PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/15

Vergelijkbare documenten
PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/1

Nadere subsidieregels voor cultureel erfgoed

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2013 NR: 75

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2013 NR.: 70

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/70

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/68

PROVINCIAAL BLAD. Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2010/85

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/14

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/95

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/12

overwegende dat het gewenst is cultuurhistorische waarde te behouden en te beschermen in de gemeente Sittard-Geleen;

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2010/78

Subsidieregeling monumenten en klein erfgoed Sittard-Geleen. Burgemeester en wethouders van de gemeente Sittard-Geleen;

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/7

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/93

Subsidieregeling instandhouding erfgoed gemeente Schagen 2018

Subsidieverordening Cultureel erfgoed gemeente Eijsden-Margraten

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Subsidieregeling restauratie monumenten

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2010/88

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/28

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

B.. Budget restauratie rijksmonumenten provincie Groningen

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/14

PROVINCIAAL BLAD. Uitvoeringsregeling subsidie restauratie rijksmonumenten Noord-Holland

CONCEPT -1- De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

PROVINCIAAL BLAD. Provincie Noord-Holland; Uitvoeringsregeling restauratiesubsidiesrijksmonumenten Noord-Holland 2015.

overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan behoud en herstel van gemeentelijke monumentale objecten,

Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Drechterland 2014

Nadere subsidieregels Euregionaal Onderwijs

Subsidieregeling gemeentelijke monumenten

Subsidieverordening waardevolle panden gemeente Veere 2017

Subsidieregeling gemeentelijke monumenten Drechterland 2015

b e s l u i t: vast te stellen de Subsidieverordening restauratie gemeentelijke monumentale panden Leidschendam-Voorburg 2008.

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Valkenswaard 2017

Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Uden

Subsidieregeling instandhouding erfgoed Zaanstad Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2006/57

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/13

Provinciaal blad. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Hof van Twente 2012

Specifieke subsidieregeling energiebesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

CONCEPT -1- De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

EDOC CONCEPT -1-

Nr. 2005/116 5 januari 2006 ISSN: X HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

PROVINCIAAL BLAD. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Nadere Subsidieregeling Vrijwilligerswerk 2006 Muziek

Besluit van 28 november 1989, houdende regelen ten behoeve van de instandhouding van beschermde monumenten

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Specifieke subsidieregeling energiesbesparende maatregelen gemeente Overbetuwe

Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Noordwijk

Stimuleringsregeling Bovenlokale Evenementen 2017

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2005/79

Hoofdstuk 1 A lgemene bepalingen

PROVINCIAAL BLAD. Nadere subsidieregels ter bevordering van de economie en concurrentiekracht 2013 e.v.

GEDEPUTEERDE STATEN VAN FRYSLÂN EN DE COMMISSARIS VAN DE KONINGIN IN DE PROVINCIE FRYSLÂN,

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008;

Stimuleringsregeling collectief particulier opdrachtgeverschap

Naam regeling: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert Citeertitel: Algemene Subsidieverordening gemeente Zundert 2011

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING LEIDERDORP 2012

vast te stellen de Subsidieregeling stimulering projecten sociale huur Fryslân:

Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2012/104

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE TYNAARLO. De raad van de gemeente Tynaarlo,

GEMEENTEBLAD. Nr HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

SUBSIDIEREGELING LEVENSLOOPBESTENDIG MAKEN VAN WONINGEN per 1 juli 2015

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Subsidieverordening maatschappelijke ontwikkeling gemeente Buren 2011

Subsidieverordening isolatiemaatregelen woningen gemeente Harderwijk

Algemene subsidieverordening Texel

Subsidieverordening gemeentelijke monumenten Montfoort 2005

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2006/39

Verzenddatum 2 7 NOV Paraaf ProyinqBSecretaris

PROVINCIAAL BLAD. vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân:

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

Artikel 5. Citeertitel Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit vaststelling beleidsregels instandhoudingssubsidie. woonhuis-rijksmonu menten.

Algemene subsidieverordening Texel 2016

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b)

Subsidieregeling stedelijke vernieuwing gemeente Kampen

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders d.d.

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015

NADERE REGELS SUBSIDIE WONEN BOVEN WINKELS ARNHEM 2012

Nadere regels en beleidsregel incidentele subsidie voor culturele activiteiten

Uitvoeringsbesluit financiering instandhouding provinciale monumenten in Drenthe

Algemene subsidieverordening GOES 2011

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 4 september 2012;

Gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Baarn 2006;

Transcriptie:

PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2011/15 Officiële naam regeling: Nadere subsidieregels MONULISA 2011 Citeertitel: Nadere subsidieregels MONULISA 2011 Besloten door: Gedeputeerde Staten Onderwerp: Provinciaal erfgoedbeleid Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd: Algemene subsidieverordening 2004 Datum inwerkingtreding: 1 maart 2011 Looptijd regeling: van 1 maart 2011 tot 1 januari 2012 Verantwoordelijke afdeling: Cultuur, Welzijn en Zorg Gedeputeerde Staten van Limburg maken ter voldoening aan het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en het bepaalde in de Algemene subsidieverordening 2004, bekend dat zij in hun vergadering van 22 februari 2011 hebben vastgesteld: Nadere subsidieregels MONULISA 2011 Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van de regeling wordt verstaan onder: a. monument: een rijksmonument dat is opgenomen in het landelijk register van beschermde monumenten als bedoeld in artikel 6, lid 1 Monumentenwet 1988, met uitzondering van archeologische monumenten; b. historisch groen: tuinen of parken van tenminste 1 hectare, die van oorsprong een compositorisch geheel vormen met één of meer rijksmonumenten en waarvan het ontwerp dateert van vóór het jaar 1950; c. gebouw voor de openbare eredienst: het in de provincie Limburg gelegen gebouw, dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de openbare godsdienstuitoefening ongeacht de religieuze gezindte; d. onderhoud: werkzaamheden noodzakelijk om een monument in goede staat te houden dan wel als zodanig in stand te houden én om kostbare restauraties te voorkomen, zoals bedoeld in het Besluit Rijkssubsidiëring Onderhoud Monumenten (BROM). Hierbij gaat het feitelijk om onderhoud aan rijksmonumenten dat is uitgevoerd in de periode 1 januari 2010 t/m het jaar van instroming van de betreffende monumentcategorie in het Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten (BRIM); e. instandhouding: werkzaamheden noodzakelijk om een monument in goede staat te houden dan wel als zodanig in stand te houden én om kostbare restauraties te voorkomen, zoals bedoeld in het Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten (BRIM);

f. restauratie: werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van een monument en die de werkzaamheden als bedoeld onder instandhouding en onderhoud te boven gaan; g. herstel: werkzaamheden die noodzakelijk zijn om verdwenen (onderdelen van) historisch groen te reconstrueren; h. buitengewoon herstel:de naar het oordeel van Gedeputeerde Staten noodzakelijke herstelwerkzaamheden aan het casco van het gebouw voor de openbare eredienst voorzover deze werkzaamheden sober en doelmatig worden uitgevoerd en betrekking hebben op het wind- en waterdicht houden van de buitenkant van het gebouw. Artikel 2 Doelstelling Limburg onderscheidt zich onder meer door de grote aantallen Rijksmonumenten van andere regio's. Dit onderdeel van de Limburgse identiteit wil de provincie zoveel mogelijk bewaren. Daarnaast kent de provincie een groot aantal niet-monumentale gebouwen voor de openbare eredienst die behouden moeten blijven. Ook behoort bij de Rijksmonumenten in Limburg veel historisch groen, dat een cultuurhistorische waarde vertegenwoordigt. De provincie wil het behoud van Rijksmonumenten, nietmonumentale gebouwen voor de openbare eredienst en historisch groen in de provincie ondersteunen en kan in dit kader een subsidie verstrekken met het doel: a. de instandhouding, onderhoud, restauratie van Rijksmonumenten in de provincie Limburg te bevorderen; b. het herstel van historisch groen dat tot een Rijksmonument behoort te ondersteunen; en c. het buitengewoon herstel van niet-monumentale gebouwen voor de openbare eredienst te ondersteunen. Artikel 3 Doelgroep De subsidie kan uitsluitend worden verleend aan de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die krachtens enig zakelijk recht het genot heeft van: a. een monument; b. en/of historisch groen; c. een niet-monumentaal gebouw voor de openbare eredienst. Artikel 4 Aanvraag subsidie 1. Een subsidieaanvraag kan uitsluitend worden ingediend bij Gedeputeerde Staten met gebruikmaking van het aanvraagformulier dat voor de betreffende subsidie van toepassing is. De aanvraagformulieren zijn geplaatst op de website van de Provincie Limburg: www.limburg.nl/subsidies > actuele subsidieregelingen. De aanvraag dient een volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend standaard aanvraagformulier te bevatten en te zijn voorzien van bijlagen zoals aangegeven in het tweede lid van dit artikel en dient te worden verzonden naar het op het formulier aangegeven adres. 2. a. Bij een aanvraag voor onderhoud, instandhouding en restauratie van een Rijksmonument is toegevoegd: een inspectierapport van de Stichting Monumentenwacht Limburg. Dit rapport moet zijn opgesteld in het kalenderjaar waarin de aanvraag is ingediend of het daaraan voorafgaande kalenderjaar; en een kopie of kopieën van de beschikking(en) waaruit blijkt dat de besluitvorming inzake subsidies en vergunning(en) bij rijk en gemeente reeds heeft plaatsgevonden; een bewijs dat de eigenaar van een monument aantoonbaar niet over fiscale aftrek (blijkens een mededeling van de belastingdienst Particulieren Amersfoort/Bureau Monumentenpanden) of 100% leningfaciliteiten (blijkens een verklaring van de Stichting Nationaal Restauratiefonds te Hoevelaken) beschikt. Voor eigenaren van molens geldt deze bepaling niet. 2

b. Bij een aanvraag voor buitengewoon herstel van een niet-monumentaal gebouw voor de openbare eredienst is toegevoegd: - een omschrijving van het buitengewoon herstel; en - een toelichting omtrent de oorzaak van de gebreken; - de begroting en een financieel dekkingsplan; - een kopie van de beschikking van de gemeente waaruit de subsidie van de gemeente blijkt; - een recent inspectierapport (niet ouder dan twee jaar) van de Stichting Monumentenwacht - Limburg. Van de termijn van twee jaar kan worden afgeweken indien vaststaat dat een rapport van de Stichting Monumentenwacht Limburg dat van oudere datum is voldoende actuele informatie bevat; - een advies van de Dienst Bouwzaken van het Bisdom Roermond indien het een R.K. kerk betreft. c. Bij een aanvraag voor herstel van historisch groen is bijgevoegd: - een inspectierapport van de Stichting Monumentenwacht Limburg. Dit rapport moet zijn opgesteld in het kalenderjaar waarin de aanvraag is ingediend of het daaraan voorafgaande kalenderjaar; en - een kopie of kopieën van de beschikking(en) waaruit blijkt dat de besluitvorming inzake subsidies en vergunning(en) bij rijk en gemeente reeds heeft plaatsgevonden. 3. De subsidieaanvraag kan worden ingediend vanaf 1 maart 2011 tot en met 30 november 2011. 4. In afwijking van artikel 11, van de Algemene subsidieverordening 2004 wordt de aanvraag om subsidie in de kosten van onderhoud zo spoedig mogelijk na realisatie van het onderhoud en nadat op de bij het Rijk ingediende aanvraag is beslist, ingediend. 5. Aanvragen die ontvangen zijn na het verstrijken van de periode van artikel 4, derde lid worden afgewezen. Artikel 5 Subsidieplafond en verdeling 1. Het subsidieplafond voor deze nadere regels is vastgesteld op 1.600.000,00. 2. Subsidieaanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst. a. de datum van de poststempel is bepalend; b. bij persoonlijk aangeleverde aanvragen is de ontvangststempel van de Provincie Limburg dan wel de datum van het verkregen bewijs van ontvangst bepalend; c. bij onvolledig ingediende aanvragen geldt de datum waarop de aanvraag volledig is. 3. Indien er meerdere volledige aanvragen zijn van dezelfde datum en deze binnen het subsidieplafond niet alle kunnen worden gehonoreerd vindt prioritering plaats door Gedeputeerde Staten. 4. Aanvragen die worden ingediend nadat het subsidieplafond is bereikt, worden door Gedeputeerde Staten afgewezen. Artikel 6 Subsidieverstrekking 1. Gedeputeerde Staten kunnen een projectsubsidie verstrekken in de kosten van restauratie, instandhouding en onderhoud van monumenten, in de kosten voor buitengewoon herstel van nietmonumentale gebouwen voor de openbare eredienst en in de kosten van herstel van historisch groen. 2. Ter beoordeling van Gedeputeerde Staten kan in voorkomende gevallen de subsidie ook zonder voorafgaande subsidieverlening meteen worden vastgesteld. Artikel 7 Subsidiecriteria Om voor subsidie in aanmerking te komen dient aan de volgende criteria te zijn voldaan: 1. de eigenaar van een monument dient aantoonbaar niet over fiscale aftrek (blijkens een mededeling van de belastingdienst Particulieren Amersfoort/Bureau Monumentenpanden) of 100% leningfaciliteiten (blijkens een verklaring van de Stichting Nationaal Restauratiefonds te Hoevelaken) te beschikken; en 3

2. het Rijk heeft in de subsidiabele kosten subsidie verleend; en 3. de betreffende gemeente levert aantoonbaar minimaal eenzelfde geldelijke bijdrage in de kosten van restauratie, instandhouding, buitengewoon herstel of herstel van historisch groen als het maximaal mogelijke provinciaal subsidie. 4. Het gestelde in het eerste lid is niet van toepassing voor eigenaren van molens. 5. Het gestelde in het tweede lid is niet van toepassing indien de subsidie betrekking heeft op kosten van buitengewoon herstel en herstel van historisch groen. Artikel 8 Subsidiabele kosten 1. Subsidiabel zijn de restauratiekosten die door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) voor het betreffende monument zijn vastgesteld en voor zover het monument ten behoeve van de instandhouding een passende bestemming heeft of zal krijgen; 2. Subsidiabel zijn de instandhoudingskosten die door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) voor het betreffende monument in het kader van een meerjaren instandhoudingsplan zijn vastgesteld en binnen de door het rijk gehanteerde maximale subsidiabele kosten per monumentencategorie vallen, en voor zover het monument ten behoeve van de instandhouding een passende bestemming heeft of zal krijgen; 3. Subsidiabel zijn de onderhoudskosten die door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) voor het betreffende monument zijn vastgesteld en voor zover de aanvrager voor deze kosten nog geen aanvraag kan indienen in het kader van het Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten (BRIM); 4. Subsidiabel zijn de herstelkosten van historisch groen die door Gedeputeerde Staten voor het betreffende monument zijn vastgesteld; 5. Subsidiabel zijn de volgende buitengewone herstelkosten van niet-monumentale gebouwen voor de openbare eredienst: - daken: vernieuwen van pannen en leien; vernieuwen/repareren van zink- en koperbekledingen; - herstel onderconstructie; - herstellen van schoorstenen; - herstellen van goten en afvoeren o.a. reparatie of gedeeltelijk vernieuwen; - werkzaamheden welke de waterhuishouding rondom het gebouw bevorderen; - buitengevels: voeg- en metselwerk herstellen; betonreparaties; vervangen aangetaste houten en stalen onderdelen; - herstel beglazing; - buitenschilderwerk en conserveren staalwerk; - veiligheidsvoorzieningen: voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een regelmatige inspectie van het kerkgebouw en voor het plegen van onderhoud; installaties ter voorkoming van brand of blikseminslag alsmede veiligheidsvoorzieningen voor het gebruik van het gebouw. 6. Het bepaalde in artikel 11, lid 1, onder b van de Algemene Subsidieverordening 2004 is niet van toepassing op kosten die zijn gemaakt in verband met onderhoud. Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten In de kosten van restauratie, instandhouding, onderhoud of (buitengewoon) herstel kan geen subsidie worden verleend voor zover deze kosten: a. op grond van verzekeringsovereenkomsten gedekt zijn; b. op grond van de Wet op de omzetbelasting verrekenbaar zijn; c. betrekking hebben op restauratie- of instandhoudingswerkzaamheden welke niet in het rapport van de Stichting Monumentenwacht Limburg zijn vermeld. Artikel 10 Subsidiepercentages en subsidiebedrag 1. De subsidie voor de restauratie van monumenten bedraagt maximaal 10% van de van rijkswege vastgestelde subsidiabele restauratiekosten. 4

2. De subsidie voor de instandhouding van monumenten bedraagt maximaal 10% van de van rijkswege vastgestelde subsidiabele instandhoudingskosten. 3. De subsidie voor het onderhoud van monumenten bedraagt maximaal 50% van de van rijkswege vastgestelde subsidiabele kosten, met een maximum van 5.672,00 per jaar met dien verstande dat de subsidie nooit hoger is dan de door het Rijk verleende subsidie. 4. De subsidie voor het herstel van historisch groen en niet-monumentale gebouwen voor de openbare eredienst bedraagt maximaal 10% van de door Gedeputeerde Staten vastgestelde subsidiabele kosten. 5. Indien de toe te kennen subsidie voor restauratie en instandhouding minder bedraagt dan 5.000,00 wordt geen subsidie verleend; 6. Het gestelde in het vijfde lid geldt niet voor de kosten van onderhoud en van buitengewoon herstel. Hiervoor geldt dat indien het subsidiebedrag minder bedraagt dan 500,00 geen subsidie wordt verleend. 7. De door de overheid, zijnde rijk, provincie dan wel gemeente, gezamenlijk verstrekte subsidie mag niet meer bedragen dan 90% van de subsidiabele kosten. 8. Indien de in lid 7 genoemde percentages worden overschreden, wordt de subsidie met het meerdere gekort. Artikel 11 Aanvullende verplichtingen 1. De restauratie- en onderhoudswerkzaamheden dienen binnen 4 maanden na de verzenddatum van de provinciale subsidiebeschikking te starten en binnen 2 jaar te worden afgerond. 2. De instandhoudingswerkzaamheden dienen binnen 4 maanden na de verzenddatum van de provinciale subsidiebeschikking te starten. De uiterlijke termijn van afronding van de werkzaamheden wordt op grond van het desbetreffende meerjaren instandhoudingsplan bepaald. 3. De subsidieontvanger dient het monument na afronding van een restauratie, van het onderhoud, of van een meerjaren instandhoudingsplan in goede staat te houden, hetgeen moet blijken uit een structurele inspectie door de Stichting Monumentenwacht Limburg. 4. De subsidieontvanger dient het historisch groen na het herstel in goede staat te houden. 5. De subsidieontvanger zoals hiervoor bedoeld sub 3. en sub 4. dient zijn monument na afronding van een restauratie, van het onderhoud, van een meerjaren instandhoudingsplan, buitengewoon herstel of na het herstel van het historisch groen zichtbaar te voorzien van een provinciale plaquette, die door de Stichting Monumentenwacht Limburg in het kader van de reguliere inspectie kan worden aangebracht. 6. Gedeputeerde Staten kunnen vanwege het toeristisch-economisch en educatief belang van een monument aan de subsidieontvanger aanvullende verplichtingen opleggen. Deze verplichtingen kunnen ook betrekking hebben op de inzet van leerlingen/stagiaires van de restauratie vakopleiding. Artikel 12 Subsidie van rechtswege 1. Indien Gedeputeerde Staten niet binnen de termijnen zoals genoemd in de Algemene Subsidieverordening op een aanvraag om subsidie in de kosten van onderhoud, dan wel de kosten van buitengewoon herstel van niet-monumentale gebouwen voor de openbare eredienst hebben beslist, is de subsidie van rechtswege verleend c.q. vastgesteld overeenkomstig de aanvraag. 2. In afwijking van het eerste lid bedraagt het bedrag van de van rechtswege verleende c.q. vastgestelde subsidie voor een project nooit meer dan de in het artikel 10 van deze regeling genoemde maximale subsidie (percentage). 3. Gedeputeerde Staten trekken de van rechtswege verleende c.q. vastgestelde subsidie in, indien de subsidie wordt aangemerkt als staatssteun ingevolge artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU) en deze onrechtmatig is verleend c.q. vastgesteld. 4. Subsidieverlening c.q. subsidievaststelling ingevolge het eerste lid wordt aangemerkt als een besluit in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht. 5

5. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing voor deze Nadere subsidieregels. Artikel 13 Meldingsplicht 1. De subsidieontvanger doet onverwijld schriftelijk melding aan Gedeputeerde Staten zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet, of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de in de beschikking opgelegde verplichtingen zal worden voldaan. 2. Tussentijdse wijzigingen in de uitvoering van een project of activiteit (inhoud en/of uitvoeringstermijn) dan wel in de begroting worden vooraf schriftelijk ter goedkeuring voorgelegd aan Gedeputeerde Staten. Artikel 14 Hardheidsclausule 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslissen Gedeputeerde Staten. 2. Indien toepassing van het bepaalde in deze regeling naar het oordeel van Gedeputeerde Staten tot kennelijke onbillijkheden leidt, dan kunnen Gedeputeerde Staten van enige bepaling afwijken. Artikel 15 Overgangsrecht Voor subsidiebesluiten die zijn genomen onder de Subsidieregels MONULISA 2010 blijven de Subsidieregels MONULISA 2010 van toepassing, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject. Artikel 16 Inwerkingtreding, beëindiging en citeertitel 1. Deze nadere regels treden in werking met ingang van 1 maart 2011. 2. Bij de inwerkingtreding van deze regeling vervallen de Subsidieregels MONULISA 2010. 3. Deze nadere subsidieregels vervallen met ingang van 1 januari 2012, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op subsidieaanvragen die voor 1 december 2011 zijn ingediend en subsidiebesluiten die vóór het vervallen van deze regeling zijn genomen. 4. Deze regeling kan worden aangehaald als Nadere subsidieregels MONULISA 2011. Gedeputeerde Staten voornoemd, L.J.P.M. Frissen, voorzitter mr. A.C.J.M. de Kroon, secretaris Uitgegeven, 24 februari 2011 De secretaris, mr. A.C.J.M. de Kroon 6