Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 23 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Vergelijkbare documenten
Examen VWO Grieks. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn Latijn. tijdvak 2 woensdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Latijnse taal en cultuur

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. Latijn Latijn. tijdvak 1 vrijdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 donderdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tevens oud programma Latijn. tijdvak 1 woensdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tevens oud programma Latijn. tijdvak 2 dinsdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Latijnse taal en cultuur

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 26 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn Latijn. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 donderdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 dinsdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 woensdag 23 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 vrijdag 1 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tevens oud programma Grieks. tijdvak 1 maandag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 dinsdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 donderdag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Griekse taal en cultuur

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 dinsdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks Grieks. tijdvak 1 dinsdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 donderdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 1 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Latijn. Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 22 juni uur. Vragenboekje

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 2 dinsdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 1 woensdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Griekse taal en cultuur

Examen VWO. Latijn. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 29 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. Arabisch. tijdvak 1 donderdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 donderdag 28 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Regel 678 nec pauper voluntas Met deze woorden wordt impliciet een tegenstelling uitgedrukt.

Examen VWO. Grieks. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Grieks. tevens oud programma Grieks. tijdvak 2 dinsdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 dinsdag 29 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een antwoordblad.

waarmee de dichter naar zijn eigen activiteit verwijst.

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 dinsdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 dinsdag 29 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een antwoordblad.

Examen VWO. aardrijkskunde. tijdvak 1 vrijdag 17 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 54e druk.

Examen HAVO. aardrijkskunde Compex. Vragen 1 tot en met 23. In dit deel van het examen staan de vragen waarbij de computer niet wordt gebruikt.

Examen VWO. aardrijkskunde. tijdvak 1 dinsdag 14 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 donderdag 20 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Regel bacchatur t/m deum In deze regels wordt het optreden van Lucilius vergeleken met dat van een zieneres.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 woensdag 24 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een antwoordblad.

Examen VWO Arabisch. tijdvak 1 vrijdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 donderdag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 dinsdag 31 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 54e druk.

Examen VWO. Latijn. tijdvak 1 vrijdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

geschiedenis geschiedenis

1p 1 Leg uit om welke reden Seneca dit zo stellig kan beweren. Baseer je antwoord op het voorafgaande (Hodierno t/m avocavit regel 1-2).

Examen HAVO. Nederlands. tijdvak 1 maandag 19 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO Arabisch. tijdvak 1 woensdag 24 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een antwoordblad.

Examen VMBO-GL en TL 2016

Examen VWO. Nederlands. tijdvak 1 woensdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. Nederlands. tijdvak 1 maandag 14 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO Arabisch 1,2. tijdvak 1 donderdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Deze tekst begint niet meteen met de lotgevallen van Romulus en Remus.

Examen HAVO. Centraal Examen Havo Aardrijdskunde 2014 tijdvak 1 Opgaven aardrijkskunde

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 donderdag 12 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

beeldende vakken CSE GL en TL

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 donderdag 27 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 woensdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

Examen HAVO maatschappijwetenschappen. tijdvak 1 woensdag mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

beeldende vakken CSE GL en TL

Examen VWO. aardrijkskunde. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 54e druk.

Examen HAVO Arabisch 1,2. tijdvak 1 vrijdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 2 maandag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. Nederlands. tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 2 dinsdag 16 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 vrijdag 24 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 53e druk.

Examen HAVO Arabisch 1,2. tijdvak 1 vrijdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 vrijdag 13 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 54e druk.

Examen VWO. Nederlands. tijdvak 2 dinsdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen VWO. aardrijkskunde. tijdvak 2 dinsdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Gebruik De Grote Bosatlas, 53e druk.

Examen HAVO. Nederlands Nederlands. tijdvak 1 maandag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

beeldende vakken CSE GL en TL

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 1 vrijdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Achter het correctievoorschrift zijn twee aanvullingen op het correctievoorschrift opgenomen.

Transcriptie:

Examen VWO 2014 tijdvak 1 vrijdag 23 mei 9.00-12.00 uur Latijn Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen en een vertaalopdracht. Voor dit examen zijn maximaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden. Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord meestal geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt. Geef niet meer antwoorden (tekstelementen, redenen, voorbeelden e.d.) dan er worden gevraagd. Als er bijvoorbeeld één tekstelement wordt gevraagd en je antwoordt met meer dan één tekstelement, dan wordt alleen het eerste tekstelement in de beoordeling meegeteld. VW-1010-a-14-1-o

Tekst 1 Regel 600 horum 2p 1 a. Wie worden hiermee bedoeld? Baseer je antwoord op het verhaalgedeelte dat voorafgaat aan Tekst 1 (niet in dit examen afgedrukt). b. Citeer uit het vervolg (t/m regel 608) het Latijnse woord waarmee Hippomenes hen kwalificeert. Regel 604 tanto Voor deze kwalificatie voert Hippomenes twee argumenten aan van verschillende aard. 2p 2 Beschrijf deze twee argumenten in eigen woorden. Baseer je antwoord op het vervolg (t/m regel 608). Regel 606 pronepos regis aquarum 1p 3 Citeer het Latijnse tekstelement uit het vervolg (t/m regel 620) dat hiermee inhoudelijk vergelijkbaar is. Regel 608 magnum et memorabile nomen 1p 4 Citeer het Latijnse tekstelement uit het voorafgaande dat hieraan inhoudelijk tegengesteld is. Regel 611-613 Quis t/m hoc 1p 5 Citeer uit de regels 611-613 (Quis t/m hoc) het Latijnse woord waaruit je kunt afleiden dat Atalanta deze woorden niet tegen Hippomenes zelf zegt. Regel 619 si me fors illi dura negarit Deze mogelijkheid is ook in de regels 603-608 (Seu t/m nomen) ter sprake gekomen. 1p 6 Citeer het desbetreffende Latijnse tekstelement. In de regels 620-623 gebruikt Ovidius het stilistisch middel litotes. 1p 7 Citeer het desbetreffende Latijnse tekstelement. Regel 630 utinam velocior esses Vergeleken met regel 610 (dubitat t/m malit) is de gemoedstoestand van Atalanta veranderd. 2p 8 Leg dit uit. Ga in je antwoord in op zowel regel 610 als regel 630. VW-1010-a-14-1-o 2 / 5 lees verder

Regel 637 quod facit ignorans amat Vergelijk deze woorden met de volgende regel uit het verhaal van Narcissus: quid videat, nescit; sed quod videt, uritur illo In beide situaties is sprake van onwetendheid. 3p 9 a. Beschrijf in eigen woorden wat Narcissus niet weet. Baseer je antwoord op de context van het Narcissusverhaal. b. Beschrijf in eigen woorden wat Atalanta niet weet. c. Citeer het Latijnse woord uit de geciteerde regel uit het verhaal van Narcissus dat inhoudelijk overeenkomt met amat (Tekst 1, regel 637). Regel 640 Cytherea 1p 10 Is Cytherea hier wel of niet een vocativus? Licht je antwoord toe. Regel 649-650 3p 11 a. Schrijf beide regels over en scandeer de regels. b. Beargumenteer op basis van het metrum of mea een bepaling vormt bij poma of bij manu. Regel 651 quis usus in illis 1p 12 Leg uit wat deze usus inhoudt. Baseer je antwoord op het vervolg van Tekst 1 (niet in dit examen afgedrukt). Tekst 1 en Tekst 2 Tekst 2, regel 1-2 Aan alle vrijers gaf zij de speerdood 1p 13 Citeer het Latijnse tekstelement uit Tekst 1, regel 624-628 dat hiermee inhoudelijk vergelijkbaar is. Tekst 2, regel 12-13 En t/m nacht De ontmoeting die Vestdijk met de eerste nacht (regel 13) suggereert, wordt ook door Ovidius in het vervolg van Tekst 1 (niet in dit examen afgedrukt) beschreven. 2p 14 a. Beschrijf in eigen woorden welke bijzonderheid Ovidius hierover vermeldt. Baseer je antwoord op het vervolg van Tekst 1 (niet in dit examen afgedrukt). Tekst 2, regel 14 verdween hij Dit komt niet overeen met het verhaal van Ovidius. b. Beschrijf in eigen woorden de afloop van het verhaal bij Ovidius. Baseer je antwoord op het vervolg van Tekst 1 (niet in dit examen afgedrukt). VW-1010-a-14-1-o 3 / 5 lees verder

Tekst 3 Regel 155 Dianam 2p 15 Citeer uit het vervolg (t/m regel 164) drie Latijnse tekstelementen die Diana aanduiden. Regel 157-158 1p 16 Leg uit waarom je in deze regels kunt spreken van personificatie. Regel 161 1p 17 Leg uit dat in deze regel sprake is van prospectie. Ga in je antwoord in op de inhoud van deze regel. Regel 173 periura 2p 18 a. Leg uit waarom de kwalificatie periura in de ogen van Diana terecht is. Baseer je antwoord op het voorafgaande (regel 155-162). b. Leg uit waarom de kwalificatie periura vermoedelijk in de ogen van Callisto niet terecht is. Baseer je antwoord op het vervolg (t/m regel 178). Regel 173 coetus 2p 19 Citeer de drie Latijnse zelfstandige naamwoorden uit de regels 155-164 waarmee deze groep eerder is aangeduid. Ovidius past in de regels 175-180 het stilistisch middel apostrofe toe. 1p 20 Citeer het desbetreffende Latijnse tekstelement. Regel 180 Huius in amplexus, Iuppiter, eas 1p 21 Leg uit dat Juno deze woorden sarcastisch bedoelt. Regel 191 Saevit adhuc 1p 22 Citeer het Latijnse tekstelement uit het voorafgaande (regel 173-180) dat de eerdere handeling beschrijft die zij uit woede heeft verricht. In de regels 173-186 is er tweemaal sprake van versnelling in het verteltempo. 2p 23 Noteer de nummers van de twee regels waarin versnelling van het verteltempo in de regels 173-186 optreedt. Regel 192 Maenaliam Ovidius gebruikt het zeldzame bijvoeglijk naamwoord Maenaliam om Callisto aan te duiden. 1p 24 Noteer de Latijnse aanduiding die men vanwege dit soort omschrijvingen voor schrijvers als Ovidius gebruikt. VW-1010-a-14-1-o 4 / 5 lees verder

Regel 185-192 In deze regels komen aetiologische elementen voor. 1p 25 Beschrijf in eigen woorden één aetiologisch element uit deze regels. Het volgende citaat is afkomstig uit een krantenartikel over een schilderijententoonstelling: Vrouwelijke kracht en kwetsbaarheid, jagen en bejaagd worden: de Italiaanse schilder Titiaan maakte het tot onderwerp in drie schilderijen waarin Diana drie gedaanten aanneemt: die van de onverbiddelijke godin die de nimf Callisto bestraft voor haar verlies van maagdelijkheid en haar in een beer verandert, die van godin die ook maar een mens is en overspoeld wordt door schaamte als ze naakt betrapt wordt door de mooie jager Actaeon - en tot slot die van de wraakgodin die eigenhandig zorgt voor een dodelijke straf voor de arme jager. In het citaat wordt gesteld dat Diana Callisto in een beer verandert. Dit wijkt af van wat Ovidius beschrijft in Tekst 3, regel 173-182. 1p 26 Leg dit uit. Baseer je antwoord op Tekst 3, regel 173-182. Tekst 4 38p Bestudeer Tekst 4 met de inleiding en de aantekeningen. Vertaal de regels 601 t/m 617 in het Nederlands. Bronvermelding Een opsomming van de in dit examen gebruikte bronnen, zoals teksten en afbeeldingen, is te vinden in het bij dit examen behorende correctievoorschrift, dat na afloop van het examen wordt gepubliceerd. einde VW-1010-a-14-1-o 5 / 5 lees verder