Percutane galwegdrainage (PTCD)

Vergelijkbare documenten
Abcesdrainage/ Drainwissel

Radiologie. Angiografie.

Veneuze stentplaatsing

Percutane Transluminale Angioplastiek (dotteren) met eventuele stentplaatsing

Angiografie en PTA van de shunt

Radiologie. Embolisatie.

Radiologie. Trombolyse.

HMC-patiëntenpas Verhinderd

De volgende spullen neemt u mee naar het ziekenhuis

Radiofrequente ablatie (RFA) van een schildklierknobbel

Een PTC-drain. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Arthrografie in combinatie met MRI-onderzoek

Drainage. op de afdeling Radiologie

Drainage. op de afdeling Radiologie. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Echogeleide punctie of biopsie

Arthrografie met marcaïnisatie

Radiologie. Vertebroplastiek.

Radiologie. Myoomembolisatie.

Discografie: onderzoek van de tussenwervelschijf in de rug

Wat is een PRG-sonde Voor vrouwen Contrastmiddel Voorbereiding Het onderzoek

Blokkade van het ganglion stellatum bij opvliegers

Barbotage van de schouder

Hysterosalpingografie (HSG)

Radiofrequente ablatie RFA bij een levertumor

Punctie of biopsie met behulp van de CT-scan

Kleine dermatologische ingrepen

Embolisatie vena Porta

Coiling van een aneurysma in de hersenen

Punctie of biopsie met behulp van de CT-scan

CT-scan thorax-abdomen of abdomen

Röntgenonderzoek van de urineleider

CT-scan van de aorta of het linker atrium

Punctie met behulp van CT-scan

Maag-, Darm- en Leverziekten ERCP.

Nefrostomie Het inbrengen van een slangetje in het afvoersysteem van een nier

Radiologie. Echografie.

CT-IVP, een scan van de nieren en de blaas

Mohs micrografische chirurgie

CT-scan van de bijnieren met intraveneus contrastvloeistof

MRI-onderzoek van de dunne darm (enterografie)

Transoesofageale echografie met punctie

PTC-drain Radboud universitair medisch centrum

Anesthesiologie & Pijngeneeskunde. Plexus Coeliacus.

Radiologie. Cryoablatie.

CT-scan thorax-abdomen of abdomen

Punctie onder echo met opname

Biopsie met echo/ct-scan

Dubbel-J. Het inbrengen van een slangetje in het afvoersysteem van een nier naar de blaas

Angiografie: embolisatie van de bloedvaten het afsluiten van bloedvaten

Röntgenonderzoek van een shunt

Verwijderen van een blaassteen

Radiologie. CT-scan hals/thorax.

CT-scan met contrastvloeistof

Verhinderd HMC-patiëntenpas Wat is drainage?

Echocardiografie van het hart (met contrast)

Bescherming van de nieren

Chirurgie PICC.

Angiografie van het hoofd

Punctie in de buik met behulp van echografie

Permanente ascitesdrainage

Angiografie. Dotteren of stenten van bloedvaten. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Punctie in de buik met behulp van echografie

Angiografie met eventueel dotterprocedure van dialyseshunt

Galwegdrain (PTCD) 1/5

Continue epidurale katheter

Röntgenonderzoek van de urinebuis

Longbiopsie met CT-scan

Seldinger van de bloedvaten met opname op de afdeling dagbehandeling

Biopsie met echo/ct-scan

Hydrocele of spermatocele operatie

Punctie in de buik met echo

Neurologie en Neurochirurgie. Immunoglobuline-kuur.

Röntgenonderzoek van een shunt

Röntgenonderzoek van de dunne darm

Mevrouw/meneer. Dag Datum Tijdstip. U kunt zich melden bij het Inschrijfbureau op de begane grond.

Voorbereiding Voor dit onderzoek is een goede voorbereiding nodig; er zijn een aantal zaken die van te voren besproken moeten zijn:

H Nier en urinewegdrainage (nefrostomie)

Voorhuidplastiek of besnijdenis

Punctie / Drainage onder echogeleide Borst / Buik

Anesthesiologie & Pijngeneeskunde. Epiduroscopie.

Verwijderen van de sternumdraden

Radiologie. Patiënteninformatie. Leverbiopsie onder echogeleide. Slingeland Ziekenhuis

P A T I Ë N T E N I N F O R M A T I E

Radiologie. MRI-onderzoek.

CT-scan thorax-abdomen of abdomen

Punctie onder geleide van CT-scan

Voedingssonde via de buikwand. Percutane radiologische gastrostomie

Angiografie. Plaatsing van een PICC. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

Echocardiogram via de slokdarm (onder een roesje)

Radiologie CT-scan Computer tomografie

Urologie. Dubbel-J katheter.

RÖNTGENONDERZOEK VAN DE BLOEDVATEN eventueel met behandeling

Punctie / Drainage onder CT - geleide

Reconstructie van het onderooglid

Echo-bronchoscopie van de longen (EBUS)

Angiografie Dotteren of stenten van bloedvaten

Behandeling van een cyste

Anesthesiologie & Pijngeneeskunde. Gordelroos.

Thoracoscopie en drainage bij de Longfunctieafdeling

Galwegdrain (PTCD) Wat is een galwegdrain (PTCD)? Voorbereiding

Transcriptie:

Radiologie Percutane galwegdrainage (PTCD) www.catharinaziekenhuis.nl

Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl RAD056 / Percutane galwegdrainage (PTCD) / 23-04-2015 2

Percutane galwegdrainage (PTCD) Binnenkort wordt er bij u een slangetje (drain) in de galweg gebracht. Deze behandeling noemen we percutane galwegdrainage (PTCD). In deze folder vindt u informatie over deze behandeling. Wat is percutane galwegdrainage (PTCD)? Dit is een ingreep waarbij door de huid heen (percutaan) een slangetje (drain) in de galweg wordt gebracht. Om verschillende redenen kan het voorkomen dat er geen gal meer via de galwegen naar de dunne darm loopt. Het gevolg daarvan is dat de galproducten in het bloed komen. U kunt hierdoor geel worden en last krijgen van jeuk. Om het slangetje in de galweg te plaatsen, wordt gebruik gemaakt van een contrastvloeistof om de galwegen af te beelden. Zodra het slangetje in de galweg geplaatst is, kan de gal in het zakje van de drain aflopen en komt het niet meer in uw bloed terecht. Aandachtspunten Voor vrouwen: röntgenonderzoek kan beter niet worden gedaan als (de kans bestaat dat) u zwanger bent. Bij twijfel moet het onderzoek worden gedaan binnen tien dagen na de eerste dag van de menstruatie. Verander zo nodig uw afspraak. Tevens mag na contrasttoediening 24 uur lang geen borstvoeding gegeven worden. Contrastvloeistof: in de contrastvloeistof zit een jodiumverbinding. Jodiumhoudende stoffen kunnen een allergische reactie veroorzaken bij mensen die overgevoelig zijn voor deze stoffen. Dit kan tot een onaangename reactie leiden. Daarom is het belangrijk te weten of u hier overgevoelig voor bent. Als dat zo is, moet u dit bespreken met uw behandelend specialist. Wilt u het ook voor het onderzoek zeggen tegen de laborant(e) of radioloog? Bloedverdunners: wanneer u bloedverdunnende middelen gebruikt (bijvoorbeeld Marcoumar of Sintrom) kan het zijn dat u tijdelijk moet stoppen met deze middelen. Meld het uw arts als u deze middelen gebruikt. 3

Voorbereiding Voordat deze behandeling kan plaatsvinden, moet er eerst worden gecontroleerd of de stolling (dikte) van uw bloed goed is. Tevens krijgt u antibiotica, zowel voor als na de behandeling, om een mogelijke infectie tegen te gaan. U krijgt ook een infuusnaald in de ader van de arm om tijdens de behandeling medicatie toe te kunnen dienen. Als de behandeling gedaan wordt met een roesje, mag u vanaf middernacht niks meer eten en drinken (nuchter). Verloop van het onderzoek Met sedatieteam (roesje): op de röntgenkamer wordt eerst door middel van echografie (geluidsgolven) gekeken hoe de galwegen eruit zien en waar het beste kan worden geprikt. Daarna wordt de huid gedesinfecteerd (gereinigd met alcohol) en wordt u met steriele doeken toegedekt. Hierna zal het sedatieteam u een roesje geven. De radioloog geeft u daarna ook nog een prik voor de plaatselijke verdoving. Hierna wordt, aan de hand van het echobeeld, de galweg aangeprikt. De prikopening wordt iets opgerekt zodat het slangetje naar binnen kan worden gebracht. Dit laatste gebeurt met behulp van röntgendoorlichting. Wanneer het slangetje op de juiste plaats ligt, wordt deze afgeplakt met een pleister. U heeft nu een slangetje dat door de huid naar buiten komt met een opvangzakje voor de gal. Met dit slangetje kunt u normaal bewegen en onder de douche gaan. In sommige gevallen wordt er geen zakje aan het slangetje gedaan, maar wordt het slangetje 'afgedopt' met een dopje. Dit is alleen het geval wanneer de drain doorgevoerd ligt naar de darm. Dit is verschillend per patiënt en zal u verteld worden na afloop van het onderzoek. Zonder sedatieteam (alleen medicatie): op de röntgenkamer wordt eerst door middel van echografie (geluidsgolven) gekeken hoe de galwegen eruit zien en waar het beste kan worden geprikt. Daarna wordt de huid gedesinfecteerd (gereinigd met alcohol) en wordt u met steriele doeken toegedekt. Vervolgens wordt er een pijnstillend middel toegediend, evenals een middel waar u slaperig van kunt worden. De radioloog geeft u daarna ook nog een prik voor de plaatselijke verdoving. Hierna wordt aan de hand van het echobeeld de galweg aangeprikt. Het is belangrijk dat u dan zo stil en rustig 4

mogelijk blijft liggen. De radioloog kan u vragen om uw adem in te houden. De prikopening wordt iets opgerekt zodat het slangetje naar binnen kan worden gebracht. Dit laatste gebeurt met behulp van röntgendoorlichting. Wanneer het slangetje op de juiste plaats ligt, wordt deze afgeplakt met een pleister. U heeft nu een slangetje dat door de huid naar buiten komt met een opvangzakje voor de gal. Met dit slangetje kunt u normaal bewegen en onder de douche gaan. In sommige gevallen wordt er geen zakje aan het slangetje gedaan, maar wordt het slangetje afgedopt met een dopje. Dit is alleen het geval wanneer de drain doorgevoerd ligt naar de darm. Dit is verschillend per patiënt en zal u verteld worden na afloop van het onderzoek. Na het onderzoek Met sedatieteam: u gaat na het onderzoek even naar de recovery (uitslaapkamer). Vanuit daar gaat u weer naar de afdeling waar u opgenomen lag. Op deze afdeling mag u, in overleg met de zaalarts, weer normaal eten en drinken. Zonder sedatieteam: als u weer op de afdeling terug bent mag u, in overleg met de zaalarts, weer normaal eten en drinken. Bedrust is niet noodzakelijk. Belangrijk Wanneer er geen gal meer in het opvangzakje komt, kan dat betekenen dat het slangetje verstopt zit. Waarschuw in dit geval zo snel mogelijk uw behandelend arts van de afdeling. Deze kan bekijken of er iets aan de drain moet worden veranderd. 5

Mogelijke complicatie s Bij iedere punctie bestaat een kleine kans op een bloeding, die is meestal zo gering dat u daar weinig tot geen last van heeft. De gal die in het zakje loopt, kan aanvankelijk wat bloederig zijn. Hierover hoeft u zich niet ongerust te maken. Wanneer u niet meer bent opgenomen in het ziekenhuis en u krijgt thuis problemen met het slangetje (bijvoorbeeld wanneer er geen gal meer in het opvangzakje loopt, u pijn krijgt of de hechting loslaat), moet u altijd contact opnemen met uw behandelend arts. Als er zich een complicatie na 17.00 uur of in het weekend voordoet, belt u dan naar het algemene telefoonnummer van het Catharina Ziekenhuis. U wordt dan doorverbonden met de dienstdoende arts. Vragen Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling Radiologie. Contactgegevens Catharina Ziekenhuis 040-239 91 11 www.catharinaziekenhuis.nl Afdeling Radiologie 040 239 85 65 Routenummer(s) en overige informatie over de afdeling Radiologie kunt u terugvinden op www.catharinaziekenhuis.nl/radiologie. 6

7

Michelangelolaan 2 5623 EJ Eindhoven Postbus 1350 5602 ZA Eindhoven