Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Legesverordening omgevingsvergunning 2013.

Vergelijkbare documenten
Minima Het college merkt op, dat een en ander geen consequenties heeft voor de financiële positie van de minima.

Voorstel van het college inzake de wijziging Legesverordening omgevingsvergunning 2013.

Spui DJ Den Haag Den Haag. Datum 27 september Registratienummer PBS/ RIS297941

Minima Het college merkt op, dat een en ander geen consequenties heeft voor de financiële positie van de minima.

Legesverordening 2011 TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE LEGESVERORDENING 2011 ALS BEDOELD IN ARTIKEL 1 VAN DEZE VERORDENING

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Wijziging tarieventabel leges

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Paragraaf 2: Indicatie aanvraag omgevingsvergunning

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 mei 2010; eerste wijziging van de tarieventabel behorende bij de legesverordening 2010.

Vergadering: 22 december 2016 Agendapunt: tarieven Tarieventabel Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2017

Verordening Leges Omgevingsvergunning 2016 gemeente Utrecht

VERORDENING Leges omgevingsvergunning 2015

verseonnr tarief 2016

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Raadsvergadering : 21 juni 2010 Agendanr. 16. Beslispunt De "Legesverordening Stadskanaal 2010" en de daarbij behorende tarieventabel wijzigen.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 22 juni 2010, nr b2; BESLUIT:

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Verordening op de heffing en invordering van leges omgevingsvergunning 2018 gemeente Utrecht

2.3.1 Bouwactiviteiten. Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit

Leges dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Verordening op de heffing en invordering van leges omgevingsvergunning 2018 gemeente Utrecht

Tarieventabel leges Haarlemmermeer 2019

Titel 2 Fysieke omgeving

Verordening Leges Omgevingsvergunning 2017 gemeente Utrecht

Tarieventabel, behorende bij de eerste wijziging van de Legesverordening Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

19 maart /14 n.v.t. wethouder C.M.A. (Cor) van den Berg

BESLUIT: vast te stellen de navolgende VERORDENING BETREFFENDE DE 1 E WIJZIGING VAN DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES.

HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK

Financiële consequenties Naar wij verwachten zal uit de voorgestelde wijzigingen geen meer- of minderopbrengst voortvloeien.

Titel 2: Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Tarieventabel Leges Omgevingsvergunning Bernheze 2017

Provinciaal blad 2010, 33

De verordening treedt (zoals gesteld in art. IX) in werking op: 1 juli De Legesverordening 2013 is opgenomen in gemeenteblad

HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK

Tarieventabel Leges 2015

Behorende bij raadsbesluit van 23 september De griffier van de gemeente Coevorden,

Wijzigingsverordening tot 10 e wijziging van de Verordening op de heffing en de invordering van leges 2000

Leges omgevingsvergunningen 2018

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Tarieventabel bij de Legesverordening omgevingsvergunning Bernheze 2019

Verordening van 6 november 2013 tot wijziging van de Verordening heffing opcenten op de motorrijtuigenbelasting.

Onderwerp : Bespreekpunten aanpassen tarieventabel legesverordening Bijlage 1 : Voorstellen wijzigingen

Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Algemene legesverordening 2013

De onderstaande wijzigingen worden aangebracht aan de tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2014.

Tarieventabel 2014, behorend bij de legesverordening provincie Fryslân 2010

Minima Een en ander heeft nagenoeg geen consequenties voor de financiële positie van de minima.

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude. De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude;

TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE 10e WIJZIGING OP DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES 2002

288,- bouwactiviteit wordt niet in uitvoering gebracht door weigering:

TARIEVENTABEL 2015 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

b e s l u i t : vast te stellen de eerste wijziging van de Tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2012 :

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2017

RIS121988_13-DEC-2004

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 september 2016, registratienummer 16bb7175; raadsstuk 16bb8668;

Gemeente Delft. 9^ m. Onderwerp : 2 e wijziging van de legesverordening Delft 2010

Aan de commissie: Datum vergadering: Agendapunt :

Bekendmaking Legesverordening waterschap Brabantse Delta

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn. Organiseren evenementen of markten

Tarieventabel leges. Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Indeling tarieventabel

Tijdelijke tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2010.

Bouwactiviteit van tijdelijke aard Aanlegactiviteiten Planologisch strijdig gebruik waarbij al dan niet sprake is van een bouwactiviteit

Gemeente Dantumadiel tarieventabel behorende bij de legesverordening 2014

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging Tarieventabel 2017 behorende bij de Legesverordening provincie Fryslân 2010

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2007, nummer 2007/117;

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging Legesverordening provincie Flevoland 2016

Raadsstuk. Onderwerp: Eerste Wijzigingsverordening belastingen 2017 BBVnr: 2017/63173

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N

gelet op het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 september 2014, met kenmerk APO20, raadsstuk 13GR2612R;

TARIEVENTABEL 2016 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

PROVINCIAAL BLAD. Legesverordening Limburg 2019 met bijbehorende Tarieventabel 2019

Bijlage: nog te hanteren tarieven uit Legesverordening 2009 tot aan inwerkingtreding Wabo.

PROVINCIAAL BLAD. Wijziging Legesverordening provincie Groningen 1993 (Tarieventabel 2015)

Omgevingsvergunning voor (ver)bouwen De kosten voor een omgevingsvergunning voor (ver)bouwen zijn afhankelijk van de bouwkosten.

Provinciaal Blad. Ie wijziging legesverordening 2016 provincie Flevoland

Verordening: U wordt uitgenodigd tot besluitvorming over te gaan. Het college, Beslui: Volgens voorstel door de raad besloten op 22 december 2016.

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 september 2014, met kenmerk AP020, raadsstuk 14bb4458;

PROVINCIAAL BLAD. Legesverordening Limburg 2016 met bijbehorende Tarieventabel

Tarieventabel leges Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

LEGESVERORDENING SCHELDESTROMEN. gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 18 november 2015, kenmerk ; besluit:

Gemeente Delft. Onderwerp Verzoek tot versneld agenderen commissie Middelen en Economie. Geachte dames en heren van de commissie Middelen en Economie,

TARIEVENTABEL 2017 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

Gemeente Dantumadiel tarieventabel behorende bij de legesverordening 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 november 2015, registratienummer

Was : Legesverordening omgevingsdiensten Provincie Zuid-Holland 2010 Wordt : Legesverordening omgevingsrecht provincie Zuid-Holland 2012

Tarieventabel leges. Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2014.

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Verordening tot wijziging van de Legesverordening Alkmaar gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders, bijlage nr.

TARIEVENTABEL 2018 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

De raad van de gemeente Bunnik;

Raadsvoorstel. Onderwerp Belastingtarieven 2015: legesverordening

Wettelijke grondslag voor raadsbevoegdheid: Artikel 229 van de Gemeentewet. Aan de Raad

TARIEVENTABEL 2010 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Verordening rechten markten Den Haag 2013

Transponeringstabel, behorende bij 2 e wijziging legesverordening Titel 2 Vergunningen, ontheffingen en meldingen

Legesverordening Breda 2012

5.1 Algemeen. 5.2 Bouwvergunningen

Legesverordening omgevingsrecht provincie Zuid-Holland 2013

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder Titel 2

Transcriptie:

Datum 4 oktober 2016 Registratienummer RIS295193 Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening tot wijziging van de Legesverordening omgevingsvergunning 2013. Toelichting Voor het college is het uitgangspunt, dat de legestarieven kostendekkend moeten zijn. Voor het jaar 2017 is bepaald, dat het trendpercentage 1,25% bedraagt. Om die reden stelt het college voor om de legestarieven met 1,25% te verhogen. Deze trendmatige aanpassing is conform vastgestelde spelregels voor de loon- en prijsontwikkeling in 2017 en gebaseerd op de Macro Economische Verkenning 2016. De legestarieven zijn afgerond op 0,05 zodat de tarieven praktisch werkbaar zijn. Legestarieven van 1.000 of hoger zijn afgerond op gehele euro s. Ter uitvoering van het collegeakkoord en ter versterking van de stedelijke economie is in 2016 een nieuw lager voor bouwplannen met bouwkosten tot en met 250.000 vastgesteld. Het lagere bedraagt 2,5% van de bouwkosten. Dit wordt bekostigd met een jaarlijkse bijdrage vanuit de algemene middelen. Voor 2017 wordt - conform de afspraken in het collegeakkoord - voorgesteld dit lagere te handhaven op 2,5% van de bouwkosten. Voor bouwactiviteiten, waarvan de bouwkosten meer dan 250.000 bedragen, wordt voor 2017 voorgesteld het (2016: 3,68%) trendmatig te verhogen tot 3,73%. Met het oog op de actualiteit en helderheid zijn de tarieven voor de activiteit brandveilig gebruik van bouwwerken (artikel 2.1, eerste lid, onder d van de Wabo) tegen het licht gehouden. Daarbij is gekeken naar de huidige werkwijze en de actuele kosten. De redactie van de artikelen is verbeterd, zodat de klanten vooraf beter kunnen zien welk op hun aanvraag van toepassing is. Bovendien zijn de tarieven meer in overeenstemming gebracht met de te verrichten werkzaamheden. Zo geldt een laag als een bestaande vergunning in stand blijft, maar op ondergeschikte onderdelen wordt aangepast. Voor nieuwbouw geldt een hoger, dat goedkoper is dan het voor bestaande bouw. In geval van nieuwbouw is namelijk een aantal brandbeveiligingsaspecten al bezien in een (recente) omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen. De voorgestelde wijzigingen zijn budgettair neutraal. Vanwege het belang dat in de landelijke politiek wordt gehecht aan transparantie van legestarieven heeft de VNG een model gepubliceerd voor de kostenonderbouwing van legestarieven. Eén van de aanbevelingen in de Doelmatigheidsonderzoeken naar de bouwleges van 2011 en 2012 was het werken volgens het VNG-model kostenonderbouwing (Doelmatigheidsonderzoek bouwleges (RIS180410) en Vervolgonderzoek bouwleges (RIS252436)). Toepassing van het model is mede bedoeld als ondersteuning in fiscale procedures over de leges en ter verlaging van het juridische risico voor de legesaanslagen 2017. Dit model is op 3 november 2015 door het college vastgesteld voor het jaar 2016 (RIS288003). Voor het jaar 2017 is dit model geactualiseerd, dat als bijlage is opgenomen. Dit geactualiseerde model sluit aan op de Programmabegroting 2017-2020 zoals door het college is vastgesteld op 13 september 2016. Gemeente Den Haag Postbus 12600 Telefoon : 14070 Spui 70 2500 DJ Den Haag publiekszaken@denhaag.nl Den Haag

Minima Het college merkt op, dat een en ander geen consequenties heeft voor de financiële positie van de minima. Bekendmaking Voor het in werking treden moet de belastingverordening op voorgeschreven wijze worden bekend gemaakt. De bekendmaking van de in onderdeel 1.1.1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde normbladen geschiedt door ter inzagelegging. Besluitvorming: Gezien het vorenstaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag, gezien het voorstel van het college van 4 oktober 2016 gelet op de artikelen 216 en 229, eerste lid, aanhef, onderdelen a en b van de Gemeentewet; Besluit: vast te stellen de Verordening tot wijziging van de Legesverordening omgevingsvergunning 2013: Artikel I De Legesverordening omgevingsvergunning 2013 wordt gewijzigd als volgt: A Artikel 10 komt te luiden: Artikel 10 Inwerkingtreding/bekendmaking normbladen /citeerartikel 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2013. 2. De bekendmaking van de in onderdeel 1.1.1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel genoemde normbladen geschiedt door ter inzagelegging 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013. 4. Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening omgevingsvergunning 2013 B De tarieventabel behorende bij de Legesverordening omgevingsvergunning 2013 wordt vervangen door: Tarieventabel behorende bij de Legesverordening omgevingsvergunning 2013 Afdeling 1 Begripsomschrijvingen Art. Omschrijving 2/12

Art. Omschrijving 1.1 Voor de toepassing van deze tarieventabel wordt verstaan onder: 1.1.1 bouwkosten: de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), echter inclusief omzetbelasting of voor zover de aannemingssom ontbreekt, een raming van de bouwkosten als bedoeld in het normblad 2699 en normblad 2580 of zoals deze normbladen laatstelijk zijn gewijzigd of vervangen inclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in dit hoofdstuk onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft. 1.1.2 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 1.2 In deze tarieventabel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. 1.3 In deze tarieventabel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. Afdeling 1A Beoordeling beginselaanvraag 1A Het bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 3/12

1A.1 om beoordeling van een beginselaanvraag: 20% 20% van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo voor dit project zouden worden vastgesteld, met een minimum van 116,90. 1A.2 voor een project waarbij niet wordt of zal worden gebouwd (onderdelen 2.4.1 tot en met 2.4.5 van de tarieventabel) 115,45 116,90 Afdeling 2 Omgevingsvergunning 2 Het bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in afdeling 2. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. 2.1 Bouwactiviteiten 2.1.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het : 2.1.1.1 indien de bouwkosten 250.000,- of minder bedragen 2,5% van de bouwkosten van het uit te voeren bouwwerk, berekend over elk geheel bedrag van 50,00 met een minimum van 116,90 4/12

2.1.1.2 indien de bouwkosten meer dan 250.000,- bedragen 3,68% 3,73% van de bouwkosten van het uit te voeren bouwwerk, berekend over elk geheel bedrag van 50,00 met een minimum van 116,90 en een maximum van 2.500.000 2.500.000 2.2 Aanlegactiviteiten Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het : 205,95 208,50 2.3 Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.1: 2.3.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van toepassing is (binnenplanse afwijking) 577,55 584,75 2.3.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo van toepassing is (buitenplanse kleine afwijking) 577,55 584,75 2.3.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van toepassing is (buitenplanse afwijking) 1,87% 1,89% van de bouwkosten als bedoeld in onderdeel 2.1.1, met een maximum van 8.000 8.000 2.3.4 vervallen 2.3.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van toepassing is (afwijking van exploitatieplan) 577,55 584,75 5/12

2.4 Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en het betreffende project niet tevens een bouwactiviteit omvat of zal omvatten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het : 2.4.1 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van toepassing is (binnenplanse afwijking) 577,55 584,75 2.4.2 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo van toepassing is (buitenplanse kleine afwijking) 577,55 584,75 2.4.3 indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van toepassing is (buitenplanse afwijking) 577,55 584,75 2.4.4 vervallen 2.4.5 indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van toepassing is (afwijking van exploitatieplan) 577,55 584,75 2.5 In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid 2.5.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het : 2.5.2 in geval van nieuwbouw 567,10 600,00 2.5.2.1 2.5.3 er is sprake van nieuwbouw, indien er 24 maanden voorafgaand aan de aanvraag op grond van artikel 2.1, eerste lid onder d van de Wabo een omgevingsvergunning bouwactiviteit is aangevraagd of afgegeven. in geval van bestaande bouw 1.913,40 1.500,00 6/12

vermeerderd met, indien sprake is van: 101 m² 4999 m² bruto vloeroppervlak per m² bruto vloeroppervlak 1,50 5000 m² bruto vloeroppervlak en meer 7.500,00 2.5.4 voor een aanvraag tot aanpassing van een verleende vergunning als bedoeld in 2.1, eerste lid, onder d van de Wabo 196,80 199,25 2.6 Uitweg/inrit 2.6.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van artikel 2.12 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het : 246,65 249,75 2.7 Kappen 2.7.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van artikel 2.87 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het : 36,05 36,50 2.8 Omgevingsvergunning in twee fasen Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het : 2.8.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze afdeling voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; 7/12

2.8.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze afdeling voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. Afdeling 3 Teruggaaf 3.1 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor activiteit bouwen 3.1.1 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.1 en 2.3.3 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen, bestaat op aanvraag aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 3.1.1.1 indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan: 75% 75% van de op grond van de onderdelen 2.1 en 2.3.3 verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste het minimumbedrag verschuldigd blijft 3.1.1.2 indien de aanvraag wordt ingetrokken na de termijn van twee weken: 50% 50% van de op grond van de onderdelen 2.1 en 2.3.3 verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste het minimumbedrag verschuldigd blijft; 8/12

3.2 Teruggaaf als gevolg van het niet-ontvankelijk verklaren van een aanvraag omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 3.2.1 Na het niet-ontvankelijk verklaren of buiten behandeling laten van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project, dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.1 en 2.3 bestaat op aanvraag aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. 3.2.2 De teruggaaf bedraagt: 80% 80% van de op grond van onderdelen 2.1 en 2.3.3 verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste het minimumbedrag verschuldigd blijft. 3.3 Teruggaaf als gevolg van het weigeren dan wel ongebruikt laten van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 3.3.1 Na weigering of het ongebruikt laten van een omgevingsvergunning voor een project, dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.1 en 2.3, bestaat op aanvraag aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. 3.3.2 De teruggaaf bedraagt: 50% 50% van de op grond van onderdelen 2.1 en 2.3.3 verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste het minimumbedrag verschuldigd blijft. 3.3.3 Onderdeel 3.3.1 is van overeenkomstige toepassing wanneer artikel 2.21 van de Wabo wordt toegepast ten aanzien van een bouwactiviteit (weigering terzake van één of meer van de aangevraagde activiteiten). 3.4 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid 9/12

3.4.1 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid, als bedoeld in onderdeel 2.5 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen, bestaat op aanvraag aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 3.4.1.1 indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan: 75% 75% van de op grond van onderdeel 2.5 verschuldigde leges 3.4.1.2 indien de aanvraag wordt ingetrokken na de termijn van twee weken: 50% 50% van de op grond van onderdeel 2.5 verschuldigde leges 3.5 Teruggaaf als gevolg van het niet-ontvankelijk verklaren van een aanvraag omgevingsvergunning voor in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid 3.5.1 Na het niet-ontvankelijk verklaren of buiten behandeling laten van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor in gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid als bedoeld in onderdeel 2.5, bestaat op aanvraag aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. 3.5.1.1 De teruggaaf bedraagt: 75% 75% van de op grond van onderdeel 2.5 verschuldigde leges 10/12

3.6 Geen teruggaaf wordt verleend indien de aanvraag om teruggaaf, als bedoeld in de voorgaande leden, wordt ingediend later dan één kalenderjaar nadat de omstandigheid, genoemd in die leden, zich heeft voorgedaan. Deze termijn van één jaar vangt aan op de datum waarop het besluit tot buiten behandeling laten dan wel weigering van de vergunning onherroepelijk wordt. Als een verleende vergunning ongebruikt wordt gelaten en vervolgens ingetrokken, vervalt het recht op teruggaaf als één jaar is verstreken na het onherroepelijk worden van de vergunning Afdeling 4 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project Art. Omschrijving 4.1 Een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning wordt voor de heffing van leges behandeld als een nieuwe aanvraag, met dien verstande dat enkel de bouwkosten van de te wijzigen aspecten en onderdelen in aanmerking worden genomen. De leges voor de oorspronkelijke vergunning blijven verschuldigd en worden vermeerderd met de leges verschuldigd voor de aanvraag tot wijziging van de omgevingsvergunning. Afdeling 5 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten 5.1 Het bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening 192,90 195,30 11/12

Afdeling 6 Vermindering Art. Omschrijving 6.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om beoordeling van een beginselaanvraag als bedoeld in afdeling 1A, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, en tussen de verzending van de beginseluitspraak en de ontvangst van de aanvraag omgevingsvergunning niet meer dan twaalf maanden zijn verstreken, worden de ter zake van de beoordeling van de beginselaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning als bedoeld in afdeling 2. 6.2 Indien een beginseluitspraak niet of niet binnen twaalf maanden gevolgd wordt door een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project, waarop de beginseluitspraak betrekking heeft, bestaat geen aanspraak op restitutie van de geheven leges. Artikel II Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2017, met dien verstande dat de bepalingen welke op grond van deze verordening worden gewijzigd van kracht blijven voor de tijdvakken waarvoor zij hebben gegolden. Artikel III De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van De griffier, De voorzitter, 12/12