemeenten gedeclareerde kosten Best Heeze-L Nuenen Son & B Waalre gem. 2006 5.036 5.005 4.525 3.170 3.917 4.331 2007 4.260 5.806 5.019 6.187 5.893 5.433 2008 2.382 6.344 9.027 3.690 3.995 5.088 2009 7.651 6.959 7.491 4.836 4.489 6.285 totaal 19.329 24.114 26.062 17.883 18.294 21.136 inwoners 2009 28.978 15.230 22.333 15.527 16.529 19.719 kosten per inwoner 0,67 1,58 1,17 1,15 1,11 1,07 Uit deze tabel blijkt dat Heeze-Leende per inwoner hoger dan het gemiddelde scoort. Wat opvalt is dat Best het gemiddelde fors omlaag trekt. Dit wordt mede veroorzaakt door het onregelmatige declaratiegedrag (soms pas aan het einde van een jaar) en het helemaal niet declareren van één wethouder. Door het relatief hoge aantal inwoners zijn voor Best de kosten aan declaraties per inwoner slechts de helft van het totale gemiddelde. 21

4.3. Overige onkosten De overige onkosten van de rekenkamergemeenten zagen er als volgt uit: overige kosten Best Heeze-L Nuenen Son & B Waalre gem 2006 78.490 18.650 46.814 17.738 36.348 39.608 2007 37.260 26.957 35.920 17.135 31.456 29.746 2008 45.543 34.940 54.288 18.365 21.427 34.913 2009 28.774 24.875 31.105 14.369 19.880 23.801 totaal 190.067 105.422 168.127 67.607 109.111 128.067 inwoners 1-1-2009 28.978 15.230 22.333 15.527 16.529 19.719 kosten per inwoner 6,56 6,92 7,53 4,35 6,60 6,49 Uit deze tabel blijkt dat Heeze-Leende iets hoger dan gemiddeld scoort. Opgemerkt moet worden dat de overige onkosten van de verschillende gemeenten moeilijk vergelijkbaar zijn, omdat de couleur locale de kosten in belangrijke mate bepaalt. De gemeente Son en Breugel ligt met 4,35 per inwoner aan overige bestuurlijke kosten ver onder de andere gemeenten. In het gehele rekenkamergebied wordt gemiddeld per inwoner 6,49 aan overige kosten gemaakt. De gemeente Best valt op door de hogere kosten in vooral 2006. In dit jaar is een fors bedrag geboekt voor de Pro tour. Uit bovenstaand tabel kan opgemaakt worden dat de gemeente Nuenen c.a. de hoogste kosten heeft van de onderzochte gemeentes. Dit wordt met name veroorzaakt door de kosten van Olympia s tour. 4.4. Totale bestuurlijke kosten Het totaal van de gedeclareerde kosten en de overige onkosten ziet er als volgt uit: totaal bestuurlijke uitgaven Best Heeze-L Nuenen Son & B Waalre gem 2006 83.526 23.655 51.339 20.908 40.265 43.939 2007 41.520 32.763 40.939 23.322 37.349 35.179 2008 47.925 41.284 63.315 22.055 25.422 40.000 2009 36.425 31.834 38.596 19.205 24.369 30.086 totaal 209.396 129.536 194.189 85.490 127.405 149.203 inwoners 1-1-2009 28.978 15.230 22.333 15.527 16.529 19.719 kosten per inwoner 7,23 8,51 8,70 5,51 7,71 7,57 Uit deze tabel blijkt dat grosso modo de bestuurlijke kosten bij de vijf rekenkamergemeenten nagenoeg aan elkaar gelijk zijn. 22

Hoofdstuk 5: Onkosten bestuurders in Heeze-Leende 5.1. Inleiding In dit hoofdstuk worden per bestuurder de variabele vergoedingen uiteengezet en getoetst aan de vigerende regels en aan de vraag of deze uitgaven functioneel waren. 5.2. Totaaloverzicht Hieronder treft u het totaaloverzicht aan met betrekking tot de variabele vergoedingen die aan burgemeester en wethouders in de jaren 2006 tot en september 2009 zijn uitbetaald via de salarisadministratie. Hiervoor worden verschillende codes gehanteerd. Code 0520 autokosten betreft de vergoeding die de burgemeester ontvangt verband met de kilometers binnen de gemeentegrenzen. Code 4002 kilometervergoeding betreft de onbelaste kilometervergoeding. Vanaf 2006 tot en met 2009 bedroeg deze 0,19 per gereden kilometer. Code 0521 kilometervergoeding betreft de belaste kilometervergoeding. In 2006 bedroeg deze in eerste instantie nog 0,09 per gereden kilometer. In de circulaire van binnenlandse zaken dd. 14 november 2007 is bepaald dat deze vergoeding met terugwerkende kracht tot 1 januari 2006 is bepaald op 0,18 per kilometer. Hierdoor heeft in 2007 een nabetaling plaatsgevonden. Openbaar vervoer (code 5002) wordt uitbetaald op basis van overlegde bus- en treinkaartjes. Reis en verblijfkosten (code 4001) betreft overnachtingskosten, lunches, diners en parkeergeld. Parkeergeld (code 1009): deze vergoeding wordt uitbetaald op basis van overlegde parkeerkaartjes. Code 0529 telefoon betreft de vaste vergoeding die de burgemeester in 2006 tot en met 2009 ontving. Deze vergoeding bedroeg 25 per maand. Internetkosten kunnen, aldus de regeling rechtspositie burgemeesters, sinds 1 februari 2006, vergoed worden. Het betreft hier een vergoeding van de lasten in verband met het abonnement. Hiertoe worden bewijsstukken overlegd. 23

HEEZE van Bree de Lange v Hofweegen Verhoeven Totaal in dienst 1-2-2006 uit dienst 2006 km verg 0521 143 13 120 710 986 km verg 4002 324 359 254 1.532 2.469 autoverg 4008 1.155 1.155 telefoon 0529 275 275 internet 120 120 2007 km verg 0521 302 252 300 854 parkeergeld 1009 73 6 79 km verg 4002 639 555 1.341 2.535 autoverg 4008 1.260 1.260 telefoon 0529 599 599 reis/verblijf 4001 21 14 172 207 verhuiskosten 272 272 2008 km verg 0521 969 13 871 1.889 3.742 parkeergeld 1009 12 12 35 59 km verg 4002 551 526 611 1.688 openb verv 5002 58 16 42 116 telefoon 0529 300 300 internet 325 325 reis/verblijf 4001 49 65 114 2009 autokosten 0520 2.775 2.775 km verg 0521 561 328 890 1.779 parkeergeld 14 17 31 km verg 4002 592 347 920 1.859 openb verv 5002 55 14 69 telefoon 0529 200 200 internet 217 217 reis/verblijf 4001 13 16 29 totaal 0 4.259 385 3.412 16.058 24.114 De burgemeester is goed voor circa 2/3 van de gedeclareerde uitgaven. Dit komt ongeveer overeen met hetgeen de Rekenkamercommissie bij de andere vier gemeenten heeft vastgesteld. Tevens kan worden opgemerkt dat het grootste deel (ongeveer 88%) van de gedeclareerde uitgaven auto- of reis- gerelateerd zijn. 24

5.3. Beoordeling van de declaraties De Rekenkamercommissie heeft de declaraties van de bestuurders onder de loep genomen. Hierbij is gecontroleerd op de volgende vragen: Hebben de burgemeester en wethouders recht op de vergoeding, dat wil zeggen: is de vergoeding in overeenstemming met de landelijke wet- en regelgeving en is de hoogte van de vergoeding juist bepaald? Waren de gedeclareerde lunches en diners functioneel? (artikel 6.1. gedragscode bestuurlijke integriteit). Waren, voor zover de rekenkamer dit kan beoordelen aan de hand van de formulieren, de gereden kilometers functioneel? (artikel 6.1. gedragscode bestuurlijke integriteit) Zijn de opgegeven afstanden correct? (door rkc steekproefsgewijs vastgesteld) Zijn de redenen (functionaliteit) en afstanden (kilometers) vermeld op de declaratieformulieren? Zouden de gedeclareerde kosten niet onder de ambtstoelage kunnen vallen? (artikel 7.1 gedragscode bestuurlijke integriteit: de bestuurder declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed) Is gebruik gemaakt van de voorgeschreven declaratieformulieren? (artikel 7.3 gedragscode bestuurlijke integriteit) Zijn de declaraties tijdig (binnen een maand) ingediend? (artikel 7.4. gedragscode integriteit) Zijn bewijsstukken (treinkaartjes, parkeerkaartjes etc.) aan de declaratieformulieren toegevoegd? De Rekenkamercommissie stelde tijdens haar onderzoek vast dat bovengenoemde vragen allemaal positief kunnen worden beantwoord, met uitzondering van: 1. het naleven van artikel 7.4. van de gedragscode bestuurlijke integriteit. De praktijk leert dat declaratieformulieren soms (veel) later worden opgesteld en ingeleverd. Reden daarvan is dat deze door het bestuurssecretariaat worden vervaardigd op basis van de agenda s van de bestuurders. De Rekenkamercommissie heeft niet kunnen vaststellen dat hierdoor ritten ten onrechte zijn gedeclareerd. Dit neemt niet weg dat het volgens de Rekenkamercommissie de voorkeur verdient om declaraties tijdig in te dienen. Reden daarvan is men zich dan beter herinnert dat de ritten daadwerkelijk gemaakt zijn en waarom deze gemaakt zijn, hetgeen de controle vergemakkelijkt c.q. versnelt.. 2. Bij gereden zakelijke ritten (werk-werk-verkeer) wordt uitgegaan van de snelste afstand. De fiscus gaat bij woon-werk-verkeer uit van de kortste afstand. Voor zover bekend zijn er geen fiscale regels voor werk-werk-verkeer. Dit neemt niet weg dat hierover binnen het college afspraken over moeten worden gemaakt om onduidelijkheden hierover in de toekomst te vermijden. 25