Met uw brief van 29 september 2016 verzoekt u de Algemene Rekenkamer om een reactie op de ingediende amendementen op de Comptabiliteitswet 2016.

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Rapport bij het Jaarverslag De Koning (I)

verantwoordingsonderzoek 2016 bij het Ministerie van SZW.

Algemene Rekenkamer. Staatsecretaris van Financiën Lange Voorhout 8 Postbus Postbus EE DEN HAAG 2500 EA Den Haag

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid

Algemene Rekenkamer. Ontwerp Besluit Jeugdwet; overleg op grond van artikel 96 Comptabiliteitswet Geachte heer Van Rijn,

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. Geachte mevrouw Arib,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. toezicht en invordering bij de Belastingdienst. Geachte mevrouw Arib,

verantwoordingsonderzoek 2016 bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Lange Voorhout 8 Postbus Minister voor Wonen en Rijksdienst 2500 EA Den Haag Postbus EA DEN HAAG

Onder dankzegging van het door u toegestuurde Voorontwerp voor een Klimaatwet geven wij u graag het volgende ter overweging mee.

Algemene Rekenkamer. PERSOONLIJK Minister van Volksgezondheid Welzijn en

Algemene Rekenkamer..,

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs (IIB)

Algemene Rekenkamer. Minister van Financiën Postbus Wetsvoorstel modernisering Comptabiliteitswet. Geachte heer Dijsselbloem,

BETREFT OvBrlBQ op QTond van art. 34 Comptabiliteitswet 2001 inzake oprichting Holland Casino NV

verantwoordingsonderzoek 2016 bij het Ministerie van Economische Zaken

Ministerie van Algemene Zaken (III)

Algemene Rekenkamer. VERTROUWELIJK Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Postbus EC Den Haag

DATUM 28 augustus 2012 BSTRïFT Overleg Inzake art. 96 CW 2001 over het ontwerpvoorstel van wet tot wijziging van -de Politiewet

Resultaten verantwoordingsonderzoek Gemeentefonds (B) Rapport bij het jaarverslag

Algemene Rekenkamer. BEZORGEN Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag

BEZORGEN Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag. Geachte mevrouw Arib,

Begrotingsreserves; Het opzij zetten van geld als begrotingsinstrument

Resultaten verantwoordingsonderzoek Provinciefonds (C) Rapport bij het jaarverslag

Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2017 (hoofdstuk XIII) van het Ministerie van Economische Zaken

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs (IIB)

Rapport bij het Jaarverslag BTW-compensatiefonds (G)

Aandachtspunten bij artikel 31 van de begroting 2014 van het Ministerie van Veiligheid en Justitie en de begroting 2014 Nationale politie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Lange Voorhout 8 Postbus EA Den Haag Sport. Dhr G. Koop (MSc) Postbus F Ei DEN HAAG T

Staten-Generaal (IIA)

Resultaten verantwoordingsonderzoek Provinciefonds (C) Rapport bij het jaarverslag

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

Resultaten verantwoordingsonderzoek

Tweede Kamer der Staten-Generaal

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van SZW

l8emene Rekenkamer

Resultaten verantwoordingsonderzoek BES-Fonds (H) Rapport bij het jaarverslag

Rapport bij het Jaarverslag Spaarfonds AOW (E)

Lange Voorhout 8 BEZORGEN Postbus Voorzitter van de Tweede Kamer

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Lange Voorhout 8 Voorzitter van de Tweede Kamer

BEZORGEN Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag. Geachte mevrouw Arib,

Aan de Koning. 1. Karakter Comptabiliteitswet en doelstellingen. a. Onderhoudsgevoeligheid en globale voorschriften

Beantwoording Kamervragen bij het rapport Holland Casino; naleving overheidsbeleid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Kader voor stichtingen

Algemene Rekenkamer. belastingontvangsten. Aandachtspunten bij de interpretatie van de ramingscijfers in budgettaire nota s

verantwoordingsonderzoek 2016 bij het Ministerie van VWS

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2019 (hoofdstuk IX) van het Ministerie van Financiën en de Nationale Schuld en de Miljoenennota 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Verantwoordingsonderzoek bij de Nationale Schuld 2011 (IXA)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2017 (hoofdstuk VI) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie

verantwoordingsonderzoek 2016 bij het Ministerie van BZK

Spaarfonds AOW (E) Rapport bij het Jaarverslag Rechtmatigheidsonderzoek over 2009

Rapport bij het Jaarverslag BES-fonds (H)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. laaggeletterdheid. Geachte mevrouw Arib,

Algemene Rekenkamer. Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Controle van NAVO-uitgaven. Geachte voorzitter,

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

ontwerpbegroting 2018 van het Ministerie van Defensie

Resultaten verantwoordingsonderzoek

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2019 (hoofdstuk VI) van het Ministerie van JenV

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Financiën en Nationale

Resultaten verantwoordingsonderzoek De Koning (I) Rapport bij het jaarverslag

PERSOONLIJK De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA Den Haag. van het Ministerie van Defensie

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2017 (hoofdstuk VIII) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Resultaten verantwoordingsonderzoek

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2019 (hoofdstuk XV) van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Algemene Rekenkamer..,

Ministerie van Algemene Zaken (III)

.., Algemene Rekenkamer. belastingontwijking in relatie tot de fiscale regels en het verdragennetwerk

De Minister van Economische Zaken, Gelet op de artikelen 93, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998 en 85, derde lid, van de Gaswet;

Toetsingskader. Aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Mevrouw drs. K.H. Ollongren Postbus EA DEN HAAG

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Aandachtspunten bij de ontwerpbegroting 2017 (hoofdstuk XII) van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING NOORDELIJKE REKENKAMER 2013

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

beantwoording vragen Tweede Kamer over rapport Brexit Voorbereiding op financiële en economische gevolgen, en consequenties voor de Douane.

.., Algemene Rekenkamer BEZORGEN. Voorzitter van de Tweede Kamer Lange Voorhout 8 der Staten-Generaal. Binnenhof 4 DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Beleidsdoorlichting artikel 1, onderdeel 1: Bestuurlijke en financiële verhouding

Infrastructuurfonds (A)

Algemene Rekenkamer. Overleg op grond van artikel 96 van de Comptabiliteitswet 2001 inzake conceptwetsvoorstel Langdurige zorg

Lange Voorhout 8 Aan de heer H.G.J. Kamp en Postbus de heer drs. W.J. Bos 2500 EA Den Haag Binnenhof 1A

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Jaarverslag Maart Postbus KA ROOSENDAAL.

Voorzitter van de Tweede Kamer Lange Voorhout 8 der Staten-Generaal Binnenhof 4. Aandachtspunten bij de begroting 2014 van het Ministerie van SZW

Resultaten verantwoordingsonderzoek 2013 bij de Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de gouverneurs (IIB)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Rapport bij het Jaarverslag Staten-Generaal (IIA)

Algemene Rekenkamer..,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 27 juni 2018 Betreft Beleidsdoorlichting Anw

Beantwoording vragen Tweede Kamer over rapport Geldstromen in het hoger beroepsonderwijs in 2010

BEZORGEN. Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG

Verordening rekenkamer Giessenlanden 2017

Transcriptie:

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 AA DEN HAAG Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070-3424344 E voorlichting@rekenkamer.nl W www.rekenkamer.nl D A T U M 6 oktober 2016 B E T R E F T amendementen op het wetsvoorstel voor de Comptabiliteitswet 2016 Geachte mevrouw Arib, Met uw brief van 29 september 2016 verzoekt u de Algemene Rekenkamer om een reactie op de ingediende amendementen op de Comptabiliteitswet 2016. Graag maken wij van de door u geboden gelegenheid gebruik, zodat uw Kamer onze reactie en zienswijze kan betrekken bij haar besluitvorming. Wij hebben ons hierbij beperkt tot de amendementen die betrekking hebben op de taken en bevoegdheden van de Algemene Rekenkamer. In deze brief geven wij bij elk van deze amendementen aan wat daarvan de betekenis en consequentie is voor de bevoegdheden en taakuitoefening van de Algemene Rekenkamer. Daarbij bespreken we, gelet op de onderlinge samenhang, de amendementen 22 en 25 gezamenlijk. Vooraf willen we opmerken dat de door het lid Vermue c.s. ingediende motie over een onderzoek naar de uitgaven in de premiesectoren in lijn is met onze brief van 7 november 2013 1, waarin we hebben aangegeven een nadere bezinning op dit punt raadzaam te vinden. Wij zijn graag bereid aan een dergelijk onderzoek een bijdrage te leveren. 1 Brief aan de Tweede Kamer van 7 november 2013 met onze input voor het rondetafelgesprek over de modernisering van de Comptabiliteitswet (Tweede Kamer, vergaderjaar 2013-2014, 33 670, nr. 2). U W K E N M E R K O N S K E N M E R K 16004923R B I J L A G E N 2

Amendement Vermue/Koolmees, 34426 nr. 22, over onderzoek bij staatsdeelnemingen en amendement Aukje de Vries, 34426 nr. 25, over onderzoek bij dochter- en kleindochtermaatschappijen 2/7 Een van de instrumenten die de Staat kan hanteren om een publiek belang te borgen en te behartigen, is het houden van aandelen in een onderneming. Kenmerkend voor het aandeelhouderschap van de Staat is dat hij deze aandelen niet houdt vanwege beoogd rendement, maar omdat met de onderneming specifieke publieke belangen zijn gemoeid, waarbij ook waardebehoud van geïnvesteerd publiek geld (maatschappelijk vermogen) van belang is. Als onderdeel van haar taken kan de Algemene Rekenkamer onderzoek doen naar de wijze waarop de Staat het aandeelhouderschap feitelijk invult en naar het beleid dat de betrokken minister met betrekking tot een deelneming voert. Hiertoe is het nodig om ter verificatie onderzoek ter plaatse te kunnen verrichten bij de betrokken onderneming(en). 2 Amendement Vermue/Koolmees (22) Op dit moment kan de Algemene Rekenkamer pas onderzoek ter plaatse bij een staatsdeelneming verrichten als de Staat 95% of meer van de aandelen bezit. Daarmee is het niet mogelijk om bij een aantal staatsdeelnemingen, waarbij de Staat wel de meerderheid van de aandelen houdt en daarmee overwegende zeggenschap heeft over het beleid van de onderneming, onderzoek ter plaatse te verrichten. De Algemene Rekenkamer is dan afhankelijk van de informatie die beschikbaar is bij de aandeelhouder. Dat is niet noodzakelijkerwijs het type informatie dat nodig is om een oordeel te kunnen geven over de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid met betrekking tot de staatsdeelneming. Wij hebben hiervoor in eerdere brieven aandacht gevraagd. 3 Het amendement van de leden Vermue en Koolmees maakt het mogelijk dat de Algemene Rekenkamer bij alle vennootschappen waarin de Staat direct of indirect een meerderheidsbelang heeft, dat wil zeggen meer dan 50% van de aandelen houdt, onderzoek ter plaatse kan uitvoeren. 2 Een meer uitgebreide toelichting vindt u in onze brief aan de Tweede Kamer van 7 november 2013 met onze input voor het rondetafelgesprek over de modernisering van de Comptabiliteitswet (Tweede Kamer, vergaderjaar 2013-2014, 33 670, nr. 2) en in onze brief aan de minister van Financiën van 11 december 2014 over het wetsvoorstel modernisering Comptabiliteitswet die onderdeel uitmaakt van het wetgevingsdossier. Voor de volledigheid hebben we beide brieven bijgevoegd. 3 Zie voetnoot 2.

Op die wijze kan de Algemene Rekenkamer nu en in de toekomst waar nodig en gewenst rapporteren aan het parlement of publiek kapitaal en publieke doelen zinnig, zuinig en zorgvuldig worden gerealiseerd. Derhalve achten wij het verstandig het wetsvoorstel aan te passen conform het amendement Vermue/Koolmees. 3/7 Amendement Aukje de Vries (25) Indien een staatdeelneming een of meer dochters of kleindochters heeft, kan het nodig zijn om ook bij die dochters of kleindochters onderzoek ter plaatse uit te voeren. Zo kan het zijn dat bij de moedermaatschappij (of holding) zelf geen of nagenoeg geen activiteiten plaatsvinden. Daarnaast kan onderzoek ter plaatse nodig zijn om te verifiëren of de informatie die bij de moedermaatschappij aanwezig is volledig en correct is. Het is tevoren niet te zeggen welke informatie aanwezig is bij de moedermaatschappij dan wel de dochtermaatschappij. Ook staat van tevoren niet vast of er relevante informatie bij een dochteronderneming is die aanvullend of afwijkend is van de informatie beschikbaar bij de moeder. Het amendement van het lid De Vries houdt in dat wij alleen onderzoek ter plaatse mogen uitvoeren bij een dochter of kleindochter voor zover onderzoek bij de moedermaatschappij of de holding naar ons oordeel daartoe aanleiding geeft. Dat klinkt logisch maar kan in de praktijk problemen opleveren. In het algemeen zal inderdaad onze werkwijze zijn dat we een onderzoek in eerste instantie bij de moedermaatschappij aanvangen alvorens we het onderzoek bij de dochter uitvoeren. Het amendement kan echter in de praktijk belemmerend werken voor ons onderzoek, omdat er discussie kan ontstaan met het bestuur van de onderneming over de vraag of op basis van informatie aanwezig bij de moeder al dan niet voldoende duidelijkheid is te krijgen en of nader onderzoek bij de dochter nog nodig is. Dit zou geen recht doen aan de onafhankelijke positie en oordeelsvorming van de Algemene Rekenkamer. Gegeven het feit dat staatsdeelnemingen, net als vele andere vennootschappen, hun doelstelling realiseren middels vele dochterondernemingen, achten wij het niet verstandig het wetsvoorstel aan te passen volgens het amendement De Vries.

Amendement Aukje de Vries, 34426 nr. 18, over niet uitbreiden van de onderzoeksbevoegdheid van de Algemene Rekenkamer 4/7 Bevoegdheid tot onderzoek bij private partijen die goederen of diensten leveren die betrekking hebben op de uitvoering van een publieke taak Artikel 7.24, onderdeel c van het wetsvoorstel regelt dat de Algemene Rekenkamer onderzoek kan verrichten ten aanzien van private partijen die goederen of diensten leveren die betrekking hebben op de uitvoering van een publieke taak waarvan de betaling ten laste van de rijksbegroting komt en waarbij de Staat zich het recht heeft voorbehouden bij de betreffende partij controles uit te voeren ten aanzien van de geleverde goederen of diensten. Deze bevoegdheid is ons inziens belangrijk om zeker te stellen dat wij onze bestaande taak, het onderzoeken van de ontvangsten en uitgaven van het Rijk en de daarmee verbonden organen, op adequate wijze kunnen blijven uitoefenen. De huidige regeling van bevoegdheden buiten het Rijk die in de kern ongewijzigd is sinds de CW 1976 sluit niet langer voldoende aan bij de wijze waarop het Rijk publieke taakuitvoering organiseert en financiert, en beleidsdoelen wil realiseren. In toenemende mate maakt de overheid namelijk voor de uitvoering van publieke taken gebruik van privaatrechtelijke instrumenten. Een voorbeeld hiervan is het via overeenkomsten uitbesteden van overheidstaken aan derde partijen, zoals de inspectiewerkzaamheden op het terrein van transport. Ook valt te denken aan DBM(O)-contracten, waarin consortia taken overnemen die voorheen core business waren van het Rijk, of grote ICT-projecten. Het gaat hierbij om situaties op het grensvlak van uitbesteding en inkoop waarbij het Rijk contractpartner is in het kader van beleidsuitvoering. Het gaat dus niet om de inkoop van kantoorartikelen of schoonmaakdiensten. De Staat treedt in dergelijke situaties niet op als elke andere private partij, maar gebruikt alleen een privaatrechtelijk instrument bij het realiseren (en rationaliseren ten behoeve van doelmatigheid) van haar publieke taak. Met artikel 7.24, onderdeel c van het wetsvoorstel wordt voorkomen dat publiek geld en publieke taakuitvoering - louter door de keuze voor een ander (privaatrechtelijk) instrumentarium - buiten het zicht van de Staten-Generaal en de Algemene Rekenkamer komen te vallen. Aanname van het amendement De Vries zou de facto leiden tot een controlegat in alle gevallen waarin de Staat in het publiek domein moderne contract-financiering inzet.

Overigens worden de (private) contractpartijen niet als zodanig zelf controleobject van de Algemene Rekenkamer, maar is de focus van het onderzoek steeds gericht op de publieke taakuitvoering en de besteding van publieke middelen. 5/7 Bevoegdheid tot onderzoek bij ontvangers van specifieke fiscale tegemoetkomingen Artikel 7.24 onderdeel a, subonderdeel 2 regelt dat de Algemene Rekenkamer onderzoek kan verrichten ten aanzien van organisaties en bedrijven die een fiscale tegemoetkoming betreffende speur- en ontwikkelingswerk, een energieinvestering, een milieu-investering of een investering in huurwoningen hebben ontvangen. Bij de - in het wetsartikel limitatief benoemde - fiscale tegemoetkomingen gaat het om specifieke uitgaven die in feite het karakter van een subsidie hebben dan wel daaraan gelijk te stellen zijn. Het is ons inziens daarom passend dat deze uitgaven ook als zodanig gecontroleerd worden. Met deze bepaling wordt de Algemene Rekenkamer in staat gesteld om, net zoals nu al het geval is bij subsidieontvangers, ook bij de ontvangers van deze fiscale tegemoetkomingen ter plaatse onderzoek te verrichten. Gezien bovenstaande consequenties achten wij het niet verstandig het wetsvoorstel te amenderen conform het amendement De Vries. Amendement Aukje de Vries, 34426 nr. 16, over het schrappen van de internationale werkzaamheden van de rekenkamer Artikel 78 van de Grondwet schrijft voor dat de andere taken van de Algemene Rekenkamer dan het controleren van de uitgaven en ontvangsten van het Rijk bij wet moeten worden geregeld. Artikel 7.38 van het wetsvoorstel geeft de juridische grondslag voor de internationale activiteiten van de Algemene Rekenkamer die zij nu al uitvoert. Zonder deze juridische grondslag zou de Algemene Rekenkamer eigenlijk geen internationale activiteiten mógen uitvoeren. De internationale activiteiten vergen een beperkt deel van de capaciteit, zoals jaarlijks verantwoord in onze jaarverslagen. De redenen waarom de Algemene Rekenkamer deze werkzaamheden uitvoert zijn de volgende. Internationale standaarden bepalen in toenemende mate de kwaliteit en werkwijze van rekenkamers. Deze standaarden worden vastgesteld door het internationale samenwerkingsverband van nationale rekenkamers, de International Organisation

of Supreme Audit Institutions (INTOSAI). INTOSAI bestaat inmiddels uit 192 leden van bij de VN aangesloten lidstaten. De Algemene Rekenkamer werkt mee aan de ontwikkeling van deze professionele standaarden. Ook wordt ons regelmatig gevraagd zogeheten peer reviews uit te voeren bij zusterrekenkamers naar de naleving van deze internationale standaarden. In de nabije toekomst zal de Algemene Rekenkamer ook zelf een peer review laten doen door haar internationale collega s. 6/7 De Algemene Rekenkamer is op dit moment voorzitter van EUROSAI, de Europese tak van INTOSAI, die de naleving van de standaarden, kennisdeling en gezamenlijke audits binnen Europa bevordert. Ook in het verband van de Europese Unie wordt steeds meer gezamenlijk met de nationale rekenkamers van andere lidstaten onderzoek verricht. Een goed voorbeeld hiervan is het onderzoek naar de handhaving van de Europese regelgeving voor internationaal afvaltransport (2012, Tweede Kamer 33 418, nr. 2). Bij dit onderzoek hebben de nationale rekenkamers van acht Europese landen (Bulgarije, Griekenland, Hongarije, Ierland, Nederland, Noorwegen, Polen en Slovenië) parallel onderzoek gedaan in eigen land en daarnaast een gezamenlijk rapport uitgebracht. Het rapport heeft mede bijgedragen aan aanpassing van de Europese regelgeving. Verder wordt de Algemene Rekenkamer regelmatig door buitenlandse zusterinstellingen, vaak in opkomende democratieën, gevraagd om haar expertise en ervaring te delen en bij te dragen aan hun institutionele versterking. Daarbij gaat het onder meer om auditvaardigheden, de relaties met stakeholders, zoals het parlement, en het bevorderen van integriteit. Deze werkzaamheden worden kostendekkend gefinancierd door derden, zoals het ministerie van Buitenlandse Zaken, de Wereldbank en de Europese Unie, en komen daarmee niet ten laste van begroting IIB artikel Algemene Rekenkamer. Recente projecten betroffen onder meer de rekenkamers van Irak, Tanzania, Servië en Griekenland. We achten het niet verstandig om het artikel uit het wetsvoorstel te schrappen conform het amendement De Vries. Het is immers niet duidelijk wat de wetgever met het actief verwijderen van deze taak uit het wetsvoorstel beoogt. Een strikte juridische interpretatie zou kunnen zijn, dat de Algemene Rekenkamer geen internationale activiteiten meer mág uitvoeren, hetgeen direct en op korte termijn serieuze consequenties zou hebben.

Wij hopen dat onze reactie en informatie uw Kamer ondersteunt bij de verdere behandeling van en besluitvorming over het wetsvoorstel. 7/7 Algemene Rekenkamer drs. A.P. (Arno) Visser president dr. E.M.A. (Ellen) van Schoten RA, secretaris