Bedienings- en installatiehandleiding voor mini-bakoven CRAMER model CMBO

Vergelijkbare documenten
T.Nr Gebruik en installatie instructie voor CRAMER oven Model CBC. Varianten CBCG (met grill) en CBCO (zonder grill) NL, BE CE-0085BN0171

Gebruiks- en montage instructies VERWARMINGSTOESTEL

Montage handleiding Broilfire 4 Poot powerfire/gas komfoor 4p-01p

instructieboekje EUROM GS5000 Infraroodstraler op gas

Gebruiksaanwijzing. Gasbranders Gasbrander zonder vlambeveiliging Gasbranders met vlambeveiliging.

Rolkachel infrarood Chauffage mobile infrarouge Gasheizung Mobil infrarot Mobile gasheater infrared. Model: GRT-508

Gebruikers- en installatie- handleiding SUNWOOD MARINO. Propaan

Elektrische kippengrills

ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN Blz. 19. ADVIEZEN VOOR MILIEUBESCHERMING Blz. 19. WAARSCHUWINGEN EN ALGEMENE WENKEN Blz. 19

ABSORPTIE KOELKAST MODEL FA60G 12 V - 220/230 V - Flessengas GEBRUIKSAANWIJZING

MONTAGE- EN INSTALLATIE HANDLEIDING. IRPRO Series: IRPRO350, IRPRO500, IRPRO750

Infaroodstraler ZRS. Technische handleiding

BAMBINO 70T BAMBINO 46T

INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN EN GEBRUIKSAANWIJZING

Facilitair BV. Pulpmatic Vermaler. Installatie handleiding. QRS Facilitair Randmeer JW Oss. T: E:

HeatMaster. Montage- en installatiehandleiding. 201 Booster. HeatMaster. 200N (Gas) Booster. HeatMaster ENGLISH FRANCAIS NEDERLANDS ITALIANO NL 1

Wellstraler WL01 WL02

Handleiding Comfort Mat

06/2005. Mod: G65/GPL7T. Production code: 65/70 GRL

Wellstraler WL01 WL02

WHIRLPOOL AKM331. Gebruiksaanwijzing

CAGO GAS. Installatie - en gebruiks handleiding. Katalyt oven. Mod. Oro 165. Artikel nummer: CE Maximale voltooiing: 3100W g/h LPG

Uw gebruiksaanwijzing. SMEG P755SG1

Installatievoorschrift en Gebruikershandleiding FOX. Bewaar dit document zorgvuldig DRU VERWARMING B.V. HOLLAND

WAGAPARTS LY-128 CONVECTIE KACHEL

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

HANDLEIDING ELEKTRISCHE CONVECTOREN CL CP CH

* /1 * /1 * x40

Handleiding voor ombouw van Aardgas naar Propaan

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

PATIO HEATER TERRAS VERWARMINGSTOESTEL

ilmo 50 WT Ref B

Bedieningsvoorschrift

BeoLink Passive. Opstel-aanwijzingen

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS type: MVS-10P

Gebruiksaanwijzing. Geisers. Met Thermische Terugslag Beveiliging (TTB) W KD PT

Elektrische convectoren BMS (standaard) BMT (met timer) BMH (met beugel)

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

Heteluchtkanon HP18 / HP 30 / HP 45 RVS BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN

WHIRLPOOL AKR643GY. Gebruiksaanwijzing

VIESMANN. Montagehandleiding. Verwarmingswater-doorstroomtoestel. Veiligheidsinstructies. voor de installateur

STORINGSHANDLEIDING GASGESTOOKTE LUCHTVERWARMERS

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

GEBRUIKSAANWIJZING WAND AFZUIGKAPPEN

Nederlands 11/10/06 GSR 330 N. Gasketel 30 C. Gebruiksaanwijzing.

Een correcte reparatie kan uitsluitend worden gewaarborgd als een storingsvrije de-installatie van het complete toestel te allen tijde mogelijk is.

VIESMANN. Montagehandleiding. MatriX-stralingsbrander. voor de vakman

Gebruiksaanwijzing HEETWATERAPPARAAT

LED Inbouwspot WDS 1 G e b r u i k s a a n w i j z i n g Belichten

Woonhuisventilator type: Compact-8/14p

Draadloze bewegingsmelder

Montage- en gebruikershandleiding

The Tube Installatie- en gebruikersvoorschrift

Inbouwhandleiding. voor koel-vriescombinatie NoFrost Pagina CN/CBNes

aanvullende gebruikers handleiding AQUA Plus Versie

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden

08/2005. Mod: HS1(inox grid) Production code: GCV/SX. The catering program

Bedieningshandleiding

Quality Heating elektrische vloerverwarming

Geachte klant, de specifieke gasketel Logano G234X TH van Buderus werd volgens de laatste technologische ontwikkelingen en de meest recente veiligheid

Gebruikershandleiding Woonhuisventilator MVS

Installatievoorschriften. Bel-Ro-combi CLV systeem

Bedienings- en servicehandleiding

ELEKTRO-EINBAUMODUL (Cerankochplatte)

Viesmann. Montage- en servicehandleiding. Blusinrichting. Veiligheidsinstructies. voor de vakman. voor Vitoligno 300-H

GEBRUIKSAANWIJZING v. 1.0 HDR-105 HALOGEEN DIMMER/SCHAKELAAR MET TRANSFORMATOR

Quality Heating elektrische vloerverwarmingsfolie

HOOFDVRIJE AFZUIGKAPPEN

Geiser GWH11 COP... / GWH14 COP... / GWH18 COP... gebruiksaanwijzing (2015/04) NL

Nefit geiser F2555HE-N F3255HE-N F4055HE-N

Waarschuwingen. 1 Waarschuwingen

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *

Nefit geiser F2555-N F3255-N F4055-N

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

Tepro Gewächshausheizer mit Thermostat Gasheizgerät 4.2 kw

1. Algemeen !!!LET OP!!!

Gebruiksaanwijzing RTW100

Handleiding. Type: TopsealDirect.nl - Standard Plus

Technische Handleiding Versie 07/05. CompTrol Signal 1. Signaalkabel

F2555-N F3255-N F4055-N

h Aanwijzing! NL; BENL Bedienings- en installatiehandleiding VRT 50 Kamer(klok)thermostaat Bedieningshandleiding Aanwijzingen bij de documentatie

* /1 GN * /1 GN

LED Inbouwspot WDS 3 G e b r u i k s a a n w i j z i n g Belichten

KESSEL-opvoerinstallatie Minilift voor afvalwater vrij van faecaliën voor boven- of ondergrondse installatie

Montagevoorschrift. UBA3-module xm10 voor montage in de verwarmingsketel evenals voor wandmontage /2004 NL Voor de vakman

Bedieningsrichtlijnen Weishaupt Thermo Condens WTC 15-A WTC 25-A WTC 32-A

Gebruikers- en service-instructie

Afzuigkap Gebruiksaanwijzing

Handleiding FUGA S. wijzigingen voorbehouden december 2005

12/2014. Mod: DRINK-38/SE. Production code: CEV425

Bedieningsinstructie

Uw gebruiksaanwijzing. AEG-ELECTROLUX 84602GW

MINI INBOUW SCHAKELAAR

Bedieningshandleiding. Vloerverwarmingsthermostaat

Koelventilator 9

06/2005. Mod: G65/GGF4T. Production code: 65/40GRG. The catering program

Installatie- en bedieningsinstructie. Table Stand DS (2018/08) nl

voordat u zal de aansprakelijkheid zijn van de eigenaar. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door service monteurs van Baumatic.

Tempoplex-afvoer. Gebruiksaanwijzing van 01/2011. nl_be

Transcriptie:

T.Nr. 44841 Bedienings- en installatiehandleiding voor mini-bakoven CRAMER model CMBO Varianten: CMBOK, CMBOA, CMBOC, CMBOB, CMBOD, CMBODS, CMBOGDS NL NL, B Product id-nummer CE-1015BP0202

Belangrijke aanwijzingen Dit toestel is bedoeld als een toestel van klasse 3 voor de inbouw in een keukenblok. Vermogen van de bakoven (Hs) 1,4 kw (Mn = 100 g/u, propaan/butaan) Vermogen van de grill (Hs) 1,6 kw (Mn = 115 g/h, propaan/butaan) (Technisch is er voor gezorgd, dat beide branders niet gelijktijdig kunnen worden ingeschakeld.) Indien de gaskraan zwaar loopt of klemt, dan moet deze worden vervangen of moet de overeenkomstige kraankegel uit het kraanhuis worden uitgebouwd, in wasbenzine gereinigd, waarop hij wordt ingevet met speciaal kranenvet bijv. van de firma Klüber, München, type Staburgas Nr. 32 en terug ingebouwd. Dit werk mag alleen door een gas-vakman worden uitgevoerd. De installatie van het toestel mag alleen worden uitgevoerd door daartoe bevoegde vaklui! Naast de gebruikelijke voorschriften moet speciaal rekening worden gehouden met de norm EN 1949! Dit toestel moet conform de geldende installatievoorwaarden worden geïnstalleerd en aangesloten. Er moet met name speciaal worden gelet op de geëigende verluchtingsmaatregelen. Voor het aansluiten van het toestel moet worden gecontroleerd, of de plaatselijke aansluitvoorwaarden (gassoort en gasdruk) overeenkomen met de instelling van het toestel. Het soort gas en de gasdruk voor dit apparaat zijn aangegeven op een kenplaatje (of op het typeplaatje). Gasvoerende delen en de aangesloten afvoeren van verbrandingsgassen (buis verbrandingsgassen) moeten voor de eerste ingebruikname en telkens om de twee jaren volgens de geldende bepalingen worden gecontroleerd door een deskundige, met name volgens EN 1949. De gebruiker is er voor verantwoordelijk dat deze controle wordt uitgevoerd. Hij met door de installateur van de installatie schriftelijk op deze controleplicht worden gewezen. Het apparaat mag alleen worden gebruikt voor bakken en grillen onder de hierna aangegeven omstandigheden. Het mag in geen enkel geval worden gebruikt voor andere dan in deze handleiding beschreven doeleinden (bijv. verwarming, enz.). Het gebruik van het toestel kan leiden tot de vorming van warmte resp. vocht in de ruimte waarin het wordt geïnstalleerd. Letten op een goede verluchting van de keuken: de natuurlijke verluchtingsopeningen open houden, of een mechanische verluchting voorzien. Intensief of langdurig gebruik van het toestel kan bijkomende verluchting, bijv. het openen van een raam of het gebruik van de mechanische ventilatie op een hoger toerental noodzakelijk maken. De tussen de gasfles en het toestel te gebruiken ontspanner (drukregeling) moet een capaciteit hebben van 1,5 kg/u: 2

OPGELET: HET TOESTEL MOET CONFORM DE GELDENDE NORMEN (EN 1949) WORDEN INGEBOUWD DOOR EEN VAKMAN. BELANGRIJK: TER VOORKOMING VAN ALLE MOGELIJKE ONGEVALLEN IS HET NOODZAKELIJK HET TOESTEL TE INSTALLEREN OVEREENKOMSTIG DEZE HANDLEIDING. HET NIET OORDEELKUNDIG INSTALLEREN LEIDT TOT VERLIES VAN DE GARANTIE. WIJZIGINGEN AAN HET APPARAAT KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN EN ZIJN NIET TOEGESTAAN! 1. VERLUCHTING VAN DE RUIMTE Elke ruimte, waarin één of meer apparaten zullen worden geïnstalleerd, moeten zijn voorzien van één of meer openingen, die de aanvoer van verse lucht mogelijk maken, met een vrije totale doorsnede van minstens 100 cm 2. Deze openingen, die zich op verschillende plaatsen in de ruimte mogen bevinden, moeten zich bevinden in de buurt van de vloer, op een hoogte van maximaal 10 cm. Boven het toestel moeten er één of meerdere verluchtingsopeningen zijn met een minimale doorsnede van minstens 150 cm 2. Deze openingen moeten van tijd tot tijd worden gecontroleerd en eventueel door de gebruiker worden gereinigd (bijv. in de winter de afvoer van verbrandigsgassen en de aanvoer van verbrandingslucht vrij maken van sneeuw of smeltende sneeuw). Bij het inbouwen van het gasapparaat moet rekening worden gehouden met de geldende voorschriften, speciaal de norm EN 1949. De rookgasafvoeren mogen niet aan de ingangsdeur en onder de verluchtingsopeningen worden geïnstalleerd. Bij het aanleggen van de afvoer voor de verbrandingsgassen er op letten dat de afvoer overal stijgend moet worden gelegd. 2. AANSLUITING VAN HET TOESTEL OP DE GASTOEVOER De aansluiting van de gasleidingen op het toestel mag uitsluitend worden uitgevoerd met gasdichte aansluitingsonderdelen. Bij gebruik van buizen voor het aansluiten van het toestel moeten dat verzinkte ijzeren buizen of koperbuizen zijn. Deze buizen moeten worden gebruikt met een gasdichte aansluiting. Na het voltooien van de aansluitingswerkzaamheden moet de dichtheid van de gasleidingen worden gecontroleerd met een zeepoplossing, die over de aansluitplaatsen wordt gegoten; de zeepoplossing verraadt eventuele lekken door de vorming van bellen. OPGELET: BIJ HET INSTALLEREN EN HET AANSLUITEN VAN HET TOESTEL MAG DE GASBUIS NIET WORDEN GEDRAAID, EN ER MAG GEEN TREK- OF DRUKKRACHT WORDEN OP UITGEOEFEND. 3

3. GASFLESSEN Alleen die gasflessen mogen worden gebruikt, die in het land, waarin het toestel werd verkocht, gebruikelijk zijn in de handel. De te gebruiken gassoort is duidelijk op de verpakking en op het tegen verlies beveiligde kenplaatje aan de achterzijde van het toestel aangebracht. HET GEBRUIK VAN EEN VAN DE VOORGESCHREVEN DRUK OF ANDER GAS KAN LEIDEN TOT EEN ONREGELMATIGE WERKING VAN HET TOESTEL; DE FABRIKANT WIJST DERHALVE ELKE VERANTWOORDELIJKHEID AF IN VERBAND MET ONOORDEELKUNDIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL. De volgende aanwijzingen moeten in elk geval worden opgevolgd: De gasflessen moeten, volledig met ventiel en ontspanner (drukregeling), rechtop in een daartoe voorziene kast worden ondergebracht; de toegang tot de flessen mag niet zijn versperd. Het verwisselen van de gasfles moet gemakkelijk en zonder hindernissen zijn door te voeren. NA GEBRUIK MOET DE KRAAN VAN DE GASFLES WORDEN DICHTGEDRAAID. OPGELET! Bij het vervangen van de gasfles moeten de volgende voorzorgsmaatregelen worden getroffen: a) De kraan van het toestel sluiten ( draaiknop in de stand 0 ). b) Het apparaat bij het in het voertuig geplaatste afsluitventiel afsluiten. c) Er moet worden gecontroleerd of er zich in de buurt geen vlammen of gloeiende voorwerpen bevinden; d) De kraan van de om te ruilen gasfles sluiten; e) De ontspanner (drukregeling) van de lege gasfles schroeven, deze uit de kast nemen, en vervangen door een nieuwe voor het aansluiten van de nieuwe fles in de omgekeerde volgorde tewerk gaan. f) De dichtheid controleren met een zeepoplossing, zoals hierboven beschreven. g) De brander aansteken en de goede werking controleren; in het tegengestelde geval een gespecialiseerd technicus raadplegen. 4

3.1 KAST VOOR DE GASFLES De kast voor de gasfles moet voldoende groot zijn, om er het aangegeven type gasfles met gemonteerde ontspanner in onder te brengen. In Duitsland mag ze niet kleiner zijn dan 325 mm breedte en diepte, en 620 mm hoogte. 4. CONTROLE OP ZICHT VAN DE VLAM a) De vlam moet rustig branden. Ze moet overwegend blauw zijn, en duidelijke omtrekken hebben. b) Indien de vlam niet zuiver brandt, moet worden nagegaan of de luchtaanvoer (Venturibuis) vrij is. In het tegenovergestelde geval moeten de verstoppende delen worden verwijderd. c) In tijwfelgevallen het advies van een vakman inwinnen. 5. STROOMVOORZIENING EN ELEKTRISCHE AANSLUITING: Het apparaat heeft 12 volt gelijkstroom nodig voor de binnenverlichting en de elektronische ontsteking. Bij sommiige speciale uitvoeringen Z wordt voor de ontsteking een verwisselbare batterij van 1,5 volt gebruikt. ELEKTRISCHE AANSLUITING Voor de aansluiting van het toestel moet twee-aderig draad van 1,5 mm 2 met een rode en een zwarte geleider worden gebruikt, dat wordt aangesloten op de klemmen aan de achterzijde van het toestel. Op deze klemmen zijn de beide polen aangeduid met + en. De positieve pool is te herkennen aan zijn rode kleur. Bij het aansluiten van de kabel moet absoluut worden gelet op de correcte polariteit! De stroomkring moet worden gezekerd met een zekering van 3 A (niet meegeleverd). HET TOESTEL MAG IN GEEN GEVAL WORDEN AANGESLOTEN OP HET 230 VOLT LICHTNET! DIT LEIDT TOT ONHERSTELBARE SCHADE AAN DE ELEKTRISCHE ELEMENTEN EN TOT GEVAAR VOOR DE GEBRUIKER. 6. GASLEKKEN Bij het controleren op gaslekken adviseren we het gebruik van een elektronische, typegoedgekeurde gasdetector. Bij een storing moet de kraan van het gasvoedingsnet worden gesloten; richt u zich tot een installateur, een handelaar of een gespecialiseerd technicus. 5

7. MONTAGE VAN HET TOESTEL 7.1 BEVESTIGING VAN HET TOESTEL AAN HET MEUBEL Voor de inbouw van het toestel moet er naargelang het model (zie kenplaatje op het toestel) gezorgd worden voor een vrije ruimte met de in fig. 1 aangegeven afmetingen. Afb.1 Variante X (breedte) Y (diepte) Z (hoogte) CMBOK 398 490 284 CMBOA 398 490 304 CMBOC 484 490 284 CMBOB 484 490 304 CMBODS 524 490 354 CMBOGDS 524 490 354 De plaats van deze ruimte kan worden gekozen naargelang de gewenste installatie. In het inbouwmeubel moet het toestel op een stevige en stabiele ondergrond staan. Het toestel moet vast aan de voorzijde van het inbouwmeubel worden geschroefd met behulp van de 4 meegeleverde schroeven (afb. 2). Voor het bevestigen mogen niet de gasleidingen, kranen of delen van de brander worden gebruikt. Minimale afstand opzij links en rechts tot brandbare vlakken: 20 mm. Minimale afstand tot brandbare vlakken naar boven: 50 mm. Minimale afstand afvoer verbrandingsgassen tot brandbare vlakken: 50 mm. 6

Alle wanden of elementen, met een afstand die kleiner is dan de minimale afstand tot het toestel, moeten worden bekleed of beschermd met niet brandbaar materiaal. Afb.2 Afb.3 Inbouwsituatie voor een bakoven met gasafvoer boven via een dakschoorsteen. Truma Dakschoorsteen art. nr. 30700-03 Afvoer Truma schoorsteenbuis O55 Art. nr. 39320-00 Gasafvoeren 7

Afb.4 Inbouwsituatie voor een bakoven met gasafvoer boven via een wandschoorsteen. Truma wandschoorsteen art. nr. 34011-08 Afvoer Truma schoorsteenbuis O55 Art. nr. 39320-00 Gasafvoeren Afb.5 Inbouwsituatie voor een bakoven zonder schoorsteen met afvoer van de verbrandingsgassen via de voorzijde. Gasafvoeren 8

Afb. 6 Inbouwsituatie voor een bakoven met gasafvoer achter via een dakschoorsteen. Truma Dakschoorsteen art. nr. 30700-03 Afvoer Truma schoorsteenbuis O55 Art. nr. 39320-00 Gasafvoeren Afb. 7 Inbouwsituatie voor een bakoven met gasafvoer achter met een wandschoorsteen. Truma wandschoorsteen art. nr. 34011-08 Afvoer Truma schoorsteenbuis O55 Art. nr. 39320-00 Gasafvoeren De afvoer van de verbrandingsgassen via een schoorsteenbuis moet onafgebroken stijgend verlopen. De maximale lengte van de afvoer voor de verbrandingsgassen bedraagt 2000 9

mm. Het maximale hoogteverschil tussen de bovenzijde van de bakoven en de afvoer van de verbrandingsgassen aan de schoorsteen is 1500 mm. Het minimale hoogteverschil is 150 mm bij een afvoer voor de verbrandingsgassen via een zijschoorsteen en 200 mm bij een afvoer via een Truma-dakschoorsteen. De wanden en elementen, die zich dichter dan 50 mm van de afvoer van de verbrandingsgassen bevinden, moeten worden beschermd of bekleed met materialen, behorend tot vuurbestendigheidsgroep M0. Een afvoer van verbrandingsgassen uit soepele metalen buis 55 mm moet bij het verlaten van de bakoven net als bij de invoer van het schoorsteenopzetstuk telkens met behulp van een schroefdraadflens (Truma flens passend op een buis van 50 60 mm) resp. met behulp van een met de Truma-dakschoorsteen worden bevestigd. HET TOESTEL MOET WORDEN OPGESTELD OP ENIGE AFSTAND VAN LICHT BRANDBARE MATERIALEN. 7.2 BESCHERMING TEGEN OVERVERHITTING Alle onder punt 7 beschreven voorwaarden voor de inbouw van het toestel moeten worden aangehouden. 7.3 VERWIJDEREN VAN HET TOESTEL UIT HET MEUBEL a) Hoofdgaskraan sluiten b) Bevestigingsschroeven lossen c) De gasaansluiting en eventuele elektrische kabels los maken. 8. GEBRUIKT U HET TOESTEL ALLEEN IN EEN GOED VERLUCHTE RUIMTE Tijdens het gebruik van het toestel moeten de verluchtingsopeningen vrij worden gehouden. 9. GEBRUIK VAN HET TOESTEL Attentie: om de deur te openen eerst met uw duim de vergrendelingshendel onder de deurhandgreep omhoog drukken! Bij het sluiten van de deur vergrendelt de hendel de deur weer automatisch. 9.1 AANSTEKEN VAN HET TOESTEL De bakoven is voorzien van een elektronische ontsteking. 10

a) Voor het aansteken van de bokoven of de grill moet de deur van de ovendeur volledig zijn gesloten. b) De draaiknop licht indrukken en door naar link draaien in de ontstekingsstand brengen. De ontsteking van de bokoven is mogelijk bij elke stand van de draaiknop. Nadat de brander ontstoken is, de draaikop ongeveer 10 seconden ingedrukt houden tot de vlambeveiliging aanspreekt. De ontsteking van de grill (bij een oven met grill) is mogelijk in de stand Grill-(naar rechts draaien van de draaiknop na het indrukken). c) De draaiknop los laten en in de gewenste stand draaien. De bakoven is voorzien van een automatische thermostaat. De verschillende instellingen van de draaiknop komen overeen met temperaturen in het gebied tot 250 o C. Indieneen te grote afwijking van de oventemperatuur wordt vastgesteld, moet thermostaat hersteld worden. BELANGRIJK Indien het ontsteken niet lukt, het proces van voor af aan terug herhalen; desnoods laten controleren of het gas en/of de elektriciteit zijn uitgevallen. Indien het toestel daarna nog niet werkt, de gastoevoer sluiten, en de handelaar raadplegen. Voor de eerste ingebruikname van de oven deze leeg (zonder levensmiddelen) gedurende ca. ½ uur op de hoogste temperatuur laten branden. Indien de brandervlam per ongeluk wordt gedoofd, draait u de regeling toe en laat u de brander minstens 1 minuut uitgeschakeld voor u hem terug gaat aansteken. VOOR HET HANTEREN VAN WARME VOORWERPEN MOET HANDSCHOENEN WORDEN GEBRUIKT 9.2. BEDIENING VAN DE OVEN a) De pan resp. het rooster in de geleidingen schuiven. b) Het rooster kan op drie verschillende hoogtes worden geplaatst. OPGELET: Het apparaat bereikt in bedrijfstoestand hoge temperaturen. Kleine kinderen op afstand houden. 9.3 BEDIENING VAN DE GRILL (alleen apparaten met een grill-functie) a) De grillbrander ontsteken bij volledig geopende deur. b) De deur van de bakoven tijdens het grillen open laten. 11

OPGELET: Het apparaat bereikt in bedrijfstoestand hoge temperaturen. Kleine kinderen op afstand houden. 10. STORINGEN AAN HET TOESTEL Bij storingen aan het toestel wendt u zich tot een gespecialiseerde monteur. AANWIJZINGEN VOOR HET ONDERHOUD Voor het reinigen mogen uitsluitend zachte huishoudelijke reinigingsmiddelen worden gebruikt. In geen geval mogen schurende of bleekmiddelen worden gebruikt. DOMETIC CRAMER SR s. r. o. Tehelná 8 SK 986 01 Fiľakovo Telefoon: +421-47 4319100 Fax: +421-47 4319144, 4319166 E-mail: cramer@cramer.sk Internet: www.cramer.sk 12