Liturgie voor de gezamenlijke avonddienst op zondag 14 mei 2017, in de Gereformeerde Kerk te Den Ham, aanvang 19.00 uur. Voorganger: Ds. G. de Goeijen. Lied: Psalm 47,3 (OB) 3. God vaart voor het oog met gejuich omhoog; t schel bazuingeluid galmt Gods glorie uit. Heft den lofzang aan, zingt Zijn wonderdaan, zingt de schoonste stof, zingt des Konings lof met een zuiv ren galm, met een blijden psalm: Hij, de Vorst der aard, is die hulde waard. Welkom Lied: NLB 663 1. Al heeft Hij ons verlaten, Hij laat ons nooit alleen. Wat wij in Hem bezaten is altijd om ons heen als zonlicht om de bloemen een moeder om haar kind. Teveel om op te noemen zijn wij door Hem bemind. 2. Al is Hij opgenomen, houd in herinnering, dat Hij terug zal komen, zoals Hij van ons ging. Wij leven van vertrouwen, dat wij zijn majesteit van oog tot oog aanschouwen in alle eeuwigheid. Stil gebed, Votum en groet
Lied: Psalm 110, 1 en 5 (NB) 1. De Here God heeft tot mijn heer gesproken: Zit aan mijn rechterhand, Ik houd gericht. Ik zal uw vijand slaan, tot hij gebroken als voetbank aan uw voeten nederligt. 5. Over de volken zal hij oordeel spreken. Hij richt een slachting aan op 't wijde veld en op zijn tocht lest hij uit koele beken zijn dorst, en heft het hoofd op als een held. Gebed Schriftlezingen: Handelingen1: 1-11 en Romeinen 8: 31-39 (NBG) Handelingen 1: 1-11 1 Mijn eerste boek heb ik gemaakt, Teofilus, over al wat Jezus begonnen is te doen en te leren, 2 tot de dag dat Hij werd opgenomen, nadat Hij aan de apostelen, die Hij had uitgekozen, door de heilige Geest zijn bevelen had gegeven; 3 aan wie Hij Zich ook na zijn lijden met vele kentekenen levend heeft vertoond, veertig dagen lang hun verschijnende en tot hen sprekende over al wat het Koninkrijk Gods betreft. 4 En terwijl Hij met hen aanzat, gebood Hij hun Jeruzalem niet te verlaten, maar te blijven wachten op de belofte van de Vader, die gij (zeide Hij) van Mij gehoord hebt. 5 Want Johannes doopte met water, maar gij zult met de heilige Geest gedoopt worden, niet vele dagen na deze. 6 Zij dan, die daar bijeengekomen waren, vroegen Hem en zeiden: Here, herstelt Gij in deze tijd het koningschap voor Israël? 7 Hij zeide tot hen: Het is niet uw zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft, 8 maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde. 9 En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. 10 En toen zij naar de hemel staarden, terwijl Hij henenvoer, zie, twee mannen in witte klederen stonden bij hen, 11 die ook zeiden: Galileese mannen, wat staat gij daar en ziet op naar de hemel? Deze Jezus, die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen, als gij Hem ten hemel hebt zien varen.
Romeinen 8: 31-39 31 Wat zullen wij dan van deze dingen zeggen? Als God vóór ons is, wie zal tegen ons zijn? 32 Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen Zoon niet gespaard, maar voor ons allen overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alle dingen schenken? 33 Wie zal uitverkorenen Gods beschuldigen? God is het, die rechtvaardigt; 34 wie zal veroordelen? Christus Jezus is de gestorvene, wat meer is, de opgewekte, die ter rechterhand Gods is, die ook voor ons pleit. 35 Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking of benauwdheid, of vervolging of honger, of naaktheid, of gevaar, of het zwaard? 36 Gelijk geschreven staat: Om Uwentwil worden wij de ganse dag gedood, wij zijn gerekend als slachtschapen. 37 Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad. 38 Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch engelen noch machten, noch heden noch toekomst, noch krachten, 39 noch hoogte noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Here.
Lezing Heidelbergse Catechismus: zondag 18 (v/a 49) en zondag 19 (49.) Waarom is de hemelvaart van Christus voor ons belangrijk? 1. Hij is in de hemel bij de Vader om voor ons te pleiten. 2. Hij is een mens net als wij; Hij is het hoofd en wij zijn de leden van Zijn lichaam. Hij is als mens in de hemel, en dat geeft ons de zekerheid dat Hij ook ons bij Zich zal nemen. 3. Hij stuurt ons Zijn Geest als een onderpand*. Door de kracht van de Geest richten we ons op de dingen daarboven, waar Christus zit aan de rechterhand van God, niet op de dingen op aarde. *) onderpand betekent eigenlijk voorschot : je krijgt vast een klein deel, als garantie dat de rest later volgt. Zondag 19 (50.) Waarom staat er ook: zittend aan de rechterhand van God? Omdat Christus naar de hemel gegaan is om daar te laten zien dat Hij het Hoofd is van Zijn christelijke kerk. Door Hem regeert de Vader alle dingen. (51.) Waarom is het voor ons belangrijk dat Christus, ons Hoofd, verheerlijkt is? Ten eerste geeft Hij door Zijn Heilige Geest hemelse gaven aan ons, de leden van Zijn lichaam. Ook beschermt en bewaart Hij ons met Zijn macht tegen alle vijanden. (52.) Wat voor troost geeft het je, dat Christus terugkomt om de levenden en de doden te oordelen? In alle verdriet en vervolging verwacht ik met opgeheven hoofd de Rechter uit de hemel. Hij is dezelfde die zich voor mij door God heeft laten veroordelen en heel de vloek van mij heeft weggenomen. Hij zal al Zijn en mijn vijanden voor eeuwig veroordelen, maar mij en alle uitverkorenen bij Zich nemen in de hemelse vreugde en heerlijkheid. Lied: Weerklank 383: 1 en 2 (Melodie gezang 231) 1. Voor t oog van zijn discipelschaar ten hemel opgenomen, is Christus ons ten goede daar, totdat Hij weer zal komen. Die onze straf gedragen heeft en vrijspraak heeft verworven Hij komt en oordeelt al wie leeft en al wie zij gestorven.
2. Als mens is Hij niet meer op aard, als God zal Hij niet wijken. Zijn majesteit behoedt, bewaart en zijn gena zal blijken. Ook door zijn Geest, de Pinkstergeest, is Hij bij ons gebleven. Zo is zijn hemelvaart een feest, een zegen ons gegeven. Verkondiging Lied: Weerklank 383, 3 en 4 3. Hij is als Advocaat bereid bij Vader op te treden. Hoor hoe Hij bidt, hoor hoe Hij plet: Ik heb voor hen geleden. Ons Hoofd, Hij ging ons voor naar huis, als pand aan ons gegeven: Hij haalt zijn lidmaten eens thuis, om daar met Hem te leven. 4. Zijn Geest is ons in onze strijd als tegenpand gegeven, een kracht die ons voortdurend leidt en naar zijn wet doet leven, want boven is ons vaderland, waar Christus, onze Koning, gezeten aan Gods rechterhand, zijn troon heeft en zijn woning. Avondgebed Luther Inzameling der gaven
Lied: Weerklank 384 (Melodie: Psalm 150) 1. Lof zij Christus, die zijn werk voortzet als het Hoofd der kerk. In de hemel zit de Zoon rechts van Vader op de troon, namens God mag Hij regeren. Alles heeft Hij in zijn hand, hemel, aarde, zee en land moeten Koning Jezus eren. 2. t Voordeel van zijn heerlijkheid wordt alom ten toon gespreid. Gaven groot en gaven goed giet Hij uit in overvloed, deelt zijn Heil ge Geest ons mede. En zijn macht beschermt, bewaart, als een vijand onrust baart, tegen ons zijn plan gaat smeden. 3. Blij verwacht ik Hem, mijn Heer. Komt Hij op de wolken weer en spreekt Hij dan tot besluit als een Rechter t oordeel uit, dan hoef ik Hem niet te vrezen. Rechter die mijn Redder was, door zijn striemen mij genas, eeuwig zal ik bij Hem wezen. Zegen met gezongen Amen