Gordeldracht. 1. Context. 2. Wettelijk kader. Veiligheidsgordel

Vergelijkbare documenten

Kinderen. in de auto? Klik ze vast!

De gordel en de kinderstoel: kort en bondig

Vervoer van kinderen Nederland

EUROPEES PARLEMENT ***I STANDPUNT VAN HET EUROPEES PARLEMENT. Geconsolideerd wetgevingsdocument. 31 mei /0315(COD) PE1

OVERTREDINGEN Van de 3de en 4de graad

Notitie veilig vervoer naar buitenschoolse activiteiten

Kinderen klikvast in de auto. Je baby of peuter veilig vervoeren

Kinderen klikvast in de auto. Veilig vervoerd van peuter tot tiener

Voorstelling van de campagne: De gordel, altijd. Ook achterin. 08/02/ /03/2010

Veilig of gevaarlijk? Verkeersoefening - Kleuteronderwijs.

Verklaring vervoersregeling

KINDEREN IN DE AUTO: ALTIJD VEILIG VASTGEKLIKT!

Veilig of gevaarlijk? Verkeersoefening - 1 ste en 2 de leerjaar lager onderwijs.

Strategie voor meer verkeersveiligheid

HOOFDSTUK 05 VRACHTWAGENS, AUTOBUSSEN, AUTOCARS GROEP 2 = CATEGORIEËN C1, C, C1E, CE, D1, D, D1E EN DE

Actieplan: Voorrang 2 Oversteekplaats voor voetgangers / fietsers

Kinderen klikvast in de auto

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van..

Kinderen klikvast in de auto. Je baby veilig vervoeren

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Verklaring Vervoersregeling

Kinderen klikvast in de auto

Rijbewijs (categorieën) en rijgeschiktheid

VERVOERSPROTOCOL VEILIGHEID BIJ EXCURSIES

Persmap Politiezone Westkust

NIEUWSBRIEF / JANUARI 2019

Beveiligingssystemen. Gordel en kinderzitjes

Voorstelling van de campagne: "De gordel, altijd. Ook achterin."

INFOBROCHURE. Sporting Club Aarschot

Om de klassenouders te ondersteunen is in iedere klas een communicatiemap aanwezig.

Tips voor ouders, met speciale pagina s voor kinderen. Kinderen klikvast in de auto

Basiswetboek Wegverkeer. Voor de politie

Vervoer van kinderen

Belgisch Staatsblad van 9 november Versie in voege vanaf 24 september 2016

Circulaire RIJBEWIJS

Tips voor ouders, met speciale pagina s voor kinderen. Kinderen klikvast in de auto

Zeg niet te gauw t is weer een vrouw Vandaag 8 maart is het de internationale dag van de vrouw

Circulaire RIJBEWIJS

Overzicht Verkeersinbreuken (autosnelwegen inbegrepen) 2018: 1e semester PZ LAN (LANDEN)

2. Regulier leerlingenvervoer betreffende excursies, zwemonderwijs e.d. 2.1 Per personenauto.

Bijlage 11 Preventie Zichtbaarheid

PROVINCIALE THEMA-ACTIE MOTORFIETSEN

K.R.C. Gent-Zeehaven KBVB Stamnummer 11 Eikstraat 85A 9041 Oostakker

Veiligheid van kinderen

INHOUD. Verkeersvademecum 2013 v

ATV. (All Terrain Vehicles)

DN /03. (versie B) Veiligheidsgordels. INSTRUCTIE DV/43.12/ (herz. 2)

Belgisch Staatsblad van 9 november Versie in voege vanaf 1 oktober 2018

Basisschool De Leemstee protocol vervoer

Verklaring vervoersregeling

27 JANUARI Koninklijk besluit betreffende <praalwagens>

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Achtergrondinformatie

Overzicht Verkeersinbreuken 2016 PZ LAN (LANDEN)

Overzicht Verkeersinbreuken 2016 PZ VOEREN

Rijbewijzen praalwagens

Verklarende nota. Technisch Reglement (KB 15/03/1968)

DE NIEUWE VERKEERSREGELS. Caelen Erik Verkeerskundige Mobiliteitscel

INHOUD. Verkeersvademecum 2014 vii

Tips voor ouders, met speciale pagina s voor kinderen. Kinderen klikvast in de auto

kenniscentrum verkeersveiligheid

Overzicht Verkeersinbreuken Arrondissement LUXEMBOURG

Overzicht Verkeersinbreuken 2016: 1e semester. Arrondissement Luxembourg

Overzicht Verkeersinbreuken Arrondissement BRUSSEL-19

Laatste wijzigingen van de Verkeersreglementering update november 2016

Veilig vervoer van kinderen in de auto

Tegen de rijrichting in. Gebruiksaanwijzing kg 0-12 m

DE NIEUWE VERKEERSREGELS. Caelen Erik Verkeerskundige Mobiliteitscel

college van burgemeester en schepenen

Veilig mee in de auto

Protocol vervoer kinderen tijdens schooldagen Montessorischool Haaksbergen

1.1 Protocol Leerlingenvervoer en Veiligheid

VERVOER VAN EN NAAR DE CLUB/WEDSTRIJD

college van burgemeester en schepenen

Overzicht Verkeersinbreuken 2016: 1e semester. Arrondissement Antwerpen

Overzicht Verkeersinbreuken (autosnelwegen inbegrepen) 2018: 1e semester PZ HOUILLE-SEMOIS (GEDINNE)

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen. Artikel 1. Doel

VOERTUIGEN GROEP 1 = CATEGORIEËN AM, A2, A1, A, B EN BE

Gemeentebestuur Lovendegem Kerkstraat 45

Verkeerswetgeving fietsers

college van burgemeester en schepenen

Tarief Auto Verkeerspolis

Overzicht Verkeersinbreuken Arrondissement ANTWERPEN

college van burgemeester en schepenen

Overzicht Verkeersinbreuken 2016: 1e semester. Arrondissement West- Vlaanderen

Overzicht Verkeersinbreuken (autosnelwegen inbegrepen) 2018: 1e semester PZ DEMERDAL - DSZ (DIEST)

THEMADOSSIER VERKEERSVEILIGHEID NR. 6 BEVEILIGINGSSYSTEMEN (GORDEN EN KINDERZITJES) Kenniscentrum Verkeersveiligheid

Overzicht Verkeersinbreuken Provincie West-Vlaanderen

College van Burgemeester en Schepenen

College van Burgemeester en Schepenen

Overzicht Verkeersinbreuken Provincie West-Vlaanderen

VERKEERSVADEMECUM 2012 Koenraad Wouters

Tegen de rijrichting. Gebruiksaanwijzing kg 0-12 m

HOOFDSTUK 03 TOEPASSINGSVELD

Overzicht Verkeersinbreuken 2016: 1e semester. Arrondissement Brussel-19

college van burgemeester en schepenen

Algemene toelichting van verschillende types voertuigen die de wet onderscheidt

Uw paardenvoertuig: vrachtwagen of mobilhome?

Laatste wijzigingen van de Verkeersreglementering

Transcriptie:

Gordeldracht Bron: BIVV 1. Context Het hoeft geen betoog dat het dragen van de veiligheidsgordel en het correct vastgespen van kinderen levens kan redden. Talloze studies tonen aan dat de ernst van het letsel ten gevolge van een verkeersongeval kleiner is wanneer men de gordel draagt. Alleen al in België zouden er jaarlijks een honderdtal levens gered kunnen worden mochten alle inzittenden van de wagen een beveiligingssysteem gebruiken. De veiligheidsgordel is één van de gemakkelijkste en goedkoopste manieren om de ernst van een ongeval significant te verminderen. Ondertussen werden er nog andere veiligheidssystemen ontwikkeld om de werkzaamheid van de gordel nog te verbeteren (airbags, gordelspanners, spankrachtbegrenzers, ) of om personen aan te zetten de gordel te dragen (een alarmsignaal bij het niet dragen van de gordel). Om het gedrag van diegenen die de gordel vergeten of nalaten te dragen te kunnen veranderen moet de overheid verder inzetten op sensibiliseringsacties, in combinatie met een grote inzet van de politiediensten. Dit moet leiden tot meer respect voor de verkeersregels. Bron: BIVV 2. Wettelijk kader Veiligheidsgordel Het dragen van de gordel vooraan is verplicht in België sinds 1975 en achteraan sinds 1991. Volgens het Koninklijk Besluit van 1 december 1975 (de wegcode) en meer specifiek volgens artikel 35 over het dragen van de veiligheidsgordel en de kinderbeveiligingssystemen:

Moeten alle inzittenden van een voertuig (wagens, breaks, bestelwagens, minibusjes, kampeerwagens, vrachtwagens en autocars) de veiligheidsgordel dragen op de zitplaatsen die ermee uitgerust zijn, zowel voorin als achterin. Alle inzittenden van andere motorvoertuigen moeten de veiligheidsgordel dragen op zitplaatsen die ermee uitgerust zijn. Plaatsen die uitgerust zijn met een gordel of met een beveiligingssysteem voor kinderen moeten eerst ingenomen worden. De gordel en de beveiligingssystemen voor kinderen moeten zodanig gebruikt worden dat ze een optimale bescherming bieden. Zijn vrijgesteld van het dragen van een gordel: bestuurders die achteruit rijden; bestuurders van taxi s wanneer zij een klant vervoeren; personen in het bezit van een vrijstelling op grond van gewichtige medische tegenindicaties; bestuurders van prioritaire voertuigen: o wanneer personen vervoerd worden die een potentiële bedreiging vormen; o in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie; passagiers van prioritaire voertuigen: o wanneer personen vervoerd worden die een potentiële bedreiging vormen; o in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie; o wanneer ze de persoon verzorgen die wordt vervoerd; postbeambten die achtereenvolgens, op plaatsen die op korte afstand van elkaar gelegen zijn, postzendingen uitreiken of ophalen. Kinderbeveiligingssystemen (KBS) Sinds 1 september 2006, is er een nieuwe reglementering van kracht over het gebruik van kinderbeveiligingssystemen. De wegcode zegt dat minderjarige kinderen (jonger dan 18 jaar) die kleiner zijn dan 1,35m, in een geschikt KBS moeten vervoerd worden. Het KBS moet conform zijn aan de Europese homologatie-reglementering ECE R44, amendementen 03 of 04. Sinds 10 mei 2008 mogen de kinderzitjes met de R44-01 en R44-02 norm niet meer gebruikt worden. Kinderen van 1,35m of groter, moeten in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem vervoerd worden (volgens de homologatie van het zitje, naargelang het gewicht van het kind) of de veiligheidsgordel dragen. Kinderen, van alle leeftijden, mogen vooraan vervoerd worden zolang ze vastgemaakt worden zoals de wet dat voorschrijft. Een restrictie verbiedt echter wel dat een kind tegen de rijrichting in geïnstalleerd wordt op een plaats in de wagen die uitgerust is met een frontale airbag, tenzij deze uitgeschakeld werd.

Enkele uitzonderingen op de regel (artikel 35.1.2 van de wegcode): In wagens en lichte vrachtwagens: Indien het onmogelijk is om achterin een derde kinderbeveiligingssysteem te installeren omdat de twee andere al bezet zijn. In dit geval mag een derde kind van 3 jaar of ouder (en kleiner dan 1,35m) toch meerijden achterin. Het moet dan wel een veiligheidsgordel dragen. In occasionele gevallen en voor een korte afstand, kunnen kinderen van 3 jaar of ouder die geen kind van de bestuurder zelf zijn, wanneer er geen geschikt beveiligingssysteem in de wagen aanwezig is of niet voldoende om alle kinderen mee te vervoeren, toch meerijden achterin. Ze moeten dan wel een gordel dragen. In taxi s, autocars en autobussen die meer dan 8 passagiers vervoeren: Kinderen, net als de andere passagiers, moeten hun gordel vastmaken op plaatsen die hiervoor uitgerust zijn. In voertuigen die niet uitgerust zijn met een kinderbeveiligingssysteem, moeten kinderen die kleiner zijn dan 1,35 m verplicht achteraan plaatsnemen. In wagens die niet uitgerust zijn met veiligheidsgordels: Kinderen van 3 jaar en ouder en kleiner dan 1,35 m moeten achterin meereizen. Kinderen die jonger zijn dan 3 jaar mogen niet vervoerd worden in dit type voertuig. het niet meer mogelijk is duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 m: 3. Tips voor de weggebruiker Tips voor de bestuurder - Geef het goede voorbeeld door dadelijk zelf je veiligheidsgordel aan te doen - Maan de passagiers die niet spontaan de klik maken aan dit toch te doen - Zeg desnoods dat je niet vertrekt vooraleer alle inzittenden correct vastgegespt zijn Tips voor de passagier - Doe spontaan je veiligheidsgordel aan - Stap niet in een voertuig waar alle zitplaatsen uitgerust met een veiligheidsgordel reeds in gebruik zijn - Verzoek de andere inzittenden die niet vastgegespt zitten de klik te maken 4. Inbreuken

Bestuurders - De bestuurder en de passagiers van auto's die aan het verkeer deelnemen, moeten de veiligheidsgordel dragen, op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. - De bestuurder van motorvoertuigen die aan het verkeer deelnemen andere dan auto's, moeten de veiligheidsgordel dragen op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. - De veiligheidsgordel wordt gebruikt op een wijze die de beschermende werking ervan niet negatief beïnvloedt of kan beïnvloeden. - Art. 35.2.2. De vrijstelling bedoeld in artikel 35.2.1.4 [KB 01-12-1975] moet vertoond worden op elk door een bevoegd persoon gedaan verzoek. Art. 35.1.1.al.1. Art. 35.1.1.al.6. Art. 35.1.3. Art. 35.2.2. OI 1 e graad 55 Passagiers - De passagiers van auto's die aan het verkeer deelnemen, moeten de veiligheidsgordel dragen, op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. - In auto's die aan het verkeer deelnemen, moeten kinderen van minder dan 18 jaar en kleiner dan 135 cm worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. - In auto's die aan het verkeer deelnemen, op de zitplaatsen die niet zijn uitgerust met een veiligheidsgordel worden geen kinderen vervoerd van minder dan 3 jaar. - In auto's die aan het verkeer deelnemen, op de zitplaatsen voorin die niet zijn uitgerust met een veiligheidsgordel worden geen kinderen vervoerd van minder dan 18 jaar en kleiner dan 135 cm. - In taxi's waarin geen kinderbeveiligingssysteem aanwezig is, worden kinderen van minder dan 18 jaar en die kleiner zijn dan 135 cm op een andere zitplaats dan een van de zitplaatsen voorin in het voertuig vervoerd. Art. 35.1.1.al.1. Art. 35.1.1.al.2. Art. 35.1.1.al.3. Art. 35.1.1.al.3. Art. 35.1.1.al.4.

- Art. 35.1.1.al.5. In auto's die aan het verkeer deelnemen, worden kinderen van minder dan 18 jaar niet in een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op een passagierszitplaats met een voorairbag vervoerd, tenzij deze airbag is uitgeschakeld of automatisch op toereikende wijze wordt uitgeschakeld. - In voertuigen bestemd voor het vervoer van personen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en in voertuigen bestemd voor het vervoer van goederen met een maximale toegelaten massa van ten hoogste 3,5 ton, wanneer het na installatie van twee kinderbeveiligingssystemen, niet mogelijk is nog een derde kinderbeveiligingssysteem te installeren en deze beveiligingssystemen in gebruik zijn, mag op de andere zitplaatsen dan de zitplaatsen voorin in het voertuig, een derde kind van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm worden vervoerd, indien het de veiligheidsgordel draagt. - Het derde kind van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm dat niet kan vervoerd worden in een kinderbeveiligingssysteem draagt de veiligheidsgordel niet. - Het 3de kind van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm dat de veiligheidsgordel draagt wanneer het niet kan vervoerd worden in een kinderbeveiligingssysteem wordt niet vervoerd op een zitplaats anders dan voorin in het voertuig. - Het 3de kind van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm wordt niet vervoerd in een kinderbeveiligingssysteem terwijl het mogelijk was er een 3de bijkomende te installeren. - In geval van incidenteel vervoer over korte afstand, in voertuigen bestemd Art. 35.1.1.al.5. Art. 35.1.2.al.1. Art. 35.1.2.al.2.

voor het vervoer van personen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en in voertuigen bestemd voor het vervoer van goederen met een maximale toegelaten massa van ten hoogste 3,5 ton, waarin geen of een onvoldoend aantal kinderbeveiligingssystemen beschikbaar is, mogen op de andere zitplaatsen dan de zitplaatsen voorin in het voertuig, kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm worden vervoerd, indien zij de veiligheidsgordel dragen. Dit geldt niet met betrekking tot kinderen waarvan een ouder het voertuig bestuurt. - Kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm die niet in een kinderbeveiligingssysteem kunnen vervoerd worden dragen de veiligheidsgordel niet. - Kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm die veiligheidsgordel dragen worden niet vervoerd op een zitplaats anders dan een zitplaats voorin in het voertuig. - Kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm worden niet vervoerd in een kinderbeveiligingssysteem terwijl het voertuig met voldoende aantal is uitgerust. - Art. 35.1.1.al.6. De passagiers van motorvoertuigen die aan het verkeer deelnemen andere dan auto's, moeten de veiligheidsgordel dragen op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. - In motorvoertuigen die aan het verkeer deelnemen, andere dan auto's, moeten] de kinderen van minder dan 3 jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. - In afwijking van het zesde lid, tweede zin van het artikel 35.1.1 van de wegcode en van het gebruik van de openbare weg, mogen kinderen onder de drie jaar niet worden vervoerd op Art. 35.1.1.al.6. Art. 35.1.1.al.6. Art. 35.1.1.al.8. OI 2 e graad 165

een tweewielige bromfiets of op een motorfiets. - In motorvoertuigen die aan het verkeer deelnemen, andere dan auto's, moeten kinderen van 3 jaar of meer en minder dan 8 jaar moeten worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem, of de veiligheidsgordel dragen. - In afwijking van het zesde lid, derde zin van het artikel 35.1.1 van de wegcode, mogen kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar niet worden vervoerd op een motorfiets met een cilinderinhoud van meer dan 125 cm³. - Op een tweewielige bromfiets of een motorfiets met een maximale cilinderinhoud van 125 cm³, moeten kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. - In afwijking van het achtste lid van het artikel 35.1.1 van de wegcode, mogen kinderen van minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem dat geplaatst is in de zijspanwagen van een motorfiets. Op een motorfiets met zijspanwagen moeten kinderen van minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem dat geplaatst is in zijspanwagen van de motorfiets. - De veiligheidsgordel wordt gebruikt op een wijze die de beschermende werking ervan niet negatief beïnvloedt of kan beïnvloeden. - Het kinderbeveiligingssysteem wordt gebruikt op een wijze die de beschermende werking ervan niet negatief beïnvloedt of kan beïnvloeden. - Art. 35.2.2. De vrijstelling bedoeld in artikel 35.2.1.4 van de wegcode moet vertoond worden op elk door een bevoegd persoon gedaan verzoek. Art. 35.1.1.al.6. Art. 35.1.1.al.8. Art. 35.1.1.al.7. Art. 35.1.1.al.9. Art. 35.1.3. Art. 35.1.3. Art. 35.2.2. OI 1 ste graad 55 Kinderbeveiligingssystemen

- De kinderbeveiligingssystemen die vóór 1 september 2006, overeenkomstig de vigerende normen ten tijde van hun ingebruikneming, zijn goedgekeurd en die niet beantwoorden aan de op het ogenblik van de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 22 augustus 2006 tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg van toepassing zijnde normen, mogen niet worden gebruikt. Art. 85.3.al.1.