Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek

Vergelijkbare documenten
Natuurtoets Tugelawegblokken

Natuurtoets MCS. Planteam Groen, Recreatie en Water

Natuurwaardenonderzoek Centrumeiland IJburg

Milieueffectrapportage Music Dome Amsterdam Zuidoost

Quickscan flora en fauna voor bestemmingsplan Oostpoort Februari 2014

Natuurwaardenonderzoek Bestemmingsplangebied Ravel

Natuurwaardenonderzoek Sloterdijk III

Natuurtoets Oosterdok

Bijlage 1 Wettelijk kader

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

TOELICHTING FLORA- EN FAUNAWET

Quickscan Flora- en Faunawet. t.b.v. sloop Opstallen. Oude Maasstraat 18 gemeente Uden

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Natuurtoets Eenhoorn. Planteam Groen, Recreatie en Water

Natuurwaardenonderzoek bestemminsplan De Ruijterkade- Westertoegang

Natuurwaardenonderzoek bestemmingsplan Buiksloterweg

Natuurwaardenonderzoek bestemmingsplan Elzenhagen

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

Aanvullend natuuronderzoek locatie Nieuweweg / Parklaan te Hattem

Samenvatting quickscan natuurtoets

Natuurtoets Jeruzalem

Tabel 1: Inventarisatieschema onderzoek Waterspitsmuis.

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Onderzoek flora en fauna

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

TOETSING FLORA- EN FAUNAWET VOOR DE BOUW VAN EEN RESTSTOFFEN ENERGIECENTRALE IN HET INDUSTRIEHAVENTERREIN TE HARLINGEN.

Saksen Weimar fase 5 en verder Ecologische check

Project Status Datum. Sloop en nieuwbouw locatie Emmaschool concept 14 januari Auteur Veldonderzoek Projectcode

Quickscan samenvatting Stephensonstraat Harderwijk

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

NATUURTOETS LANGE WEMEN HENGELO VERVOLGONDERZOEK GEMEENTE HENGELO

Quick scan Flora- en faunawet Ronetteterrein

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Quickscan samenvatting twee percelen Staphorst

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

ACTUALISEREND ONDERZOEK FLORA- EN FAUNAWET KREKENBUURT TE ELST

Ecologische quick scan Charloise Lagedijk 610-B, Rotterdam

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Quickscan flora en fauna. Deltaweg te Helmond

Natuurwaardenonderzoek bestemmingsplangebied De Ruijterkade-west

Natuurtoets omgevingsvergunning bouw woning Horsterweg 217 Ermelo

Quickscan samenvatting natuurtoets Westpolder/Bolwerk, deelplan 5 bouwstroom F1 en G, Berkel en Rodenrijs.

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

Quickscan natuur Mauritslaan Werkhoven

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Nigtevechtseweg 64, Vreeland

Adviesnota. Figuur 1: de geprojecteerde locatie van het Noordgebouw is aangegeven middels de gele lijn. Bron: POS plankaart 2010.

Project Status Datum. Rood voor Rood Duivendansweg 10 definitief 24 maart Auteur Veldonderzoek Projectcode

Werkzaamheden gemaal Emilia en gemaal Westland Quickscan flora- en faunawet

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Buro Maerlant. Gemert Heuvel 21. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Ruimtelijke ontwikkelingen en de Flora- en faunawet

Quickscan flora en fauna. Woonhuis Wijststraat 3 te Heesch

Erasmuslijn Den Haag. Quick scan ecologie en vleermuisonderzoek. Movares Nederland B.V. drs. T.P. Seip Kenmerk MNO-TS Versie 1.

Quickscan samenvatting gemeentewerf Ouverturebaan 1, Harderwijk

Quickscan flora en fauna. Kilderseweg 2a te Zeddam

Quick scan natuurtoets KuiperCompagnons d.d. 30 november Soortenbescherming

Natuurwaardenonderzoek Overtoomse veld

Ecologische Quickscan Beethoven 2de fase

Resultaten Quickscan, vissen en vleermuisonderzoek met betrekking tot de Flora- en Faunawet.

Veldinventarisatierapport t Hof 12 te Uddel. Opdrachtgever: Van Beijnum Architecten. 18 mei projectnummer

Natuurtoets Water Binnenstad

Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet bomen Hoofdweg, Harderwijk

Bureauonderzoek Flora en fauna

Buro Maerlant. Groesbeek Cranenburgsestraat. Aanvullende notitie in het kader van de Flora- en faunawet

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Buro Maerlant. Rotterdam Marinestraat. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Natuurwaardenonderzoek Mosveld

Natuurtoets 't Zand Toetsing aan de wet- en regelgeving voor natuur Definitief Grontmij Nederland B.V. Alkmaar, 17 november , revisie --

Notitie. 1 Inleiding. 1.2 Plangebied Het plangebied omvat de percelen op Straatweg 77 en Statenlaan 2 te Rotterdam (figuur 1 en 2).

Toets flora en fauna Molenstraat 59c te Gemert

Onderzoek flora en fauna

Dienst Regelingen Team Natuur. Conny Krutzen Martijn van Opijnen

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Conform uw opdracht hebben wij een veldonderzoek uitgevoerd ter plaatse van de weilanden en kassen gelegen achter Zwaagdijk-Oost 189.

Ecologische QuickScan, Flora & fauna scan Gamma Zeist

Natuurwaardenonderzoek bestemmingsplan Buitenveldert 2013

Quickscan flora en fauna

Quick-scan Stationlaan Zevenbergen

Notitie flora en fauna

Notitie. Inleiding. Wettelijk kader. Verbodsbepalingen. Voortplantingsplaatsen en andere vaste rust- en verblijfplaatsen

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Buro Maerlant. Zegge, A.M. de Jongstraat ongenummerd. Ecologische quickscan in het kader van de Flora- en faunawet

QUICKSCAN FLORA & FAUNA CATHARIJNESTEEG 10 BARNEVELD ADVISEUR HENK JANSEN VERSIE 1.0

memo Actualisatie Flora- en faunaonderzoek in verband met nieuwe Wet natuurbescherming.

QUICK SCAN FLORA- EN FAUNAWET VOOR HET PERCEEL KAATSWEG 3 RODERESCH

Quickscan Flora- en faunawet Nieuwematenweg 14 te Reutum

Ecologische Quickscan Iepenlaan, Uithoorn

Doel. Wat is jullie voorkennis? Natuurwetgeving verbindt

Bureauonderzoek flora en fauna

Toets flora en fauna. 1 Inleiding. 2 Wettelijk kader. Pastoor Attendorenstraat Gemert

BIJLAGE 1. Quickscan ecologie

Verkennend natuuronderzoek De Hoeven Beekbergen

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

Buro Maerlant. Heesch Wijststraat 15. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Vleermuizenonderzoek Middenweg te Heerhugowaard

Transcriptie:

Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek Planteam Groen, Recreatie en Water Mei 2007

Inhoud 1. Samenvatting... 3 2. Inleiding... 4 3. Wettelijk kader... 5 4. Beschrijving van het gebied en inventarisatie.... 8 5. Ingrepen en analyse effecten op flora en fauna en consequenties natuurwetgeving... 9 6. Conclusies en aanbevelingen... 10

1. Samenvatting Het bestemmingsplan voor de Westhaven en de Alfa-Driehoek wordt vernieuwd. Het bestemmingsplan is conserverend. In beide deelgebieden liggen een aantal kavels braak. Bij ingebruikname van deze braakliggende delen moet rekening gehouden worden met twee soorten, waarvoor eventueel ontheffing moet worden aangevraagd: de rietorchis en de rugstreeppad. Voor de overige soorten geldt een vrijstelling. De broedvogels moeten gedurende de broedtijd worden ontzien. Bij een ontheffingsaanvraag voor rietorchissen moet worden aangegeven of deze naar een geschikte biotoop in de omgeving verplaatst kunnen worden. Vrijwel altijd is dat het geval. Bij een ontheffingsaanvraag voor de rugstreeppad moet duidelijk worden gemaakt dat het duurzaam voortbestaan van de soort in het gebied niet in gevaar komt en dat er voor voldoende leefgebied in de omgeving wordt gezorgd. Haven Amsterdam stelt een plan op waarin bij de ontwikkeling van het Havengebied het duurzaam voortbestaan van de rugstreeppad wordt gewaarborgd. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 3

2. Inleiding Algemeen Het vigerend bestemmingsplan voor de Westhaven en de Alfa-Driehoek is verouderd en wordt vernieuwd. Het plan is conserverend van karakter. Doel en vraagstelling In deze natuurtoets wordt antwoord gegeven op de volgende vragen: Welke soorten komen er in en rond het plangebied voor of zijn er te verwachten; Op welke wijze zijn deze soorten beschermd; Bij welke ingrepen moet rekening worden gehouden met de aanwezige soorten; Voor welke soorten moet er ontheffing Flora- en faunawet aangevraagd worden en onder welke voorwaarden zal deze worden verkregen; Afbakening Het onderzoeksgebied bestaat uit het plangebied Westhaven en Alfadriehoek. Beschikbare ecologische gegevens Gegevens over het voorkomen van soorten worden sinds 1990 bijgehouden in de Ecologische Atlas Amsterdam. De grotere groengebieden zijn regelmatig geïnventariseerd. De soortgroepen waarvan de gegevens zijn bijgehouden zijn zoogdieren, broedvogels, reptielen, amfibieën, vissen, kreeftachtigen, dagvlinders, sprinkhanen, krekels en libellen. Ten behoeve van uitvoeringsprojecten in het plangebied zijn de gegevens in 2006 gericht geactualiseerd. In week 16, 2007 is het plangebied bezocht en is er geïnventariseerd op onder andere broedvogels. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 4

3. Wettelijk kader Gebiedsbescherming Wettelijk Er zijn geen Natura2000-gebieden in de nabijheid van het plangebied. Rijks en provinciaal beleid De (P)EHS is een belangrijk middel om de hoofddoelstelling van het natuurbeleid te bereiken: natuur en landschap behouden, versterken en ontwikkelen, als essentiële bijdrage aan een leefbaar Nederland en een duurzame samenleving. De EHS moet er onder meer toe bijdragen dat afspraken over het behoud en het herstel van biodiversiteit worden nagekomen. De Provincie heeft de EHS-opgave verder uitgewerkt. Bij kwantitatieve of kwalitatieve aantasting van de (P)EHS dient volgens in de Nota Ruimte vastgelegde regels gecompenseerd te worden. De Hoofdgroenstructuur: gemeentelijk beleid In het structuurplan van de gemeente Amsterdam worden een aantal groengebieden planologisch beschermd. Functiewijzigingen zijn mogelijk en moeten aan een toetsingscommissie worden voorgelegd. Soortbescherming Wettelijk In april 2002 is de Flora- en faunawet van kracht geworden. De al lang bestaande Europese richtlijnen zijn in deze wetgeving toegepast. In oktober 2004 is door het ministerie een Algemene Maatregel van Bestuur afgekondigd. Door publicatie in de Staatscourant is deze op 23 februari 2005 van kracht geworden. Deze AMvB maakt het eenvoudiger om voor algemene soorten zonder ontheffing werkzaamheden uit te voeren. Voor de minder algemene soorten is een gedragscode voorwaarde om zonder ontheffing van de Flora- en faunawet ruimtelijke ingrepen uit te voeren. Voor soorten die onder een Europese richtlijn vallen verandert er niets. Bij overtreding van de verbodsbepalingen moet voor deze soorten nog steeds ontheffing van de Flora- en faunawet worden aangevraagd. Uit de Flora- en faunawet kunnen we de voor dit advies relevante artikelen als volgt samenvatten: Artikel 2 behandelt de algemene, voor iedereen geldende zorgplicht voor de in het wild levende planten en dieren. Lid 2 stelt dat handelingen waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat men de nadelige gevolgen voor de natuur kan weten of vermoeden, voorkomen moeten worden. Voor zover die gevolgen niet voorkomen kunnen worden moeten de effecten van die handelingen worden beperkt of ongedaan gemaakt. Artikelen 8 tot en met 13 zijn verbodsbepalingen waarin de mogelijk nadelige handelingen worden genoemd met betrekking tot planten en dieren in hun natuurlijke leefomgeving. Het betreft zowel evident nadelige handelingen, zoals doden of vernielen van nesten, als indirect nadelige handelingen, zoals aantasting van de leefomstandigheden, verstoring of verontrusting. Par. 1 Bepalingen betreffende planten op hun groeiplaats art. 8 Par. 2 Het is verboden planten, behorende tot een beschermde inheemse soort, te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken, te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enigerlei wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Bepalingen betreffende dieren in hun natuurlijke leefomgeving Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 5

art. 9 art. 10 art. 11 art. 12 art. 13 Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Het is verboden dieren behorende tot een beschermde inheemse soort opzettelijk te verontrusten. Het is verboden nesten, holen of andere voortplantings of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren behorende tot een beschermde inheemse soort te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Het is verboden eieren van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. Het is verboden planten of producten van planten, of dieren (...) behorende tot een beschermde inheemse of beschermde uitheemse plantensoort onderscheidenlijk een beschermde inheemse of beschermde uitheemse diersoort (...) te vervoeren, ten vervoer aan te bieden, af te leveren (...) of onder zich te hebben. Artikel 75 gaat over de mogelijkheden van vrijstelling of ontheffing. Vrijstelling of ontheffing van de verbodsbepalingen kan op verschillende grond worden verleend. De beoordeling van de aanvraag vindt plaats op grond van: De zorgvuldigheid waarmee de aanvrager van de ontheffing het behoud van de beschermde soorten heeft afgewogen tijdens de planvorming. De beschermingsstatus van de soort. Ontheffing wordt verleend indien: Geen andere bevredigende oplossing bestaat en er sprake is van dwingende reden van groot openbaar belang. Geen afbreuk wordt gedaan aan de gunstige staat van instandhouding van de soort. Aan de ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden die betrekking hebben op mitigerende maatregelen of compensatie. De AMvB onderscheidt drie beschermingsregimes, voor vogels geldt een apart regiem, globaal is de betekenis als volgt: Tabel 1 Algemene soorten Een ontheffingsaanvraag is niet nodig bij bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik en ruimtelijke ontwikkelingen Tabel 2 Overige soorten Een ontheffingsaanvraag is niet nodig bij bestendig beheer en onderhoud of Tabel 3 Soorten bijlage IV Habitatrichtlijn/Bijlage 1 AMvB Vogels bestendig gebruik en ruimtelijke ontwikkelingen, mits er voor de uitgevoerde activiteiten een gedragscode is afgesproken met het Ministerie van LNV Als iemand activiteiten onderneemt die zijn te kwalificeren als ruimtelijke ontwikkeling geldt voor soorten in tabel 3 geen vrijstelling. Ook niet op basis van een gedragscode. Voor vogels moet, indien er nog geen gedragscode is afgesproken, ontheffing worden aangevraagd. Als de werkzaamheden echter buiten het broedseizoen plaatsvinden zal er in het algemeen niet snel een ontheffing nodig zijn. Voor een ontheffingaanvraag voor de soorten uit tabel 3 en voor vogels is een uitgebreide toets nodig. Deze moet aan de volgende drie criteria voldoen: 1. doet geen afbreuk aan de gunstige staat van instandhouding van de soort; 2. er is geen alternatief; 3. er is sprake van een in of bij de wet genoemd belang. Als het gaat om een ontheffingsaanvraag in het kader van o.a. ruimtelijke inrichting of ontwikkeling wordt ook getoetst op het criterium: Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 6

de werkzaamheden moeten zodanig uitgevoerd worden dat er sprake is van zorgvuldig handelen. Ontheffing kan voor een periode van vijf jaar worden aangevraagd. De zorgplicht, voldoende zorg in acht nemen voor alle in het wild levende dieren, inclusief hun leefomgeving en voor alle planten en hun groeiplaats, blijft wel geldig. Beleid: soorten van de Rode lijsten Eens per tien jaar worden er Rode lijsten opgesteld. Hierop komen soorten die om verschillende redenen sterk achteruitgaan. Voor het Ministerie van LNV zijn de rode lijsten mede richtinggevend voor het te voeren natuurbeleid. Het Ministerie stimuleert dat bij bescherming en beheer van gebieden rekening wordt gehouden met de Rode-lijst-soorten, en dat zo nodig en zo mogelijk aanvullende soortgerichte maatregelen zullen worden genomen. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 7

4. Beschrijving van het gebied en inventarisatie. Algemeen Het plangebied ligt in het Westelijk Havengebied, nabij het Noordzeekanaal. Westpoort is een industrieterrein met opgespoten (kalkrijk) zand als ondergrond. Het is een overwegend zandig terrein, plaatselijk nat en er zijn poeltjes. De Alfa-Driehoek is grotendeels bebouwd met bedrijven; in het westelijk deel ligt nog een kavel braak. Rond de Westhaven bevinden zich nog meerdere braakligggende kavels. De Alfa-Driehoek Opvallend zijn de broedende vogels op de grinddaken van de gebouwen. Visdiefjes, die in de nabijgelegen haven vissen, en een scholekster. De sloot langs het spoor is van goede kwaliteit en herbergt verschillende soorten amfibieën, waaronder de kleine watersalamander. Op het braakliggende gedeelte tussen Kabelweg en Einsteinweg groeien nog veel soorten, die kenmerkend zijn voor spuitvelden, onder andere duizendguldenkruid en de rietorchis. Langs het talud van de A10 bevinden zich kwelzones met interessante natuur, ook dit is een goede biotoop voor rietorchissen. Op het westelijke deel van dit deel van het plangebied vallen de konijnen en de vossenfamilie op. De rugstreeppad komt voor op de spoorbanen en op verschillende plaatsen in de nabije omgeving van het plangebied. De Westhaven Ook in dit plangebied zijn de broedvogels op het dak opvallend. Op verschillende plaatsen broeden scholeksters en bij de Moezelhaven zit een grote kolonie visdiefjes. Op braakliggende percelen broeden kieviten, kleine plevieren en scholeksters, hier groeien plaatselijk rietorchissen. Verder komen hier konijnen, hazen en vossen voor. De sloot langs de Einsteinweg is van goed kwaliteit, hierin bevindt zich onder andere de bruine kikker. Veel kavels zijn geschikt voor rugstreeppadden. De rugstreeppad komt op veel plekken in de directe omgeving voor. Haven Amsterdam voorziet in zijn beheerplan in een aantal voortplantingspoelen voor rugstreeppadden langs de spoorbaan. Ecologische verbindingen Vooral de spoorbanen zijn ecologische verbindingen waarlangs grondgebonden soorten zich kunnen verplaatsen. Direct aan de spoorbaantaluds gelegen braakliggende kavels ondersteunen deze verbinding voor onder andere wezel, vos, muizensoorten en de rugstreeppad. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 8

5. Ingrepen en analyse van de effecten op flora en fauna en consequenties van de natuurwetgeving Effecten op natuur Het bestemmingsplan is conserverend van karakter, er zijn geen functiewijzigingen. Bij ingebruikname van braakliggende kavels moet rekening gehouden worden met de aanwezigheid van de rugstreeppad, de rietorchis en de aanwezigheid van broedende vogels. Conclusie met betrekking tot gebiedsbescherming (Provinciale) ecologische hoofdstructuur en Gemeentelijke hoofdgroenstructuur Er is geen effect op de PEHS en de Hoofdgroenstructuur van Amsterdam. Conclusie met betrekking tot de Flora- en faunawet Bij ingebruikname van een kavel moet in een natuurtoets het volgende worden uitgewerkt: Komen er rugstreeppadden voor, dan moet een ontheffing Flora- en faunawet worden aangevraagd; bij deze aanvraag hoort in ieder geval een protocol hoe tijdens de werkzaamheden met de rugstreeppad wordt omgegaan en op welke wijze het leefgebied van de rugstreeppad in stand gehouden kan worden, zodat het duurzaam voortbestaan van de soort niet in gevaar komt; Komen er geen rugstreeppadden voor, dan moet er rekening mee worden gehouden dat ze gedurende de werkzaamheden verschijnen; om dit te voorkomen moeten voorzorgsmaatregelen genomen worden; deze amfibiesoort houdt van de dynamiek, die op bouwkavels ontstaat: poeltjes, zand en verspreid liggende bouwmaterialen; Rietorchissen kunnen dikwijls worden verplaatst naar een geschikte biotoop in de omgeving. Hiervoor is wel een ontheffing nodig (artikelen 8 en 13); Bij de planning van de werkzaamheden moet rekening gehouden worden met broedvogels. Vooral voor vogels van strandvlakten is het terrein aantrekkelijk. Een ter zake deskundige moet aangeven of de vogels van het terrein zijn verdwenen. Er zijn geen broedvogels, waarvan het nest als vaste verblijfplaats wordt beschouwd en waarvoor ook buiten de broedtijd een ontheffing nodig is. Bij werkzaamheden aan gebouwen met grinddaken moet rekening gehouden worden met de broedende visdiefjes en scholeksters. Voor de zoogdieren (vos, wezel, konijn, haas, veldmuis) en de overige amfibieën (bruine kikker, kleine watersalamander) geldt een vrijstelling bij ruimtelijke ontwikkelingen. Bij het aanvragen van een ontheffing voor de rugstreeppad (artikelen 9, 11 en 13) moet rekening gehouden worden met het cumulatieve effect van ingrepen uit de omgeving. In het beheerplan van Haven Amsterdam wordt een strategie ontwikkeld om de rugstreeppad in het gebied te behouden. Indien deze wordt goedgekeurd door het Ministerie van LNV zullen individuele ontheffingsaanvragen sneller afgehandeld worden. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 9

6. Conclusies en aanbevelingen Conclusies De streng beschermde rugstreeppad (tabel 3 AMvB, Bijlage IV Habitatrichtlijn) komt in of in de buurt van het gebied voor. Bij ingebruikname van braakliggende kavels moet in ieder geval met de aanwezigheid rekening gehouden worden. In sommige gevallen zal een ontheffingsaanvraag nodig zijn, altijd is de komst van de rugstreeppad tijdens de werkzaamheden mogelijk. Op sommige kavels is een ontheffingsaanvraag nodig om rietorchissen naar een geschikte biotoop in de omgeving te verplaatsen. Bij alle mogelijke ingrepen in het gebied is het advies van een ter zake deskundige nodig om vast te stellen of er nog broedvogels aanwezig zijn. Aanbevelingen Bedrijfsgebouwen van grinddaken blijven voorzien. Visdiefjes en scholeksters maken daar graag gebruik van. Op het dak worden ze niet belaagd door de vos. Natuurtoets Westhaven en Alfadriehoek mei 2007 10