NADER BODEMONDERZOEK ONDERGRONDSE TANK PATHOLOGIEGEBOUW TE LEIDEN WASSENAARSEWEG 62-64

Vergelijkbare documenten
Toetsing aan de Wet Bodembescherming (Wbb) BEATRIXSTRAAT Metalen ICP-AES. Minerale olie. Sommaties. Sommaties

Tabel 1 van 2 14,1 19,6

De grond rond de grondwaterstand (monster 101 (1,10 1,60)) is analytisch niet verontreinigd met nikkel.

Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd.

Tabel 1 van 2. AP04 : Organisch onderzoek - niet aromatisch A minerale olie mg/kg ds 53 36

Bij deze verstrekken wij de bevindingen van de herbemonstering van het grondwater uit peilbuis 50 ter plaatse van perceel Iepenlaan 21 De Kwakel.

Tabel 1 van 4. Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds 59 51

INPIJN-BLOKPOEL ingenieursbureau

VERKENNEND BODEMONDERZOEK VOORMALIGE TANK EN POMPINSTALLATIE OUDELANDSEWEG 44 TE WOERDEN

VERKENNEND BODEMONDERZOEK PERCEEL F213, PARALLELWEG-WEST 1 TE WOERDEN

Opdrachtverificatiecode : TXJO-VQIJ-YEPT-JGGA : 3 tabel(len) + 1 oliechromatogram(men) + 2 bijlage(n)

Hierbij doen wij u de resultaten toekomen van het nader bodemonderzoek op het sportpark De Koepel te Vught.

Verkennend bodemonderzoek

GRONDWATERMONITORING TERMINAL GREBBEDIJK 21 WAGENINGEN DS MILIEU-CONSULT BV RAPPORT NR JUNI 2016

DHV B.V. Woningstichting Barneveld/Apeldoornsestraat te Voorthuizen bijlage 1 MD-DE

1.1 Aanleiding Doel Kwaliteitsborging Aansprakelijkheid Leeswijzer... 2

Hierbij ontvangt u de resultaten van het tweede verificatieonderzoek dat is uitgevoerd ter plaatse van de Spoorkuil Nijmegen.

Hierbij ontvangt u de resultaten van het eerste verificatieonderzoek dat is uitgevoerd ter plaatse van de Spoorkuil Nijmegen.

Uw opdracht van uw kenmerk ons kenmerk datum 1 juni SI DM 14 juli 2016

Actualiserend bodemonderzoek Nesselande Noord 1 te Rotterdam

Aanvullend bodemonderzoek olieverontreiniging Deelplan 20 te Den Haag, Ypenburg

Het doel van het aanvullend onderzoek is het verkrijgen van aanvullende informatie over de verontreiniging.

NADER BODEMONDERZOEK VOLKSTUINEN NOORDERPAD TE ZUIDOOSTBEEMSTER

NADER BODEMONDERZOEK WESTPOORT TE HEERHUGOWAARD

A N A L Y S E - C E R T I F I C A A T

BIJLAGE 1 - Onderzoekslocatie -

De analyses en bewerkingen zijn uitgevoerd door een RvA-geaccrediteerd laboratorium.

VERKENNEND BODEMONDERZOEK NAAST MOLENWEG 44 TE BERKEL EN RODENRIJS

VERKENNEND BODEMONDERZOEK

VERKENNEND BODEMONDERZOEK ZUIDZIJDE 31 TE ROZENBURG

Behoort bij beschikking ZK d.d. BEM nr.(s) Medewerkster Publiekszaken / vergunningen

Besloten is de grond uit de rioolsleuven indicatief te onderzoeken. Het veldwerk is in twee fases uitgevoerd.

AANVULLEND BODEMONDERZOEK TOEKOMSTIG PERCEEL KERKPLEIN 5A (MOMENTEEL VOORSTRAAT 10) TE KOCKENGEN (KOCKENGEN, SECTIE F, NUMMER 2000 EN 2255)

28 april H678/DBI/rap4 De heer D.D.C.A. Bijl... : De heer S. Ubink : Postbus : 5200 MC s-hertogenbosch

Aanvullend bodemonderzoek Van Heuven Goedhartlaan 17 te Amstelveen. definitief. Uitgebracht aan: Gemeente Amstelveen Postbus BA AMSTELVEEN

Opdrachtverificatiecode : HSJU-HOTV-YSCQ-DOYS : 2 tabel(len) + 2 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n)

VERKENNEND BODEMONDERZOEK DIRK DEKKERSTRAAT TE ZUIDOOSTBEEMSTER (PERCELEN D3613 EN D3712 GED.)

MILIEUKUNDIG ONDERZOEK ASFALT, HAMERVELDSEWEG TE LEUSDEN

VERKENNEND BODEMONDERZOEK VERZETPLEIN (1) TE ZUIDOOSTBEEMSTER

VERKENNEND BODEMONDERZOEK PLAN DE KEYSER PERCELEN G946, 930, 931, 996 (-Y1) EN 717 (-Y2) TE MIDDENBEEMSTER

Regionale ligging van de onderzoekslocatie Bijlage I AMSTERDAM Locatie Topografische Dienst Nederland, Emmen Opdrachtgever Schaal Status Gemeente Amst

VERKENNEND BODEMONDERZOEK MIDDENWEG 16 TE HEERHUGOWAARD

bodemonderzoek I saneringsbegeleiding I partijkeuringen I waterbodemonderzoek I arbo/veiligheid I legionella

VERKENNEND BODEMONDERZOEK OORTJESPAD 3 TE KAMERIK. Kameryck, locaties midgetgolf en speelweide

BIJLAGEN BIJ TOELICHTING


VERKENNEND BODEMONDERZOEK OUDELANDSEWEG 44 TE WOERDEN

VERKENNEND EN NADER BODEMONDERZOEK UITWEG 5 TE LOPIKERKAPEL

Locatie aan de Vreelandseweg 11, 13, 17 en 19 te Nigtevecht

VERKENNEND BODEMONDERZOEK MIDDENWEG 14 TE HEERHUGOWAARD

VERKENNEND BODEMONDERZOEK ZIJDELVELD 58 TE UITHOORN

Verkennend bodemonderzoek Ouddiemerlaan , Diemen

VERKENNEND BODEMONDERZOEK MIDDELWEG 42/44/44A TE LEERSUM

Nader bodemonderzoek Sand Ambachtstraat 87 s-gravenzande Gemeente Westland


PARTIJKEURING GROND BOUWVAKKEN A TOT EN MET D OP EILAND IV VAN PLAN WATERRIJK IN DE GEMEENTE WOERDEN

VERKENNEND EN AANVULLEND BODEMONDERZOEK ACHTER GNEPHOEK 42 EN 42B TE ALPHEN AAN DEN RIJN

PARTIJKEURINGEN GROND HAAGWEGKWARTIER WEST TE LEIDEN

AANVULLEND BODEMONDERZOEK JOHAN DE WITTLAAN 13 TE WOERDEN

Verkennend bodemonderzoek middelbare school Startbaan 12 te Amstelveen. definitief. Uitgebracht aan:


VERKENNEND BODEMONDERZOEK OORTJESPAD 3 TE KAMERIK

Opmerkingen m.b.t. analyses

Bodemonderzoek Zorgcentrum De Keern Landsmeer. Definitief

VERKENNEND BODEMONDERZOEK SIMON VAN CAPELWEG 109 TE NOORDEN

VERKENNEND BODEMONDERZOEK PIEREBAAN 7 TE MONNICKENDAM

Verkennend bodemonderzoek tuin Anthonius Parochie aan de Kerklaan 26, Kortenhoef

ORIËNTEREND ONDERZOEK PROJECT ZAANSLOOD DEELGEBIED MEIDOORNLAAN, ESDOORNLAAN EN BERKENWEG TE ZAANDIJK

Het verkennend onderzoek is er niet op gericht om de exacte omvang en ernst van een eventuele verontreiniging aan te geven.

VERKENNEND BODEMONDERZOEK TECKOP 11 TE KAMERIK

VERKENNEND BODEMONDERZOEK SCHOOLSTRAAT 23 TE NIEUW VENNEP TERREIN WESTZIJDE NR 23

VERKENNEND BODEMONDERZOEK KERKLAAN 2 TE MOORDRECHT


rapport verkennend bodemonderzoek Sint Lucas Andreas Ziekenhuis Amsterdam Locatie nieuwe OK-ruimte

VERKENNEND BODEMONDERZOEK P. OTTSTRAAT TE SCHAGERBRUG

OVERZICHTSKAART MET BOORLOCATIES terrein noord (C) N 1 # 2 # 3 #Y F # # 7 #Y 8 # 9 # 12 # 11 # 10 #Y 13 # 14 F 15 # 17 # 16 # 21 # 18 # 20 #Y 22

Indicatief bodemonderzoek hoek Neckerdijk en Kanaalschans te Purmerend. definitief

VERKENNEND BODEMONDERZOEK HEERENWEG 59 TE BARSINGERHORN

ORIËNTEREND ONDERZOEK PROJECT ZAANSLOOD DEELGEBIED PIETER PAUWSTRAAT-BURGEMEESTER VAN DE STADTSTRAAT TE ZAANDAM

VERKENNEND (WATER)BODEMONDERZOEK JULIANADORP-OOST FASE 1

Verkennend bodemonderzoek

LABORATORIUMONDERZOEK...

VERKENNEND BODEMONDERZOEK BENEDEN OOSTDIJK OUD-BEIJERLAND DS MILIEU-CONSULT BV RAPPORT NR AUGUSTUS 2016

Verkennend bodemonderzoek "Westfriesedijk 3 te Aartswoud " projectnummer

PARTIJKEURING GROND DE LANGE LOOP 6 TE SCHAGEN

VERKENNEND BODEMONDERZOEK DAMMERWEG 13 TE NEDERHORST DEN BERG

Jan Zevenhuizen BV. Evaluatierapport bodemsanering op de locatie aan de Vlijtseweg 184 te Apeldoorn. projectnummer: /dh/sh datum: 20 maart 2017

VERKENNEND BODEMONDERZOEK EN ASBESTONDERZOEK. GEMEENTE BEEMSTER SECTIE G, NUMMERS 826 (ged.) en 827

rapport verkennend bodemonderzoek Sint Lucas Andreas Ziekenhuis Amsterdam Locatie nieuwe lounge

grondslag bodemkwaliteitsbureau VERKENNEND BODEMONDERZOEK PIEREBAAN 7 TE MONNICKENDAM

Verkennend bodemonderzoek Kortedijkje 8 Rockanje Gemeente Westvoorne

ORIËNTEREND ONDERZOEK PROJECT ZAANSLOOD DEELGEBIED J.J. ALLANSTRAAT , TE WESTZAAN

ORIËNTEREND ONDERZOEK PROJECT ZAANSLOOD DEELGEBIED JONGE ARNOLDUSSTRAAT. ZUIDDIJK en D. DONIASTRAAT TE ZAANDAM

Verkennend bodemonderzoek CPO Chrysantenstraat Naaldwijk Gemeente Westland

PARTIJKEURING GROND ZEPPELINSTRAAT 9 TE HOOGEVEEN

(ms/cm) >AW >T >I. Klei OCB Klasse AW Veiligheidsklasse = nvt. Zand OCB drins (som) - - Klasse AW Veiligheidsklasse = nvt

ORIËNTEREND ONDERZOEK PROJECT ZAANSLOOD DEELGEBIED LIJSTERBESLAAN EN MEIDOORNLAAN TE ZAANDIJK

VERKENNEND BODEMONDERZOEK. GEMEENTE BEEMSTER SECTIE D, NR. 94

VERKENNEND BODEMONDERZOEK ACHTER RIJPERWEG 112 TE MIDDENBEEMSTER

Bureau Schmidt T.a.v. de heer R. Schmidt Westersingel CK LEEUWARDEN

Transcriptie:

Behoort bij beschikking van Burgemeester en Wethouders van Leiden BV. 152776-26161 PROJECT 11977 NADER BODEMONDERZOEK ONDERGRONDSE TANK PATHOLOGIEGEBOUW TE LEIDEN WASSENAARSEWEG 62-64 Vestiging Kamerik Nijverheidsweg 7 3471 GZ Kamerik t 348 4213 Vestiging Heerhugowaard Galileistraat 69 174 SE Heerhugowaard t 72 5729457 Vestiging Steenwijk Oevers 16 8331 VC Steenwijk t 521 521924 www.grondslag.nl bodemonderzoek I saneringsbegeleiding I partijkeuringen I waterbodemonderzoek I arbo/veiligheid I wegenbouwadvies

Project 11977 Titel Projectleider Adviseur Nader bodemonderzoek ondergrondse tank Pathologiegebouw te Leiden Dhr. ing. R.A.F. Groot Dhr. J.N.L. den Otter Datum rapport 1 oktober 215 Opdrachtgever Contactpersoon Coen Hagedoorn Ontwikkeling Ambachtsweg 46 1271 AM Huizen Dhr. J. van Boxtel Het bodemonderzoek is uitgevoerd conform de richtlijnen die zijn opgesteld in de BRL SIKB 2. Grondslag is door KIWA gecertificeerd voor het verrichten van Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek conform deze BRL. Grondslag BV is als opdrachtnemer onafhankelijk van de opdrachtgever. Tussen beide bestaat geen relatie als bedoeld in paragraaf 3.1.7 van de BRL SIKB 2.

Project 11977 SAMENVATTING Soort: Doel: Opzet: Locatie: Nader bodemonderzoektank Vastleggen situatie t.p.v. tankinstallatie Conform NEN 574 (VEP-OO) Wassenaarseweg 62-64 te Leiden Kadastraal: Gemeente Leiden, sectie R, nummer 176 Oppervlakte: 8 m² Terreingebruik: Terreingebruik in omgeving: Hypothese: Leegstaand Bedrijfsmatig/educatie In verband met de aanwezigheid van de ondergrondse tankinstallatie, kunnen verhogingen aan minerale olie in de bodem worden verwacht. Nabij de met voorgaand onderzoek gemeten sterke verontreiniging kan eveneens een verhoging aan minerale olie worden verwacht. Aantal boringen en peilbuizen: boringen waarvan peilbuizen 7 Bodemopbouw: Zintuiglijke waarnemingen Resultaten grond: Conclusies:,-2,5 (zand) 2,5-4, (klei) In de boringen die zijn verricht ten behoeve van de afperking van de olieverontreiniging (26 en 27) is zintuiglijk geen verontreiniging met minerale olie waargenomen. In de boringen nabij de ondergrondse tank zijn eveneens geen waarnemingen (oliegeur en/of oliewaterreactie) gedaan die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van een olieverontreiniging. Licht verhoogd gehalte aan minerale olie t.p.v. de ontluchting. De gestelde hypothese, dat in verband met de aanwezigheid van de tankinstallatie verhogingen aan minerale olie in de bodem kunnen worden verwacht, is bevestigd. Ter plaatse van de ontluchting is een lichte verontreiniging met minerale olie gemeten. Dit betreft echter geen huisbrandolie. Bij de tank zelf is geen olieverontreiniging aangetoond. De sterke olieverontreiniging die tijdens het voorgaand onderzoek is aangetoond nabij het vulpunt (boring 11, van 1,5 tot 2,5 m-mv) blijkt zeer kleinschalig. Bij de afperkende boringen op circa drie meter afstand is geen olie aangetroffen. Dit komt overeen met de verwachting, aangezien in het grondwater van peilbuis 11 slechts lichte verhogingen zijn gemeten. De omvang van de olieverontreiniging ter plaatse wordt geraamd op enkele kuubs. Het betreft geen geval van ernstige bodemverontreiniging. De olietank dient te worden verwijderd als deze niet meer in gebruik is. Aanbevolen wordt om in overweging te nemen om meteen het olievlekje bij boring 11 te verwijderen.

Project 11977 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING EN DOEL 1 2 TERREINGEGEVENS 1 2.1 Oppervlakte 1 2.2 Bestemming locatie 1 2.3 Bronlocaties 1 2.4 Voorgaand bodemonderzoek 1 2.5 Hypothese en onderzoeksopzet 1 3 VELDWERK 2 3.1 Uitvoering 2 3.2 Resultaten 2 3.2.1 Grond 2 4 CHEMISCHE ANALYSES 2 4.1 Toetsingskader 2 4.2 Analyses grond 3 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 4 BIJLAGEN BIJLAGE I BIJLAGE II BIJLAGE III BIJLAGE IV BIJLAGE V : Kaartmateriaal : Boorbeschrijvingen : Toetsingstabellen : Analysecertificaten : Verklarende woordenlijst

1 Project 11977 1 INLEIDING EN DOEL Door Coen Hagedoorn Ontwikkeling is aan Grondslag opdracht verleend voor het uitvoeren van een nader bodemonderzoek ter plaatse van een ondergrondse huisbrandolietank bij het Universiteitsgebouw Pathologie aan de Wassenaarsestraat 62-64 te Leiden. Het onderzoek heeft tot doel het vastleggen van de bodemkwaliteit rondom de ondergrondse tank in verband met de voorgenomen verwijdering van de installatie. 2 TERREINGEGEVENS 2.1 Oppervlakte De onderzoekslocatie bevindt zich op kadastraal perceel gemeente Leiden, sectie R, nummer 1762 en is gelegen tegen het universiteitsgebouw Pathologie. De onderzoekslocatie heeft een oppervlakte van circa 8 m². De locatie is onverhard. 2.2 Bestemming locatie Op de onderzoekslocatie is een ondergrondse tank gelegen voor de opslag van huisbrandolie met een inhoud van 25. liter. Het vulpunt bevindt zich op circa 1 meter afstand, gemeten vanaf het middelpunt van de tank. De ontluchting bevindt zich op circa 8 meter afstand van de tank. 2.3 Bronlocaties De ondergrondse tank en de ontluchting worden als bronlocatie beschouwd. 2.4 Voorgaand bodemonderzoek Voorafgaand aan het onderzoek heeft er een verkennend bodemonderzoek plaatsgevonden rond het gehele universiteitsgebouw Pathologie (Grondslag BV, project 11977, d.d. 25 augustus 215). Hierbij is er ter plaatse van de tank in beperkte mate onderzoek uitgevoerd. Vooraf aan het verkennend onderzoek werd uitgegaan van een kleinere omvang (5. liter) en een andere ligging, gebaseerd op een beschikbare tekening van een onderzoek uit 213. Met het onderzoek is op een diepte van 1,5 2, m-mv een sterke verontreiniging met minerale olie aangetroffen ter plaatse van boring 11, op circa 4 meter afstand van het vulpunt. In het grondwater ter plaatse van deze boring zijn slechts lichte verhogingen aan naftaleen en minerale olie aangetoond. Ter plaatse van het vulpunt is visueel en analytisch geen verontreiniging waargenomen. 2.5 Hypothese en onderzoeksopzet In verband met de aanwezigheid van de ondergrondse tankinstallatie kunnen verhogingen aan minerale olie in de bodem worden verwacht. Rond de met voorgaand onderzoek gemeten sterke verontreiniging kan eveneens een verhoging aan minerale olie worden verwacht. Vermoedelijk betreft dit een kleinschalige verontreiniging omdat er in het grondwater slechts lichte verhogingen zijn gemeten.

2 Project 11977 De onderzoeksopzet volgt de strategie van de NEN 574 voor onderzoek bij een ondergrondse opslagtank (strategie VEP-OO), aangevuld met enkele afperkende boringen rond de gemeten sterke verontreiniging. Het grondwateronderzoek kan achterwege worden gelaten in verband met de resultaten van voorgaand onderzoek. 3 VELDWERK 3.1 Uitvoering Het verrichten van de boringen heeft plaatsgevonden op 23 september 215 onder leiding van dhr. H. Benjamins. In totaal zijn ter plaatse van de onderzoekslocatie zeven boringen verricht (nrs. 21 t/m 27). De boringen 21 tot en met 24 zijn aan de vier zijden van de tank verricht. De boring 25 is verricht ter plaatse van de ontluchting. Boringen 26 en 27 zijn op circa vier meter vanaf boring 11 verricht ten behoeve van de afperking van de verontreiniging met minerale olie. Alle boringen zijn verricht tot een minimale diepte van 1, m-mv (meter minus maaiveld). De boringen 26 en 27 zijn doorgezet tot een diepte van 3, m-mv. De boringen 21 tot en met 24 zijn doorgezet tot een diepte van 4, m-mv. De ligging van de boringen en de peilbuis is weergegeven in bijlage I. 3.2 Resultaten 3.2.1 Grond Bodemopbouw Vanaf het maaiveld tot een diepte van 2,5 m-mv bestaat de bodem hoofdzakelijk uit zand. Hieronder volgt klei. De boorprofielen zijn weergegeven in bijlage II. Zintuiglijke waarnemingen In de boringen die zijn verricht ten behoeve van de afperking van de olieverontreiniging (26 en 27) is zintuiglijk geen verontreiniging met minerale olie waargenomen. In de boringen nabij de ondergrondse tank zijn eveneens geen waarnemingen (oliegeur en/of oliewaterreactie) gedaan die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van een olieverontreiniging. Er is tijdens de uitvoering van het veldwerk ter plaatse van de onderzoekslocatie visueel geen asbestverdacht materiaal in of op de bodem aangetroffen. 4 CHEMISCHE ANALYSES De analyses en bewerkingen zijn uitgevoerd door een RvA-geaccrediteerd laboratorium. 4.1 Toetsingskader De analyseresultaten zijn getoetst aan de normwaarden uit de Circulaire Bodemsanering per 1 juli 213 en Bijlage B van de Regeling Bodemkwaliteit. Hierin zijn de achtergrond-

3 Project 11977 waarden (grond), streefwaarden (grondwater) en interventiewaarden (grond en grondwater) gedefinieerd. In de NEN 574 is daarnaast een tussenwaarde (T-waarde) gedefinieerd als het rekenkundig gemiddelde van de achtergrond-/streefwaarde en de interventiewaarde. Overschrijdingen van de normen kunnen worden geïnterpreteerd als een: lichte verhoging : matige verhoging: sterke verhoging : gehalte > achtergrondwaarde (grond) of streefwaarde (grondwater) gehalte > T-waarde (tussenwaarde) gehalte > interventiewaarde Een verhoging ten opzichte van de T- of interventiewaarde vormt aanleiding tot het uitvoeren van een aanvullend onderzoek. De meetwaarden worden gecorrigeerd naar een standaard bodemtype met 25% lutum en 1% organische stof. Deze gestandaardiseerde meetwaarden worden berekend en getoetst via de landelijke toetsingsmodule BoToVa (Bodem Toets- en Validatieservice). De toetsing is opgenomen in bijlage III. De normen geldend voor grond voor barium zijn ingetrokken. Gebleken is dat de interventiewaarde voor barium lager was dan het gehalte dat van nature in de bodem voorkomt. Alleen als verhoogde bariumgehalten het gevolg zijn van een antropogene bron (menselijk handelen), kan het bevoegd gezag dit gehalte beoordelen aan de voormalige normen. Het gehalte barium moet wel gemeten blijven worden. Conform de Wet Bodembescherming (Wbb) is de ernst van de verontreiniging gerelateerd aan een omvangscriterium. Om van een geval van ernstige bodemverontreiniging te spreken, dient voor tenminste één stof de gemiddelde concentratie van minimaal 25 m³ grond of 1 m³ bodemvolume grondwater de interventiewaarde te worden overschreden. Voor een geval van ernstige bodemverontreiniging dat is ontstaan vóór 1987 geldt formeel een saneringsplicht. In de praktijk wordt een sanering alleen verplicht gesteld indien sprake is van actuele risico s, of indien dat bij een functiewijziging (bijvoorbeeld bouw) noodzakelijk is. Bij ongewijzigd gebruik en de afwezigheid van risico s wordt bij een historische verontreiniging geen termijn aan de saneringsverplichting opgelegd. Indien de verontreiniging geheel of grotendeels na 1 januari 1987 is ontstaan, is sprake van een nieuw geval van bodemverontreiniging. Vanuit de zorgplicht in de Wet bodembescherming dient een nieuw geval van bodemverontreiniging, ongeacht de mate en omvang van de verontreiniging, in beginsel terstond te worden verwijderd. 4.2 Analyses grond De analyseresultaten zijn weergegeven in tabel 4.1. De analysecertificaten zijn opgenomen in bijlage IV, de toetsing in bijlage III. Tabel 4.1: Gestandaardiseerde analyseresultaten grond (mg/kg d.s.) Ref Monster (m-mv) Waarnemingen Olie Tank1 21 (1,4-1,9) 24 (1,5-2,) Tank2 22 (1,8-2,3) 23 (1,7-2,2) - - - -

4 Project 11977 ONTL1 25 (,-,5) - 2 Ref : referentie op het analysecertificaat waarneming : + (sporen/zwak), ++ (matig), +++ (sterk), ++++ (uiterst) - : het gehalte is kleiner dan of gelijk aan de achtergrondwaarde (of detectielimiet) getal : het gehalte overschrijdt de achtergrondwaarde getal* : het gehalte overschrijdt de T-waarde getal** : het gehalte overschrijdt de interventiewaarde De geselecteerde (meng)monsters zijn geanalyseerd op minerale olie. In het mengmonster Tank1, samengesteld uit de boringen rond de tank 21 en 24, zijn geen verhogingen aan minerale olie gemeten. In het mengmonster Tank2, samengesteld uit de boringen rond de tank 22 en 23, zijn geen verhogingen aan minerale olie gemeten. In het monster van de bovengrond ter plaatse van de ontluchting (25,,-,5 m- mv) is een lichte verhoging aan minerale olie aangetoond. Op basis van het oliechromatogram kan worden geconcludeerd dat de verhoging aan minerale olie voornamelijk wordt veroorzaakt door een zwaardere oliesoort (geen huisbrandolie). 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN De milieuhygiënische kwaliteit van de bodem rond de ondergrondse tankinstallatie naast het Universiteitsgebouw Pathologie aan de Wassenaarseweg 62-64 te Leiden is vastgelegd. De gestelde hypothese, dat in verband met de aanwezigheid van de tankinstallatie verhogingen aan minerale olie in de bodem kunnen worden verwacht, is bevestigd. Ter plaatse van de ontluchting is een lichte verontreiniging met minerale olie gemeten. Dit betreft echter geen huisbrandolie. Bij de tank zelf is geen olieverontreiniging aangetoond. De sterke olieverontreiniging die tijdens het voorgaand onderzoek is aangetoond nabij het vulpunt (boring 11, van 1,5 tot 2,5 m-mv) blijkt zeer kleinschalig. Bij de afperkende boringen op circa drie meter afstand is geen olie aangetroffen. Dit komt overeen met de verwachting, aangezien in het grondwater van peilbuis 11 slechts lichte verhogingen zijn gemeten. De omvang van de olieverontreiniging ter plaatse wordt geraamd op enkele kuubs. Het betreft geen geval van ernstige bodemverontreiniging. De olietank dient te worden verwijderd als deze niet meer in gebruik is. Aanbevolen wordt om in overweging te nemen om meteen het olievlekje bij boring 11 te verwijderen.

BIJLAGE I

overzichtskaart 13 N 27 24 26 11 21 12 L L 22 Pathologie 23 vulpunt 121 25 verdiepte gang Legenda BOORPUNTENKAART - boorpunt - boorpunt voorgaand onderzoek - boorpunt met peilbuis voorgaand onderzoek ontluchting - olie in grond > interventiewaarde - ondergrondse hbo tank - onderzoekslocatie 2 4 6 8 m Schaal: 1:2 Opdrachtgever: Coen Hagedoorn Ontwikkeling Formaat: A3 Project: Universiteit Leiden (Anatomiegebouw) Project nummer: 11977 Datum : 29-9-215 Getekend: A.J./ B.V. Bestandsnaam: 11977tek_pathologie Kamerik (gem. Woerden) Nijverheidsweg 7, 3471 GZ Tel: 348-4213 Fax: 348-4273 Heerhugowaard Galileistraat 69, 174 SE Tel: 72-5729457 Fax: 72-5721744 Steenwijk Oevers 16, 8331 VC Tel: 521-521924 Fax: 521-521928

BIJLAGE II

Legenda (conform NEN 514) grind klei geur Grind, siltig Klei, zwak siltig geen geur zwakke geur Grind, zwak zandig Klei, matig siltig matige geur sterke geur Grind, matig zandig Klei, sterk siltig uiterste geur Grind, sterk zandig Klei, uiterst siltig olie geen olie-water reactie zwakke olie-water reactie Grind, uiterst zandig Klei, zwak zandig matige olie-water reactie sterke olie-water reactie Klei, matig zandig uiterste olie-water reactie zand Zand, kleiïg Klei, sterk zandig p.i.d.-waarde > >1 Zand, zwak siltig Zand, matig siltig leem Leem, zwak zandig >1 >1 >1 >1 Zand, sterk siltig Leem, sterk zandig monsters Zand, uiterst siltig geroerd monster overige toevoegingen ongeroerd monster zwak humeus veen Veen, mineraalarm matig humeus overig bijzonder bestanddeel Veen, zwak kleiïg sterk humeus Gemiddeld hoogste grondwaterstand grondwaterstand Veen, sterk kleiïg zwak grindig Gemiddeld laagste grondwaterstand slib Veen, zwak zandig matig grindig water Veen, sterk zandig sterk grindig peilbuis blinde buis casing hoogste grondwaterstand gemiddelde grondwaterstand laagste grondwaterstand bentoniet afdichting filter

Boring: 21 Boring: 22 1 3 gras Zand, matig fijn, zwak kleiïg, matig humeus, sporen baksteen, geen olie-water reactie, bruin 1 gras Klei, zwak zandig, zwak humeus, sporen baksteen, geen olie-water reactie, bruingrijs 5 2 8 Klei, matig zandig, zwak humeus, zwak roesthoudend, geen olie-water reactie, donkergrijs 5 2 5 8 Klei, matig zandig, zwak humeus, zwak baksteenhoudend, zwak roesthoudend, geen olie-water reactie, bruingrijs 1 4 Zand, matig grof, zwak siltig, sporen roest, geen olie-water reactie, grijsbeige 1 3 11 Klei, sterk zandig, zwak humeus, matig baksteenhoudend, matig afvalhoudend, geen olie-water reactie, donkergrijs Zand, matig grof, zwak siltig, grijsbeige 14 4 15 5 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs 15 5 18 2 2 6 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs 6 25 25 7 7 3 3 8 8 35 36 35 36 1 Klei, matig siltig, geen olie-water reactie, grijs 1 Klei, matig zandig, zwak humeus, bruingrijs 4 4 4 4 Boring: 23 Boring: 24 1 gras Zand, matig grof, sterk kleiïg, zwak humeus, sporen afval, geen olie-water reactie, bruingrijs 1 gras Zand, matig grof, zwak kleiïg, zwak humeus, geen olie-water reactie, grijsbeige 5 6 5 Zand, matig grof, matig kleiïg, sporen roest, geen olie-water reactie, grijsbeige 2 1 15 4 5 12 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijsbeige 1 15 3 1 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, beige 4 2 6 2 21 Zand, matig grof, zwak siltig, grijs 6 25 7 25 7 3 8 3 8 35 9 1 36 Klei, matig siltig, geen olie-water reactie, grijs 35 9 35 Klei, matig humeus, geen olie-water reactie, bruin 4 4 4 4 Projectnaam: Universiteitsterrein Leiden Project: 11977 getekend volgens NEN-EN-ISO 14688

Boring: 25 Boring: 26 1 groenstrook Klei, sterk zandig, zwak humeus, sporen roest, geen olie-water reactie, donkergrijs 3 gras Zand, matig fijn, matig humeus, sporen wortels, geen olie-water reactie, bruin 5 2 5 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, beige 5 8 Zand, matig fijn, zwak humeus, sporen grind, sporen baksteen, geen olie-water reactie, bruinbeige 1 1 1 11 Klei, matig zandig, zwak humeus, sporen baksteen, geen olie-water reactie, donkergrijs 15 Zand, matig grof, zwak siltig, matig baksteenhoudend, sterk grindhoudend, zwak betonhoudend, geen olie-water reactie, bruinbeige 17 Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs 2 24 25 Klei, matig siltig, geen olie-water reactie, grijs 3 3 Boring: 27 2 tegel Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, beige Zand, matig fijn, zwak humeus, geen olie-water reactie, bruinbeige 5 1 11 15 16 Zand, matig grof, zwak siltig, zwak baksteenhoudend, matig grindhoudend, zwak betonhoudend, geen olie-water reactie, bruin Zand, matig grof, zwak siltig, geen olie-water reactie, grijs 2 24 25 Klei, matig siltig, geen olie-water reactie, grijs 3 3 Projectnaam: Universiteitsterrein Leiden Project: 11977 getekend volgens NEN-EN-ISO 14688

BIJLAGE III

Project Certificaten Toetsing Toetsversie 11977-Universiteitsterrein Leiden 554575 T.12 - Beoordeling kwaliteit van grond volgens Wbb BoToVa 2.. Toetsdatum: 29 september 215 8:4 Monsterreferentie 3956847 Monsteromschrijving MMtank1 21 (14-19) 24 (15-2) Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Lutum/Humus Organische stof % (m/m ds).1 1 Lutum % (m/m ds) 25. 25 Droogrest droogrest % 78.2 78.2 @ Minerale olie minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds < 35 < 12-19 2595 5 Monsterreferentie 3956848 Monsteromschrijving MMtank2 22 (18-23) 23 (17-22) Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Lutum/Humus Organische stof % (m/m ds).1 1 Lutum % (m/m ds) 25. 25 Droogrest droogrest % 78.9 78.9 @ Minerale olie minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds < 35 < 12-19 2595 5 Monsterreferentie 3956849 Monsteromschrijving ONTL1 25 (-5) Analyse Eenheid Analyseres. Gestand.Res. Toetsoordeel AW T I Lutum/Humus Organische stof % (m/m ds) 1.7 1 Lutum % (m/m ds) 25. 25 Droogrest droogrest % 82.2 82.2 @ Minerale olie minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds 39 2 1. AW 19 2595 5 Legenda @ x AW - Geen toetsoordeel mogelijk x maal Achtergrondwaarde <= Achtergrondwaarde Pagina 1 van 1

BIJLAGE IV

Grondslag Heerhugowaard T.a.v. de heer J. den Otter Galileistraat 69 174 SE HEERHUGOWAARD Uw kenmerk : 11977-Universiteitsterrein Leiden Ons kenmerk : Project 554575 Validatieref. : 554575_certificaat_v1 Opdrachtverificatiecode : AQYM-STZL-NKJR-YWQL Bijlage(n) : 2 tabel(len) + 1 oliechromatogram(men) + 1 bijlage(n) Amsterdam, 29 september 215 Hierbij zend ik u de resultaten van het laboratoriumonderzoek dat op uw verzoek is uitgevoerd in de door u aangeboden monsters. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op de monsters, zoals die door u voor analyse ter beschikking werden gesteld. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel uitbesteed onderzoek, uitgevoerd door Eurofins Omegam volgens de methoden zoals ze zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat L86 en/of in de bundel "Analysevoorschriften Eurofins Omegam". De in dit onderzoek uitgevoerde onderzoeksmethoden van de geaccrediteerde analyses zijn in een aparte bijlage als onderdeel van dit analyse-certificaat opgenomen. De methoden zijn, voor zover mogelijk, ontleend aan de accreditatieprogramma's/schema's en NEN- EN- en/of ISO-voorschriften. Ik wijs u erop dat het analyse-certificaat alleen in zijn geheel mag worden gereproduceerd. Ik vertrouw erop uw opdracht volledig en naar tevredenheid te hebben uitgevoerd. Heeft u naar aanleiding van deze rapportage nog vragen, dan verzoek ik u contact op te nemen met onze klantenservice. Hoogachtend, namens Eurofins Omegam, Ing. J. Tukker Manager productie Op dit certificaat zijn onze algemene voorwaarden van toepassing. Dit analyse-certificaat mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Eurofins Omegam B.V. T +31-()2-597 66 8 IBAN NL 16 BNPA 22766798 H.J.E. Wenckbachweg 12 F +31-()2-597 66 89 BIC BNPANL2A NL-1114 AD Amsterdam-Duivendrecht klantenservice@omegam.nl BTW nr. NL8139.67.132.B1 Nederland www.omegam.nl KvK nr. 34215654

Tabel 1 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : 554575 Project omschrijving : 11977-Universiteitsterrein Leiden Opdrachtgever : Grondslag Heerhugowaard Monsterreferenties 3956847 = MMtank1 21 (14-19) 24 (15-2) 3956848 = MMtank2 22 (18-23) 23 (17-22) 3956849 = ONTL1 25 (-5) Opgegeven bemonsteringsdatum : 23/9/215 23/9/215 23/9/215 Ontvangstdatum opdracht : 24/9/215 24/9/215 24/9/215 Startdatum : 24/9/215 24/9/215 24/9/215 Monstercode : 3956847 3956848 3956849 Matrix : Grond Grond Grond Monstervoorbewerking S AS3 (steekmonster) uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd S gewicht artefact g < 1 < 1 < 1 S soort artefact nvt nvt nvt S voorbewerking AS3 uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd Algemeen onderzoek - fysisch S droogrest % 78,2 78,9 82,2 S organische stof (gec. voor lutum) % (m/m ds),1 <,1 1,7 Organische parameters - niet aromatisch S minerale olie (florisil clean-up) mg/kg ds < 35 < 35 39 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. - De met een 'Q' gemerkte analyses zijn door RvA geaccrediteerd (registratienummer L86). - De met een 'S' gemerkte analyses zijn op basis van het schema AS 3 geaccrediteerd. Opdrachtverificatiecode: AQYM-STZL-NKJR-YWQL Ref.: 554575_certificaat_v1

Tabel 2 van 2 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : 554575 Project omschrijving : 11977-Universiteitsterrein Leiden Opdrachtgever : Grondslag Heerhugowaard Opmerkingen m.b.t. analyses Opmerking(en) algemeen Organische stof gehalte (gecorrigeerd voor lutum en vrij ijzer in de vorm van Fe2O3) Het organische stofgehalte is gecorrigeerd voor het in het analysecertificaat gerapporteerde lutumgehalte. Indien het lutumgehalte niet is gerapporteerd is de correctie uitgevoerd met een lutumgehalte van 5,4% (gemiddeld lutumgehalte Nederlandse bodem, AS31/AS321, prestatieblad organische stofgehalte in grond/waterbodem). Indien het vrij ijzergehalte is bepaald en groter is dan 5 % m/m, is bij de berekening van het organische stof gecorrigeerd voor dat gehalte aan vrij ijzer. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: AQYM-STZL-NKJR-YWQL Ref.: 554575_certificaat_v1

Oliechromatogram 1 van 1 OLIE-ONDERZOEK Monstercode : 3956849 Project omschrijving : 11977-Universiteitsterrein Leiden Uw referentie : ONTL1 25 (-5) Methode : minerale olie (florisil clean-up) OLIECHROMATOGRAM oliefractieverdeling OLIEFRACTIEVERDELING 1) fractie > C1 - C19 13 % 2) fractie C19 - C29 45 % 3) fractie C29 - C35 34 % 4) fractie C35 -< C4 8 % minerale olie gehalte: 39 mg/kg ds ANALYSEMETHODE Voorbewerking grond : Extractie gebaseerd op NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking AP4 : Extractie conform NEN 6978, incl. florisil clean-up. Voorbewerking water : Extractie gebaseerd op ISO 9377-2, incl. florisil clean-up. Analyse : Gaschromatograaf met capillaire kolom en vlamionisatie detectie. Interpretatie : Raadpleeg voor de typering van de oliesoort de OMEGAM oliebibliotheek. De volgende aanvullende clean-up mogelijkheden kunnen worden aangevraagd: Veen clean-up : Verwijdert eventuele restanten natuurlijke verbindingen uit extract. De hoogte van de signalen is geen maat voor de concentratie van de olie in het monster. (Het chromatogram heeft een variabele schaalindeling) Bij een minerale olie gehalte kleiner dan de rapportagegrens worden geen oliefracties weergegeven. Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: AQYM-STZL-NKJR-YWQL Ref.: 554575_certificaat_v1

Bijlage 1 van 1 A N A L Y S E C E R T I F I C A A T Project code : 554575 Project omschrijving : 11977-Universiteitsterrein Leiden Opdrachtgever : Grondslag Heerhugowaard Analysemethoden in Grond (AS3) AS3 In dit analysecertificaat zijn de met 'S' gemerkte analyses uitgevoerd volgens de analysemethoden beschreven in het "Accreditatieschema Laboratoriumanalyses voor grond-, waterbodem- en grondwateronderzoek (AS SIKB 3)". Het laboratoriumonderzoek is uitgevoerd volgens de onderstaande analysemethoden. Deze analyses zijn vastgelegd in het geldende accreditatie-certificaat met bijbehorende verrichtingenlijst L86 van Eurofins Omegam BV. Samplemate : Conform AS3 en NEN-EN 16179 Droogrest : Conform AS31 prestatieblad 2 Organische stof (gec. voor lutum) : Conform AS31 prestatieblad 3 Minerale olie (florisil clean-up) : Conform AS31 prestatieblad 7 Dit analyse-certificaat, inclusief voorblad en eventuele bijlage(n), mag niet anders dan in zijn geheel worden gereproduceerd. Opdrachtverificatiecode: AQYM-STZL-NKJR-YWQL Ref.: 554575_certificaat_v1

BIJLAGE V

Verklarende woordenlijst Wet bodembescherming (Wbb): Deze wet is er vooral op gericht om in het belang van het milieu regels te stellen om bodemverontreiniging te voorkomen, te onderzoeken en te saneren. NEN-5725: Richtlijn voor gedegen vooronderzoek. Het vooronderzoek wordt uitgevoerd voorafgaand aan het feitelijke onderzoek van de bodem (= veld- en laboratoriumonderzoek). De bij het vooronderzoek verzamelde informatie dient om te komen tot een adequate invulling van het veld- en laboratoriumonderzoek en draagt bij aan de verklaring van de resultaten van het bodemonderzoek. NEN-574: Deze norm beschrijft de werkwijze voor het opstellen van de onderzoeksstrategie bij verkennend bodemonderzoek naar de aanwezigheid van bodemverontreiniging. De norm is van toepassing op verkennend onderzoek van zowel onverdachte als verdachte locaties. Standaard NEN analysepakket grond en grondwater Boven- en ondergrond Metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel, zink) * * Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen (PAK) * Polychloorbifenylen (PCB) * Minerale olie * * Vluchtige aromaten (BTEXSN) * Vluchtige chlooralifaten (VOCl) * m-mv: diepte in meter minus maaiveld ph en EC: zuurgraad en Geleidingsvermogen Grondwater NTU: de eenheid waarin troebelheid (van onder andere) water wordt uitgedrukt. Conform het Kwaliteitshandboek van Grondslag wordt de troebelheid in afwijking van de NEN5744:211 direct bij terugkomst op kantoor gemeten in plaats van in het veld. In het Kwaliteitshandboek is hiervoor de motivatie opgenomen. Streefwaarde: deze waarde geeft voor grondwater aan wat het ijkpunt is voor de milieukwaliteit op de lange termijn, uitgaande van Verwaarloosbare Risico s voor het ecosysteem Achtergrondwaarde: deze waarde is voor grond vastgesteld op basis van de gehalten zoals die voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden in Nederland die niet zijn belast door lokale verontreinigingsbronnen. Interventiewaarde: Is de waarde die het kwaliteitsniveau aangeeft, waarop de functionele eigenschappen van de bodem, voor mens, dier en plant ernstig zijn verminderd of dreigen tot worden verminderd. T-waarde (tussenwaarde): Is voor grondwater gelijk aan (streefwaarde+interventiewaarde)/2 en voor grond gelijk aan (achtergrondwaarde+interventiewaarde)/2. Overschrijding van de T-waarde geeft aan dat er mogelijk een aanvullend/nader onderzoek nodig is. Maximale Waarde wonen (MWw): deze waarde geeft de bovengrens aan van de kwaliteit die nodig is om de bodem blijvend geschikt te houden voor de functie wonen. Maximale Waarde industrie (MWi): deze waarde geeft de bovengrens aan van de kwaliteit die nodig is om de bodem blijvend geschikt te houden voor de functie industrie. Gebruikte afkortingen van stoffen: Ba Barium Olie Minerale olie Cd Cadmium VAK Vluchtige Aromatische Koolwaterstoffen Co Kobalt B Benzeen Cu Koper T Tolueen Hg Kwik E Ethylbenzeen Pb Lood X Xylenen Mo Molybdeen S Styreen Ni Nikkel Naft. Naftaleen Zn Zink VOCl Vluchtige Organochloorverbindingen PAK Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen PCB Polychloorbifenylen Oer: een inspoelingslaag van sesqui-oxiden (aluminium- en ijzeroxiden) boven de hoogste grondwaterstand. De oxiden zijn afkomstig van hoger gelegen bodemhorizonten. Oer is vaak harder dan het bodemmateriaal zelf. Gley: (oranje-bruine) ijzer-/roestvlekken die worden gevormd als gevolg van een fluctuerende grondwaterstand. Gley komt, in tegenstelling tot oer, niet voor in hardere brokjes maar uit zich voornamelijk in kleurverschil. 1

Conserveringstermijnen: In enkele gevallen kan analyse van een monster niet plaats vinden binnen een vastgestelde conserveringstermijn. Voorbeelden zijn het uitsplitsen van mengmonsters en het gefaseerd analyseren van monsters bij nader onderzoek. Overschrijding van de conserveringstermijn leidt tot een opmerking in de bijlagen bij een analysecertificaat. De maximale conserveringstermijn is stofafhankelijk. Voor enkele vluchtige verbinden (aromaten, naftaleen) geldt een termijn van 4 dagen. Voor droge stof en minerale olie bedraagt de termijn 7 dagen. Overige stoffen hebben een langere conserveringstermijn (PAK 14 dagen, organische stof 28 dagen, zware metalen 6 maanden). Conserveringstermijnen zijn opgesteld in SIKB-protocol 31 (versie 3, september 29). De conserveringstermijn is vastgesteld op de periode waarbinnen de standaardafwijking van het meetresultaat niet meer dan 2,5 of 5 % bedraagt (afhankelijk van het monstertype). Analyse op droge stof vindt bij elke grondanalyse plaats. Overschrijding van een conserveringstermijn vindt derhalve veelal plaats op basis van deze parameter (termijn 7 dagen). Omegam Laboratoria heeft eigen onderzoek verricht naar de conserveringstermijn van droge stof (rapportage juni 27, verricht conform NEN-ISO 11465 en gevalideerd op basis van SIKB project 55). Uit het rapport blijkt dat de gehaltes droge stof bij een conserveringstermijn van tenminste 42 dagen niet afnemen. Overschrijding van een conserveringstermijn bedraagt over het algemeen niet meer dan enkele dagen. In die tijd worden de monsters altijd koel en donker bewaard. Gezien de geringe standaardafwijking van 2,5 of 5 % waarop een conserveringstermijn is gedefinieerd, wordt gesteld dat een meetresultaat bij een geringe overschrijding van de conserveringstermijn, ook slechts in geringe mate kan afwijken van het daadwerkelijke gehalte op het moment van monstername. 2