Inspectie jeugdzorg Utrecht, mei Onderzoek Spoedeisende Zorg Bureau Jeugdzorg Gelderland

Vergelijkbare documenten
Een kinderbeschermingsmaatregel?

Zorgen voor het bedreigde kind. Onderzoek naar de samenwerking tussen Raad voor de Kinderbescherming en Bureau Jeugdzorg

De kwaliteit van Veilig Thuis Noord- en Midden Limburg Stap 1

Kwaliteit van de Adviesen Consultfunctie van het AMK. Hertoets bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Overijssel, locatie Hengelo

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Onderzoek bij Yorneo

Plan van aanpak naar aanleiding van het Rapport. De kwaliteit van Stichting Veilig Thuis Noord Oost Gelderland Stap 2

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum

De kwaliteit van Veilig Thuis West-Brabant Stap 1

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008

De kwaliteit van Veilig Thuis Zuidoost-Brabant Stap 1

De kwaliteit van Veilig Thuis Drenthe Stap 1

Quick scan Ambulant begeleid wonen

Hertoets risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam (BJAA)

De kwaliteit van Veilig Thuis Brabant Noordoost Stap 1

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van Rubicon Jeugdzorg

Onderzoek naar de veiligheid van jongeren die wachten op geïndiceerde jeugdzorg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Quick scan Ambulant begeleid wonen 22 mei 2006

Dit is een uitgave van: Inspectie Jeugdzorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

De kwaliteit van Veilig Thuis Utrecht Stap 1

Dit is een uitgave van: Inspectie Jeugdzorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Onderzoek bij Xonar

De kwaliteit van Veilig Thuis Zuid-Holland Zuid Stap 1

Risicomanagement in de jeugdbescherming in de provincie Utrecht

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Limburg

Toetsingskader Veilig Thuis 2015

Aanpak: Casusregie en inzet gezinscoaching. Beschrijving

Verbeterplan Veilig Thuis Hollands Midden n.a.v. inspectierapport nov en stand van zaken op 1 maart 2016.

De kwaliteit van Veilig Thuis Hollands Midden Stap 1

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Onderzoek bij Horizon

Samenwerkingsafspraken crisisinterventie Jeugd in de Gelderse jeugdhulpregio s

Onderzoek bij Meerwijck naar het klimaat op het gebied van seksuele ontwikkeling locatie Pieter Both

Quick scan Ambulant begeleid wonen. Rapport naar aanleiding van het onderzoek van de Inspectie jeugdzorg bij Kompaan

Hertoets risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Leger des Heils Jeugdzorg & Reclassering

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Beleidsanalyse van De Bascule, zorglijn Therapeutische pleegzorg

De kwaliteit van Veilig Thuis Noord- en Oost Gelderland Stap 1

De kwaliteit van Veilig Thuis Groningen Stap 1

Onderzoek bij de Raadsregio Rotterdam - Rijnmond en BJZ Rotterdam naar aanleiding van het overlijden van drie baby s

De toetsende taak van de Raad voor de. Kinderbescherming bij beslissingen. tot terugplaatsing naar huis

Risicomanagement in de jeugdbescherming bij Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam

Onderzoek naar de kwaliteit van de crisisopvang in de provincie Groningen

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Onderzoek bij Flexus

Toezicht Horizon, locatie Anker, afdeling ZIKOS

Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis

PROTOCOL Spoed4Jeugd. Hoofdregel proces: volg gedisciplineerd het proces en de taken in de applicatie.

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Onderzoek bij De Rading

De kwaliteit van Veilig Thuis Gooi en Vechtstreek Stap 1

De kwaliteit van de residentiële jeugdhulp bij Intermetzo, locatie Almelo

De kwaliteit van Veilig Thuis Zuidoost-Brabant Stap 1

Kwaliteit van het AMK Rotterdam. Onderzoek bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Rotterdam

Een Kinderbeschermingsmaatregel? Besluiten en overwegingen van de Raad voor de Kinderbescherming

De kwaliteit van Veilig Thuis Gooi en Vechtstreek Stap 1

AANGETEKEND. Melius Zorg B.V. T.a.v. Terwestenpad BD S GRAVENHAGE

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Kwaliteitskader Verantwoorde zorg Caribisch Nederland

Crisis, wat nu? Landelijk onderzoek naar de kwaliteit van het handelen van de Bureaus Jeugdzorg in Nederland bij cliënten in acute crisis

Kwaliteit van het AMK Groningen. Onderzoek bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Groningen

De bruikbaarheid van adviezen en consulten van het AMK

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Rotterdam

T oetsingskader voor toezicht naar Veilig Thuis in 2015

Vervolgonderzoek AMK Utrecht

De kwaliteit van Veilig Thuis Noord-Holland Noord Stap 1

De kwaliteit van Veilig Thuis Twente Stap 1

Aanpak: WIJ Eindhoven. Beschrijving

De kwaliteit van Veilig Thuis Kennemerland Stap 1

Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar

De bruikbaarheid van adviezen en consulten van het AMK

Aanpak: Integrale Aanpak. Beschrijving

DIRECT, DICHTBIJ EN DOELTREFFEND

Hertoets SGJ Christelijke Jeugdzorg Jeugdbescherming Regio Zuid

Analyse van de samenwerking tussen BJAA en Vangnet Jeugd

De kwaliteit van Veilig Thuis Zeeland Stap 1

De Aandachtsfunctionaris 1

Aanpak: Versterkt Verder. Beschrijving

Risicomanagement in de jeugdbescherming in de provincie Zeeland

Toetsingskader Nieuwe toetreders jeugdhulp

Taak- Functieomschrijving Aandachtsfunctionaris Huiselijk Geweld en Kindermishandeling

Toetsingskader Kwaliteit opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Utrecht

De kwaliteit van Veilig Thuis Amsterdam-Amstelland Stap 1

De kwaliteit van Veilig Thuis Kennemerland Stap 1

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Friesland

De kwaliteit van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond Stap 1

secundaire preventie kindermishandeling

Aanpak: Bijzondere doelgroepen. Beschrijving

Hierbij zenden wij u het antwoord op de door u gestelde vragen op grond van artikel 32 reglement van orde van de gemeenteraad.

DE MELDCODE IN UW PRAKTIJK

Crisis, wat nu? Onderzoek naar de kwaliteit van het handelen van Bureau Jeugdzorg Rotterdam bij cliënten in acute crisis. Inspectie jeugdzorg

De Inspecties stellen dat VTRR aan 18 van de 24 verwachtingen van het toetsingskader voldoet.

Redactie M.M. Wagenaar-Fischer, N. Heerdink-Obenhuijsen, M. Kamphuis, J. de Wilde

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen. Onderzoek bij Bureau Jeugdzorg Zeeland

plan van aanpak te nemen maatregelen 2016

Kwaliteit van de Advies- en Consultfunctie van het AMK. Onderzoek bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden

Verbeterplan naar aanleiding van rapport Inspectie Jeugdzorg. Veilig Thuis. Noord en Oost Gelderland (NOG) JANUARI 2016

Wat is ondertoezichtstelling?

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

Verbeterplan naar aanleiding van rapport Inspectie Jeugdzorg Veilig Thuis Midden Gelderland DECEMBER 2015 Update 1 maart 2016

De kwaliteit van de Pleegzorg bij Leger des Heils Noord

Crisis, wat nu? Onderzoek naar de kwaliteit van het handelen van Bureau Jeugdzorg Limburg bij cliënten in acute crisis

Ambulante Spoedhulp. hulp in crisissituaties aan jeugd van 0-18 en ouders of verzorgers. crisis

Transcriptie:

Inspectie jeugdzorg Utrecht, mei 2009 Onderzoek Spoedeisende Zorg Bureau Jeugdzorg Gelderland

2

Samenvatting Op verzoek van de provincie Gelderland heeft de Inspectie jeugdzorg onderzoek gedaan naar de werkwijze van de afdeling Spoedeisende Zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland. Medewerkers van deze afdeling komen in actie wanneer er een melding is van een acute crisissituatie met een kind. De Inspectie jeugdzorg is van mening dat het in spoedeisende situaties in de eerste plaats van belang is dat de veiligheid van het kind gewaarborgd wordt. Tegelijkertijd moet Bureau Jeugdzorg zorgvuldig handelen om te voorkomen dat onnodig zwaar in de leefsituatie van het kind wordt ingegrepen. De Inspectie jeugdzorg geeft in dit rapport een antwoord op de vraag of de werkwijze van de afdeling Spoedeisende Zorg om te komen tot een besluit voldoende zorgvuldig is. Gezien de mogelijk ingrijpende gevolgen van de te nemen beslissingen, is het van belang dat professionele medewerkers goed zijn toegerust om in een crisissituatie een juiste inschatting te kunnen maken. Hiertoe moeten medewerkers voldoende inhoudelijk ondersteund worden door werkinstructies, scholing en begeleiding. Daarnaast vindt de inspectie het belangrijk dat er geleerd wordt van eventueel verkeerd genomen besluiten door de wijze van besluitvorming systematisch inhoudelijk te evalueren en waar nodig bij te stellen. Oordeel De Inspectie jeugdzorg is van oordeel dat de werkwijze van de afdeling Spoedeisende Zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland in grote lijnen zorgvuldig is. Bureau Jeugdzorg Gelderland is er in geslaagd om in samenwerking met de zorgaanbieders in de regio in crisissituaties snel in te grijpen en passende hulpverlening in gang te zetten. Medewerkers van de afdeling SEZ worden inhoudelijk goed ondersteund om in spoedsituaties de juiste beslissing te nemen. Uitvoerend medewerkers worden, ook buiten kantoortijden, intensief begeleid door de gedragsdeskundige en/of de teamleider. Verder zijn er concrete en goed toegankelijke werkinstructies beschikbaar in het handboek SEZ, die regelmatig worden bijgesteld. Uit het onderzoek is echter ook een drietal punten naar voren gekomen die om verbetering vragen, omdat zij een zorgvuldige werkwijze in de weg kunnen staan. 3

Ten eerste blijkt dat scholing en deskundigheidsbevordering van de uitvoerend medewerkers, specifiek gericht op de uitvoering van de spoedeisende zorg, de afgelopen jaren nog onvoldoende aandacht heeft gekregen. Ten tweede wordt de besluitvorming van de afdeling SEZ niet op systematische wijze inhoudelijk geëvalueerd en bijgesteld en als er wordt geëvalueerd dan worden de uitkomsten niet vastgelegd. Ten derde is bij de afdeling SEZ nog onvoldoende visie ontwikkeld op hoe te handelen op het grensgebied van vrijwillige en gedwongen hulpverlening. De werkinstructies in het handboek SEZ geven geen concrete aanknopingspunten om in crisissituaties in te schatten of en zo ja, wanneer een kinderbeschermingsmaatregel overwogen dient te worden. De inspectie doet daarom de volgende aanbevelingen aan Bureau Jeugdzorg. In het jaarwerkplan 2009 zijn doelen gesteld op het gebied van deskundigheidsbevordering. Voer de voornemens op het gebied van deskundigheidsbevordering zoals beschreven in dit jaarwerkplan daadwerkelijk uit. Neem in de werkwijze Spoedeisende Zorg beleid op over het evalueren van de casuïstiek, over de wijze van vastlegging hiervan en over het bijstellen van de besluitvorming. Ontwikkel een visie voor medewerkers op hoe te handelen op het grensgebied van vrijwillige en gedwongen hulpverlening en hoe en wanneer kinderbeschermingsmaatregelen te verzoeken. Pas op grond daarvan de werkinstructies en samenwerkingsafspraken met de ketenpartners, zowel inhoudelijk als procedureel aan. Aanbevelingen aan de provincie Gelderland Zie er op toe dat Bureau Jeugdzorg de aanbevelingen uitvoert binnen een af te spreken termijn. 4

Inhoudsopgave Samenvatting...3 Hoofdstuk 1 Inleiding...7 1.1. Aanleiding...7 1.2. Onderzoeksvragen...7 1.3. Onderzoeksopzet...8 1.4. Leeswijzer...8 Hoofdstuk 2 Oordeel en onderbouwing...9 2.1. Achtergrondinformatie...9 2.2. Systematische inhoudelijke ondersteuning...10 Hoofdstuk 3 Eindoordeel en aanbevelingen...17 5

6

Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1. Aanleiding De provincie en het Bureau Jeugdzorg (BJZ) in Gelderland hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in de ontwikkeling van een werkwijze voor de Spoedeisende Zorg (SEZ) van Bureau Jeugdzorg. BJZ-Gelderland heeft de Spoedeisende Zorg ondergebracht in een aparte afdeling. Medewerkers van deze afdeling komen in actie wanneer er een melding is van een acute crisissituatie met een kind 1. De provincie Gelderland is in 2007 bekend geworden met twee cases, die aanleiding vormden voor de vraag om een onderzoek van de inspectie naar de werkwijze van de afdeling SEZ van Bureau Jeugdzorg. Bij de provincie leeft eind 2008 nog steeds de vraag of Bureau Jeugdzorg Gelderland de wijze waarop de besluitvorming tot stand komt voldoende evalueert. Daarnaast leeft bij de provincie de vraag of de medewerkers spoedzorg voldoende inhoudelijk ondersteund worden om in een spoedsituatie de juiste beslissing te nemen. Op verzoek van de provincie heeft de Inspectie jeugdzorg onderzoek gedaan naar de werkwijze van de afdeling SEZ. De Inspectie jeugdzorg is van mening dat het in spoedeisende situaties in de eerste plaats van belang is dat de veiligheid van het kind gewaarborgd wordt. Tegelijkertijd moet Bureau Jeugdzorg zorgvuldig handelen om te voorkomen dat onnodig zwaar in de leefsituatie van het kind wordt ingegrepen. Het is immers niet in het belang van het kind wanneer het ten onrechte uithuis wordt geplaatst. Waar nodig een zware ingreep, waar mogelijk een lichte. 1.2. Onderzoeksvragen De Inspectie jeugdzorg geeft in dit rapport een antwoord op de vraag of de werkwijze van de afdeling SEZ om te komen tot een besluit voldoende zorgvuldig is. Wanneer de besluitvorming zorgvuldig tot stand komt, wordt de kans op een onjuist besluit immers verkleind. Gezien de mogelijk ingrijpende gevolgen van de te nemen beslissingen, is het van belang dat professionele medewerkers goed zijn toegerust om in een crisissituatie een juiste inschatting te kunnen maken..hiertoe moeten medewerkers voldoende inhoudelijk ondersteund worden door werkinstructies, scholing en begeleiding. Daarnaast vindt de Inspectie het belangrijk dat er geleerd wordt van eventueel verkeerd genomen besluiten. 1 Zie bijlage 1: Schema Spoedeisende Zorg 7

Op grond van het bovenstaande zijn in dit onderzoek de volgende twee vragen centraal gesteld: o Worden de medewerkers van de afdeling Spoedeisende Zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland systematisch inhoudelijk ondersteund om in spoedsituaties de juiste beslissing te nemen? Indicatoren hiervoor zijn: werkinstructies, scholing en begeleiding. o Wordt de wijze van besluitvorming van de afdeling Spoedeisende Zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland systematisch inhoudelijk geëvalueerd en bijgesteld? Indicatoren hiervoor zijn: checken van de uitvoering, doorlichten van de effectiviteit en het aanpassen van de besluitvorming. 1.3. Onderzoeksopzet De inspectie heeft het onderzoek uitgevoerd middels: - het bestuderen van het Handboek SEZ en aanvullende werkinstructies - het bestuderen van zes dossiers - het voeren van drie maal een gesprek met een medewerker spoedzorg, betrokken bij een dossier - het voeren van een gesprek met een leidinggevende en een gedragsdeskundige van SEZ De inspectie heeft haar praktijkbevindingen getoetst aan het beleid dat Bureau Jeugdzorg Gelderland heeft opgesteld voor de werkwijze Spoedeisende Zorg. 1.4. Leeswijzer Dit rapport geeft de resultaten weer van het onderzoek dat de Inspectie jeugdzorg bij de afdeling spoedeisende zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland heeft uitgevoerd. Voordat we in hoofdstuk 2 overgaan tot de beantwoording van de onderzoeksvragen, geeft de inspectie in paragraaf 2.1 een korte schets van de werkwijze van de afdeling SEZ. In paragraaf 2.2 geeft de inspectie haar oordeel over de mate waarin de medewerkers van de afdeling Spoedeisende Zorg systematisch inhoudelijk ondersteund worden bij hun taak om in spoedsituaties de juiste beslissing te nemen. In paragraaf 2.3 geeft de inspectie haar oordeel over de mate waarin de wijze van besluitvorming van de afdeling Spoedeisende Zorg systematisch inhoudelijk wordt geëvalueerd en bijgesteld. In hoofdstuk 3 geeft de inspectie haar eindoordeel en doet zij aanbevelingen aan Bureau Jeugdzorg en aan de provincie Gelderland. 8

Hoofdstuk 2 Oordeel en onderbouwing Inleiding In dit hoofdstuk staat na een korte schets van de werkwijze van de afdeling SEZ in paragraaf 2.2 de vraag centraal of medewerkers systematisch inhoudelijk ondersteund worden. De inspectie geeft een oordeel hierover aan de hand van drie indicatoren, namelijk: werkinstructies, scholing en begeleiding. In paragraaf 2.3. staat de vraag naar de systematische inhoudelijke evaluatie en bijstelling van de wijze van besluitvorming centraal. Hier komen achtereenvolgens de indicatoren: checken uitvoering, doorlichten effectiviteit en aanpassen inhoudelijke besluitvorming aan de orde. Iedere paragraaf bevat per indicator: de verwachting die de inspectie heeft, het oordeel van de inspectie, gevolgd door de onderbouwing met de voornaamste bevindingen. 2.1. Achtergrondinformatie Het team Spoedeisende Zorg is 7 dagen in de week 24 uur per dag beschikbaar bij crisissituaties. Niet alleen telefonisch, maar medewerkers treden indien nodig direct handelend op. Met de zorgaanbieders in de regio zijn afspraken gemaakt, waardoor binnen 24 uur na aanmelding een ambulante medewerker van een zorgaanbieder de begeleiding van kind en ouders over kan nemen. Als een kind tijdelijk niet thuis kan verblijven wordt er in eerste instantie geprobeerd om het kind in het netwerk te plaatsen. Als dat niet mogelijk is zijn er met de zorgaanbieders afspraken gemaakt over beschikbaarheid van crisisplaatsen. De zorgaanbieders hebben daadwerkelijk crisisplaatsen beschikbaar voor de SEZ. Verblijf van een kind in het netwerk of bij een zorgaanbieder wordt altijd gecombineerd met ambulante ondersteuning aan de ouders door de zorgaanbieder. In 2008 heeft de afdeling Spoedeisende Zorg hulp verleend aan bijna 700 kinderen en hun ouders in een acute crisissituatie, meestal binnen enkele uren na melding. Er is 2878 keer een beroep gedaan op de afdeling Spoedeisende Zorg, er zijn 692 huisbezoeken gebracht door medewerkers en er is 564 een besluit SEZ genomen. De uitvoerend medewerkers/crisisinterventoren (15 fte) worden begeleid en aangestuurd door twee teamleiders (1.7 fte) en twee gedragsdeskundigen (1.2 fte). Daarnaast is er administratieve ondersteuning (2.6 fte). De medewerkers SEZ zijn professionals met minimaal een HBO-diploma en ruime werkervaring. 9

De afdeling SEZ is centraal gehuisvest en deelt het gebouw en een unitmanager met het AMK. De werkwijze Spoedeisende Zorg is vastgelegd in het handboek SEZ. Daarnaast maakt de afdeling gebruik van werkinstructies die opgesteld zijn voor het gehele Bureau Jeugdzorg Gelderland. 2.2. Systematische inhoudelijke ondersteuning Werkinstructies De inspectie verwacht dat er werkinstructies beschikbaar zijn die voldoende handvatten bieden voor de medewerkers. Hiertoe dienen de werkinstructies compleet, duidelijk en toegankelijk te zijn voor de medewerkers. Oordeel De werkinstructies in het Handboek SEZ zijn digitaal beschikbaar voor alle medewerkers en ze bieden de medewerkers voldoende handvatten. Positief is verder dat in het handboek instructies zijn opgenomen die gericht zijn op samenwerking. Deze werkinstructies geven echter onvoldoende concrete aanknopingspunten om in crisissituaties in te schatten of en zo ja, wanneer een kinderbeschermingsmaatregel overwogen dient te worden. Verder zouden de medewerkers het handboek in de praktijk nog meer als naslagwerk kunnen gebruiken. Onderbouwing Voor het team SEZ is een handboek ontwikkeld met vrij gedetailleerde werkinstructies. Het handboek is in de praktijk tot stand gekomen en wordt door de teamleiders en gedragsdeskundigen in overleg met het team voortdurend aangepast en uitgebreid. De laatste jaren is er door het team SEZ veel aandacht en energie gestoken in de ontwikkeling van de werkinstructies. De werkinstructies zijn helder en concreet. Door de leidinggevenden wordt er actief op het naleven van de werkinstructies gestuurd. Ook de wijze van ondersteuning, intern en extern overleg en formele beslismomenten zijn in het handboek opgenomen. De afdeling SEZ zet sinds enkele maanden het risicotaxatie instrument de LIRIK in om de veiligheidssituatie van het kind in te schatten en ter ondersteuning bij een heldere verslaglegging. Hoe en wanneer de LIRIK optimaal wordt ingepast in de werkwijze Spoedeisende Zorg is nog in ontwikkeling. De medewerkers SEZ investeren in de samenwerking met collega s van Bureau Jeugdzorg in de regio, met de zorgaanbieders, de politie, de Raad voor de Kinderbescherming etc. Het is de inspectie opgevallen dat de medewerkers van SEZ de regie voeren en verantwoordelijkheid nemen in zaken zolang als nodig is, in ieder geval totdat zij de zaak daadwerkelijk over kunnen dragen. Zij gooien geen zaken over de schutting. Een aandachtspunt voor de afdeling SEZ is hierdoor wel het risico dat de afdeling een 10

aanzuigende werking krijgt en (teveel) werk overneemt van gemeentelijke voorzieningen, Bureau Jeugdzorg regionaal of andere ketenpartners. Het uitgangspunt van de werkwijze SEZ is dat in spoedsituaties handelend wordt opgetreden in het belang van het kind. Uit het dossieronderzoek en de gesprekken is gebleken dat de medewerkers SEZ hierbij veelvuldig opereren op de grens van vrijwillige en gedwongen hulpverlening. Voortdurend moet gedurende de crisisinterventie worden afgewogen of in het vrijwillig kader de veiligheid van het kind gewaarborgd is of dat een kinderbeschermingsmaatregel nodig is. De inspectie heeft geconstateerd dat er bij de afdeling SEZ nog onvoldoende visie is ontwikkeld op het handelen rond deze grens. In het handboek zijn geen concrete aanwijzingen opgenomen hoe medewerkers in crisissituaties in kunnen schatten of en zo ja, wanneer een kinderbeschermingsmaatregel overwogen dient te worden. De bestaande afspraken met de Raad voor de Kinderbescherming en de Kinderrechters blijken in crisissituaties niet altijd te voldoen. In de dagelijkse praktijk kan het hierdoor voorkomen dat de belangen en de veiligheid van kinderen niet optimaal gewaarborgd kunnen worden. De medewerkers hebben de werkinstructies in grote lijnen in hun hoofd zitten. Het gedetailleerde handboek wordt in de praktijk echter niet als naslagwerk gebruikt, terwijl dit wel de opzet is. Hierdoor komt het wel eens voor dat in de praktijk de werkinstructies niet gevolgd worden. Scholing De inspectie verwacht dat de medewerkers systematisch geschoold/getraind worden voor het nemen van de juiste inhoudelijke beslissing over de veiligheidsituatie van het kind en over de in te zetten spoedzorg. Om kennis en vaardigheden van medewerkers te vergroten en up-to-date te houden is gerichte scholing op het gebied van crisisinterventie en scholing op maat nodig. Oordeel Uitvoerend medewerkers worden onvoldoende systematisch geschoold. Onderbouwing De scholing en deskundigheidsbevordering van de uitvoerend medewerkers, die specifiek gericht is op de uitvoering van de Spoedeisende Zorg, heeft de afgelopen jaren nog onvoldoende aandacht gekregen binnen de afdeling SEZ. De afdeling kan daardoor de up-to-date-kennis en vaardigheden van de medewerkers op het gebied van crisisinterventie niet waarborgen. Maar het zijn nu juist deze kennis en vaardigheden die van doorslaggevend belang kunnen zijn voor adequaat handelen in crisissituaties. 11

Dat er tot dusver onvoldoende scholing was heeft twee oorzaken. Ten eerste was er een beperkt budget beschikbaar voor scholing van medewerkers. Daarnaast is binnen Bureau Jeugdzorg nog geen interne opleiding ontwikkeld op het gebied van Spoedeisende Zorg. In 2008 is Bureau Jeugdzorg Gelderland bezig geweest met het evalueren en vernieuwen van haar centrale scholingsbeleid. In het teamplan Spoedeisende Zorg 2009 worden op het gebied van deskundigheidsbevordering plannen gemaakt die aansluiten bij de verwachtingen van de inspectie op dit gebied. Begeleiding De inspectie verwacht dat medewerkers op casuïstiekniveau systematisch begeleid worden. Zorgvuldig handelen in crisissituaties vereist dat medewerkers beslissingen niet alleen nemen, maar dat een gedragsdeskundige betrokken wordt bij de inhoudelijke beoordeling en dat een teamleider toeziet op het naleven van de werkinstructies. Oordeel De medewerkers worden op casuïstiekniveau systematisch begeleid. De intensieve begeleiding en ondersteuning die de uitvoerend medewerkers ontvangen bij de casuïstiek is een zeer sterk punt van de werkwijze SEZ. Overlegmomenten, afwegingen en beslismomenten worden niet altijd systematisch vastgelegd in de dossiers. Onderbouwing Medewerkers overleggen met de teamleider of gedragsdeskundige op voorgeschreven momenten voor, tijdens en na de interventie. Er is 7 x 24 uur een teamleider of gedragsdeskundige als achterwacht bereikbaar én beschikbaar voor overleg. Het overleg dwingt medewerkers er toe om zich voortdurend bewust te zijn van hun interpretatie van de situatie en de afwegingen die zij maken om tot een besluit te komen. De kwaliteit van deze besluiten wordt vergroot door de uitgebreide wijze waarop de medewerker over de inhoud bevraagd wordt door de achterwacht. Alle besluiten die worden vastgelegd in rapportage worden besproken met en beoordeeld door de gedragsdeskundigen. Medewerkers voelen zich ondersteund bij de hectische en vaak ingrijpende besluiten die zij moeten nemen. Daarnaast is er in de begeleiding ook veel aandacht voor de veiligheid van de medewerkers. De achterwacht houdt gedurende de interventie naast de kwaliteit van de interventie ook de veiligheid van de medewerker in de gaten. 12

De afgelopen jaren is er door de teamleiders en de gedragsdeskundigen veel geïnvesteerd in de vorm en in de inhoud van de ondersteuning. Opvallend in dit kader is dat het ziekteverzuim bij de afdeling SEZ is gedaald van rond de 10% naar 2,1% in 2008. De inspectie is van mening dat de huidige invulling van de bereikbaarheidsdienst overigens ook een risico vormt voor de werkwijze SEZ, namelijk op een te hoge werkdruk voor de teamleiders/gedragsdeskundigen die met een bezetting van nog geen 3 fte naast het werk op kantoortijden een 7 x 24-uurs bereikbaarheidsdienst invullen. Gezien het feit dat uitvoerend medewerkers in roosterdienst werken, ook buiten kantooruren, komt het veelvuldig voor dat de achterwacht gedurende de bereikbaarheidsdienst ook daadwerkelijk wordt ingeschakeld. 2.3. Evaluatie en bijstelling van de wijze van besluitvorming Uitvoering checken De inspectie verwacht dat gedragsdeskundigen/teamleiders stelselmatig checken of medewerkers de besluitvorming Spoedeisende Zorg inhoudelijk uitvoeren zoals beoogd. Op vastgelegde momenten zijn gedragsdeskundigen en teamleiders betrokken bij de casuïstiek. Zij houden er zicht op dat zij ook daadwerkelijk betrokken worden. Oordeel De gedragsdeskundigen en teamleiders checken stelselmatig of medewerkers de besluitvorming Spoedeisende Zorg uitvoeren zoals beoogd. Door de intensieve betrokkenheid van de gedragsdeskundigen en teamleiders bij de casuïstiek hebben zij voldoende zicht op de uitvoering. Onderbouwing In het handboek SEZ is vastgelegd op welke momenten medewerkers overleg moeten voeren met of besluiten moeten voorleggen aan de gedragsdeskundige en/of teamleider. Er wordt stelselmatig bijgehouden of medewerkers zich houden aan de voorgeschreven overlegmomenten, zo niet dan worden zij hier op aangesproken. Door de intensieve begeleiding en verplicht overleg op vastgelegde beslismomenten hebben de leidinggevenden controle over en zicht op de uitvoering. Een eenduidige en zorgvuldige werkwijze wordt hierdoor bevorderd. Uitvoerend medewerkers benadrukken het belang van deze overlegmomenten voor de kwaliteit van de besluitvorming. Zij zijn gemotiveerd om te overleggen en ervaren dit overleg als een meerwaarde in hun werk. 13

Medewerkers geven aan dat het gebruikelijk is om een ingrijpende casus na te bespreken met collega s in de briefing die iedere ochtend om 9.00 uur plaats vindt of in de wandelgangen. Ook komt casuïstiek ter sprake in de werkbegeleiding die medewerkers individueel krijgen van de teamleider en in de werkondersteuning die zij in koppels krijgen van de gedragsdeskundige. De teamleider checkt de verantwoording in het systeem IJ, onder andere door incidenteel en steekproefsgewijs een aantal dossiers uit te draaien en de medewerker te bevragen op de werkwijze die is gevolgd. Doorlichten effectiviteit De inspectie verwacht dat de effectiviteit op casusoverstijgend niveau stelselmatig wordt doorgelicht. Door systematische evaluatie van de casuïstiek en het vastleggen van deze evaluaties ontstaat een beeld van mogelijke verbeterpunten in de werkwijze. Oordeel De effectiviteit op casusoverstijgend niveau wordt onvoldoende stelselmatig doorgelicht. Onderbouwing In de werkwijze van SEZ is niet opgenomen dat de casuïstiek stelselmatig en/of op een systematische wijze wordt geëvalueerd. Na afloop van het werkproces SEZ wordt niet op systematische wijze gecheckt en vastgelegd of de juiste besluiten zijn genomen. Bijvoorbeeld over het aannemen van de casus in het werkproces SEZ (was er al een indicatie? behoorde de cliënt tot de doelgroep LVG?) of over het besluit spoedzorg al dan niet met verblijf (is het kind terecht tijdelijk uit huis geplaatst of juist thuis gelaten?). Bij heftige casussen en/of casussen waar iets mis is gegaan is het gebruikelijk dat de casus wordt nabesproken in een overleg tussen de uitvoerend medewerker, de gedragsdeskundige en de teamleider. Van deze nabespreking wordt geen verslag gemaakt in het dossier. Er is geen beleid waarin is vastgelegd hoe en wanneer casuïstiek geëvalueerd wordt. De evaluatie gebeurt dan ook niet op een systematische wijze en niet alle casuïstiek wordt geëvalueerd. Doordat systematische evaluatie op casuïstiek niveau ontbreekt is het niet mogelijk om de effectiviteit op casusoverstijgend niveau stelselmatig door te lichten. Overigens signaleren de teamleiders en gedragsdeskundigen wel trends en sturen zij daar inhoudelijk op. Uit de cijfers blijkt dat de afgelopen twee jaar het aantal uithuisplaatsingen bij een besluit SEZ is teruggelopen van bijna 80% tot 50%. Bij de leidinggevenden bestaat de indruk dat deze daling is ontstaan door een hogere kwaliteit van de crisisinterventie, wat op zijn beurt weer wordt veroorzaakt door de intensieve ondersteuning die medewerkers krijgen. 14

Aanpassen inhoudelijke besluitvorming De inspectie verwacht dat de wijze van inhoudelijke besluitvorming zonodig wordt aangepast. Oordeel De inhoudelijke besluitvorming wordt wel aangepast, maar dit gebeurt niet op een systematische wijze. Onderbouwing De werkinstructies in het handboek SEZ worden regelmatig bijgesteld en aangepast aan nieuwe inzichten. Er is echter geen sprake van een systematiek in de wijze waarop de inhoudelijke besluitvorming wordt aangepast. Er ontbreekt namelijk een systematische wijze van evalueren van de werkwijze rond de besluitvorming. En als er wordt geëvalueerd, dan worden de uitkomsten niet vastgelegd. Hierdoor is er geen zicht op mogelijke hiaten in de werkwijze rond de besluitvorming en kan deze dus ook niet altijd adequaat worden aangepast. De afdeling SEZ loopt daardoor het risico onzorgvuldig te zijn in de besluitvorming wat uiteindelijk consequenties kan hebben voor de veiligheid van het kind in spoedeisende situaties. Dat de wijze van aanpassing van inhoudelijke besluitvorming matig is, heeft als oorzaak dat op evaluatie en bijstelling van deze wijze geen beleid is ontwikkeld door de afdeling SEZ. 15

16

Hoofdstuk 3 Eindoordeel en aanbevelingen In dit hoofdstuk geeft de inspectie haar eindoordeel over de vraag of de werkwijze van de afdeling SEZ om te komen tot een besluit voldoende zorgvuldig is. Tevens doet de inspectie, op basis van haar bevindingen en eindoordeel, aanbevelingen aan Bureau Jeugdzorg Gelderland en aan de provincie Gelderland De Inspectie jeugdzorg is van oordeel dat de werkwijze van de afdeling Spoedeisende Zorg van Bureau Jeugdzorg Gelderland in grote lijnen zorgvuldig is. Bureau Jeugdzorg Gelderland is er in geslaagd om in samenwerking met de zorgaanbieders in de regio in crisissituaties snel in te grijpen en passende hulpverlening in gang te zetten. Uit het onderzoek is gebleken dat de medewerkers van de afdeling SEZ inhoudelijk goed ondersteund worden om in spoedsituaties de juiste beslissing te nemen. De intensieve begeleiding die medewerkers krijgen, ook buiten kantoortijden, is het sterkste punt van de werkwijze. Verder zijn er concrete en goed toegankelijke werkinstructies beschikbaar in het handboek SEZ, die regelmatig worden bijgesteld. In grote lijnen kennen en gebruiken medewerkers de werkinstructies. Het handboek SEZ zou door medewerkers nog meer als naslagwerk gebruikt kunnen worden. Uit het onderzoek is een drietal punten naar voren gekomen die om verbetering vragen, omdat zij een zorgvuldige werkwijze in de weg kunnen staan. Ten eerste heeft scholing en deskundigheidsbevordering van de uitvoerend medewerkers, specifiek gericht op de uitvoering van de Spoedeisende Zorg, de afgelopen jaren nog onvoldoende aandacht gekregen. Crisisinterventie is een specifieke werkwijze die specifieke deskundigheid vraagt van medewerkers. Deze deskundigheid is van doorslaggevend belang voor adequaat handelen in spoedeisende situaties. Binnen Bureau Jeugdzorg is geen interne opleiding beschikbaar gericht op Spoedeisende Zorg en er was een beperkt budget beschikbaar voor scholing. In het jaarwerkplan 2009 van SEZ zijn doelen gesteld op het gebied van deskundigheidsbevordering die voldoen aan de verwachtingen van de inspectie. De inspectie beveelt daarom aan Bureau Jeugdzorg aan: Voer de voornemens zoals beschreven in het jaarwerkplan 2009 op het gebied van deskundigheidsbevordering daadwerkelijk uit. Ten tweede wordt de besluitvorming van de afdeling SEZ niet op systematische wijze inhoudelijk geëvalueerd en bijgesteld. Als er wordt geëvalueerd dan worden de uitkomsten niet vastgelegd. Hierdoor 17

is er geen zicht op mogelijke hiaten in de werkwijze en kan deze dus ook niet optimaal worden aangepast. De afdeling SEZ loopt het risico dat er onvoldoende wordt geleerd van gemaakte fouten én dat bestpractices niet als zodanig worden herkend. In de werkwijze SEZ is niet opgenomen hoe, wanneer en met wie casuïstiek geëvalueerd wordt. Ook zijn er geen richtlijnen over de wijze waarop op casusoverstijgend niveau de resultaten van evaluaties worden verwerkt en de inhoudelijke besluitvorming wordt aangepast. De inspectie beveelt daarom aan Bureau Jeugdzorg aan: Neem in de werkwijze Spoedeisende Zorg beleid op over het evalueren van de casuïstiek en over het bijstellen van de besluitvorming. Ten derde is er bij de afdeling SEZ nog onvoldoende visie ontwikkeld op hoe te handelen op het grensgebied van vrijwillige en gedwongen hulpverlening. In de dagelijkse praktijk kan het hierdoor voorkomen dat de belangen en de veiligheid van kinderen niet optimaal gegarandeerd kunnen worden. De werkinstructies in het handboek SEZ geven onvoldoende concrete aanknopingspunten om in crisissituaties in te schatten of en zo ja, wanneer een kinderbeschermingsmaatregel overwogen dient te worden. De afspraken tussen de afdeling SEZ en de Raad voor de Kinderbescherming en de rechtbank blijken nog onvoldoende toegespitst op de praktijk. De inspectie beveelt daarom aan Bureau Jeugdzorg aan: Ontwikkel een visie op hoe te handelen op het grensgebied van vrijwillige en gedwongen hulpverlening en hoe en wanneer kinderbeschermingsmaatregelen te verzoeken. Pas op grond daarvan de werkinstructies en samenwerkingsafspraken met de ketenpartners, zowel inhoudelijk als procedureel aan. Tot slot beveelt de inspectie aan de provincie Gelderland aan: Zie erop toe dat Bureau Jeugdzorg de aanbevelingen uitvoert binnen een af te spreken termijn. 18