ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

Vergelijkbare documenten
ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VOORSTEL VAN RESOLUTIE

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT. VERSLAG namens de Commissie voor Buitenlandse en Europese Aangelegenheden uitgebracht door de heer André Moreau

COMMISSIEVERGADERINGEN

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

Ontwerp van decreet. Verslag

Ontwerp van decreet. Verslag. stuk ingediend op

ONTWERP VAN DECREET. houdende aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2008 VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG. namens de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media uitgebracht door de heer Carl Decaluwe

Ontwerp van decreet. Verslag

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

COMMISSIEVERGADERINGEN

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Ontwerp van decreet. Verslag

VERZOEKSCHRIFT. over duo-opleidingen in het deeltijds beroepssecundair onderwijs VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Verslag. over het ontwerp van decreet

Verslag. over het ontwerp van decreet

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

Stuk 6 ( ) Nr. 1

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

Verslag. over het ontwerp van decreet

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Verslag. over het ontwerp van decreet

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN RESOLUTIE. van de heer Felix Strackx. betreffende het terugdringen van het aantal abortussen in Vlaanderen VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over het Antwerpse havengebied VERSLAG

over het uitbreiden van de mogelijkheid om de asurne te bewaren op een andere plaats dan de begraafplaats

EINDELIJK EEN PUBLIEKRECHTELIJK KADER VOOR GEDECENTRALISEERDE VLAAMS-FRANSE SAMENWERKING

VERZOEKSCHRIFT. over het wegvallen van de huursubsidie bij verhuis naar een sociale woning VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

ONTWERP VAN DECREET. houdende instemming met het verdrag van de Verenigde Naties tegen corruptie, opgemaakt in New York op 31 oktober 2003 VERSLAG

COMMISSIEVERGADERINGEN AANPASSING

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

VERZOEKSCHRIFT. over een oplossing voor de gelijkwaardigheidserkenning van de diploma s psychologie van de Open Universiteit Nederland/Vlaanderen

I. Context (1) I. Context (2) Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales

COMMISSIEVERGADERINGEN

COMMISSIEVERGADERINGEN

VERZOEKSCHRIFT. over voorrang bij inschrijving in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel volgens het decreet gelijke onderwijskansen-i (GOK) VERSLAG

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Ontwerp van decreet. Verslag

PLENAIRE VERGADERINGEN

Per post. In bijlage sturen wij u dan ook een voorstel van enkele concrete wetswijzigingen.

houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2015

houdende instemming met het Verdrag inzake het Europees Bosseninstituut

PLENAIRE VERGADERINGEN

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Stuk 1328 ( ) Nr. 1. Zitting februari 1999 ONTWERP VAN DECREET

COMMISSIEVERGADERINGEN

over de uitsluiting van grensarbeiders van de Vlaamse zorgverzekering

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

Verzoekschrift. over het opspuiten van eilanden op de Vlaamse Banken voor de kust. Verslag

PLENAIRE VERGADERINGEN

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VERZOEKSCHRIFT. over de tewerkstelling van laaggeschoolden die een opleiding volgen bij de VDAB VERSLAG

VR DOC.0987/2BIS

Ontwerp van decreet. Verslag

ONTWERP VAN DECREET VERSLAG

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

2 Stuk 509 ( ) Nr. 2

PLENAIRE VERGADERINGEN

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Stuk 1926 ( ) Nr. 1. Zitting oktober 2008 ONTWERP VAN DECREET

nr. 237 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 2 januari 2017 aan LIESBETH HOMANS Lokale besturen - Financieringsmogelijkheden

van Cathy Coudyser, Karin Brouwers, Marnic De Meulemeester, Jan Van Esbroeck, Johan Verstreken en Bart Caron

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

Versie Gezien de uitstekende samenwerking tussen de Federale Staat en de deelstaten in het kader van dit samenwerkingsakkoord;

Ontwerp van decreet. Verslag

Ontwerp van decreet. Verslag

Transcriptie:

Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 Zitting 2007-2008 6 december 2007 ONTWERP VAN DECREET houdende uitvoering van de Verordening (EG) Nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende een Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) VERSLAG namens de Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme uitgebracht door de heer Stefaan Sintobin 3701 BUI

Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 2 Samenstelling van de commissie: Voorzitter: de heer Karim Van Overmeire. Vaste leden: de heren Stefaan Sintobin, Roland Van Goethem, Luk Van Nieuwenhuysen, Karim Van Overmeire, John Vrancken; de dames Sabine Poleyn, Miet Smet, de heren Luc Van den Brande, Johan Verstreken; de heer Marnic De Meulemeester, de dames Stern Demeulenaere, Anne Marie Hoebeke; de heren Gilbert Bossuyt, Jan Roegiers, mevrouw Anissa Temsamani. Plaatsvervangers: de dames Agnes Bruyninckx, Hilde De Lobel, de heer Werner Marginet, mevrouw Marie-Rose Morel, de heer Christian Verougstraete; de heer Ludwig Caluwé, de dames Cindy Franssen, Trees Merckx-Van Goey, de heer Koen Van den Heuvel; de heren Louis Bril, Patrick De Klerck, Marc van den Abeelen; de heren Bart Caron, Kurt De Loor, Jacky Maes. Toegevoegde leden: de heer Eloi Glorieux; de heer Jan Loones. Zie: 1391 (2007-2008) Nr. 1: Ontwerp van decreet

3 Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 INHOUD Blz. I. Inleidende uiteenzetting door de heer Marino Keulen, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering... 4 II. Bespreking... 5 III. Stemmingen... 6 1. Artikelsgewijze stemming... 6 2. Stemming over het geheel... 6

Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 4 DAMES EN HEREN, In de Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme werd op datum van dinsdag 4 december 2007 het ontwerp van decreet houdende uitvoering van de Verordening (EG) Nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende een Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) besproken. Het ontwerp werd daarna bij eenparigheid van stemmen aangenomen. I. INLEIDENDE UITEENZETTING DOOR DE HEER MARINO KEULEN, VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BE- STUUR, STEDENBELEID, WONEN EN IN- BURGERING Bij de aanvang van zijn uiteenzetting attendeert minister Marino Keulen de commissieleden op de op stapel staande Eurometropool Lille-Kortrijk- Tournai, waarbij aan Vlaamse kant vooral de burgemeester van Kortijk, de heer Stefaan De Clerck, een voortrekkersrol gespeeld heeft en nog speelt. Via dit innovatieve samenwerkingsverband zullen de steden Kortrijk, Rijsel, Doornik, de provincie West- Vlaanderen, de provincie Henegouwen en de regio Nord-Pas-de-Calais op diverse vlakken onder andere inzake ruimtelijk beleid, economisch beleid en mobiliteitsbeleid hun visies afstemmen en hun krachten bundelen. Alleen al om redenen van efficiëntie is het nodig om voldoende schaalgrootte (en dito schaalvoordelen) te hebben, hetgeen in de grensregio s bijna per definitie grensoverschrijdende samenwerking tussen verschillende entiteiten veronderstelt. Vanuit Vlaanderen gezien is Rijsel met name aantrekkelijk omwille van zijn luchthaven, zijn hogesnelheidstreinen, zijn ruime culturele aanbod (dat een troef kan zijn bij het aanwakkeren van de creativiteit en het aantrekken van hooggeschoolden naar de regio), zijn beschikbaarheid van arbeidskrachten en dergelijke meer. Met enige zin voor historische continuïteit kan gesteld worden dat hier gewoon weze het op een moderne en wat anderssoortige manier opnieuw voortzetting wordt gegeven aan de traditionele rol van de (Vlaamse) steden als motor van welvaartscreatie. In dat opzicht zijn de huidige staatsgrenzen in zekere zin dan ook wat virtueel aan het worden. Zelfs in het jakobijnse en centralistische Frankrijk is Nord-Pas-de-Calais en in het bijzonder Lille- Métropole een eigen weg ingeslagen door grensoverschrijdende samenwerking te zoeken met Vlaamse en Waalse entiteiten. Het doel van deze samenwerking is ondubbelzinnig utilitair, alle participanten hebben er immers bij te winnen. Er stellen zich ter zake echter twee problemen. Enerzijds ligt het voor de hand dat ons bestuursapparaat eigenlijk niet echt op dergelijke grensoverschrijdende samenwerking georganiseerd is. Anderzijds is er de problematiek van de Europese financiering. Vooral na de recente uitbreiding van de Europese Unie naar het oosten toe, komt Vlaanderen niet echt meer in aanmerking voor betoelaging vanuit het overgrote deel van de klassieke Europese fondsen (EFRO, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, en ESF, het Europees Sociaal Fonds). In vergelijking met de echt arme regio s van Europa kan Vlaanderen bezwaarlijk hard maken dat het op de een of andere manier achtergesteld zou zijn. Onze zogenaamde probleemgebieden zijn comparatief immers steeds een heel stuk beter af. Het ware intellectueel oneerlijk en ook niet conform de basisidee van de Europese financiële solidariteit om in die omstandigheden toch nog een deel van de Europese koek op te eisen. Daarom is het volgens de minister dan ook beter om te mikken op de nieuwe subsidiemogelijkheden die Europa biedt voor grensoverschrijdende stedelijke ontwikkeling. Nog los van het reeds aangehaalde voorbeeld van het Eurodistrict, kunnen hier ook mogelijkheden liggen om, bijvoorbeeld, tot samenwerking te komen tussen Hasselt, Maastricht en Eindhoven. De ideeën van de gouverneur van de provincie Limburg, de heer Stevaert, over West-Limburg en Oost-Limburg, kunnen trouwens ook deels mee in deze context gesitueerd worden. Om dat soort van projecten zowel bestuurlijk als qua financiering mogelijk te maken, is het instrument van de Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) in het leven geroepen. Met deze nieuwe samenwerkingsvorm die de Europese Unie in 2006 gecreëerd heeft, wordt gewoon een basis gegeven aan en ingespeeld op een in de praktijk reeds volop aan de gang zijnde beweging. Het Europese niveau (top-down) en het lokale of bovenlokale niveau (bottom-up) ontmoeten elkaar hier dus in een gemeenschappelijke dynamiek die erop gericht is de grensoverschrijdende samenwerking te verdiepen en efficiënter te maken. Dit is daarnaast ook een zoveelste voorbeeld van wat de minister de verbinnenlandsing van het Europees gegeven, of, convers, de Europeanisering van het binnenlandgegeven noemt. De Europese dimensie is op vele gebieden (stedenbeleid, economisch beleid, milieubeleid en dergelijke meer) gewoon niet meer weg te denken. De overeenkomstige Europese regelgeving heeft ter zake trouwens ook de primauteit. Ze heeft, met andere woorden, voorrang op het interne recht. Dit principe geldt ook voor de EGTS. Als nieuw juridisch instrument stelt de Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) regionale en

5 Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 lokale overheden uit verschillende lidstaten in staat om samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid op te richten. Zowel lidstaten als regionale en lokale overheden, evenals bepaalde publiekrechtelijke instellingen kunnen lid worden van een EGTS. Doel hiervan is te komen tot grensoverschrijdende, transnationale samenwerking. Eenmaal opgericht kan een EGTS mee gefinancierd worden door de Europese Unie, met name zonder exhaustief te willen zijn vanuit de ESF-fondsen en vanuit het Cohesiefonds. Dienaangaande wijst de minister er wel op dat zulks niet per definitie het geval is, hoewel het streven naar een grotere sociaal-economische cohesie tussen de verschillende deelnemende entiteiten wel een belangrijk aspect is van de samenwerking. Activiteiten op het gebied van politie, justitie en buitenlands beleid worden uitdrukkelijk uitgesloten uit de werkingssfeer van de EGTS. Eventuele grensoverschrijdende politiesamenwerking kan dus niét op deze basis gestoeld worden. Terugkomend tot zijn uitgangsvoorbeeld, stelt de minister dat het instrument derhalve perfect geëigend is voor de samenwerking die men in West- Vlaanderen op het oog heeft met Noord-Frankrijk. Dat de achterliggende bedoeling van de creatie van de EGTS er ook in bestond om een instrument te creëren waarlangs de Europese fondsen efficiënter konden beheerd worden, is meteen mooi meegenomen. Om dezelfde reden kan een EGTS de eigen middelen beheren, eigen personeel in dienst nemen en heeft hij een eigen, afzonderlijke structuur met een vergadering waarin de leden zijn vertegenwoordigd en een directeur. Zoals gezegd staat de Eurometropool Lille-Kortijk- Tournai, die de juridische vorm van een EGTS zal aannemen, momenteel reeds in de steigers. Aan Belgische kant nemen hieraan deel: de federale overheid, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Vlaamse Gemeenschap, de provincie Henegouwen, de provincie West-Vlaanderen en enkele intercommunales. Bedoeling is tot grensoverschrijdende samenwerking te komen bij de ontwikkeling van dit gebied. Het dossier wordt opgevolgd door het kabinet van minister Geert Bourgeois, in zijn hoedanigheid van Vlaams minister bevoegd voor buitenlands beleid. Ook voor andere in grensgebieden gelegen Vlaamse steden en regio s, biedt deze constructie mogelijkheden tot het opzetten van structuren die een gezamenlijke dienstverlening kunnen realiseren. De minister denkt hierbij, bijvoorbeeld, aan gezamenlijke voorzieningen inzake gezondheidszorg. Dienaangaande loopt er tussen Catalonië en Frankrijk overigens reeds een project. Om al die redenen vraagt de minister dan ook dat de commissie het haar voorgelegde ontwerp van decreet, dat de Vlaamse Regering machtigt om uitvoering te geven aan de EGTS-verordening, zou goedkeuren. Afsluitend deelt de minister nog mee dat Vlaanderen in deze de eerste goedkeurende entiteit is. Zowel de federale overheid als het Waalse Gewest moeten ter zake nog de nodige maatregelen treffen. II. BESPREKING Louter ten informatieven titel vraagt de heer Karim Van Overmeire of hij de minister correct begrepen heeft daar waar hij stelde dat er momenteel één concreet project is (de Eurometropool Kortrijk-Rijsel) waarop de EGTS-vorm onmiddellijk kan en zal toegepast worden en één project (in de Limburgse regio) waarop de EGTS-regeling potentieel kan worden toegepast. De minister beaamt dit. In de praktijk is de verwevenheid tussen Nederlands- en Belgisch-Limburg trouwens al zeer groot. Nogal wat Nederlands- Limburgers vestigen zich immers in Belgisch- Limburg, terwijl nogal wat Vlamingen in Nederlands-Limburg gaan werken. De ziekenhuizen en de bekende producenten van keuken en sanitair aardewerk in Noord-Limburg draaien voor een belangrijk deel op Vlaamse arbeidskrachten. Nederlands- Limburg en Belgisch-Limburg zijn daarnaast trouwens ook elkaars grootste handelspartner. Dit is een realiteit die men volgens de minister niet kan en mag negeren en waarop men positief moet inspelen. Het instrument van de EGTS kan daarbij bepaalde hinderpalen, die op vandaag beletten om maximaal in te spelen op de bestaande opportuniteiten, helpen wegnemen. Inzake de samenwerking tussen de regio Kortrijk en de regio Rijsel laat de heer Stefaan Sintobin opmerken dat er ter plekke toch ook wel wat bedenkingen bestaan over dit project. In de feiten blijkt zich met name een zekere predominantie van de Franse partner voor te doen, waardoor binnen de structuren ook het Frans duidelijk overheerst. In die zin leeft er in Zuid-West-Vlaanderen toch een zekere vrees voor een sluipende herverfransing van de regio. De minister repliceert daarop dat grensoverschrijdend optreden hoe dan ook noodzakelijk is voor het behoud en de versterking van onze welvaart. Alleen al vanuit economisch oogpunt liggen hier immers onmiskenbare opportuniteiten. Met de EGTS kan dit alles nu ook juridisch degelijk gefundeerd en ondersteund worden. Mee daarom heeft de Vlaamse overheid haast gemaakt van dit decretale initiatief. De minister drukt verder ook zijn geloof uit in de kansen op welslagen van het Eurometropool-project. Als

Stuk 1391 (2007-2008) Nr. 2 6 men ziet dat aan Franse kant mensen als een Pierre Mauroy (voormalig premier onder president Mitterrand) en een Martine Aubry (burgemeester van Rijsel en dochter van Jacques Delors) hier hun schouders onder zetten, mag men er geredelijkerwijze van uitgaan dat het de Franse partner wel degelijk menens is. III. STEMMINGEN 1. Artikelsgewijze stemming Artikel 1 Ter stemming gelegd, wordt het eerste artikel van het ontwerp van decreet aangenomen bij unanimiteit van elf stemmen. Artikel 2 Ter stemming gelegd, wordt daarna ook het tweede artikel van het ontwerp van decreet aangenomen bij unanimiteit van elf stemmen. 2. Stemming over het geheel In zijn geheel ter stemming gelegd, wordt het ontwerp van decreet houdende uitvoering van de Verordening (EG) Nr. 1082/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 betreffende een Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS) tenslotte eveneens aangenomen bij unanimiteit van elf stemmen. De verslaggever, Stefaan SINTOBIN De voorzitter, Karim VAN OVERMEIRE