Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Vergelijkbare documenten
Datum Betreft beantwoording kamervragen vergoeding van schade ingeval van fraude bij internetbankieren

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Postbus EA Den Haag

Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de minister van Financiën over storingen en fraude bij online bankieren (Ingezonden 24 januari 2014)

Antwoord van minister Dijsselbloem (Financiën) (ontvangen 30 januari 2014)

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Datum 24 april 2017 Betreft Beantwoording Kamervragen Nijboer over de uitzending van Argos over flitskredieten

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

de Coöperatieve Rabobank Kop van Noord-Holland U.A., gevestigd te Den Helder, hierna te noemen de Bank.

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer

Datum 13 juni 2013 Betreft Kamervragen Nijboer (PvdA) over de aanpak van de woekerpolisaffaire

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

de Coöperatieve Rabobank Utrechtse Heuvelrug U.A., gevestigd te Zeist, hierna te noemen de Bank.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris)

mevrouw M. Hendrickx-Beek, wonende te Swalmen, hierna te noemen Consument, ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

De Tweede Kamer der Staten-Generaal T.a.v. de Voorzitter Postbus EA DEN HAAG

de Coöperatieve Rabobank Het Markiezaat U.A., gevestigd te Bergen op Zoom, hierna te noemen de Bank.

Datum 8 november 2013 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Tony van Dijck (PVV) over de schikking van Rabobank in de LIBOR-affaire

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. R.P.W. van de Meerakker, secretaris)

Coöperatieve Rabobank Twente Oost U.A., gevestigd te Oldenzaal, hierna te noemen Aangeslotene.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 5 november 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. F.

Bijgaand treft u de antwoorden aan op de vragen van het lid Nijboer (PvdA) over de handel in contracts for difference.

ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. 1. Procedure

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 25 juni 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris)

Coöperatieve Rabobank Maas en Waal U.A., gevestigd te Druten, hierna te noemen Aangeslotene.

Datum 25 februari 2015 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Merkies (SP) over renteopslagen rentederivaten

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. C.E. du Perron, voorzitter en mr. S.P.J. Holslag, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. E.H.C.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. S. Brugts, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.H.C. Vos, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. M.C.Y. van de Griendt, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 9 februari 2015 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. F.

Datum 17 februari 2017 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Grashoff over het omzeilen van de bonuswetgeving

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Samenvatting. 1. Procedure

ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Datum 24 april 2013 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de column dat Deutsche Bank in strijd handelt met de zorgplicht

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris)

Bijgaand stuur ik uw Kamer de antwoorden op de schriftelijke vragen die zijn gesteld over de vierde voortgangsrapportage van de AFM.

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Coöperatieve Rabobank Rotterdam U.A., gevestigd te Rotterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Samenvatting. 1. Procedure

: ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de Bank

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

De voorzitter van de Tweede Kamer der staten Generaal Postbus EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Datum 26 april 2017 Betreft Vragen van het lid Leijten (SP) over het bericht dat spaarders geen rente meer krijgen op hun spaargeld

WERKPROTOCOL VOOR SAMENWERKING EN TOTSTANDKOMING HERSTELKADER RENTEDERIVATEN. 4 april 2016

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Initiatiefnota: veilig en betrouwbaar bankieren in de 21 e eeuw. Voorstellen:

Datum 11 maart 2011 Betreft: Beperking van de aansprakelijkheid van de financiële toezichthouders

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

Aan de voorziter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. F. Faes, secretaris)

de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

Datum 2 november 2016 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Omtzigt over het telefonisch intrekken van bezwaren

de Coöperatieve Rabobank Parkstad Limburg U.A., gevestigd te Heerlen, hierna te noemen Aangeslotene.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Datum 9 mei 2014 Betreft Beantwoording Kamervragen Van Hijum (CDA) over bijzonder beheer van banken

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 257 d.d. 14 oktober 2011 (mr. C.E. du Perron, voorzitter, mr. E.P.A. Bogers, secretaris)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Datum 9 september 2016 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Bashir over de regeling van de belastingrente

Datum 13 april 2015 Betreft Beantwoording Kamervragen van het lid Merkies (SP) over de kwaliteit hersteladvies bij beleggingsverzekeringen

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.T.A. van Eck, secretaris)

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Samenvatting. 1. Procedure

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 'S-GRAVENHAGE

Directie Financiele Markten Ons kenmerk Uw brief (kenmerk)

Datum 31 maart 2017 Betreft Evaluatie van de algemene zorgplicht van financiële dienstverleners (33 632)

Vragen van het Kamerlid Crone (PvdA)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening d.d. 14 november 2011 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. E.P.A. Bogers, secretaris)

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

Transcriptie:

> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Financiële Markten Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw brief (kenmerk) Datum 11 juli 2016 Betreft Beantwoording vragen van het lid Nijboer (PvdA) over het bericht van slachtoffer naar schuldige (ingezonden op 10 juni 2016). Geachte voorzitter, Hierbij ontvangt u de antwoorden op de vragen over het bericht Van slachtoffer naar schuldige. Deze vragen zijn gesteld door het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister van Financiën, ingezonden 10 juni 2016, kenmerk 2016Z11735. Hoogachtend, de minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem Pagina 1 van 6

Directie Financiële Markten 2016Z11735 Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de minister van Financiën over het bericht Van slachtoffer naar schuldige (ingezonden 10 juni 2016) 1. Bent u bekend met het bericht Van slachtoffer naar schuldige? 1 Ja. 2. Kunt u het cijfer bevestigen dat vier op de tien mensen in de afgelopen twee jaar te maken hebben gehad met bankpas- of creditcardfraude? In hoeveel gevallen leidde dit daadwerkelijk tot schade? Ik beschik niet over exacte cijfers om te kunnen bevestigen of ontkennen dat dit cijfer klopt, maar aangezien het enkel ontvangen van phishing e-mails in het onderzoek ook meetelt als bankpas- of creditcardfraude, komt dit cijfer mij niet vreemd voor. Veel consumenten en bedrijven ontvangen incidenteel tot geregeld phishingsmails in hun e-mailbox. Gelukkig herkent de overgrote meerderheid van hen dergelijke e-mails als phishing, gaan zij hier niet op in en verwijderen zij deze e-mails. Al jarenlang wijzen banken hun klanten er met de publiekcampagne Veilig Bankieren op dat banken nooit per e-mail, telefoon of SMS zullen vragen om inlog-, verificatie-, pincodes of creditcardgegevens, of bijvoorbeeld de klant verzoeken de betaalpas naar de bank terug te sturen. Fraude in het betalingsverkeer kan ingrijpend zijn voor gedupeerden en brengt ongemak en onzekerheid met zich mee. Gelukkig doen banken en betaalinstellingen er alles aan om het risico hierop te minimaliseren. De totale directe fraudeschade in het betalingsverkeer is de laatste jaren flink gedaald, van 81,8 miljoen euro in 2012 naar 17,9 miljoen euro in 2015. In 2015 bedroeg de directe schade als gevolg van betaalpasfraude 8,3 miljoen euro en als gevolg van creditcardfraude 3,3 miljoen euro. 2 Deze cijfers kunnen worden afgezet tegen het aantal betalingen en betaalpassen. In Nederland waren er in 2015 circa 26,2 miljoen betaalpassen en 6,2 miljoen creditcards in omloop. Met de betaalpas werd in 2015 3,2 miljard keer voor in totaal 92,5 miljard euro afgerekend. Met de creditcard was dit 45 miljoen keer voor in totaal 5 miljard euro. 3 1 Consumentenbond, Geldgids juni 2016 2 Bron: Betaalvereniging Nederland. NB: Het genoemde schadebedrag als gevolg van creditcardfraude betreft enkel de door banken geregistreerde fraudeschade. De (mogelijk) bij niet-bancaire creditcarduitgevende instellingen opgetreden fraudeschade is niet bij dit bedrag inbegrepen. 3 Bron: De Nederlandsche Bank, tabel T5.12 Retailbetalingsverkeer. Zie: http://www.dnb.nl/statistiek/statistieken-dnb/financiele-instellingen/banken/betalingsverkeer/index.jsp Pagina 2 van 6

Directie Financiële Markten 3. In antwoord op eerdere vragen 4 stelde u dat u geen inzicht had in het percentage van fraudegevallen waarbij de bank de schade heeft gecompenseerd en het percentage van nog lopende zaken, terwijl de Consumentenbond nu stelt dat in 30% van de gevallen de bank niet of nauwelijks vergoedde; kunt u deze cijfers bevestigen? 4. Deelt u de mening dat die 30% een veel te hoog percentage is, temeer daar banken beweren dat zij alleen bij uitzondering en bij grove nalatigheid niet vergoeden? Ik beschik niet over cijfers die inzichtelijk maken welk deel van de opgetreden fraudeschade als gevolg van betaalpas- en creditcardfraude de banken aan de gedupeerden hebben vergoed. Ik ga ervan uit dat banken de schade door betaalpas- en creditcardfraude vrijwel altijd aan hun gedupeerde klanten vergoeden. Ik baseer dit op een analyse van de geschillen waarover het Klachtinstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) de afgelopen jaren uitspraak heeft gedaan 5. In een periode van viereneenhalf jaar (van januari 2012 tot en met medio juni 2016) heeft het Kifid zich relatief weinig hoeven uitspreken in geschillen waar betaalpasfraude (circa 70 geschillen) of creditcardfraude (circa 15 geschillen) een rol speelde. In circa driekwart van deze geschillen wees het Kifid de claim van de consument op de bank volledig af, omdat Kifid van mening was dat hierbij sprake was van grove nalatigheid of opzettelijk handelen van de betreffende consumenten. 5. Kunt u ingaan op de voorbeelden uit het artikel, en dan met name of u in die gevallen sprake acht van grove nalatigheid? Waarom krijgt niet iedereen die niet grof nalatig handelde of opzettelijk fraude pleegde gewoon zijn of haar geld terug? Hoe kan het dat van een oude mevrouw werd verwacht dat zij regelmatig haar rekeningsaldo bekijkt? Wordt er niet teveel voorbijgegaan aan mensen die nog helemaal digitaal kunnen of willen bankieren? Of er bij de in het artikel geschetste voorbeelden sprake was van grove nalatigheid is niet aan mij om te bepalen maar kan bij geschillen uiteindelijk worden voorgelegd aan de rechter. Ik deel de mening dat iedereen die naar eer en geweten handelt erop moet kunnen vertrouwen dat geld op de bankrekening veilig is en dat het risico van diefstal niet op mensen moet worden afgewenteld. Dit is ook wettelijk zo geregeld via de Europese richtlijn betaaldiensten (PSD) 6. 4 Aanhangsel Handelingen, 2013-2014, nr. 1073 5 Alle geschillen waar het Kifid uitspraak over doet, publiceert zij (geanonimiseerd) op haar website. Zie: https://www.kifid.nl/consumenten/uitspraken 6 Richtlijn 2007/64/EG van het Europees parlement en de Raad van 13 november 2007 betreffende betalingsdiensten in de interne markt tot wijziging van de Richtlijnen 97/7/EG, 2002/65/EG, 2005/60/EG en 2006/48/EG, en tot intrekking van Richtlijn 97/5/EG, Pb L 2007/319. Pagina 3 van 6

De PSD, die in Nederland in het Burgerlijk Wetboek (BW) en de Wet op het financieel toezicht (Wft) is geïmplementeerd, schrijft voor dat betaaldienstverleners in beginsel verplicht zijn om de schade te dragen van ongeautoriseerd gebruik van een betaalinstrument. Als de niet-toegestane betaaltransacties voortvloeien uit het gebruik van een verloren of gestolen betaalinstrument, heeft de betaler een eigen risico van 150 euro (artikel 7:528 BW). Vanaf 13 januari 2018 wordt dit eigen risico, als gevolg van de implementatie van de herziene Europese richtlijn betaaldiensten (PSD2) 7 naar beneden bijgesteld naar 50 euro. Het eigen risico geldt in beginsel ook voor de situatie waarin de niet-toegestane betaaltransactie plaatsvindt doordat een klant onzorgvuldig is omgesprongen met de persoonlijke codes die nodig zijn om het betaalinstrument te kunnen gebruiken (artikel 7:529, lid 1 en 3, BW). Verder is relevant dat de (veiligheids)voorwaarden die banken en betaalinstellingen aan hun klanten stellen niet onredelijk bezwarend mogen zijn (artikel 6:233 BW). Directie Financiële Markten Wanneer de betaler zelf fraudeert of grof nalatig is, moet hij het verlies volledig zelf dragen (artikel 7:529, lid 2, BW). Deze regel is in lijn met het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht. Ook van een klant mag worden verwacht dat hij op een verantwoordelijke manier met zijn betaalinstrumenten en persoonlijke veiligheidscodes om gaat. Zo komt het bijvoorbeeld nog steeds wel eens voor dat pashouders hun betaalpas en/of creditcard op een plek samen met de bijbehorende pincode bewaren. De banken en Betaalvereniging continueren de eerdergenoemde publiekscampagne Veilig Bankieren. Dit om consumenten nog weerbaarder te maken - en te houden - tegen verschillende vormen van betaalfraude. De bewijslast dat een klant opzettelijk of met grove nalatigheid zou hebben gehandeld, ligt bij de bank (artikel 7:527 BW). Banken beoordelen op grond van de specifieke omstandigheden, naar redelijkheid en billijkheid of zij menen dat de klant al dan niet grof nalatig zou hebben gehandeld. Indien dit het geval is, zijn banken niet wettelijk verplicht om de schade aan hem te vergoeden. Vergoedt een bank desalniettemin uit coulance alsnog de gehele of gedeeltelijke schade, dan is dit een eigen en vrijwillige keuze van de bank in kwestie. Als de bank het standpunt van de consument volgens laatstgenoemde ten onrechte afwijst, dan kan de consument het geschil voorleggen aan het Kifid voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting, of aan de rechter. 7 Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015 betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG Pagina 4 van 6

Directie Financiële Markten 6. In 83% van de gevallen wijst het Kifid schadeclaims af; al eerder werd gesignaleerd dat grote waarde werd gehecht aan de veiligheidsregels die door de banken zijn opgesteld, terwijl wettelijk het vereiste van grove nalatigheid of opzet doorslaggevend is; heeft u hierin een verandering waargenomen in de jurisprudentie van het Kifid en heeft u in de afgelopen twee jaar een gedragsverandering bij de banken waargenomen? Betaalvereniging Nederland en de Consumentenbond zijn enkele jaren geleden, mede op mijn aandringen, uniforme veiligheidsregels overeengekomen voor elektronisch bankieren en betalen. 8 Consumenten die het slachtoffer zijn van fraude waarbij er zonder toestemming geld van hun rekening is gehaald, kunnen er zeker van zijn dat zij de schade vergoed krijgen als zij de uniforme veiligheidsregels hebben nageleefd. In mijn antwoorden op Kamervragen 9 van de heer Nijboer uit 2012 gaf ik aan een tendens waar te nemen dat banken kritischer keken of er bij gedupeerde klanten sprake is van opzet of grove nalatigheid. Ik heb sindsdien geen aanwijzingen waargenomen dat deze tendens ertoe heeft geleid dat banken minder vaak de opgetreden betaalfraudeschade zouden hebben vergoed. 7. Deelt u de mening dat iedereen die naar eer en geweten handelt erop moet kunnen vertrouwen dat geld op de bankrekening veilig is en dat het risico van beroofd worden door gewiekste criminelen niet op mensen moet worden afgewenteld? Graag verwijs ik u naar mijn beantwoording bij vraag 5. 8. Deelt u de mening dat geld binnen een maand op de rekening moet zijn gestort door banken? In welke mate gebeurt dit momenteel? De door de heer Nijboer genoemde termijn van één maand, waarbinnen de bank het ontvreemde bedrag op de rekening zou moeten terugstorten, komt mij niet onredelijk voor, mits er geen sprake is van opzettelijk (fraudeleus) of grof nalatig handelen van de consument. Ik merk hierbij op de herziene Europese richtlijn betaaldiensten (PSD2), die uiterlijk op 13 januari 2018 in de Nederlandse wetgeving moet zijn verwerkt, de termijn waarbinnen de betalingsdienstaanbieder van de betaler een niet-toegestane betalingstransactie terug moet betalen aan de gedupeerde, nader specificeert dan ten opzichte van de oorspronkelijke richtlijn (PSD). De betaaldienstverlener dient uiterlijk de eerstvolgende werkdag het bedrag aan de betaler te hebben terugbetaald, nadat de betaaldienstverlener de 8 Zie ook mijn beantwoording van Kamervragen over dit onderwerp in Kamerstukken II, 2013-2014, Aanhangsel 890 9 Beantwoording Kamervragen inzake vergoeding schade bij fraude internetbankieren, d.d. 26 nov. 2012, FM 2012-1563 U Pagina 5 van 6

niet-toegestane transactie heeft ontdekt of daarop is geattendeerd. Tenzij de betaaldienstverlener van de betaler redelijke gronden heeft om fraude te vermoeden. Directie Financiële Markten Pagina 6 van 6