MARKTVERORDENING GEMEENTE DORDRECHT

Vergelijkbare documenten
RAADSBESLUIT. Datum en nummer 11 december 2014, nummer. De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college van 4 november 2014,

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening gemeente Goirle Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

b e s l u i t : Nr: 06-63b De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 mei 2007, nummer 104; b e s l u i t :

Marktverordening Leeuwarderadeel 2006 Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Bedum 2006

Artikel 3 Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Gezien het voorstel inzake de vaststelling van de Marktverordening (Gem. blad Afd. A 2004, no. 116);

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 december 2013, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

b e s l u i t : Nr: 12-9 De raad van de gemeente Barneveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr. 12-9;

c. standplaats: de ruimte die voor de duur van een markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

Artikel 3. Nadere regels Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Verordening op de warenmarkt(en) gemeente Grootegast 2010

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Losser 2003

gelet op artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet;

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Delfzijl 2008

Overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de gemeentelijke warenmarkten;

Marktverordening Westvoorne 2012

Verordening op de warenmarkt voor de gemeente Haren 2012

1.0 INLEIDENDE BEPALINGEN

gelezen het voorstel van het college van 14 februari 2006, nummer 104; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

gelezen het voorstel van het college van 4 november 2010, volgnr ; gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

Marktverordening 2016

Marktverordening gemeente Terneuzen 2011

Marktverordening Oosterhout 2003

Marktverordening Papendrecht 2000

In behandeling genomen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 november 2013

c. en de afmetingen van de standplaatsen; voor zover van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor een

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 maart 2007;

Marktverordening 2013

Vergadering d.d. : 22 november Agendapunt : 6.2. Registratienummer : Onderwerp : Marktverordening 2011

e. indien van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor houders van

Marktverordening gemeente Valkenswaard 2007

Verordening op de warenmarkten voor de gemeente Dordrecht 2004

Marktverordening Gooise Meren 2017

Gelet op artikelen 149 en 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeentewet;

gelet op artikel 147, eerste lid, alsmede artikel 149 van de Gemeentewet;

De belangrijkste wijzigingen zijn het afschaffen van de wacht- en de anciënniteitlijst.

Marktverordening gemeente Castricum 2005

Marktverordening Gulpen-Wittem 2007

Artikel 2, Toepassingsgebied Deze verordening is van toepassing op alle door Burgemeester en wethouders ingestelde algemene warenmarkten.

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT; overwegende

Collegevergadering : 28 april 2015 Agendapunt : 13. Portefeuillehouder : J.B. Boer Meer informatie bij : J.E. Lubben Telefoon :

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening gemeente Leerdam Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Marktverordening gemeente Heerhugowaard Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

ONTWERP. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 maart 2005, bijlage nr.: ;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2007; STZ 07/24389; raadsstuk ;

Markt- en standplaatsverordening Westvoorne 2012

Besluit Marktverordening Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Voorstel besluit Ter vervanging van de bestaande marktverordening een nieuwe marktverordening vast te stellen.

overwegende dat het wenselijk is regels te stellen voor een ordelijk verloop van de markt;

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Schiedam 2007 (gewijzigd exemplaar)

Rechtsmiddelen Tegen het besluit tot vaststelling van de verordening is geen bezwaar of beroep mogelijk.

Vaststellen Verordening op de Weekmarkt in Waterland. Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;

Inrichtingsplan weekmarkt 2017

1. De Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch als volgt vast te stellen:

BESLUIT: vast te stellen de volgende Nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Middelburg.

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

gelet op artikel 160 eerste lid sub h van de Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening Waalwijk 2009 en de Algemene wet bestuursrecht;

Algemene bepalingen marktverordening lelystad 2015 gemeente

MARKTREGLEMENT 2012 BEHORENDE BIJ MARKTVERORDENING GEMEENTE HELLENDOORN 2012

MARKTVERORDENING GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

GEMEENTEBLAD. Nr Marktverordening Den Haag december Officiële uitgave van gemeente 's-gravenhage.

17bb5622. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 mei 2017

Nadere regels op grond van artikel 4 Marktverordening Nijmegen 2007

Jaar: 2006 Nummer: 76 Besluit: Gemeenteraad 7 november 2006 Gemeenteblad. MARKTVERORDENING 2006 Raadsbesluit 7 november 2006, bijlage 132

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse heuvelrug;

Marktreglement gemeente Utrechtse Heuvelrug 2014

Marktverordening 2014 gemeente s-hertogenbosch

Inrichtingsplan voor de donderdag- en zaterdagmarkt te Zaandam

Van: C.M. van Dam Tel nr: 8661 Nummer: 16A.01014

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Heumen 2010, de Algemene wet bestuursrecht;

VERORDENING. Archiefexemplaar. Marktverordening weekmarkt Aalten 2016

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2001 Nr. 25

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN 4

Bundel van de BOB Besluitvormend van 16 december 2014

Artikel 1. Toepassingsgebied Deze verordening is van toepassing op de door burgemeester en wethouders ingestelde weekmarkt in Aalten.

CVDR. Nr. CVDR56243_1. Verordening op de markt

gelet op artikel 160, eerste lid sub h, Gemeentewet, artikel 3 van de Marktverordening gemeente Hilversum 2011, de Algemene wet bestuursrecht;

Bijlagen: 1. Marktverordening

CVDR. Nr. CVDR279340_1. Marktverordening 2013 gemeente Amstelveen HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Marktreglement 2010, nadere regels voor de warenmarkt in de gemeente Deurne op basis van artikel 4 van de Marktverordening gemeente Deurne 2010

Toelichting en instructies bij de Modelmarktverordening VNG 2013

: Intrekking van de Marktverordening 2001 en vaststellen van de Marktverordening 2003

Reglement weekmarkt. Reglement weekmarkt. Paragraaf 1 De markt in de kern Hardinxveld-Giessendam

ALGEMENE TOELICHTING MARKTREGLEMENT

Inrichtingsplan woensdagmarkt Centrum

MARKTREGLEMENT GEMEENTE MEDEMBLIK 2012

gelezen het raadsbesluit van 15 december 2009, nr , inzake Aanpassing van een aantal verordeningen in verband met de Lex silencio positivo;

1. De Marktverordening 2004 in te trekken. 2. De Marktverordening 2007 vast te stellen, conform bijgevoegd voorstel. Voorstel aan de Raad

Besluit nadere regels 2013 Nadere regels op grond van artikel 5 van de Marktverordening gemeente Hengelo 2006.

Standplaatsen- en Ventverordening van de gemeente Gulpen-Wittem januari 2003

" VERORDENING OP DE PAARDENMARKTEN gemeente Tynaarlo 2015

Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie

Het college van burgemeester en wethouders van Leidschendam-Voorburg, gelet op artikel 2 van de Marktverordening gemeente Leidschendam-Voorburg 2019,

Transcriptie:

Modelregeling Drechtsteden Titel Wettelijke grondslag Marktverordening gemeente Dordrecht Marktverordening gemeente Dordrecht Artikel 149 van de Gemeentewet MARKTVERORDENING GEMEENTE DORDRECHT Hoofdstuk 1 Artikel 1 ALGEMENE BEPALINGEN Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. Anciënniteitslijst: Het college houdt een lijst bij van houders van een vergunning voor een vaste standplaats, met vermelding van de datum waarop de betrokkenen voor het eerste een vergunning voor een vaste standplaats werd verleend en met vermelding van de branche waartoe zij behoren of de artikelen die ze verhandelen; b. Branche-indeling: de indeling in artikelengroepen en het aantal vastgestelde plaatsen per artikelengroep; c. College het college van burgemeester en wethouders; d. Dagplaats: een standplaats, die per marktdag beschikbaar wordt gesteld, indien een vaste standplaats niet wordt ingenomen, dan wel niet als vaste standplaats is toegekend; e. Markt: de door het college ingestelde warenmarkt; f. Marktkramenexploitant: de door het college aangewezen exploitant die zorg draagt voor het plaatsen van marktkramen en bijbehorend materiaal; g. Marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college; h. Marktterrein: het door het college aangewezen gebied zoals aangegeven op de kaarten bedoeld in artikel 3 van deze verordening; i. Standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel; j. Standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder met een aansprekende uiteenzetting probeert artikelen te verkopen aan het om hem heen verzamelde publiek; k. Standwerker: iemand die publiek om zich heen verzamelt en dat door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen artikelen te kopen; l. Standwerkerplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken; m. Uitzoekhandel: handel waarbij de consument kan kiezen uit meerdere soorten van één product n. Vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter

beschikking is gesteld aan een vergunninghouder; o. Vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats; p. Verkoopwagen/markavan: een uitklapbare en/of uitschuifbare marktwagen; q. Wachtlijst: het college houdt een lijst bij van de kandidaten voor een vergunning voor een vaste standplaats, die daarvoor een aanvraag hebben ingediend en die een handelingsbekwame natuurlijke persoon zijn. Artikel 2 Toepassingsgebied 1. Deze verordening is van toepassing op alle door het college ingestelde markten die op gezette tijden worden gehouden. 2. Deze verordening is niet van toepassing op markten en braderieën, die conform afdeling 7 van de Algemene Plaatselijke Verordening (artikel 2:24 t/m 2:26) vallen onder Evenementen. Artikel 3 Inrichtingsplan 1. Voor elke markt stelt het college een inrichtingsplan vast, dat in elk geval bevat: a. aanduiding van de dagen en de uren waarop en eventueel de periode waarin de markt wordt gehouden (markttijd); b. een kaart van de markt; c. indien van toepassing, mededeling dat een anciënniteitslijst, wachtlijst, loting of selectiestelsel van toepassing is; d. aanduiding van de wijze waarop vergunningen voor een vaste standplaats, een dagplaats of standwerkerplaats kunnen worden verstrekt; e. nadere regels die op de markt van toepassing zijn. 2. Op de kaart moet zijn aangegeven: a. de grenzen van de markt; b. de plaatsen of gebieden die bestemd zijn voor vergunninghouders van een vaste standplaats; c. voor zover van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor één of meer branches of artikelgroepen alsmede, indien van toepassing, de maximum aantal vergunningen voor vaste standplaatsen die voor een of meer branches of artikelgroepen of combinaties daarvan kunnen worden afgegeven; d. indien van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor vergunninghouders van een dagplaats; e. indien van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor de houders van een standwerkvergunning. 3. Als een standplaats, bestemd voor de vergunninghouder van een vaste standplaats zestig minuten voor aanvang van de markt nog niet door de vergunninghouder of diens plaatsvervanger is ingenomen, kan daarvoor een vergunning voor een dagplaats worden afgegeven. 4. Het inrichtingsplan is gedurende de markttijd op het marktterrein of in de nabije omgeving van het marktterrein aanwezig en in te zien.

Artikel 4 Vergunningen 1. Het is verboden op een markt zonder vergunning voor een vaste standplaats of dagplaats van het college een standplaats voor het uitoefenen van markthandel in te nemen. 2. Het is verboden op een markt zonder standwerkvergunning van het college als standwerker op te treden. 3. Een vergunning voor een vaste standplaats geldt voor onbepaalde tijd en voor de op de vergunning vermelde standplaats, tenzij de vergunning anders bepaalt. 4. Het college kan in bijzondere gevallen een andere standplaats aanwijzen. 5. Een vergunning voor een dagplaats geldt voor één dag en voor de vermelde standplaats op de vergunning. 6. Aan een vergunning kunnen door het college voorschriften en beperkingen worden verbonden. 7. Een vergunning kan enkel worden verleend aan een handelingsbekwame natuurlijke persoon die gerechtigd is in Nederland arbeid te verrichten en die voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie. 8. Een vergunning wordt geweigerd wanneer bij de behandeling van de aanvraag van de vergunning blijkt dat niet wordt voldaan aan het bepaalde in het vorige lid en/of als aan een aanvrager eerder een vergunning is verleend, maar deze is ingetrokken omdat hij zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog, of in het verleden meerdere bij of krachtens deze verordening gestelde bepalingen heeft overtreden. Artikel 5 Mandaatverboden 1. De bevoegdheid tot het vaststellen van inrichtingsplannen kan niet worden gemandateerd. 2. De bevoegdheid tot het wijzigen van inrichtingsplannen en het verlenen, wijzigen of intrekken van een vergunning van een vaste standplaats kan niet aan de marktmeester of een andere toezichthouder worden gemandateerd. Hoofdstuk 2 Artikel 6 VERGUNNINGEN VOOR EEN VASTE STANDPLAATS Vrijgekomen standplaats en standplaatsverbetering volgens anciënniteitslijst Als op grond van het inrichtingsplan voor een markt een anciënniteitslijst wordt gehanteerd voor de toekenning van een vergunning voor een vaste standplaats, geldt het volgende: 1. Vergunninghouders van een vaste standplaats worden door het college ingeschreven op een anciënniteitslijst. 2. De anciënniteit van een kind of werknemer van de vergunninghouder, die te kennen geeft later de standplaats van de vergunninghouder te willen overnemen, vangt aan op het moment dat het kind of de werknemer zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst en vanaf dat tijdstip ook daadwerkelijk wekelijks meewerkt op de markt op de standplaats van de vergunninghouder. 3. Als een standplaats vrijkomt die werd ingenomen door een vergunninghouder van een vaste standplaats, kan deze op verzoek worden toegewezen aan de vergunninghouder op de anciënniteitslijst aan wie gelet op de inschrijvingsdatum het eerst een vergunning is verleend. 4. Als de plaats bestemd is voor een specifieke branche of artikelgroep, komt alleen de hoogstgeplaatste vergunninghouder in aanmerking, die aan dit vereiste voldoet. 5. Als er geen vergunninghouder op de anciënniteitslijst staat, die aan een specifieke branche of artikelgroep voldoet, of de vergunninghouder deze standplaats niet

aanvaardt, dan kan iemand van de wachtlijst die aan desbetreffende specifieke branche of artikelgroep voldoet in aanmerking komen. 6. Als er niemand op de wachtlijst staat ingeschreven die aan het vereiste in het vorige lid voldoet, dan kan iemand anders van de wachtlijst in aanmerking komen, waarbij voorrang wordt verleend aan een branche die nog niet op de markt is vertegenwoordigd. Artikel 7 Vrijgekomen standplaats volgens wachtlijst Als op grond van het inrichtingsplan voor een markt een wachtlijst wordt gehanteerd voor de toekenning van een vergunning voor een vaste standplaats, geldt het volgende: 1. Het college schrijft een aanvrager op zijn verzoek in op de wachtlijst, indien hij voldoet aan lid 7 en 8 van de in artikel 4 gestelde vereisten, en aan hem op het tijdstip van de aanvraag geen vaste standplaats kan worden toegewezen. 2. Op de wachtlijst worden bij iedere aanvrager vermeld: a. naam en voornamen, geboortedatum en plaats, adres en woonplaats; b. de datum waarop de aanvraag is binnengekomen; c. de branche waartoe de aanvrager behoort of de soort artikelen die Zij verhandelen; d. op welke wijze de aanvrager de standplaats wil innemen (met behulp van kraam, verkoopwagen of markavan). 3. De aanvrager ontvangt een schriftelijke bevestiging van het verzoek tot plaatsing op de wachtlijst, dan wel een verlenging hiervan, met het verzoek de verschuldigde legeskosten te voldoen. Nadat de (jaarlijkse) kosten door de aanvrager zijn voldaan, is de inschrijving definitief. 4. De inschrijving op de wachtlijst blijft gehandhaafd, indien deze door de ingeschrevene jaarlijks vóór 1 februari schriftelijk wordt verlengd en de kosten zijn voldaan. 5. De inschrijving op de wachtlijst van een kind of werknemer van een vergunninghouder van een vaste standplaats met als doel om de vergunninghouder te zijner tijd op te volgen, blijft eveneens gehandhaafd als het kind of de werknemer een vrijgekomen standplaats in dezelfde branche om die reden niet aanvaardt. 6. De inschrijving wordt doorgehaald: a. wanneer een vergunning voor een vaste standplaats wordt verleend en ingenomen; b. op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene; c. bij overlijden van de ingeschrevene; d. wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een vaste standplaats is verleend en hij deze niet aanvaardt, met uitzondering van de ingeschrevene zoals vermeld in lid 5 van dit artikel; e. indien niet aan de vereisten van lid 7 en 8 van artikel 4 wordt voldaan; f. indien de ingeschrevene zijn inschrijving niet jaarlijks vóór 1 februari schriftelijk heeft verlengd; g. bij het niet voldoen van de jaarlijkse kosten vóór 1 februari van het desbetreffende jaar. 7. Als er ruimte is om een vergunning voor een vaste standplaats toe te kennen, komt daarvoor als eerste in aanmerking de ingeschrevene die het langst op de wachtlijst staat en voldoet aan de vereisten voor toekenning. 8. Vervolgens komen andere aanvragers in aanmerking, in volgorde van indiening van hun aanvraag tot plaatsing op de wachtlijst.

Artikel 8 Selectiestelsel Als op grond van het inrichtingsplan voor een markt het selectiestelsel wordt gehanteerd voor de toekenning van een vergunning voor een vaste standplaats, geldt het volgende: 1. Het college maakt bekend dat voor de markt een of meer vergunningen voor een vaste standplaats kunnen worden verleend, voor welke branche of artikelgroep dit geldt en dat gegadigden voor een vergunning vóór de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen indienen. 2. De bekendmaking geschiedt door openbare kennisgeving. 3. Bij de beoordeling van de aanvragen kent het college punten toe aan de hand van de volgende aspecten en tot het daarbij vermelde maximum aantal: a. of het assortiment van de gegadigde een gewenst toevoeging aan het markassortiment vormt (maximaal 20 punten); b. de uitstraling van de kraam, verkoopwagen, markavan (maximaal 20 punten); c. het marktverleden van de gegadigde en de indruk die hij maakt (maximaal 20 punten); d. of bij de gegadigde sprake is van maatschappelijk verantwoord ondernemen (maximaal 20 punten). Gegadigden komen in aanmerking in de volgorde van het aantal toegekende punten. 4. Het college kan de aanvragen om advies voorleggen aan een door hen te benoemen commissie. Artikel 9 Loting Als op grond van het inrichtingsplan voor een markt loting wordt gehanteerd voor de toekenning van een vergunning voor een vaste standplaats, geldt het volgende: 1. Het college maakt bekend dat voor de markt een of meer vergunningen voor een vaste standplaats kunnen worden verleend, voor welke branche of artikelgroep dit geldt en dat gegadigden voor een vergunning vóór de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen indienen. 2. De bekendmaking geschiedt door openbare kennisgeving. 3. Een vergunning wordt door loting toegewezen aan een in aanmerking komende gegadigde, die voldoet aan de vereisten in lid 7 en 8 van artikel 4. 4. Gaat het om een bepaalde branche of artikelgroep, dan wordt per branche of artikelgroep geloot. 5. De in aanmerking komende gegadigden worden uitgenodigd bij de loting aanwezig te zijn. Artikel 10 Overschrijven vergunning vaste standplaats 1. In geval van beëindiging van het bedrijf, overlijden, ondercuratelestelling of blijvende arbeidsongeschiktheid van de vergunninghouder kan het college de vergunning voor een vaste standplaats overschrijven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of andere persoon met wie hij duurzaam samenwoonde. 2. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste lid, kan een kind van de vergunninghouder de vergunning voor die betreffende vaste standplaats krijgen, indien hij ten minste vijf jaar onafgebroken in het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt op de markt en zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst. 3. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste en tweede lid, kan een kind van de vergunninghouder een vergunning voor een andere vaste standplaats krijgen, indien hij ten minste drie jaar onafgebroken in het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt op de markt en zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst. 4. Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het eerste, of

tweede lid, kan een werknemer van de vergunninghouder de vergunning voor een vaste standplaats krijgen, indien hij ten minste vijf jaar onafgebroken in het marktbedrijf van de vergunninghouder heeft gewerkt op de markt en zich heeft laten inschrijven op de wachtlijst. 5. Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden na beëindiging van het bedrijf, na het overlijden van de vergunninghouder of nadat blijvende arbeidsongeschiktheid is vastgesteld. 6. De aanvraag tot overschrijving wordt geweigerd als: a. niet wordt voldaan aan de uit dit artikel voortvloeiende eisen; b. niet wordt voldaan aan een eis waaraan een houder van een vergunning voor een vaste standplaats volgens deze verordening moet voldoen. 7. Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van het bepaalde in dit artikel. Artikel 11 Intrekking, wijziging en vervallen vergunning vaste standplaats 1. Het college trekt een vergunning voor een vaste standplaats in: a. op schriftelijke aanvraag van de vergunninghouder; b. binnen een maand na diens overlijden of ondercuratelestelling, tenzij een aanvraag tot overschrijving is ingediend overeenkomstig artikel 10. 2. Het college kan een vergunning voor een vaste standplaats voor bepaalde of onbepaalde tijd intrekken: a. als de vergunninghouder ter verkrijging van de vergunning onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt; b. als de vergunninghouder of degene die hem vervangt, of een persoon die hem bijstaat zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden; c. als van de vergunning gedurende twee maanden geen gebruik is gemaakt; d. als de vergunninghouder niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet; e. bij overtreding van de vergunningsvoorschriften; f. als er waren op de markt worden verkocht, die in strijd zijn met de Warenwet. 3. Ingeval van intrekking voor bepaalde tijd kan tevens worden bepaald dat de toegewezen standplaats vervalt. 4. Als de vergunninghouder of zijn overeenkomstig artikel 12 aangewezen vervanger zijn standplaats niet uiterlijk zestig minuten voor aanvang van de markt heeft ingenomen, vervalt de vergunning voor de rest van de dag, tenzij de marktmeester op tijdig verzoek van de vergunninghouder de standplaats voor hem beschikbaar houdt. Artikel 12 Persoonlijk innemen standplaats; vervanger 1. De houder van een vergunning voor een vaste standplaats neemt de hem toegewezen standplaats persoonlijk in. 2. De vergunninghouder neemt ten minste eenmaal per twee weken en tienmaal per dertien weken zijn standplaats op de markt in. 3. In geval van vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college toestaan dat de standplaats wordt ingenomen door een vervanger. 4. Een schriftelijke of digitale aanvraag daartoe vermeld de reden en de verwachte duur van de afwezigheid van de vergunninghouder en de naam van de beoogde vervanger.

5. De vervanger treedt op namens de vergunninghouder. De rechten behalve die tot vervanging ingevolge het vorige lid en verplichtingen die bij of krachtens deze verordening gelden voor de vergunninghouder, zijn van overeenkomstige toepassing op de vervanger. Hoofdstuk 3 VERGUNNING VOOR EEN DAGPLAATS EN STANDWERKVERGUNNING Artikel 13 Vergunning voor een dagplaats 1. Een vergunning voor een dagplaats kan worden verleend voor het innemen van een standplaats voor het uitoefenen van markthandel op een markt op plaatsen die daarvoor ingevolge het inrichtingsplan in aanmerking komen en op plaatsen die niet zullen worden ingenomen door de houder van een vergunning voor een vaste standplaats, omdat voor de plaats geen vergunning geldt, de vergunning is vervallen of omdat de vergunninghouder niet in staat is de plaats in te nemen en niet is voorzien in vervanging overeenkomstig artikel 12. 2. Voor een vergunning voor een dagplaats komen in aanmerking degenen die voor deze marktdag voor de aanvang van de markttijd bij de marktmeester een aanvraag hebben ingediend, voldoen aan een eventueel van toepassing zijnde branche- of artikelgroep en die niet zijn uitgesloten omdat zij gedurende een of meer van de voorafgaande vier marktdagen: a. zich op de markt schuldig hebben gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling hebben overtreden, of b. niet tijdig het verschuldigde marktgeld hebben voldaan. 3. Het college kan ten aanzien van een gegadigde bepalen dat uitsluiting niet geldt of dat voor de toepassing van het vorige lid een langere termijn in aanmerking wordt genomen. 4. De vergunningen voor een dagplaats worden verstrekt door middel van loting. 5. Een vergunning voor een dagplaats kan niet worden overgedragen. 6. De vergunninghouder kan zich niet laten vervangen. Artikel 14 Standwerkvergunning 1. Het college wijst een standwerkerplaats toe door middel van loting. Voor een standwerkerplaats komen in aanmerking gecertificeerde standswerkers, die zijn opgenomen in het standwerkersregister en die zich een half uur voor aanvang van de markttijd bij de marktmeester hebben aangemeld, geen prijskaarten, meet- en weegapparatuur gebruiken, geen uitzoekhandel en geen gebruikte kleding aanbieden en die niet zijn uitgesloten omdat zij gedurende een of meer van de voorafgaande vier marktdagen: a. zich op de markt schuldig hebben gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling hebben overtreden; b. niet tijdig het verschuldigde marktgeld hebben voldaan. 2. Degene die een standwerker zal bijstaan, mag niet op eigen naam deelnemen aan de loting. 3. Om deel te nemen aan de loting dient een standwerker zich een half uur voorafgaand aan de aanvangstijd van de markt, te melden bij de marktmeester. 4. Een product of artikel voor een standwerkerplaats wordt maar één keer per maand ingeschreven. 5. Per standwerkerplaats mag slechts één product of artikel worden aangeboden. 6. De loting vindt een kwartier voor de aanvang van de markt plaats. 7. Het college kan nadere regels stellen betreffende het bepaalde in dit artikel.

Artikel 15 Uitsluiting standwerker of vergunninghouder dagplaats 1. Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkerplaats voor bepaalde of onbepaalde tijd uitsluiten, indien deze of een persoon die hem bijstaat: a. het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt of heeft overtreden; b. zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog; c. niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkerplaats; d. niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet; e. direct of indirect de goede gang van zaken op de markt in gevaar brengt of verstoort. Hoofdstuk 4 Algemene bepalingen voor vergunninghouders Artikel 16 Bijstand De vergunninghouder kan zich doen bijstaan door een of meer andere personen. Artikel 17 Legitimatieplicht Degene die een standplaats of een standwerkplaats inneemt op een markt, is op eerste verzoek van een toezichthouder verplicht aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is. Artikel 18 Aan- en afvoer van goederen 1. Het is verboden voor vergunninghouders op het marktterrein meer dan 3,5 uur voor aanvang en meer dan anderhalf uur na afloop van de markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of goederen aan- of af te voeren. 2. Het is verboden voertuigen, waarmee goederen of waren ter markt worden of zijn aangevoerd, tijdens de markt aanwezig te hebben op een andere plaats dan die door het college in de vergunning is aangegeven. 3. De vergunninghouder neemt zijn standplaats in tot de sluitingstijd van de markt, tenzij het college op aanvraag toestemming heeft verleend om de standplaats eerder te verlaten. Artikel 19 Markt schoonhouden 1. De vergunninghouder is verplicht afval, waaronder verpakkingsmateriaal, dat tijdens de door hem uitgeoefende verkoop op zijn standplaats vrij komt zodanig te bewaren dat het marktterrein daardoor niet wordt verontreinigd en het afval niet door onbevoegden kan worden verwijderd. 2. De vergunninghouder voert het afval onmiddellijk na afloop van de markt af of laat het afvoeren via een afvalinzamelaar of afvalverwerker. 3. Een vergunninghouder is verplicht de door hem ingenomen standplaats en naaste omgeving na afloop van de markt schoon achter te laten. Hoofdstuk 5 HANDHAVING Artikel 20 Toezicht Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen de marktmeester en de overige door hen aangewezen toezichthouders.

Artikel 21 Onmiddellijke verwijdering Het college kan een vergunninghouder of iemand die hem bijstaat of vervangt gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen als deze zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden. Artikel 22 Strafbepaling Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden. Hoofdstuk 6 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN Artikel 23 Overgangsbepalingen 1. Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de..marktverordening blijven van kracht tot de termijn waarvoor zij werden verleend. 2. De bestaande anciënniteit- en wachtlijsten worden gelijkgesteld met de anciënniteit- en wachtlijsten in de zin van deze verordening. 3. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Marktverordening is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast. Artikel 24 Intrekking oude regeling De Marktverordening [ per gemeente aanpassen ] wordt ingetrokken. De op de oude marktverordening gebaseerde regelgeving vervalt daarmee automatisch ook, tenzij dit is opgenomen in de overgangsbepalingen. Artikel 25 Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die van de bekendmaking. Artikel 26 Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening gemeente Dordrecht Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van de voorzitter, de griffier,