Veiligheidsrapport VCK (Gesterde delen) Deel 0 Samenvatting 20 april 2016
Deel 0 Samenvatting
Verantwoording Titel Deel 0 Samenvatting Opdrachtgever Verenigd Cargadoorskantoor BV Projectleider Michiel van der Werf Auteur(s) Pieter Luiten Projectnummer 1231468 Aantal pagina's 20 (exclusief bijlagen) Datum 20 april 2016 Handtekening Ontbreekt in verband met digitale verwerking. Dit rapport is aantoonbaar vrijgegeven. Colofon Tauw bv BU Industry Handelskade 37 Postbus 133 7400 AC Deventer Telefoon +31 57 06 99 91 1 Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: - NEN-EN-ISO 9001 *VR VCK Deel 0 Samenvatting 5\20
6\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
Inhoud Verantwoording en colofon... 5 Inleiding... 9 0 Samenvatting... 10 0.1 Administratieve gegevens... 10 0.1.1 Gegevens van de inrichting... 10 0.1.2 Verantwoordelijke namens drijver van de inrichting... 10 0.1.3 Contactpersoon namens drijver van de inrichting... 10 0.2 Activiteiten van de inrichting... 11 0.3 Aanwijsgrond van het veiligheidsrapport... 12 0.3.1 Algemeen... 12 0.3.2 Stuwadoorsregeling in het BRZO:2015... 12 0.3.3 BRZO-toetsing huidige situatie... 12 0.3.4 BRZO-toetsing toekomstige situatie... 13 0.4 Samenvatting van de gevaren en risico s... 15 0.5 Risicocontouren... 15 0.5.1 Algemeen... 15 0.5.2 Plaatsgebonden risico - contour... 15 0.5.3 Groepsrisico contour... 17 0.5.4 Maximale effectafstanden en scenario s met de grootste bijdrage... 18 0.6 Risico s naar oppervlaktewater... 18 0.6.1 Algemeen... 18 0.6.2 Volumecontaminatie... 19 0.6.3 Drijflaagvorming... 20 0.6.4 Conclusie inzake risico s voor het oppervlakte water... 20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting 7\20
8\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
Inleiding Voor u ligt het veiligheidsrapport (gesterde delen) van Verenigd Cargadoorskantoor BV te Amsterdam, verder te noemen VCK. Dit *VR is opgesteld in het kader van de aanvraag voor een omgevingsvergunning (verandering) en maakt deel uit van die aanvraag. VCK wordt vanwege een wijziging van haar activiteiten een hogedrempelinrichting conform BRZO:2015. Dit *VR heeft betrekking op de geplande activiteiten in de toekomst waarvoor in een later stadium dit *VR zal worden aangevuld tot een volwaardig VR. Het volwaardige VR zal ter beoordeling worden voorgelegd aan het bevoegd gezag voor het in werking treden van de nieuwe activiteiten in loods 6. Het doel van een volwaardig VR is om aan te tonen (in de zin van aannemelijk maken) dat: a) Een preventiebeleid voor zware ongevallen is opgesteld en een veiligheidsbeheerssysteem is geïmplementeerd a) De gevaren van zware ongevallen en ongevalscenario s zijn geïdentificeerd en de nodige maatregelen zijn getroffen om die te voorkomen en de gevolgen voor de menselijke gezondheid en het milieu te beperken b) Het ontwerp, de constructie, de exploitatie en het onderhoud van alle met de werking van de inrichting samenhangende installaties, opslagplaatsen, apparatuur en infrastructuur die in verband staan met de gevaren van een zwaar ongeval binnen de inrichting, voldoende veilig en betrouwbaar zijn c) Een intern noodplan als bedoeld in artikel 10 is ingevoerd d) De benodigde gegevens voor het opstellen van een rampbestrijdingsplan beschikbaar zijn Bij het opstellen van dit *VR is gebruik gemaakt van de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) richtlijn 6, Aanwijzing voor implementatie van BRZO 99 1. Dit VR is opgebouwd uit de volgende delen: Deel 0 Samenvatting Deel 1 Algemene beschrijving inrichting Deel 2 Proces- en installatiebeschrijvingen Deel 3 Analyses en uitwerkingen 1 PGS 6:2006 versie 0.1 (2-2009), daar de nieuwe versie van de PGS6 nog niet beschikbaar is. *VR VCK Deel 0 Samenvatting 9\20
0 Samenvatting 0.1 Administratieve gegevens 0.1.1 Gegevens van de inrichting Naam : Verenigd Cargadoorskantoor B.V. Straat : Valreep 13 Postcode : 1042 AN Plaats : Amsterdam (Westpoort nr. 3359) Telefoon : 020-58 77 877 Fax : 020-58 77 720 0.1.2 Verantwoordelijke namens drijver van de inrichting Managing director : Jeroen Brauns Telefoon : 020-58 77 883 Mobiel : 06-2073 6176 0.1.3 Contactpersoon namens drijver van de inrichting Naam : Tim Snelleman Functie : Q&P Engineer / Hoofd BHV Telefoon : 020-58 77 864 Mobiel : 06-4120 0866 E-mail : t.snelleman@vcklogistics.com 10\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
0.2 Activiteiten van de inrichting Verenigd Cargadoorskantoor B.V. (VCK) is een Cargadoors-, stuwadoorsbedrijf dat gevestigd is aan de Valreep 13 in het Westelijk Havengebied te Amsterdam. De primaire taak van VCK is het op- en overslaan van (stuk-) goederen die per schip, per as, of per spoor worden aangevoerd en vervolgens per schip, per as, of per spoor worden afgevoerd. Hierbij is voornamelijk sprake van tijdelijke nederlegging van goederen. Een algemeen overzicht van de activiteiten van VCK zijn in blokschema weergegeven in het onder staande figuur. Aanvoer per as Aanvoer per schip Opslag VCK Havenbedrijf Afvoer per schip EXPORT Afvoer per as Afvoer per schip Opslag VCK Havenbedrijf Aanvoer per schip IMPORT NB: Met de term schip kan ook worden bedoeld lichter (binnenvaartschip) Figuur 0.1 Algemeen overzicht van activiteiten VCK in blokschema In aanvulling op het bovenstaande figuur kan worden vermeld dat er ook sprake is van aanvoer per as en afvoer per as (dus geen scheepsverlading). Overige activiteiten betreffen kantooractiviteiten, onderhoudswerkzaamheden aan eigen materiaal in garage, opslag voor derden. Voorbeelden van opgeslagen goederen zijn: Koopmansgoederen, Voedingsmiddelen (groene ongebrande koffiebonen en cacaobonen in zakgoed op pallets Pulp Papier Staal / metalen voorwerpen, et cetera *VR VCK Deel 0 Samenvatting 11\20
Circa 2x per jaar meert een cruise schip aan één van de ferrie-kades. Indien dit het geval is, dan wordt dit gedeelte van de inrichting afgeschermd van het overig deel van de inrichting. 0.3 Aanwijsgrond van het veiligheidsrapport 0.3.1 Algemeen Binnen de inrichting worden verschillende gevaarlijke stoffen opgeslagen. De vergunde hoeveelheden aan gevaarlijke stoffen zijn getoetst aan de drempelwaarde die genoemd zijn in bijlage 1 van Richtlijn 2012/18/EU (SEVESO III-guideline). Voornoemde toetsing is gedaan voor de thans vergunde situatie en de situatie waarvoor thans een aanvraag om een veranderingsvergunning is ingediend. Voor een totaal overzicht aan (gevaarlijke) stoffen wordt verwezen naar de tabel in bijlage 1. 0.3.2 Stuwadoorsregeling in het BRZO:2015 In het BRZO:2015 worden bepaalde type inrichtingen waar gevaarlijke stoffen op enig moment aanwezig kunnen zijn, uitgesloten van het BRZO:2015. In dit kader wordt expliciet verwezen naar artikel 2 lid 1 onder b. Voornoemd wetsartikel luidt: b. vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg, per spoor, over binnenwateren, over zee of door de lucht en rechtstreeks aan dit vervoer gerelateerde tijdelijke opslag, tenzij de activiteiten onderdeel zijn van een inrichting Voornoemd wetsartikel is van toepassing op de activiteiten van VCK. Behoudens de opslag van gevaarlijke stoffen voor eigen gebruik, zoals LPG-gasflessen en diesel ten behoeve van interne transportmiddelen vindt er geen opslag van gevaarlijke stoffenplaats. De gevaarlijke stoffen die aanwezig kunnen zijn binnen de inrichting worden vrijwel direct verladen (opslagduur van maximaal 48 uur tot enkele dagen en niet continu aanwezig = tijdelijke opslag/nederlegging). Deze tijdelijke opslag is gerelateerd aan het vervoer van gevaarlijke stoffen. Deze opslag van deze stoffen vindt plaats op het buitenterrein dan wel in de zogenoemde OMCO-hoek in loods 3. 0.3.3 BRZO-toetsing huidige situatie In de huidige situatie worden in beperkte mate gevaarlijke goederen opgeslagen binnen de inrichting. Het betreft hier de eerder vermelde stoffen diesel en LPG ten behoeve van eigen gebruik. In de onderstaande tabel zijn de thans vergunde hoeveelheden aan stoffen getoetst aan Richtlijn 2012/18/EU (SEVESO III-guideline). 12\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
Tabel 0.1 Samenvatting aanwijzingsgrond VR VCK op basis van SEVESO III in de huidige situatie Categorie Stof binnen VCK Aanwezige Lagedrempelwaarde Toetsing aan hoeveelheid (BRZO-plicht) lagedrempelwaarde [ton] [ton] Bijlage 1 deel 1, Categorieën van gevaarlijke stoffen: geen stoffen die aan dit criterium voldoen Hogedrempelwaarde hogedrempel- Toetsing aan (VR-plicht) waarde [ton] Bijlage 1 deel 2 Gevaarlijke stoffen die met naam genoemd worden 18. Ontvlambare vloeibare gassen, categorie 1 of 2 (inclusief lpg) en aardgas 34. Aardolieproducten en alternatieve brandstoffen c) gasoliën (inclusief diesel, huisbrandolie en gasoliemengstromen) LPG-gasflessen tbv interne transportmiddelen Diesel tbv interne transportmiddelen 0,80 50 0,016 200 0,004 8 1) 2.500 0,0032 25.000 0,00032 1) 1x 10m 3 in een tank aanwezig; gemiddelde dichtheid diesel 0,8 ton/m 3 Uit de bovenstaande toetsing is af te leiden dat VCK in de huidige situatie niet onder de reikwijdte van het BRZO:2015 valt. De drempelwaarde van 1 voor laag- dan wel hoogdrempelige inrichtingen wordt niet overschreden. 0.3.4 BRZO-toetsing toekomstige situatie In de onderstaande tabel zijn de aanwezige hoeveelheden aan stoffen getoetst aan Richtlijn 2012/18/EU (SEVESO III-guideline). *VR VCK Deel 0 Samenvatting 13\20
Tabel 0.2 Samenvatting aanwijzingsgrond VR VCK op basis van SEVESO III in de toekomstige situatie Categorie Stof binnen VCK Aanwezige Lagedrempelwaarde hoeveelheid (BRZO-plicht) [ton] [ton] Bijlage 1 deel 1, Categorieën van gevaarlijke stoffen Toetsing aan lagedrempelwaarde Hogedrempelwaarde hogedrempel- Toetsing aan (VR-plicht) waarde [ton] Rubriek E Milieugevaren E1: Gevaar voor het aquatisch milieu in de categorie Acuut 1 of chronisch 1 ADR 8 en ADR 9 in 2.000 100 20 200 10 loods 6 Bijlage 1 deel 2 Gevaarlijke stoffen die met naam genoemd worden: geen stoffen die aan dit criterium voldoen 18. Ontvlambare vloeibare gassen, categorie 1 of 2 (inclusief lpg) en aardgas 34. Aardolieproducten en alternatieve brandstoffen c) gasoliën (inclusief diesel, huisbrandolie en gasoliemengstromen) LPG-gasflessen tbv interne transportmiddelen Diesel tbv interne transportmiddelen 0,80 50 0,016 200 0,004 8 1) 2.500 0,0032 25.000 0,00032 1) 1x 10m 3 in een tank aanwezig; gemiddelde dichtheid diesel 0,8 ton/m 3 Uit de bovenstaande toetsing is af te leiden dat VCK in de huidige situatie niet onder de reikwijdte van het BRZO:2015 valt. De drempelwaarde van 1 voor laag- dan wel hoogdrempelige inrichtingen wordt overschreden. Met het overschrijden van de hogedrempelwaarde is VCK BRZO-plichtig geworden. VCK wordt een zogenoemde hogedrempel inrichting. De voorgenomen activiteiten waarvoor thans een aanvraag om een veranderingsvergunning krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht loopt, zijn hiervoor bepalend. 14\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
0.4 Samenvatting van de gevaren en risico s Dit *VR is opgesteld in het kader van de aanvraag voor een omgevingsvergunning (verandering) en maakt deel uit van die aanvraag. VCK wordt vanwege een wijziging van de activiteiten een hogedrempelinrichting conform BRZO 2015. Dit *VR heeft betrekking op de geplande activiteiten in de toekomst waarvoor in een later stadium dit *VR zal worden aangevuld tot een volwaardig VR. Dit zal ter beoordeling worden voorgelegd aan het bevoegd gezag voor ingebruikname van loods 6. Onderhavige paragraaf maakt geen deel uit van de gesterde delen van het VR en is derhalve niet nader uitgewerkt. 0.5 Risicocontouren 0.5.1 Algemeen 0.5.1.1 Wetsartikel Overeenkomstig artikel 6 lid 2 van het BRZO:2015 dient een hoogdrempelige inrichting tevens haar risico-contouren in de kennisgeving op te nemen. Het volledige lid luidt: De exploitant van een hogedrempelinrichting neemt in de kennisgeving tevens het groepsrisico en het plaatsgebonden risico, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel j, onderscheidenlijk onderdeel o, van het Besluit externe veiligheid inrichtingen, van de inrichting op 0.5.1.2 Rekenmethodiek De externe veiligheidsrisico s zijn nader gekwantificeerd middels een modellering met Safeti_NL, versie 6.5.4.314. Gezien de feitelijke activiteiten van de inrichting is gebruikgemaakt van de stuwadoorsmethodiek zoals verwoord in de concept rekenmethode voor stuwadoorsbedrijven [Concept rekenmethode voor stuwadoorsbedrijven, RIVM, 6 juni 2011). 0.5.2 Plaatsgebonden risico - contour In het onderstaande figuur is de ligging van het plaatsgebonden risico-contour (10-6 -contour, rode contour) en het groepsrisico (10-8 -contour, groene contour) opgenomen. *VR VCK Deel 0 Samenvatting 15\20
Figuur 0.2 plaatsgebonden- (rode contour) en groepsrisico contour (groene contour) De PR 2 10-6 contour van VCK is gelegen binnen de grenzen van de inrichting, hiermee wordt voldaan aan de eisen uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). De contouren worden voornamelijk bepaald door de activiteiten met tankcontainers met gevaarlijke stoffen. 2 PR: Plaatsgebonden risico contour 16\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
0.5.3 Groepsrisico contour Het groepsrisico (GR) is de jaargemiddelde kans dat een groep van bepaalde omvang dodelijk slachtoffer wordt van een ongeval. Het GR is afhankelijk van de bevolkingsdichtheid in de omgeving van de risicobron en wordt gepresenteerd in de zogenaamde F(N)-curve. Op de verticale as van deze curve is de kans weergegeven dat meer dan N dodelijke slachtoffers vallen als gevolg van de doorgerekende scenario s. Deze kans wordt uitgedrukt in de eenheid per jaar. Op de horizontale as is de groepsgrootte in aantal dodelijke slachtoffers weergegeven. Het groepsrisico wordt getoetst aan de oriëntatiewaarde (F < 10-3 / N 2, rode lijn in de onderstaande grafiek). De personen die binnen de maximale effectafstand aanwezig zijn, bepalen het groepsrisico. De maximale effectafstand van VCK bedraagt 778 meter. In figuur 6.2 is het GR van VCK weergegeven. Figuur 0.3 groeps risico-curve : blauwe lijn, orientatie-waarde: rode lijn Het maximale aantal slachtoffers is 17 personen waardoor er formeel sprake is van een groepsrisico. Omdat in de grafiek het risico afgeknipt wordt bij een frequentie van 10-9 is dit in de grafiek niet zichtbaar. Het groepsrisico ligt onder de oriëntatiewaarde derhalve wordt een verantwoording van het groepsrisico niet zinvol geacht. *VR VCK Deel 0 Samenvatting 17\20
0.5.4 Maximale effectafstanden en scenario s met de grootste bijdrage 0.5.4.1 Maximale effectafstanden De maximale effectafstanden worden door Safeti-NL berekend. De grootste effectafstand bij weercategorie D5 is 180 meter en wordt veroorzaakt door een groot lek bij het overslaan van ADR 6 stoffen. Voor weercategorie F1,5 is de grootste effectafstand 778 meter, deze afstand wordt veroorzaakt door het intrinsiek falen van een container ADR 6 stoffen. 0.5.4.2 Scenario s met de grootste bijdrage Voor het PR en het GR is bepaald welke scenario s de grootste bijdrage leveren. Hiertoe zijn er op een drietal locatie risk ranking points (RRP) uitgezet. De locaties en de benamingen zijn opgenomen in de onderstaande figuur. Figuur 0.4 Ligging risk ranking points Uit de resultaten blijkt dat alleen de overslag van ADR 6 stoffen bijdraagt aan het PR en GR buiten de inrichting. 0.6 Risico s naar oppervlaktewater 0.6.1 Algemeen De risico s van onvoorziene lozingen zijn inzichtelijk gemaakt met het verplichte programma Proteus. De rapportage inzake de MilieuRisicoAnalyse (MRA) is opgenomen in bijlage 10 van onderhavig VR 18\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting
De beoordeling van de resultaten van Proteus is uitgevoerd aan de hand van het referentiekader, zoals aangegeven in het rapport Integrale aanpak van risico s van onvoorziene lozingen en de nota van Rijkswaterstaat beoordelingskader restrisico onvoorziene lozingen d.d. 17 oktober 2013. Proteus genereert zelf de zogenoemde milieuschade index (MSI). Het bepalen van de milieuschade index vindt plaats op basis van volumecontaminatie (aquatoxische effecten) en oevercontaminatie (drijflagen). In het onderstaande figuur zijn de door Proteus berekende risico s gegeven met betrekking tot drijflaagvorming en volumecontaminatie. Figuur 0.5 MSI grafiek VCK, geen scenario s met verhoogd risico In de grafiek is op de horizontale as het milieueffect en op de verticale as de kans op optreden van het scenario met het milieueffect uitgezet: De groene lijn geeft de grens aan tot waarop scenario nog gezien worden als verwaarloosbaar Tussen de groene en rode lijn wordt het scenario beschouwd als acceptabel en Boven de rode lijn heeft een scenario een verhoogd risico Er is directe afstroming mogelijk op het oppervlaktewater. Uit de resultaten van de modellering met Proteus wordt duidelijk dat er risico s zijn op het scenario volumecontaminatie en drijflaagvorming. 0.6.2 Volumecontaminatie Uit de resultaten van de modellering met Proteus 3.3 wordt duidelijk dat de risico s op volumecontaminatie (gele vierkantjes) verwaarloosbaar en/of acceptabel zijn. Het betreft een acceptabel risiconiveau met een frequentie van 2,25 x 10-5 per jaar conform het referentiekader van Proteus. In dat geval zou 2,00 x 10 4 kg waterbezwaarlijke stof uitstromen. Het is niet nodig een aanvullende veiligheidsstudie uit te voeren of extra maatregelen te nemen. *VR VCK Deel 0 Samenvatting 19\20
0.6.3 Drijflaagvorming Uit de resultaten van de modellering met Proteus 3.3 wordt duidelijk dat de risico s op drijflaagvorming (blauwe driehoekjes) verwaarloosbaar zijn. Het is niet nodig een aanvullende veiligheidsstudie uit te voeren of extra maatregelen te nemen. 0.6.4 Conclusie inzake risico s voor het oppervlakte water Uit de MRA-studie kan geconcludeerd worden dat geen sprake is van een verhoogd risico op drijflaagvorming en/of volumecontaminatie bij afstroming naar het oppervlaktewater. Er is enkel sprake van een acceptabel risiconiveau op volumecontaminatie. Derhalve zijn geen aanvullende maatregelen nodig ten aanzien van het verlagen van de risico s. 20\20 *VR VCK Deel 0 Samenvatting