Antwoorden 56V Cursus Eindexamen Hoofdstuk 1 Het eindexamen 1: de vaardigheden analyseren, interpreteren, argumenteren en beoordelen Paragraaf 3 Woorden of zinnen uit de tekst citeren Opdracht 1 Examen 2008-1, vr. 12 (1p) (Juist door ) de multiculturele uitdijing... minderheden of de pluriformiteit van vandaag Opdracht 2 Examen 2012-1, vr. 14 (2x1p) Woordgroepen die het dwingende karakter tot uitdrukking brengen zijn: (Het) regime (van de economische kloktijd) (regels 214-215) (1p) (hoeft te blijven overgeven aan de) eisen (die de economische tijd stelt) (regels 229-231) (1p) Paragraaf 4 Iets uitleggen / Iets met eigen woorden zeggen Opdracht 3 1 Examen 2011-1, vr. 6 (2p) De onzekerheid / Het nuanceren / Het aftasten van verschillende morele argumenten werd vervangen door duidelijkheid / rechtlijnigheid / onwankelbare principes (1p) een volledig goed antwoord, niet langer dan 15 woorden (1p) 2 Examen 2011-1, vr. 7 (2p) het verwijt van het mislukken van het integratiedebat / van het doodknuffelen van allochtonen (1p) een volledig goed antwoord, niet langer dan 15 woorden (1p) Opdracht 4 Examen 2012-1, vr. 4 (3p) Hoe meer vrije tijd we hebben gekregen, hoe minder tijd we nemen voor rust / Hoe meer vrije tijd de mensen hebben gekregen, hoe drukker ze het hebben (2p) een volledig goed antwoord, niet langer dan 20 woorden (1p) Paragraaf 5 Vragen over argumentatie beantwoorden Opdracht 5 Examen 2011-2, vr. 1 (2p) Opvatting 1: Er zijn te veel ambtenaren (1p) Opvatting 2: Ambtenaren verrichten nutteloos werk (1p) Opdracht 6 1 Examen 2012-1, vr. 11 (1p) C Wezenlijke zaken ontwikkelen zich buiten het economische tijdsbesef om. (1p) 2 Examen 2012-1, vr. 12 (2p) Twee juiste argumenten zijn: Zo voorkomen we dat we over vijftig jaar worden geregeerd door de
economische tijdsdruk (1p) Zo kunnen we uit de tredmolen van de productie stappen / Er ontstaat ruimte voor rust en reflectie (1p) Opdracht 7 1 Examen 2009-1, vr. 8 (1p) (argument op basis van) een voorbeeld (1p) 2 Examen 2009-1, vr. 9 (1p) (argument op basis van) een gevolg (1p) 3 Examen 2009-1, vr. 10 (1p) (argument op basis van) autoriteit (1p) Opdracht 8 Examen 2008-1, vr. 6 (1p) C vergelijking (1p) Opdracht 9 Examen 2011-2, vr. 15 (3p) De kern van een juist antwoord is: Het is een weinig betrouwbaar/geloofwaardig/acceptabel beeld (1p) want in de tekst worden nauwelijks/onvoldoende/geen argumenten gegeven bij het geschetste beeld van politici / wordt een overdreven/gegeneraliseerd/gechargeerd beeld van politici geschetst (2p) Opdracht 10 Examen 2012-1, vr. 8 (1p) B als een onjuist oorzakelijk verband (1p) Opdracht 11 1 Examen 2010-2, vr. 18 (2p) 1 In de tekst Dieren zijn geen burgers hooguit hamburgers wordt de bewijslast ontdoken. (1p) 3 In de tekst Dieren zijn geen burgers hooguit hamburgers wordt een onjuiste gevolgtrekking gemaakt. (1p) 2 Examen 2010-2, vr. 19 (1p) 3 In de tekst Dieren zijn geen burgers hooguit hamburgers wordt een onjuiste gevolgtrekking gemaakt. (1p) Paragraaf 6 Het taalgebruik in een tekst beoordelen Opdracht 12 Examen 2009-2, vr. 7 (2p) Voorbeelden van juiste antwoorden zijn (twee van de volgende): zonder tegensputteren (regels 53-54) geen moeite (regel 69) klakkeloos (omarmd) (regels 113-114) nagebauwd (regel 114) roept nu iedereen (regel 115) Paragraaf 7 De functie van een tekstgedeelte bepalen Opdracht 13 1 Dat dit functiewoord tussen 2001 en 2012 maar één keer als mogelijk antwoord is aangeboden.
2 8 3 15; 8/23, dat is ongeveer 1/3 en iets preciezer 35%. 4 Dat deze woorden bijna als afleiders beschouwd kunnen worden: ze worden heel vaak als antwoordmogelijkheid aangeboden, maar zijn (bijna) nooit het goede antwoord. Opdracht 14 Examen 2009-2, vr. 8 (1p) B gevolg (1p) Opdracht 15 Examen 2009-2, vr. 9 (1p) D weerlegging (1p) Opdracht 16 1 Examen 2010-2, vr. 11 (1p) deel van een opsomming (1p) 2 Examen 2010-2, vr. 12 (1p) uitwerking (1p) Opdracht 17 1 Examen 2012-1, vr. 5 (1p) constatering (1p) 2 Examen 2012-1, vr. 6 (1p) toelichting (1p) 3 Examen 2012-1, vr. 7 (1p) conclusie (1p) Opdracht 18 Examen 2010-2, vr. 1 (1p) A anekdotisch en het onderwerp aankondigend (1p) Paragraaf 8 Een vraag over de titel van de tekst beantwoorden -- Paragraaf 9 De tekst indelen -- Paragraaf 10 De hoofdgedachte van de tekst bepalen -- Paragraaf 11 Het schrijfdoel of de tekstsoort vaststellen -- Paragraaf 12 Een tekstfragment vergelijken met (delen van) de hoofdtekst Opdracht 19 Examen 2008-2, vr. 17 (1p) Het zou zijn werk.
Paragraaf 13 Strategie meerkeuzevragen beantwoorden Opdracht 20 1 D 2 maximumscore 1 alinea 5 3 maximumscore 1 alinea 11 4 B 5 B 6 B 7 D 8 maximumscore 1 individualisme 9 C 10 maximumscore 1 Zij lost de problemen liever één voor één op. (regels 144-146) 11 C 12 maximumscore 3 De kern van een goed antwoord is (drie van de volgende): Ze voerden fanatieke protestacties. / Ze gingen de straat op. Ze vochten een leven lang vanuit een bepaalde ideologie met problemen. / Ze bonden zich levenslang aan één stroming of instituut. / Ze beleden hun idealisme in onvoorwaardelijke saamhorigheid. Ze zagen een betere wereld als één helder, overkoepelend begrip. / Ze zagen idealisme als totaalpakket. Ze vonden dat bij idealisme het brengen van persoonlijke offers hoort. per juist kenmerk 1 13 maximumscore 2 verklaring 1 weerlegging 1
14 A 15 B 16 B 17 D 18 A 19 maximumscore 3 Heijne is verontwaardigd over het feit dat idealisme tegenwoordig een vorm van liefdadigheid is waarbij je niet eens meer je portemonnee hoeft te trekken 2 een volledig goed antwoord, niet langer dan 30 woorden 1 Indien: Hij meent dat het zelfgenoegzaam is als je denkt de wereld te kunnen helpen als je er zelf beter van wordt 1 20 maximumscore 2 Heijne beoordeelt het hedendaagse idealisme als ouderwetse liefdadigheid / als een nieuw soort egocentrisme / als een nieuwe vorm van zelfgenoegzaamheid 1 een volledig goed antwoord, niet langer dan 15 woorden 1
Hoofdstuk 2: Het eindexamen 2: de vaardigheid samenvatten Paragraaf 1: Een tekst reduceren tot hoofduitspraken Opdracht 1 Het zou verstandig zijn een andere benadering te kiezen voor het fileprobleem. Of: De minister van Verkeer kan beter ophouden met investeringen in het wegennet die het fileprobleem toch niet oplossen. Opdracht 2 Elke lezer heeft een eigen interpretatie van een tekst (1p) een boek zou (dus) nooit een belangrijke mededeling kunnen bevatten / literatuur is een vrijblijvend spel met woorden (1p) een volledig goed antwoord, niet langer dan 20 woorden (1p) Opdracht 3 De mens (in Nederland) wil de natuur beschermen en behouden (1p) maar al het geklets daarbij illustreert juist dat er in Nederland geen echte natuur meer is / enkel nog natuur is (1p) Indien meer dan 30 woorden: 1 scorepunt aftrek Indien meer dan 35 woorden: 2 scorepunten aftrek Opdracht 4 1 aandachtspunt 2: gevaar: - gevaar (eind alinea 4) - gevaarlijk (alinea 6) niveau natie: - het eigen vaderland (eind alinea 4) aandachtspunt 3: - gevoelens van trots (eind alinea 4) - Een veel sterkere dempende factor voor nationale trots (alinea 7) 2 aandachtspunt 2: - Dit soort gevoelens van trots / superioriteit hebben in de vorm van nazisme, racisme en andere vormen van militant etnocentrisme in het verleden tot gruwelijk onrecht en tot gigantische slachtpartijen geleid. In plaats van het onderstreepte deel mag je ook hebben: distinctiedrift / zelfgenoegzaamheid. aandachtspunt 3: - De Westerse ideologie staat in het teken van de universele mensenrechten, waardoor het incorrect is om je nog langer voor te laten staan op een willekeurig aspect als geslacht, ras of geloofsovertuiging. - Een tweede dempende factor voor nationale trots is het individualisme. In de individualistische wereldbeschouwing komt niets meer in aanmerking voor zoiets als trots, behalve de eigen prestaties. 3 Een samenvatting zou er zo uit kunnen zien: Het gezin en de nationale staat werken volgens hetzelfde principe: er is fysieke nabijheid, men geeft elkaar een voorkeursbehandeling ten opzichte van anderen en men vormt een front tegen externe bedreigingen.
Op het niveau van de natie schuilt daarin een gevaar. Gevoelens van trots en superioriteit ten opzichte van andere volken hebben in het verleden tot gruwelijk onrecht en tot gigantische slachtpartijen geleid. Maar tegenwoordig zijn er factoren die remmend werken. Allereerst zijn er de universele mensenrechten, waardoor het incorrect is om je te laten voorstaan op een willekeurig aspect als geslacht, ras of geloofsovertuiging. Daarnaast is er het westerse individualisme, waarin alleen de eigen prestaties in aanmerking komen voor trots. 111 woorden Opdracht 5 Een ramp fascineert omdat we aangetrokken worden door wat ons had kunnen overkomen (1p) De publieke aandacht en gezamenlijke beleving ervan zorgen ervoor dat we ons veiliger voelen (1p) Ze versterken de saamhorigheid (1p) We leren ervan voor de volgende keer (1p) Indien meer dan 40 woorden: 2 scorepunten aftrek Indien meer dan 45 woorden: 3 scorepunten aftrek Indien meer dan 50 woorden: 4 scorepunten aftrek Je schrijft de samenvatting als een tekst: Een ramp fascineert omdat we aangetrokken worden door wat ons had kunnen overkomen. De publieke aandacht en gezamenlijke beleving ervan maken dat we ons veiliger voelen. Ze versterken de saamhorigheid en we leren ervan voor de volgende keer. 38 woorden Opdracht 6 Een goede samenvatting bevat ten minste de volgende drie elementen: Uit onderzoek van de VU blijkt dat veel leraren in tal van hersenmythes geloven / onbewezen opvattingen over het brein aanhangen (2p) Het is verontrustend dat er binnen het onderwijs een neuro-industrie is ontstaan, gebaseerd op onjuiste aannames (waarin deze mythes / onbewezen opvattingen welig tieren) (juist van in het brein geïnteresseerde docenten) (2p) Het brein zou/de mysterieuze hersenen zouden met meer scepsis moeten worden benaderd (2p) Let op: woorden tussen haakjes mogen ontbreken; links en rechts van een slash (/) staan alternatieve formuleringen/ Indien meer dan 50 woorden: 2 scorepunten aftrek Indien meer dan 55 woorden: 4 scorepunten aftrek Indien meer dan 60 woorden: 6 scorepunten aftrek Je schrijft de samenvatting als een tekst: Uit onderzoek van de VU blijkt dat veel leraren in tal van hersenmythes geloven. Het is verontrustend dat er binnen het onderwijs een neuro-industrie is ontstaan, gebaseerd op onjuiste aannames. Het brein zou met meer scepsis moeten worden benaderd. 39 woorden Paragraaf 2: De informatie in een tekst ordenen Opdracht 7 maximumscore: 6p; per goed argument of goede onderbouwing, in juist verband: 1p
hoofdstandpunt: Stemmen zonder zeggenschap over coalitievorming is zinloos/niet goed. argument: (want) we weten niet wat er met onze stem gebeurt / hoe en met wie ze gaan samenwerken. tegenargument: Met strategisch stemmen kan ik bepaalde samenwerkingsverbanden tussen politieke partijen mogelijk maken of blokkeren. weerlegging: Strategisch stemmen is een farce. want onderbouwing: Politici halen onze stemmen op en bepalen dan zelf wat ze ermee doen. onderbouwing 1: Het is onduidelijk welke strategie een strategische stemmer volgt. onderbouwing 2: Een politicus voelt zich niet gebonden aan strategisch stemmer. Paragraaf 3: Een samenvatting beoordelen Opdracht 8 B Mensen in ons land kunnen niet meer gewoon genieten van de natuur, maar willen allerlei activiteiten in de natuur ondernemen, om te voorkomen dat het saai wordt. Omdat Nederland geen echte natuur meer heeft, gaan ze op avontuur in het buitenland en dit levert soms onverantwoorde, gevaarlijke situaties op. Beter is het om de natuur de natuur te laten zijn en haar rustig te ondergaan.