VERWARMEN/KOELEN TECHNISCHE INFORMATIE. Wandverwarmingen

Vergelijkbare documenten
Hoogste efficiëncy, kortste bouwtijd de droogbouw-lichtgewicht voor wand en vloer

VERWARMEN/KOELEN TECHNISCHE INFORMATIE. Renovatiesysteem Minitec

Sinds jaren beproefd, met precisie geïnstalleerd de flexibele vloerverwarming voor de woningbouw en bedrijven

Uittreksel. Uponor simply more

VERWARMEN/KOELEN VLOERVERWARMINGSSYSTEMEN PROFI. De voordelige vloerverwarmingssystemen flexibel, snel en eenvoudig te monteren

Snel en veilig geïnstalleerd het noppenplaatsysteem voor montage conform de normen

VERWARMEN/KOELEN TECHNISCHE INFORMATIE. Droogbouwsysteem Siccus

Uponor Minitec de ideale vloerverwarming voor renovatie zonder breekwerk MINIMALE MONTAGEHOOGTE, MAXIMAAL COMFORT

Corus Strip Products IJmuiden. Comfort Vite. De elegante uitstraling van warmte overal

fermacell Technische tip

Bij het droogbouwsysteem van SCHÜTZ worden de verwarmingsbuizen m.b.v. warmtegeleidingsprofielen binnen de warmte-isolatie gelegd.

Module vloer. Module wand. Module plafond. 3 unieke droogbouwsystemen voor verwarming en koeling

RIHOCELL vloer-, wanden plafondsystemen

Onbeperkte ruimtelijke vrijheid, absolute rendabiliteit. De vloerverwarming voor industriëleen bedrijfsoppervlakken

Uponor Renovis DROOGBOUWPANELEN MET GEÏNTEGREERDE OPPERVLAKTEVERWARMING/-KOELING VOOR WAND EN PLAFOND

Voor het plannen van een SCHÜTZ-vloerverwarming volgens DIN EN droogbouwsysteem. Type: 14 x 2 mm 16 x 2 mm 17 x 2 mm 20 x 2 mm 25 x 2,3 mm

Vloerverwarmingsverdeler I.6.2. Vloerverwarmingsverdeler

Uponor Minitec DE IDEALE VLOERVERWARMING VOOR RENOVATIE ZONDER BREEKWERK

Uponor vloerverwarming voor nieuwbouw en renovatie WARMTE-AFGIFTETABELLEN VOLGENS DIN EN 1264

I Ontwerpdiagrammen. Basisinformatie en aanwijzingen over ontwerpdiagrammen

TOPKOELING Register-w andkoeling Module-wandkoeling Module-plafondkoeling COMFORT ALS UITGANGSPUNT

Renovatiesysteem R50 I.6. R50 : het nieuwe vloerverwarmingssysteem voor gebouwrenovatie. Voordelen: Dragende ondergrond

Uponor Minitec DE IDEALE VLOERVERWARMING VOOR RENOVATIE ZONDER BREEKWERK

ROCKWOOL SOUNDMAXX Akoestisch isolatiesysteem

Innovatie + kwaliteit. Productoverzicht

MIDI Composiet buizen

MultiGips MP 100 licht NL

RIHOCELL vloer-, wanden plafondsystemen

Gomatherm. Vloerverwarming

Ontwerpdiagrammen I.9.2. Basisinformatie en aanwijzingen over ontwerpdiagrammen

Veilige infrastructuur met OBO ondervloersystemen Effectieve afschottingssystemen beveiligen brandzones Vuur en rook worden met de brandwerende

Uw comfort, onze missie!

Uponor vloerkoeling voor nieuwbouw en renovatie KOELVERMOGENTABELLEN VOLGENS DIN EN 1264

Rockwool Soundmaxx akoestisch isolatiesysteem

ORYX Collar WR PRODUCTBESCHRIJVING

ENERGOTECH INFRAROOD VERWARMING. Zwarte Goorderweg 1 E Profort Import bv PD Stoutenburg-Noord (A foort)

WTH Vareno NP11 (art.nr. H700A)

Producten. Lucht/water-warmtepomp, verwarmingscapaciteit van 18,2 t/m 31,0 kw/h (A2/W35) Bouwgrootte: Eco-9 t/m 16 LS-T en LS-T/HG

Akoestisch Isolatiesysteem

Snel en veilig geïnstalleerd het noppenplaatsysteem voor montage conform de normen

DE WARMTEPOMP-VENTILATORCONVECTOR Grote verwarmingscapaciteit, geringe afmetingen bij lage aanvoertemperaturen

OSNATherm Infrarood verwarming IR200 laagspanning 24v. Made in Germany. Plafondverwarming. Wandverwarming. Vloerverwarming

Handleiding Comfort Mat

Meer efficiency, meer comfort, minder kosten: de revolutionaire draadloze ruimtetemperatuurregeling met het Dynamisch Energie Management (DEM)

Plano. Het tegelelement voor de wandafwerking. Verwerkingsinstructies

Verwarmingsgroepenverdeler DN25. Gebruiksaanwijzing. Voor Fonterra-vloer- en wandverwarming van 01/2012. nl_nl

ORYX Grafite FR PRODUCTBESCHRIJVING

BPB. Rigidur gipsvezelplaten. BPB, uw gids in gips.

Combi Warmtepomp. type WPU-3 en WPU-5

Technisch informatieblad StoSilent Board 100

Elektrische vloerverwarming

Globo P. Kogelafsluiters Kogelkraan van brons t.b.v. pomp

Noppensysteem I.3. Bij dit type vloerverwarming worden de verwarmingsbuizen tussen de buisbevestigingsnoppen op de montageplaat vastgezet.

ORYX Collar FX 330 Versie 1.1, (Dutch) ORYX, passie voor passieve brandbescherming

9. Overzicht van de eigenschappen en de voordelen van cellenbeton

De eerste fittinggeneratie met kleurcodering en persmarkering

Akoestisch Isolatiesysteem

Bij het droogbouwsysteem van SCHÜTZ worden de verwarmingsbuizen m.b.v. warmtegeleidingsprofielen binnen de warmte-isolatie gelegd.

Droogbouw 05/ cm brede isolatieplaat Ideaal voor renovatie. Knauf InTherm PUR Isoleren en afwerken in één. Eén beweging, één persoon.

Knauf InTherm PUR Isoleren en afwerken in één. Eén beweging, één persoon.

TECHNISCHE FICHE. Leempleisters van Wanlin. Samenstelling van de pleistermaterialen. Verpakking en opslag. Fysieke eigenschappen.

& KOELING CHAUFFAGE & REFROIDISSEMENT DE SURFACE

Premium appendages + systemen Unibox Temperatuurregeling voor de individuele ruimte en begrenzing van retourtemperatuur in vloerverwarmingen

VLOERVERWARMING SPECIALE TOEPASSINGEN

Het gamma massieve elementen voor woningbouw volgens de passief huis -normen.

De RACI-Spacers voldoen ruimschoots aan deze eisen en bieden bovendien de volgende extra voordelen:

Invisible Piping System IPS. Multilayer tubes and fittings. systeeminformatie

Conform neutraal besteksystematiek release 6 van het CBS/NAV-bestek - uitgave 2012

Verwarming en koeling met warmtepomp d.m.v. vloerverwarming / koeling. Werking van de warmtepomp

Noppensysteem I.4. Bij dit type vloerverwarming worden de verwarmingsbuizen tussen de buisbevestigingsnoppen

BPB. Gyproc gipskartonplaten. BPB, uw gids in gips.

HET COMPLETE ISOLATIEPAKKET VAN POLYETHYLEEN VOOR EFFECTIEVE ENERGIEBESPARING & AKOESTISCHE BESCHERMING

Dynacon. Vloerverwarmingverdelers Vloerverwarmingverdeler met automatische debietregelaar

VERWARMEN/KOELEN TECHNISCHE INFORMATIE. Noppenplaatsysteem Tecto

De garantie van een aangename warmte. Warmte is ons element. Logafix Vloerverwarming Systeem met noppenplaten. [ Lucht ] [ Water ] [ Aarde ]

voor de montage van ter Hürne vloerlamellen

Met KOMO en Duitse Attesten

Tentamen Warmte-overdracht

PLEISTERPROFIELEN BINNENSHUIS

Maes Industries VLOERVERWARMING EN VLOERKOELING. Voor een optimaal comfort en het perfecte klimaat. De klok rond! Uw waaier aan keuzes:

WTH Electrotherm Elektrische vloerverwarming

Als men grote oppervlaktes met vloerverwarming verleggen wil, dan is de isolatie rol een zinvolle alternatief. Maximale nuttige belasting**

TECEfloor. Het verwarmingssysteem voor vloer- en wandverwarming. Zekerheid en Comfort

LADURA PREMIUM. De stootvaste, vezelversterkte gipskartonplaat

Danfoss Link Zoneregeling voor verwarmen en koelen

Technische tip: FERMACELL Vlieringvloerelement. FERMACELL Vlieringvloerelement. De meest efficiënte methode om energie te besparen

RUIMTETEMPERATUUR- EN WARMTEPOMPREGELING. alpha home. De beste manier om ruimtetemperatuuren warmtepompregeling te combineren.

Gips. LaDura. LaDura: de stootvaste, vezelversterkte gipskartonplaat

NEW. Acoustifit Houdt geluid buiten voor een rustige omgeving. Glaswol 07/2013

Wavin Vloerverwarming en -koeling. verwarmen en koelen. het. in één oplossing

Prefab licht beton PRINS. Prefab licht betonnen gevel elementen. gevel producten

INFRA TOT. feels better, works better.

Regutec F. Voetventielen Voetventielen

Algemene richtlijnen voor het installeren

Verwarming van zwembaden

Doorstroomafsluiter met buitendraad, PN 16

+ + WERKINGSPRINCIPE. Met een volledig gamma van 2 oplossingen past Arianext zich aan elke installatieconfiguratie aan:

adurad Skyline plint L-Line Proline Skyline

Regelcomponenten, verdelers en verdelerkasten

DE WERKING VAN DE WARMTEPOMP

Transcriptie:

VERWARMEN/KOELEN TECHNISCHE INFORMATIE Wandverwarmingen

Uponor de doordachte keuze Uponor biedt oplossingen die op doordachte producten zijn gebaseerd, wat de reden is dat wij momenteel wereldwijd tot de belangrijkste leveranciers behoren op het gebied van woning, milieu- en gemeentelijke techniek. Met het samenbrengen tot een sterk, globaal merk, stroomlijnen wij arbeidsprocessen, werken nog efficiënter en vereenvoudigen ons aanbod. Dat wil zeggen: alleen uitstekende producten verlaten ons bedrijf. Producten die reeds nu voldoen aan de eisen van morgen, gecombineerd met een voortreffelijke service voor onze klanten uit de sectoren verwarmen/koelen, installatie- en leidingsystemen. Uponor maakt het verschil Onderneming De onderneming Uponor staat voor kwaliteit en knowhow, voor een groot scala aan individuele oplossingen in combinatie met een service van topklasse. Bedrijfssectoren Voor de toekomst bundelen wij onze deskundigheid in de drie bedrijfssectoren verwar - men/koelen, installatiesystemen en infrastructuur. Toepassingsgebied Ieder toepassingsgebied vraagt naar zijn eigen, individuele uitgangspunten voor probleemoplossingen. Wij leveren ze! Systemen Ten minste twee componenten verbinden zich tot een systeem. Wij bieden zorgvuldig uitgewerkte en aan de praktijk beproefde oplossingen voor onze klanten en partners. Componenten De basis van onze systemen vormen afzonderlijke op elkaar afgestemde componenten, die in onze prijslijsten eenvoudig te vinden zijn. Eén merk één belofte Wij voelen ons verplicht ten opzichte van onze klanten en partners. Met verantwoordelijkheidsgevoel, betrouwbaarheid en duidelijkheid maken wij iedere belofte waar. Samen met de vakmensen in de markt staan wij voor levenslange behaaglijkheid, zodat u met ons aan de toekomst bouwt. Vandaag en in de toekomst. Technische wijzigingen, druk- en zetfouten voorbehouden. Meer informatie onder www.uponor.nl 2 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Inhoudsopgave: 1 Systeembeschrijving/uitgangspunten 4 2 Toepassingsgebied 2.1 Algemeen 7 2.2 Staanderbouw 7 2. Droogbouw 7 2.4 Droge afbouwplaten 8 2. Natbouw 8 2.6 Oppervlaktekoeling 8 2.7 Referenties 8 Montage.1 Algemeen 9.2 Uponor Siccus SW; overzicht van de montagestappen 9. Uponor Siccus SW wandverwarming; overzicht van de montagestappen 10.4 Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem; overzicht van de montagestappen 11 4 Ontwerpaanwijzingen voor de verwarmingsinstallatie 4.1 Wetten, bepalingen, richtlijnen, normen en VOB (Duitsland: toewijzing en contractregeling voor bouwprojecten) 12 4.2 Verdelers en toebehoren/verdelerkasten/regeling 1 4. Ontluchting 14 4.4 Regeling 14 Ontwerpaanwijzingen voor de wandopbouw.1 Algemeen 1.2 Inbouwvoorwaarden 1. Handelwijze bij brand 1.4 Isolatie eisen 1.4.1 Isolatie eisen bij nieuwbouw 16.4.2 Isolatie eisen bij gebouwrenovatie 18.4. Energiebesparingsbesluit 19. Muurpleister 19.6 Voegtechniek.7 Wandbekleding.8 Opwarmen 6 Ontwerp 6.1 Temperaturen 21 6.2 Belastingsfactor 22 6. Berekeningsgrondslag 22 6.4 Ontwerpschema s 2 6. Drukverliesdiagrammen 27 7 Technische gegevens 2 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

1 Systeembeschrijving/uitgangspunten Esthetisch, economisch, ecologisch Alle voordelen van een vloerwarming op de wand overgebracht: Uponor Siccus Wall is een briljant alternatief. Uw voordeel Volkomen vrijheid bij de inrichting van uw woning. Geen zichtbare radiator doet afbreuk aan het esthetische gevoel of de vormgevende creativiteit. Stralingswarmte over een groot oppervlak maakt een luchttemperatuur mogelijk van 1 tot 2 C lager dan bij gebruikelijke verwarmingssystemen. Minder opdwarrelend stof, de reinigingskosten dalen en het wonen wordt gezonder. Aanbevelenswaardig voor iedereen, die allergisch is voor stof. Binnen net zo als buiten Uponor Siccus wandverwarming verwarmt en koelt binnen- en buitenmuren. De dikte van de isolatie resulteert uit de eisen volgens EnEV individueel afgestemd op de bouwmethode van de wand. Aan traditionele naar voren staande radiatoren kunnen mensen zich verwonden. Bij het in de vloer geïnstalleerde droogbouwsysteem Uponor Siccus en bij de in de wanden ingelaten Uponor wandverwarming is dit onmogelijk. Uponor wandverwarming en Uponor Siccus verhogen de waarde van het onroerend goed, want gebouwen met vloerverwarming hebben een meerwaarde in de opinie van kopers en huurders. Een investeringsvorm die zich loont. Eén systeem voor wand en vloer Groter verwarmingsoppervlak grotere voordelen Wat de vloerverwarming Uponor Siccus aan weldadige warmte levert, wordt door de Uponor Siccus wandverwarming zelfs nog overtroffen. De aangename warmtestraling komt bij de Uponor wandverwarming praktisch van alle kanten. Het droogbouwsysteem Uponor Siccus en de Uponor wandverwarming functioneren volgens hetzelfde principe. Daarom kunnen de beide ook in combinatie met elkaar worden ingebouwd. Ideaal bijvoorbeeld in de badkamer. Bij de gecombineerde oplossing straalt de weldadige warmte immers direct van voren en van achteren, van rechts en van links en zelfs nog van beneden naar boven. 4 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Uponor Siccus SW staanderwandelement licht aluminiumelement, snelle montage Staanderwandelementen voor het bedrijf Wanneer het gaat om toepassing in de bedrijvensector, in kantoren of overheidsgebouwen, is het Uponor Siccus SW staanderwandelement ideaal. Overal daar aan te bevelen waar een klassieke vloerverwarming niet gewenst of niet mogelijk is, maar waar vrije wandoppervlakken ter beschikking staan. Het systeem is ook geschikt ter completering van de betonactivering Uponor Contec, of bij de renovatie, waar gehele wanden nieuw worden gebouwd. Eén systeemcomponent voor alles Het Uponor Siccus SW staanderwandelement hebben wij speciaal ontwikkeld voor de montage in de droogbouwwand. Het bestaat uit een stabiel aluminium draagelement met geïntegreerde omega-vormige leidingkanalen, die de leiding veilig vasthouden. In de fabriek zijn de elementen reeds compleet voorgemonteerd met de hoge druk vernette Uponor Velta PE-Xa leiding volgens procédé Engel in de afmeting 14 x 2 mm. Daarbij is er al rekening gehouden met aansluitleidingen voor een efficiënt verloop van de montage. Op grond van het geringe elementgewicht van slechts circa 2,4 kg/stuk is een eenmansmontage mogelijk. Door de gelijkblijvende afstand van de profielen in een staanderwand (62 mm, volgens DIN 18181) is dit systeem eenvoudig en snel te monteren. Het resultaat is een dicht aan het oppervlakte liggend wandverwarmingssysteem, dat de warmte daar afgeeft waar ze gebruikt wordt. Gedeelte van een staanderwand De ideale afmetingen 61 110 14 x 2 mm 00 16 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Gereed voor aansluiting het element voor iedere droogbouwwand Plakstroken eraf trekken Positioneren, aandrukken, klaar Blik op de wandafwerking Al in de fabriek worden voor de eenvoudige bevestiging van de ele - menten aan de achterkanten speciale sterk hechtende plakstroken aangebracht. Deze beschermfolie verwijdert u als eerste. De positionering gebeurt verticaal of horizontaal (bijvoorbeeld in het balustradegebied). Het element is hier verbonden met de profielen. Vastdrukken volstaat. De uiteindelijke bevestiging gebeurt dan met de montage van de droogbouwplaten door de bouwkundige aannemer. De afwerking van de wand gebeurt door de bouwkundige aannemer. Daarna kunnen dan alle gebruikelijke wandbekledingen zoals behang of tegels worden aangebracht. Bij het ontwerp dient rekening gehouden te worden met de maximale temperatuurbelasting van de geselecteerde wand- en droogbouwplaat. De maximale aanvoertemperaturen bedragen bij gipskartonplaten: gelijk of lager dan 4 C, bij gipsvezelplaten: gelijk of lager dan 0 C. Uw voordeel In de fabriek geprefabriceerd staanderwandelement Laag gewicht en handzame afmetingen voor de eenmansmontage De aansluitleiding doorvoeren Meerdere elementen in de staan - derwand verbinden: niets gemakkelijk dan dat. Daartoe worden eerst de aansluitleidingen bijvoorbeeld door de H-stansingen van de droogbouwprofielen geleid. De lengte van de Uponor Velta PE-Xa leiding biedt voldoende speelruimte. Aan een verwarmingscircuit kunt u maximaal 24 elementen in serie aansluiten (bij een temperatuurverschil VL/RL = 10 K). Eenvoudig verbinden met de perstechniek Op de persing van de Uponor Velta PE-Xa leiding volgens procédé Engel kunt u bouwen. De pershuls van roestvast staal wordt op de leiding geschoven en de persfitting wordt aangebracht. Dan volgt het persproces met een machine die door een accu of via een kabel wordt aangedreven. Na tien seconden is de arbeidscyclus afgesloten. Door de drie gleuven wordt het leidingmateriaal als oppervlakte afdichting over de gehele lengte van het steunlichaam geperst. Staanderafstandsmaten conform de normen van 62 mm volgens DIN 18181 Uponor Velta PE-Xa leidingen in beproefde leidingkwaliteit volgens procédé Engel Fixering door speciale sterk hechtende plakstroken Maximaal 10 elementen aan een verwarmingscircuit Element gereed voor aansluiting Minimale montage inspanning door één systeemcomponent Korte opwarmtijden en snelle regeling 6 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

2 Toepassingsgebied 2.1 Algemeen De Uponor wandverwarming is een lagetemperatuur warmteverdeelsysteem voor het verwarmen van gebouwen bestemd voor bewoning en voor gebouwen die niet voor bewoning zijn bestemd. De inbouw vindt plaats in de wandconstructie naar gelang van het systeem onder de wandafwerking of direct in de stuclaag. De warmteverzorging kan plaatsvinden door iedere warmwaterverwarmingsinstallatie. 2.2 Staanderbouw In de niet voor bewoning bestemde bouw is de toepassing van staanderwanden wijd verbreed. Wanneer in deze gebouwen, op grond van de gestelde eisen aan de vloeren het gebruik van een klassieke vloerverwarming niet gewenst dan wel niet mogelijk is, dan is het Uponor Siccus SW staanderwandelement bij uitstek geschikt voor de verwarming van het oppervlak. Ook als uitbreiding op de betonactivering Uponor Contec maakt het systeem een verdere toepassing mogelijk. Bij de renovatie, waar hele wanden nieuw moeten worden gebouwd, biedt het systeem eveneens uitkomst. Het Uponor Siccus SW staanderwandelement wordt in enkelvoudige staanderwanden met CW 7 of 100 profielen ingebouwd. Bij dubbele staanderwanden is de inbouw ook in CW 0 profielen mogelijk. De afmeting van de profielafstand moet steeds 62 mm bedragen. De gestelde eisen aan de isolatie dienen in acht genomen te worden. 2. Droogbouw Uponor Siccus wandverwarming wordt overal daar ingezet, waar een droge afbouw met wandverwarming en korte bouwtijden gewenst wordt. Dat kan zijn in de voor bewoning bestemde als ook voor de niet voor bewoning Uponor Siccus SW mag in niet dragende, ruimte afsluitende scheidingswanden, volgens DIN 4102-4 en DIN 1818 tot brandwerendheidsklasse F180 worden ingebouwd. bestemde bouw. Ook de typische dakafwerking in de eengezinswoning is een interessant toepassingsgeval. Op basis van de droogbouwmethode wordt geen bouwvocht in de wandopbouw gebracht. Door de houtconstructie en wandafwerking met droogbouwplaten moet gelet worden op een stabiele en vlakke wand. Het Siccus element van Uponor Siccus SW heeft een warmtegeleideweerstand van 0,622 m 2 K/W. De isolatie eisen moeten in acht genomen worden (zie hoofdstuk.4). Bij gebruik van de buitenmuren moet de noodzaak van een dampremmende folie door een dauwpuntberekening worden bepaald. Gedeelte van een staanderwand Uponor Siccus wandverwarming met droge afbouwplaten 62 62 Uponor Siccus SW in enkelvoudige staanderwand Uponor Siccus SW in dubbele staanderwand TI WANDVERWARMINGEN 0/07 7

2.4 Droge afbouwplaten Voor de beide systemen Uponor Siccus wandverwarming en Uponor Siccus staanderwandelementen worden voor de wandafwerking in het standaard geval gipskarton- of gipsvezelplaten volgens DIN 18181 gebruikt. Welke soort platen gebruikt gaan worden hangt van de bouwkundige aannemer af. De droogbouwplaten zijn normaal gesproken 12, mm dik. Een dikkere wandafwerking is moge lijk, maar vermindert de warmteafgifte. Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Maximale aanvoertemperatuur Gipskartonplaten: 4 C Gipsvezelplaten: 0 C platenvrijgave bij fabrikant te verkrijgen. 2. Natte bouw In de gedeeltelijke renovatie, dus daar waar nieuw pleisterwerk wordt aangebracht, kan de Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem worden toegepast. Bij de pleisterwerkzaamheden moeten de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant en de officiële regels van de techniek in acht genomen worden. Deze wandopbouw maakt een vaste, stabiele verbinding van pleisterwerk en wand mogelijk ten opzichte van zwevende constructies die tussen pleisterwerk en wand een isolatie bevatten. De isolatie eisen moeten dan worden uitgevoerd aan de tegenoverliggende wand (zie hoofdstuk.4). 2.6 Oppervlaktekoeling Belangrijke ontwerpaanwijzingen Aanvoertemperatuur via dauwpunttemperatuur regelen Vochtopnemers inplannen ruimtetemperaturen ontstaan, die een extra koeling noodzakelijk maken. Met een koelvermogen van circa 2 0 W/m 2 wordt het comfort in de zomer aanzienlijk verbeterd en kunnen klimaatinstallaties, bijvoor- beeld in kantoorruimten, kleiner van afmeting worden. Voor het opwekken van kou kunnen alternatieve energiedragers, zoals bodemwarmtewisselaars of omschakelbare warmtepompen en koudeaggregaten dienen. De systeemcomponenten Uponor wandverwarming Uponor verwarmings-/koelingsregelaars Uponor Genius draadloze ruimtetemperatuurregeling Omschakelventielen Warmte- en koudeopwekkers De functie van alle Uponor wandverwarmingen om in de winter te verwarmen, kan in de zomer ook worden omgekeerd om te koelen. Daardoor ontstaat er een uitgebreider toepassingsgebied en wordt het wandoppervlak dubbel benut. Vooral bij grote glasoppervlakken met directe zoninstraling kunnen zomers verhoogde 2.7 Referenties Uponor is thuis in nagenoeg alle soorten objecten. In meer dan 1.000.000 bouwprojecten zijn Uponor vloerverwarmingen toegepast. Verdere toepassingsgbieden zijn in combinatie van vloerverwarming en koeling alsmede wandverwarming mogelijk. Op internet zijn voortdurend geactualiseerde referentie objecten te zien. Wooncomplexen voor senioren en tehuizen Banken en spaarbanken Opleidingsinstituten Kantoor-, overheids- en tentoonstellingsgebouwen Bedrijven en winkels Hotels Industrieterreinen Garages en showrooms Kleuterscholen Kerken Ziekenhuizen en sanatoria Musea Publieke gebouwen Particuliere zwembaden en sauna s Sneeuw- en ijsvrij houden Speciale objecten Sporthallen en zwembaden Wooncomplexen Eengezinswoningen en appartementen 8 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Montage.1 Algemeen De systeemgebonden montagehandleidingen geven de geïnteresseerde verwarmingstechnicus en de adviseur omvangrijke informatie over de montageprocedures. De volgende hoofdstukken.2.4 geven de systeemgebonden Uponor montagehandleiding slechts gedeeltelijk weer..2 Uponor Siccus SW; overzicht van de montagestappen 1 2 Bouwprofiel afvegen Beschermfolie van de plakstrook op de rugzijde verwijderen 4 2. 2. 1. Voor het vastplakken, de aansluitleiding door de mantelbuis in het bouwprofiel invoeren Elementen door persen van de aansluitleidingen met behulp van de Uponor perskoppelingen onderling verbinden > 0 Wandafwerking bevestigen TI WANDVERWARMINGEN 0/07 9

. Uponor Siccus SW wandverwarming; overzicht van de montagestappen 1 40 40 0 0 2 40 40 112 1c 1b 40 1a 40 10 Lattenconstructie maken Siccus element op maat snijden 4 9 cm 1a Siccus element door middel van aanzetgips of lijm bevestigen Warmtegeleidingslamellen indrukken 6 Leiding installeren Wandafwerking monteren en aansluitleidingen aansluiten 10 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

.4 Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem; overzicht van de montagestappen 1 2 Wandprofielen op de wand bevestigen in een afstand van circa 60 cm Leidingen monteren 1. Pleisterlaag opbrengen, 99F pleisterwapening aanbrengen en 2e pleisterlaag opbrengen, pleisterwapening aanbrengen TI WANDVERWARMINGEN 0/07 11

4 Ontwerpaanwijzingen voor de verwarmingsinstallatie 4.1 Wetten, bepalingen, richtlijnen, normen en VOB (Duitsland: toewijzing en contractregeling van bouwprojecten) Tijdens ontwerp en vervaardiging van een verwarmingsinstallatie dienen de volgende wetten, besluiten, richtlijnen en normen in acht genomen te worden. Wet op de Energiebesparing (EnEG) Energiebesparingsbesluit (EnEV) Verwarmingskostenbesluit (HeizkostenV) Wet op de bouwproducten De afzonderlijke overheidsaanwijzingen van de deelstaten met betrekking tot de EnEG Normen, richtlijnen en VOB DIN 1186 Bouwgips DIN EN 1264 T 1-4 Vloerverwarmingssystemen en componenten DIN 1961 VOB Deel B DIN 4102 Brandbeveiliging DIN 4108 Warmte-isolatie DIN 4109 Geluidsisolatie DIN 4726 Leidingen van kunststof voor warmwatervloerverwarmingen DIN 471 Waterverwarmingsinstallaties DIN 4807 Expansievaten DIN EN 1281 Regels voor de berekening van de verwarmingsbelasting van gebouwen DIN EN 1162 tot DIN EN 1171 In de fabriek vervaardigde warmte-isolatiematerialen voor gebouwen DIN EN ISO 187 Kunststof leidingsystemen voor de warmen koudwaterinstallatie vernet polyethyleen (PE-X) DIN 1816 Kurkproducten als isolatiematerialen voor het bouwwezen DIN 18164 Schuimkunststoffen als isolatiematerialen voor het bouwwezen DIN 1816 Vezelisolatiestoffen als isolatiematerialen voor het bouwwezen DIN 18180 Gipskartonplaten DIN 18181 Gipskartonplaten in de bouwtechniek DIN 18182 Toebehoren voor de verwerking van gipskartonplaten DIN 1819 Gebouwafdichtingen DIN 182 Toleranties in de bouwtechniek DIN 18299 VOB Deel C DIN 180 VOB Deel C DIN 1880 Verwarmingsinstallaties en centrale waterverwarmingsinstallaties DIN 180 Pleisterwerk DIN 187 Mortel VDI Deel 2 Voorkoming van schade in warmwaterverwarmingsinstallaties, corrosie aan de waterzijde Techn. informatieblad aansluitingencoördinatie bij verwarmde vloerconstructies februari 0 12 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

4.2 Selectie-/maattabellen verdelerkasten b 1 b T b2 T7 1 4 702 e combi 1 H OK FFB 102 d c f Uponor Combi inbouwverdelerkast KV/PV / Combi inbouwverdelerkast geschikt voor: Uponor draadloze ruimtetemperatuurregeling Uponor Compact ruimtetemperatuurregeling KR-D Uponor ruimtetemperatuurregeling 20/Uponor ruimtetemperatuurregeling 24 Kastmaten Uponor Combi Type KV/PV 1 KV/PV 2 KV/PV KV/PV 4 KV/PV Aansluitsituatie inclusief verdeler afsluiters, geschikt voor een aantal verwarmingscircuits: Compact verdelers onder zonder WM 4 6* 7 8 9 10 onder zonder WM met drukverschilregelaar 4 6 7 8 9 10 onder met WM 4 6 7 8 9 10 aan de zijkant zonder WM 4 6 7 8 9 10 aan de zijkant zonder WM met drukverschilregelaar 4 6 7 10 aan de zijkant met WM 4 6 7 10 aan de zijkant met WM met drukverschilregelaar 6 8 met etage-regelstation ERS 4 6* 7 10 Maten [mm] Nisbreedte 90 790 990 1190 190 Nishoogte 840 100 T 11 160 11 160 11 160 11 160 11 160 b (breedte van de kastachterwand) 0 70 90 110 10 b 1 60 80 100 1 1600 b 2 (breedte van de kastachterwand) 4 74 94 114 14 c 0 12 0 12 0 12 0 12 0 12 d 40 20 40 20 40 20 40 20 40 20 e 642 642 642 642 642 f 96 108 96 108 96 108 96 108 96 108 H 82 101 *KV/PV 2/T7-2 = max. 1 KR-D basiseenheid bij verwarmingcircuits *KV/PV /T7- = max. 2 KR-D basiseenheid bij 10 verwarmingcircuits *KV/PV 4/T7-4 = max. 1 KR-D basiseenheid bij etageregelstation WM = Uponor warmtemeter TI WANDVERWARMINGEN 0/07 1

b b 2 16 b 1 771 642 8 Combi opbouwverdelerkast geschikt voor: Uponor draadloze ruimtetemperatuurregeling Uponor Compact ruimtetemperatuurregeling KR-D Uponor ruimtetemperatuurregeling 20/Uponor ruimtetemperatuurregeling 24 velta genius Kastmaten Uponor Combi opbouw KV/PV Type 1 2 4 Aansluitsituatie inclusief verdeler afsluiters, geschikt voor aantal verwarmingscircuits: Compact verdelers Compact verdelers onder zonder WM 4 6* 7 8 9 10 onder zonder WM met drukverschilregelaar 4 6 7 8 9 10 onder met WM 4 6 7 8 9 10 met etage-regelstation ERS 4 6* 7 10 Maten [mm] b 600 800 1000 10 1600 b 1 2 72 92 112 12 b 2 4 74 94 114 14 *Combi opbouw 2 = max. 1 KR-D basiseenheid bij verwarmingcircuits *Combi opbouw = max. 2 KR-D basiseenheid bij 10 verwarmingcircuits *Combi opbouw 4 = max. 1 KR-D basiseenheid bij etage-regelstation WM = Uponor warmtemeter 4. Ontluchting Ter voorkoming van luchtkussenvorming in de verwarmingsleidingen raden wij een minimale watersnelheid in de verwarmingcircuits van 0,2 m/s bij θ VL 0 C aan. Principieel dient voor een luchtafscheider te worden gezorgd. 4.4 Regeling De speciale technische informatie Uponor regelingen informeert de geïnteresseerde adviseur en verwarmingstechnicus omvangrijk over het thema regeling. Daartoe behoren de algemene voorschriften, de regelingsschema s met betrekking tot de verschillende warmteopwekkers, de centrale regeling met de regelstations. De componenten voor de temperatuurregeling voor individuele ruimten en hun toepassing, zoals Uponor draadloze ruimtetemperatuurregeling Genius of de Uponor ruimtetemperatuurregeling 20 worden uitvoerig gedocumen- teerd. Ook het thema vloer- en wandkoeling en de regeling daarvan evenals de toepassingsmogelijkheden van de Uponor producten worden uitvoerig behandeld. Ontwerpaanwijzing: ruimte opnemers mogen niet op verwarmde wandoppervlakken worden gemonteerd. Een minimale afstand van cm wordt aangeraden. 14 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Ontwerpaanwijzingen voor de wandopbouw.1 Algemeen Bij het ontwerp van de wandopbouw van een wandverwarmingsinstallatie moeten de daarop betrekking hebbende wetten, besluiten, richtlijnen, VOB en normen in acht worden genomen..2 Inbouwvoorwaarden Bouwsituatie Vóór het inbouwen van de wandverwarming moeten vensters en buitendeuren zijn ingebouwd, montagewerkzaamheden van woningtechnische installaties evenals de inbouw van deurkozijnen en de bepleistering van leidingsleuven zijn afgesloten. Elektrische inbouwwerkzaamheden zoals inbouwcontactdozen, moeten vóór de montage van de wandverwarming zijn geïnstalleerd dan wel hun positie zijn afgestemd. De opbouw van de droge staanderwand moet voldoen aan de betreffende richtlijnen van de fabrikant. Dragende ondergrond Principieel moeten de wanden naargelang van het systeem voldoen aan de volgende eisen: Algemeen Statica en draagvermogen voor de opname van de wandverwarming Hoek- en vlakheidstoleranties volgens DIN 182 Bij bouwvoegen, die gedeelten van het gebouw van elkaar scheiden, moet de wandverwarming worden onderbroken Afstemming over aansluitpunten ondergrond/staanderbouw en elektroleidingen/contactdozen uitvoeren Droog wandoppervlak (Uponor Siccus Wall en Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem) Uponor Siccus SW Bouwprofielen gereinigd en in afstandsmaat gemonteerd Geen contactdozen in de buurt van staanderwandelementen en aansluitingen Uponor Siccus wandverwarming De wanden mogen geen puntvormige verhogingen, leidingen, kabels of dergelijke vertonen Wandoppervlak vrij van losse bestanddelen (pleisterresten etc.) Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Wandoppervlak vrij van losse bestanddelen (pleisterresten etc.) Eventueel pleisterhechtgrond schoonmaken Aansluitingencoördinatie Ook bij de toepassing van een wandverwarming is het gesprek over de aansluitingencoördinatie tussen adviseur/architect/vakbedrijven noodzakelijk. Zo ook bij de Uponor wandverwarming. Hier vindt een praktische informatie uitwisseling plaats en de daaraan beantwoordende beslissingen over het verloop van de bouw etc.. Handelwijze bij brand Bij maatregelen tegen de verspreiding van vuur en rook moeten de geldende bouwverordeningen van de deelstaat, de algemene uitvoeringsbesluiten of officiële voor de deelstaat specifieke brochures en richtlijnen in acht genomen worden. Bij het nemen van brandbeveiligingstechnische maatregelen moet de DIN 4102 in acht worden genomen. gekeurd Uponor Siccus SW Het element wordt zoals gebruikelijk in staanderwanden ingebouwd, die door de fabrikant reeds met een brandwerendheidsklasse volgens DIN 4102-4 zijn gekeurd. Door het rapport nr. 294/89 TP van 08-0-0 van de MPA Braunschweig wordt aangetoond, dat de inbouw van de Uponor Siccus SW staanderelementen in niet-dragende, ruimte afsluitende scheidingswandconstructies in metalen staanderbouwmethode conform de constructiegrondslagen van de DIN 4102-4: 1994-0 mag worden ingebouwd. De aanduiding van de wandconstructie volgens DIN 4102-2: 1977-09 bij een brandbelasting volgens de eenheidstemperatuurtijdcurve (ETK) luidt: F0-AB tot F180-AB. Dit rapport is in de procedure van bouw- en woningtoezicht te gebruiken..4 Isolatie eisen De wandconstructies in de nieuwbouw en in de gebouwenrenovatie zijn onderworpen aan de eisen van het Energiebesparingsbesluit (EnEV). In dit hoofdstuk zijn de belangrijkste verschillende gevallen kort beschreven en de vereiste maatregelen aangegeven. TI WANDVERWARMINGEN 0/07 1

.4.1 Isolatie eisen in de nieuwbouw Binnenmuur Binnenmuren hebben geen EnEVeisen met betrekking tot de warmte-isolatie. De DIN EN 1264-2 Vloerverwarmimg gaat niet in op wandverwarmingen. Door de over- eenkomst met de vloerverwarming ligt het echter voor de hand de minimale warmtegeleidingsweerstand van de isolatielaag voor de afzonderlijke gevallen over te nemen. Binnenmuur met daarachter liggende verwarmde ruimte: 0,7 m 2 K/W Binnenmuur met daarachter liggende onverwarmde of in afstanden verwarmde ruimte of direct aan de aardbodem: 1,2 m 2 K/W Bovendien wordt daardoor in hoge mate de ongecontroleerde warmteafgifte voorkomen. Uponor Siccus SW Standaard staanderwanden worden op grond van de brandwerendheidsklasse in veel gevallen uitgerust met steenwolisolatie WLG 040 en een dikte 40 mm en voldoen daardoor automatisch aan de isolatie eis voor een binnenmuur met daarachter liggende verwarmde ruimte. Alle andere versies moeten individueel worden gecontroleerd. De wandopbouw blijkt uit de fabrikantendocumentatie. 0 12, 12, 1 2 1 4 6 7 Binnenwand met Uponor Siccus SW in enkelvoudige staanderwand CW 7 met isolatie (horizontale doorsnede) 1 Droogbouwplaat 2 Uponor Siccus SW element Uponor PE-Xa leiding 14 x 2 4 Luchtruimte Isolatie 6 Bouwprofiel Uponor Siccus wandverwarming Het Siccus element heeft reeds een warmtegeleidingsweerstand van 0,622 m 2 K/W. In overeenstemming daarmee moet de resterende extra isolatie naar gelang van het toepassingsgeval worden bepaald. Voor de lattenconstructie volgt dan de betreffende opbouwhoogte. Wanneer de extra isolatie al in de wand is geïntegreerd, komt een lat van 0 x 0 mm (h x b) in aanmerking. 8 7 2 4 1 2 6 Binnenwand met Uponor Siccus Wall met extra isolatie (verticale doorsnede) 1 Droogbouwplaat 2 Uponor Siccus warmtegeleidingslamel Uponor PE-Xa leiding 14 x 2 4 Uponor Siccus element Extra isolatie 6 Lattenconstructie 7 Metselwerk 8 Pleisterwerk 1 12, 11 0 16 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Naar gelang van de gestelde eis moet hier een adequate extra isolatie worden bepaald en aan de wand aan de achterzijde worden aangebracht, zodat de pleisterwandverbinding van het nat pleistersysteem niet wordt verstoord. Hiervoor zijn bijvoorbeeld droogpleister composietplaten inclusief isolatie geschikt. 4 2 1 Binnenwand met Uponor wandverwarming met extra isolatie (verticale doorsnede) 1 Pleisterwerk 2 Uponor wandprofiel 14 Uponor PE-Xa leiding 14 x 2 4 Metselwerk Droogpleister composietplaat 12, 0 17 1 Buitenmuur De warmtedoorgangscoëfficiënt van de bouwdeellagen tussen wandverwarming en buitenlucht moet conform EnEV worden gedimensioneerd. Evenals bij de binnenmuren moet ook hier de minimale warmtegeleidingsweerstand van de DIN EN 1264-2 worden afgestemd. De betere isolatielaagwaarde moet worden genomen. Buitenmuur tegen buitenlucht (- C > Td -1 C): 2,00 m 2 K/W Siccus wandverwarming De Siccus element heeft reeds een warmtegeleidingsweerstand van 0,622 m 2 K/W en wordt met aanzetgips of lijm direct op de muur gemonteerd. Een waterdampdiffusieberekening moet steeds worden uitgevoerd. 60 10 6 2 1 2 4 Buitenmuur met Uponor Siccus wandverwarming (verticale doorsnede) 1 Droogbouwplaat 2 Uponor Siccus warmtegeleidingslamel Uponor PE-Xa leiding 14 x 2 8 7 9 4 Uponor Siccus element Metselwerk 6 Isolatie 90 11 17 6 0 12, 7 Lattenconstructie 8 Klinker 9 Lijm/aanzetgips TI WANDVERWARMINGEN 0/07 17

Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Bij het nat pleistersysteem ligt de complete isolatielaag achter het metselwerk. Ondanks de goede bouwfysische veronderstellingen dauwpunt moet altijd een waterdampdiffusie berekening worden uitgevoerd. 6 60 10 4 1 2 Buitenmuur met Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem (verticale doorsnede) 1 Pleisterwerk 2 Uponor wandprofiel 14 Uponor PE-Xa leiding 14 x 2 4 Metselwerk Isolatie 90 11 17 6 17 1 6 Klinker.4.2 Isolatie eisen bij gebouwenrenovatie Binnenmuur Binnenmuren hebben geen EnEVeisen met betrekking tot de warmteisolatie. De DIN EN 1264-2 Vloerverwarmimg gaat niet in op wandverwarmingen. Door de overeenkomst met de vloerverwarming ligt het echter voor de hand de minimale warmtegeleidingsweerstand van de isolatielaag voor de afzonderlijke gevallen over te nemen. Binnenmuur met daarachter liggende verwarmde ruimte: 0,7 m 2 K/W Binnenmuur met daarachter liggende onverwarmde of in afstanden verwarmde ruimte of direct aan de aardbodem: 1,2 m 2 K/W Bovendien wordt daardoor in hoge mate de ongecontroleerde warmteafgifte voorkomen. Uponor wandverwarmingssystemen Hier gelden dezelfde eisen als in hoofdstuk.4.1 onder de betreffende alinea s van de systemen. Het is belangrijk te weten dat de kosten voor het aanbrengen van de extra isolatie volgens van de Wet op de Energiebesparing economisch binnen de gebruikelijke dan wel afgesproken gebruiksperiode verantwoord is. Wet op de Energiebesparing (1)... economisch verantwoord zijn. De gestelde eisen gelden als economisch verantwoord wanneer in het algemeen de vereiste inspanningen binnen de normale gebruiksperiode door de ontstane besparingen verdiend kunnen worden.... Buitenmuur Wanneer de wandverwarming bij de gebouwenrenovatie op een buitenmuur wordt gemonteerd, geldt de EnEV hoofdstuk. De 8 Verandering van gebouwen verwijst naar bijlage tabel 1. Deze geldt niet voor veranderingen, die betrekking hebben op minder dan % van het bouwoppervlak. De tabel 1 uit bijlage van de EnEV vraagt naar gelang van de maatregel voor buitenmuren een maximale warmtedoorgangscoëfficiënt van 0,4 W/m²K dan wel 0, W/m²K. Ook hierbij is het belangrijk te weten, dat de kosten voor het aanbrengen van extra isolatie conform van de Wet op de Energiebesparing economisch binnen de gebruikelijke dan wel resterende gebruiksperiode verantwoord zijn. Uponor Siccus wandverwarming en Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Hier gelden dezelfde wandconstructie opbouwmethodes als in hoofdstuk.4.1. alinea buitenmuur. 18 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

.4. Energiebesparingsbesluit Uitzonderingsregels Het toepassingsgebied van de EnEV is beperkt. Daartoe gelden uitzonderingen en ontheffingen volgens 17. Bovendien moeten de gestelde eisen volgens van de Wet op de Energiebesparing economisch binnen de normale gebruiksperiode verantwoord zijn. Wet op de Energiebesparing (EnEG) Gemeenschappelijke voorwaarden voor wetsbesluiten (1) De in de wetsbesluiten conform de 1 tot 4 geformuleerde eisen moeten volgens de stand van de techniek uitvoerbaar en voor gebouwen van dezelfde aard en exploitatie economisch verantwoord zijn. Gestelde eisen gelden als economisch verantwoord wanneer over het algemeen de vereiste inspanningen binnen de normale gebruiksperiode door de ontstane besparingen verdiend kunnen worden. Bij bestaande gebouwen moet rekening worden gehouden met de nog te verwachten gebruiksperiode. (2) In de rechtsbesluiten dient te worden geregeld, dat op aanvraag ontheffing van de gestelde eisen kan worden verleend, voorzover deze in het afzonderlijke geval wegens bijzondere omstandigheden door in geen verhouding staande kosten of op enige andere wijze tot een onbillijke hardheid voeren. Verloopschema voor de vrijstelling volgens 17 Ontheffingen 1. Informeel verzoek Ontheffing van de warmte-isolatieverplichting opstellen 2. Verzoek bij bevoegde instantie indienen. Beoordeling door de instantie met ant woordbrief Ontheffingen volgens 17 17 Ontheffingen is gebaseerd op de Wet op de Energiebesparing (EnEG) en beschrijft de mogelijkheid om bij in geen verhouding staande kosten of bij onbillijke hardheid ontheffing te bewerkstelligen. Het informele verzoek op het afzien van de isolatie wordt bij de bevoegde instantie (bijvoorbeeld bouwverordeningenbureau van het stadsbestuur) ingediend. 17 EnEV Ontheffingen De volgens de landswet bevoegde instanties kunnen op verzoek van de gestelde eisen van dit besluit worden vrijgesteld, voorzover de eisen in het afzonderlijke geval wegens bijzondere omstandigheden door in geen verhouding staande kosten of op enige andere wijze tot een onbillijke hardheid voeren.. Pleisterwerk Algemeen Bij wandverwarmingen als nat pleistersysteem moet de pleister een goede warmtegeleidbaarheid bezitten. Lichte- en warmte-isolatiepleistersoorten zijn niet geschikt voor wandverwarming. Voor wandverwarmingen zijn pleistersoorten met de bindmiddelen gips, gips/kalk, kalk/cement, leem of bindmiddelen volgens DIN 180 geschikt. Bovendien kunnen ook fabrikantspecifieke verwarmingpleistersoorten (pleistersoorten die op het wandsysteem afgestemde eigenschappen bezitten) worden gebruikt. De noodzaak van een pleisterwapening hangt af van het gebruikte pleistersysteem en moet daarom met de stukadoor worden afgestemd. Pleisterwapeningen zijn tussenlagen zoals steenwol, kunststofvezels, glasvezelroosterdoek, die leiden tot een verminderde scheurvorming. Pleisterondergrond Vóór het begin van de pleisterwerkzaamheden moet de pleisterondergond door de opdrachtnemer worden gecontroleerd op geschiktheid. De controle gebeurt conform de VOB deel C, DIN 180, punt.1 dan wel VOB Deel B, DIN 1961 4, cijfer. Alle klassieke massieve bouwmaterialen zoals bakstenen, lichte hooggeperforeerde stenen, natuur- Belangrijke ontwerpaanwijzing Bij de noodzakelijke pleisterwerkzaamheden moeten de verwerkingsvoorschriften van de systeemfabrikant, de DIN 180 en de VOB/C DIN 180 in acht worden genomen. Vóór het aanbrengen van de Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem moet met de opdrachtnemer van het pleisterwerk duidelijk worden gesteld, of een eventuele pleisterondergrond behandeling (bijvoorbeeld grondering, opbrengen van een hechtlaag of spuitberaping) noodzakelijk is. De maximale temperatuurbelasting van de bepleistering moet op grond van de verschillende mogelijkheden met de pleisterfabrikant worden afgestemd. De aanvoertemperatuur mag 0 C niet overschrijden. steen, kalkzandsteen, leemstenen, aanwezige mineraal gepleisterde wanden, maar ook lichtbetonconstructies van houtwolplaten, zachte boardvezelplaten of gipsvezelplaten zijn geschikt als onderbouw/ondergrond van een wandverwarming. TI WANDVERWARMINGEN 0/07 19

De pleistergrond moet egaal, draagkrachtig en vast, voldoende vormvast, niet waterafstotend, gelijkmatig opnemend, homogeen, ruw, droog, stofvrij, vrij van verontreinigingen, vrij van uitzakkingen, vorstvrij dan wel boven + C op temperatuur gebracht zijn. Pleisteroppervlak Gipspleisters kunnen afgepleisterd of geborsteld worden. Als bovenpleister (tweede pleisterlaag) zijn silicaat- en kunstharspleisters geschikt, die volgens de informatie van de fabrikant moeten worden verwerkt..6 Voegtechniek Bouwvoegen In het gebied van bouwvoegen moet het wandverwarmingsoppervlak worden onderbroken. Verwarmingsleidingen mogen de bouwvoegen niet kruisen. Bouwvoegen moeten tot aan het zichtbare oppervlak worden overgenomen en met geschikte afdekkingen (profielen) worden gesloten. Dilatatievoegen/randvoegen Over de indeling van deze voegen moet een voegenschema worden opgesteld waaruit de soort en indeling kunnen worden afgeleid. Het voegenschema moet door de ontwerper van de bouw worden gemaakt en als bestanddeel van het bestek aan de uitvoerenden worden voorgelegd. Bij de vaststelling van de voegenafstanden en veldgrootten moet rekening worden gehouden met de soort van de pleister dan wel droogbouwplaten, de geplande wandbekleding en de belasting bijvoorbeeld door temperatuur..7 Wandbekleding Bij voorkeur moeten wandbekledingen met een hoog volumegewicht dan wel hoge warmtegeleidbaarheid (bijvoorbeeld cementvezelplaat) worden gebruikt. Wandbekledingen van hout, gipskarton-, gipsvezelplaten, kunststof of andere materialen met lagere warmtegeleidbaarheid zijn als wandbekleding op een wandverwarming mogelijk, maar zij reduceren de warmteafgifte. De volgende wandbekledingen kunnen bij aanhouding van een warmtegeleidingsweerstand van RÐ,W 0,0 m 2 K/W en de vrijgave door de fabrikant op de wandverwarming worden aangebracht: behang verf keramische tegels structuurpleister natuursteen in muurverband Een stevige hechtlaag op de wand is voorwaarde voor een duurzame functie van de wandbekledingen. De tegellijmsoorten moeten geschikt zijn voor oppervlakteverwarming en voor de gekozen ondergrond..8 Opwarmen Principieel moet bij de wandverwarming, zoals ook bij de vloerverwarming, een functiecontrole worden uitgevoerd. Evenals bij de onverwarmde muren, is het de taak van de wandbekledingsfirma om in het kader van hun inspectie volgens VOB Deel C vóór aanvang van de werkzaamheden te controleren of het gebruiksklaar is. Met het opwarmen van wandverwarmingen, die met een cementgebonden pleister zijn uitgevoerd, mag op zijn vroegst 21 dagen na het opbrengen van de pleisterlaag worden begonnen. Bij gipsgebonden pleister en bij leempleister dient op zijn vroegst 7 dagen dan wel volgens informatie van de fabrikant te worden begonnen. Wanneer droogbouwplaten worden toegepast, kan het opwarmen op zijn vroegst na 1 dag dan wel volgens de informatie van de fabrikant beginnen. De opwarmprocedure is bedoeld als functiecontrole van de wandverwarming volgens VOB en niet voor het drogen van de wandbekleding (bijv. pleisterlaag). Bij hoge temperatuurverschillen kunnen tijdens het opwarmproces expansiegeluiden bij Uponor Siccus SW en Uponor Siccus wandverwarming optreden. TI WANDVERWARMINGEN 0/07

6 Ontwerp 6.1 Temperaturen Wandoppervlaktetemperatuur Bijzondere aandacht moet worden besteed aan de temperatuur van het wandoppervlak, waarbij rekening moet worden gehouden met de grenzen van de medisch en fysiologisch verantwoorde wandoppervlaktetemperatuur. Het verschil tussen gemiddelde oppervlaktetemperatuur van de wand en de normale binnentemperatuur vormen samen een warmteovergangscoëfficiënt van α W = 8 W/m² de basis voor de rendementsnorm van het verwarmend of ook koelend wandoppervlak. Een maximale wandoppervlaktetemperatuur van 40 C is als theoretische ontwerpgrens (grenscurve) in de ontwerpdiagrammen weergegeven. De maximale temperatuurbelasting van de wandbekleding kan de ontwerpgrens reduceren. Het koelvermogen kan eveneens uit de ontwerpdiagrammen worden afgelezen, maar de aanvoertemperatuur van het koelwater moet tenminste 1K boven de dauwpunttemperatuur liggen om condenswater te voorkomen. Ruimtetemperatuur, gevoelstemperatuur en gemiddelde stralingstemperatuur Bij een stralingsverwarming zoals de Uponor vloer- en wandverwarming kan ten opzichte van andere meer ongunstige verwarmingssystemen een niet onaanzienlijke energiebesparing worden aangenomen. Het energiebesparingseffect ligt in de grond van de zaak in de gunstigere ruimteluchttemperatuur. Voor de mens is behalve de ruimteluchttemperatuur ook de gemiddelde stralingstemperatuur θ L van de ruimte omringende oppervlakken van belang. Hieruit vloeien zeer positieve gevoelstemperaturen voort. De gevoelstemperatuur moet worden gelijkgesteld aan de normale binnentemperatuur θ i uit de DIN EN 1281 en ontstaat uit de gemiddelde stralingstemperatuur en de ruimteluchttemperatuur. Verwarmingsmiddelovertemperatuur De verwarmingsmiddelovertemperatuur Δθ H wordt als logaritmische gemiddelde waarde uit de aanvoertemperatuur, de retourtemperatuur en de standaard binnentemperatuur volgens DIN EN 1264 berekend. Deze bepaalt bij constante opbouw de warmtestroomdichtheid. Vergelijking (1) volgens DIN EN 1264 Deel : Δθ H = ln θ V θ R θ V θ i θ R θ i Bij hoge temperatuurschommelingen kunnen bij Uponor Siccus SW en Uponor Siccus wandverwarming expansiegeluiden niet worden uitgesloten. TI WANDVERWARMINGEN 0/07 21

6.2 Belastingsfactor De verwarmingscircuitgrootheid bij wandverwarmingen is begrensd door het totale drukverlies dat voortkomt uit de warmtestroomdichtheid dan wel massastroon en de leidinglengte (inclusief aansluitleiding). Uit de ontwerpdiagrammen kan de benodigde warmtestroomdichtheid worden afgeleid. Uponor Siccus SW Het staanderwandelement wordt geleverd met circa.7 m geïnstalleerde leiding per element. De Uponor perskoppeling 14-14 heeft een zeta-waarde van 4,4. Afhankelijk van de wandbekleding en benodigde warmtestroomdichtheid dient het aantal in serie te schakelen elementen te worden bepaald. Uponor Siccus wandverwarming De verwarmingscircuitgrootheid moet hier in overeenkomst met de Uponor Siccus vloerverwarming worden bepaald. Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem De verwarmingscircuitgrootheid moet hier in overeenkomst met de Uponor Siccus vloerverwarming worden bepaald. 6. Berekeningsgrondslag Ontwerp De berekening van de Uponor wandverwarming vindt plaats in aansluiting aan de DIN EN 1264 Deel 2 en de standaard warmtevraagberekening volgens DIN EN 1281. Voor het ontwerp moeten de wettelijke isolatievoorschriften conform EnEV, voorzover relevant DIN EN 1264 en de plaatsing van het meubilair in acht worden genomen. De Uponor wandverwarming wordt bij woongebouwen ontworpen voor de meest ongunstige, maar nog toelaatbare wandbekleding. Voor het ontwerp wordt voor de wandbekleding een warmtegeleidingsweerstand van R λ,b = 0,02 m 2 K/W aanbevolen. Gebruik van de ontwerpdiagrammen Het ontwerpdiagram maakt een compleet overzicht van de volgende invloedsgrootheden en de onderlinge relatie mogelijk: 1. warmtestroomdichtheid van de wandverwarming q in [W/m 2 ] 2. warmtegeleidingsweerstand van de wandbekleding R λ,b in [m 2 K/W]. installatie afstand Vz in [cm] 4. verwarmingsmiddelovertemperatuur Δθ H = θ H θ i in [K]. grenswarmtestroomdichtheid door weergave van de grenscurve 6. wandovertemperatuur θ W,m θ i in [K] De warmteovergangscoëfficiënt bedraagt 8 W/m 2 K. Bij bepaling van telkens drie invloedsgrootheden kunnen met slechts één diagram alle andere worden vastgesteld. Hiermee is ook de snelle bepaling van warmtestroomdichtheden bij verschillende wandbekledingen of overtemperaturen van verwarmingsmiddelen gegeven. Ontwerpaanwijzing Grenscurven inachtnemen Maximale temperatuurbelasting van de wandafwerking/pleisterlaag inachtnemen Maximale aantal Uponor Siccus SW staanderwandelementen bij serieschakeling inclusief 2 x m aansluitleiding en maximaal drukverlies van 0 mbar met 10 K spreiding Warmte - Verwar- max. stroomdicht- mingsop- aantal heid q in pervlak elementen [W/m 2 ] A [m 2 ] [N] 60 17 24 80 14 100 12 17 Uponor Siccus SW in Reihenschaltung 22 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

6.4 Ontwerpdiagrammen 1 x Ontwerpdiagram voor Uponor Siccus SW staanderwandelementen met droge afbouwplaten (s ü = 12, mm gipsvezelplaat met λ ü = 0,2 W/mK) 2 0 40 K K 180 0 K 160 Grenscurve 1) 1) 2 K Wandovertemperatuur (θ W, m θ i ) in [K] 1 10 Warmtestroomdichtheid q in [W/m 2 ] 140 1 100 80 60 K 1 K 10 K 40 Δθ H = θ H θ i = K Δθ K = θ i θ K = K 0 0 Aanwijzing: de grenscurven mogen niet worden overschreden. Maximale temperatuurbelasting van de wandplaten inachtnemen! Warmtegeleidingsweerstand R,W in [m 2 K/W] 0,01 0,02 0,0 0,04 0,0 1) Grenscurve geldt voor θ i = C en θ W, m, max = 40 C (physische grenstemperatuur) TI WANDVERWARMINGEN 0/07 2

2 x Ontwerpdiagram voor Uponor Siccus SW staanderwandelementen met droge afbouwplaten (s ü = 2 x 12, gipsvezelplaat met λ ü = 0,2 W/mK) 2 0 K* 0 K* 4 K* 40 K K 180 0 K 160 Grenscurve 1) 1) Wandovertemperatuur (θ W, m θ i ) in [K] 1 10 Warmtestroomdichtheid q in [W/m 2 ] 140 1 100 80 60 2 K K 1 K 10 K 40 Δθ H = θ H θ i = K Δθ K = θ i θ K = K 0 0 Aanwijzing: de grenscurven mogen niet worden overschreden. Maximale temperatuurbelasting van de wandplaten inachtnemen! Warmtegeleidingsweerstand R,W in [m 2 K/W] 0,01 0,02 0,0 0,04 0,0 *Temperaturen niet geschikt voor gipskarton 1) Grenscurve geldt voor θ i = C en θ W, m, max = 40 C (physische grenstemperatuur) 24 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Ontwerpdiagram voor Uponor wandverwarming met droge afbouwplaten (s ü = 10 mm met λ ü = 0,28 W/mK) of (s ü = 12, mm met λ ü = 0, W/mK) 2 0 40 K K 180 0 K 160 Grenscurve Vz 1 1) 1) 2 K Wandovertemperatuur (θ W, m θ i ) in [K] 1 10 Warmtestroomdichtheid q in [W/m 2 ] 140 1 100 80 60 K 1 K 10 K 40 Δθ H = θ H θ i = K Δθ K = θ i θ K = K Aanwijzing: de grenscurven mogen niet worden overschreden. Maximale temperatuurbelasting van de wandplaten inachtnemen! 0 Warmtegeleidingsweerstand R,W in [m 2 K/W] 0 0,01 0,02 0,0 0,04 0,0 Vz 1 1) Grenscurve geldt voor θ i = C en θ W, m, max = 40 C (physische grenstemperatuur) TI WANDVERWARMINGEN 0/07 2

Ontwerpdiagram voor Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem (kalk-gips-pleister s ü = 1 mm met λ ü = 0,7 W/mK) 2 0 40 K K 180 0 K 160 Grenscurve Vz 1 1) 1) 2 K Wandovertemperatuur (θ W, m θ i ) in [K] 1 10 Warmtestroomdichtheid q in [W/m 2 ] 140 1 100 80 60 K 1 K 10 K 40 Δθ H = θ H θ i = K Δθ K = θ i θ K = K Aanwijzing: de grenscurven mogen niet worden overschreden. Maximale temperatuurbelasting van de wandplaten inachtnemen! 0 Warmtegeleidingsweerstand R,W in [m 2 K/W] 0 0,01 0,02 0,0 0,04 0,0 Vz Vz 1 Vz 10 1) Grenscurve geldt voor θ i = C en θ W, m, max = 40 C (physische grenstemperatuur) 26 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

6. Drukverliesdiagrammen Diagram 6A Het drukverschil in de Uponor Velta PE-Xa leiding wordt aan de hand van het diagram bepaald. 400 00 0 Uponor VeltaPE-Xa Rohr 14x2 mm DIN 4726 Massastroom ṁ in [kg/h] 100 80 60 0 40 0 Drukverschil R 0,1 m/s 0,1 m/s 14 x 2 mm 0,2 m/s 0, m/s 0,4 m/s 0, m/s 0,6 m/s Medium: water 10 0,1 0,2 0, 0, 1 2 4 6 7 8 9 0,01 0,02 0,0 0,0 0,1 0,2 0, 0,4 0, [mbar/m] [kpa/m] Diagram 6B Bepaling van de afsluitervoorinstelling (aantal omwentelingen) voor fijninregelafsluiters in de Uponor verdeler. Drukverlies Δp in [mbar] 0 100 80 60 0 40 0 10 8 6 4 6 omwentelingen omwentelingen Massastroom m in [kg/h] RL VL 7 8 9 10 11 Medium: water 10 0 40 0 60 80 100 0 00 400 00 700 1000 10 8 6 4 2 1 0,8 0,6 0, [kpa] TI WANDVERWARMINGEN 0/07 27

Diagram 6C Bepaling van de afsluitervoorinstelling zonder gereedschap (cijfervermelding op de instelring) voor de inregelafsluiters Uponor Provario verdeler. 00 0 100 80 1 2 4 6 7 8 0 10 8 Drukverlies Δp in [mbar] 60 0 40 0 10 8 6 4 6 7 10 Massastroom m in [kg/h] 9 10 11 Medium: water 0 40 0 60 80 100 0 00 400 00 6 4 2 1 0,8 0,6 0, [kpa] Diagram 6D Voor de hydraulische afstelling en/ of voor de afsluiting van de Uponor verdelers worden de Uponor verdeler afsluiters gebruikt. Met het diagram wordt de afsluitervoorinstelling bepaald en met de indicatiering gemarkeerd. Drukverlies Δp in [mbar] 00 400 00 0 100 80 60 0 40 0 10 100 2 2, 4 6 Massastroom m in [kg/h] 8 7 Medium: water 0 00 00 1000 00 000 0 40 0 10 8 6 4 2 1 [kpa] 28 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Diagram 6E De bepaling van het drukverlies voor de Uponor Pollux warmtemeter Pollucom 1, dan wel 2, wordt aan de hand van het diagram vastgesteld. Drukverlies Δp in [mbar] 00 400 00 0 100 80 60 0 40 0 10 100 Ontwerpvoorstel QN 1, QN 2, Massastroom m in [kg/h] Medium: water 0 00 00 1000 00 000 000 0 40 0 10 8 6 4 2 1 [kpa] Diagram 6F De drukverliezen van de Uponor -wegmengkranen, die zich in de Uponor regelstations ZRS, ZRS-K en ERS bevinden, worden aan de hand van het diagram vastgesteld. De drukverliezen van de in de regelstations ZRS, ZRS-K en ERS gebruikte leidingen zijn te verwaarlozen. Type kvs 2, kvs 4 kvs 6, kvs 8 maximaal drukverschil boven de mengkraan ΔpV 1 bar 1 bar 1 bar 1 bar Drukverlies Δp in [mbar] 00 0 100 80 60 0 40 0 10 ERS 7 Massastroom m in [kg/h] k vs = 2, 4,0 6, 8 m /h ERS 1/ZRS 1/ZRS-K 1 ERS 10/ZRS 10/ZRS-K 10 ZRS 2/ZRS-K 2 Medium: water 100 0 00 00 1000 00 000 000 10000 TI WANDVERWARMINGEN 0/07 29

Diagram 6G Drukverlies van de verdelerafsluiter in het ruimteregelstation RS. Bepaling van de afsluitervoorinstelling (aantal omwentelingen) voor de verdelerafsluiter. Drukverlies Δp in [mbar] 00 0 100 80 60 0 40 0 10 Omwentelingen 0, 1 1, 2 4 Massastroom m in [kg/h] Medium: water 10 0 0 100 0 00 00 1000 Diagram 6H De opvoerhoogte van de in het ruimteregelstation RS 2 ingebouwde pomp UP 1-14 B wordt aan de hand van het diagram vastgesteld. Opvoerhoogte H in [m] 1,2 0,8 0,4 0 Medium: water regelstation RS 2 0 0,1 0,2 0, 0,4 0, 0,6 0,7 0,8 0,9 Transportstroom Q in [m /h] 0 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Diagram 6I De opvoerhoogte van de in de Uponor stations ZRS, ZRS-K 10/1/2 en ERS 7/10/1 ingebouwde circulatiepomp ALPHA + 2-60 dan wel UPE 2-80 wordt voor de instelling van de proportionele druk aan de hand van het diagram vastgesteld. Voor het ontwerp staat het gehele donker gearceerde karakteristiekenveld ter beschikking. Opvoerhoogte H in [m] Opvoerhoogte H in [m] 6 4 2 1 0 7 6 4 2 1 0 Proportionele druk max. min. Medium: water ALPHA + 2-60 0 0,4 0,8 1,2 1,6 2,0 2,4 2,8,2,6 4,0 Medium: water UPE 2-60 0 0, 1,0 1, 2,0 2,,0, 4,0 4, Transportstroom Q in [m /h] Transportstroom Q in [m /h] Opvoerhoogte H in [m] 9 8 7 6 4 2 1 0 Proportionele druk max. min. Medium: water UPE 2-80 0 2 4 6 8 10 12 14 Transportstroom Q in [m /h] TI WANDVERWARMINGEN 0/07 1

7 Technische gegevens Uponor Velta PE-Xa leiding 14 x 2 mm Leidingafmeting 14 x 2 mm Materiaal PE-Xa Kleur natuurkleurig met zwart/rode lengtestrepen Productie volgens DIN 16892/4729 Zuurstofdiffusiedichtheid volgens DIN 4726 Dichtheid 0,98 g/cm Warmtegeleidbaarheid 0, W/mK Lineaire expansiecoëfficiënt bij C 1,4x10-4 1/K, bij 100 C 2,0x10-4 1/K Kristallietsmelttemperatuur 1 C Bouwmaterialenklasse B2 Minimale buigradius 70 mm Leidingruwheid 0,007 mm Waterinhoud 0,079 l/m Leidingaanduiding [Lopende meteropgave] m < Velta PE-Xa 14 x 2.0 Zuurstofdiffusiedichtheid volgens DIN 4726 EN ISO 187 class 4/ / 10 bar [DIN-gekeurd logo] V210 PE-X KOMO vloerverw en KOMO CV 6 bar ATG 299 ÖNORM B 1 GEKEURD [Fabriekslogo] [Materiaal/Machine/Productie/Datumcode] Maximale continubedrijfsdruk (water C),4 bar (veiligheidsfactor 1,) Maximale continubedrijfsdruk (water 70 C) 11,8 bar (veiligheidsfactor 1,) Toepassingsgebied verwarming 90 C/6 bar Kortstondige bedrijfstemperatuur 110 C DIN-registratienummerer V210 PE-X Leidingverbindingen verbindingskoppelingen en klemkoppelingen type Uponor 14x2 Optimale montagetemperatuur 0 C Vrijgegeven watertoevoeging Uponor antivriesmiddel GNF materiaalklasse volgens DIN 1988 Deel 4 UV-bescherming lichtdicht karton (resterende rol moet in de kartonnen doos worden opgeslagen) Mechanische en fysische eigenschappen basisleiding PE-Xa Trekvastheid bij C 19-26 N/mm 2 Breukgrens bij C 2-0 N/mm 2 Breukrek bij C 0-0 % bij 100 C 00-700 % E-module (secans) in trekproef bij bij 0 C 1000-1400 N/mm 2 100 % minimaal en 1 % rek bij C 800-900 N/mm 2 bij 80 C 00-0 N/mm 2 Slagvastheid bij C zonder breuk bij 100 C zonder breuk Bestendigheid tegen spanningsbreuken >.000 h zonder breuk Wateropname 0,01 mg(4d) Vernettingsgraad 70 % EAK-afvalsleutel 110 2 TI WANDVERWARMINGEN 0/07

RL VL Uponor Siccus SW staanderwandelement Materiaal (element, leiding) Afmetingen (lengte x breedte) Elementhoogte Lengte aansluitleiding Systeemsoort aluminium, PE-Xa 110 mm x 61 mm 16 mm 00 mm droog systeem Uponor Siccus wandverwarming Materiaal (Siccus element, warmtegeleidingslamel, leiding) polystyreen, aluminium, PE-Xa Warmtegeleidingsweerstand Siccus element 0,622 m 2 K/W Installatie afstanden Vz 1 Hoogte aanlegplaten 2 mm Systeemsoort droog systeem Uponor wandverwarming als nat pleistersysteem Materiaal (wandprofielen 14, leiding) kunststof, PE-Xa Kleur (wandprofielen 14) verkeersgrijs, circa RAL 7042 Raster 0 mm Hoogte wandprofielen 17 mm Systeemsoort nat systeem Uponor Compact verdeler Materiaal glasvezelversterkt polyamide met messing tussenlagen Maximale bedrijfsdruk 6 bar Maximale bedrijfstemperatuur 60 C Maximale testdruk 6 bar (10 bar met Uponor steunklemmen voor mantelbuiscompensatoren) Maximale massastroom, m /h kvs-waarde aanvoer- en retourafsluiters 1,2 m /h Instelbare thermo-aandrijvingen TA 20, TA 24, TR-D12, DDC Leverbare grootten 10 verwarmingscircuit aansluitingen Uponor Provario verdeler Materiaal glasvezelversterkt polyamide met messing tussenlagen Maximale bedrijfsdruk 6 bar Maximale bedrijfstemperatuur 60 C Maximale testdruk (24 h, 0 C) 10 bar Maximale waterhoeveelheid per verdeler, m /h kvs-waarde aanvoer- en retourafsluiters 1,2 m /h Instelbare thermo-aandrijvingen TA 20, TA 24, TR-D12, DDC Leverbare grootten 2 12 verwarmingscircuit aansluitingen TI WANDVERWARMINGEN 0/07

Notities: 4 TI WANDVERWARMINGEN 01/07

Uponor - partner, pionier en marktleider De mogelijkheden van Uponor zijn omvangrijk. Deze reiken van vloerverwarming via drinkwaterinstallaties, radiatoraansluitingen tot aan concepten voor de civiele techniek en de milieu- en gemeentelijke techniek. Sinds de oprichting in Finland in 196 heeft Uponor met nieuwe ontwikkelingen maatstaven aangelegd en deze voortdurend verder ontwikkeld. Ook u kunt in de toekomst op ons prestatievermogen in de drie bedrijfssectoren verwarmen/koelen, installatiesystemen en infrastructuur rekenen. Een nieuwe structurering, die tegelijk een unieke meerwaarde inhoudt in het voordeel van onze klanten. Uponor. Simply more. uw partner in klimaattechniek Nathan Import/Export B.V. Postbus 1008 69 BA Duiven Nederland T +1 (0)26-44 98 4 F +1 (0)26-44 9 7 E info@nathan.nl W www.nathan.nl 1022670-0/07 Wijzigingen, druk-en zetfouten voorbehouden Uponor Central Europe Nathan Import/Export N.V.-S.A. Lozenberg 4 192 Zaventem België T +2 (0)2 721 1 70 F +2 (0)2 72 E info@nathan.be W www.nathan.be Uponor GmbH Hans-Böckler-Ring 41 2281 Norderstedt Germany T +49 (0)40 0 986-0 F +49 (0)40 0 986-4 W www.uponor.de E heizen-kuehlen@uponor.de www.uponor.nl