FAQ's CAROLA A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 Versie Juni 2013 Opgesteld door Centrum Veiligheid Contactpersoon CAROLA Helpdesk T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 carola@rivm.nl OVERZICHT VRAGEN EN ANTWOORDEN 1) V Wat kost CAROLA?... 2 2) V Op hoeveel computers kan CAROLA worden geïnstalleerd?... 2 3) V Voor welke typen leidingen kan CAROLA worden gebruikt?... 2 4) V Is er ook een gebruikersgroep?... 2 5) V Waarom moet ik een kaart kalibreren?... 2 6) V Hoe moet ik een kaart kalibreren?... 2 7) V Moet ik extra ruimte meenemen bij de selectie van het interessegebied zodat ik alle benodigde leidinginformatie krijg van de exploitanten?... 3 8) V Kan ik leidinggegevens zelf aanpassen en/of maatregelen toevoegen?... 3 9) V Waar en hoe kan ik leidinggegevens opvragen?... 3 10) V Hoe weet ik bij welke exploitant ik leidinggegevens moet opvragen?... 5 11) V Hoe moet ik omgaan met risico s door windmolens en dominoeffecten bij parallel liggende hogedruk aardgastransportleidingen?... 5 12) V Hoe kom ik aan de effectafstanden voor hogedruk aardgastransportleidingen?... 5 13) V Is cumulatie van risico s mogelijk?... 5 14) V Kan ik het populatiebestand groepsrisicoberekeningen van het ministerie van VROM gebruiken voor CAROLA?... 5 15) V Hoe kan ik populatie invoeren in CAROLA?... 5 Versie: juni 2013 Status: Concept Pagina 1 van 6
VRAGEN EN ANTWOORDEN 1 Wat kost CAROLA? Voor het gebruik van CAROLA wordt één maal per drie jaar een bedrag van 500,- exclusief BTW in rekening gebracht. Dit bedrag geldt per organisatie. 2 Op hoeveel computers kan CAROLA worden geïnstalleerd? CAROLA kan door een gebruiker op meerdere computers worden geïnstalleerd, met inachtneming van de gebruiksvoorwaarden van het rekenpakket. Voor het rekenpakket geldt geen licentiesysteem zoals bij SAFETI-NL, waarbij een licentie per vijf werkplekken aangeschaft dient te worden. 3 Voor welke typen leidingen kan CAROLA worden gebruikt? CAROLA kan worden gebruikt voor berekeningen aan ondergrondse hogedruk aardgastransportleidingen waarvoor de rekenmethodiek geschikt is. Dit houdt in dat met CAROLA berekeningen kunnen worden uitgevoerd voor drooggas, natgas met een CGR van ten hoogste 80 en zuurgas met maximaal 4,3% H 2 S. Een uitgebreide beschrijving van deze typen aardgas is te vinden in paragraaf 1.1 van Module B van de Handleiding risicoberekeningen Bevb. 4 Is er ook een gebruikersgroep? Nee, wel worden naar behoefte van de gebruikers informatiebijeenkomsten georganiseerd. Wanneer een volgende bijeenkomst gepland is, ontvangen de geregistreerde gebruikers van CAROLA hiervoor een uitnodiging. 5 Moet ik een kaart kalibreren? Het rekenpakket maakt gebruik van een kaart als achtergrond waarover leidingen en populatie worden geprojecteerd. Om de locatie van leidingen en populatie correct weer te geven, moet de kaart op de goede plaats liggen en de juiste afmetingen hebben. In versie 1.0.0.52 is de optie voor het gebruik van geogerefereerde TIFF-bestanden toegevoegd. De kaartcoördinaten van een TIFF-bestand worden dan automatisch geïmporteerd in het project, gebruik makend van het bijbehorende TWFbestand. Indien een ander type kaartbestand wordt gebruikt moet de kaart worden gekalibreerd. Pagina 2 van 6
6 Hoe moet ik een kaart kalibreren? Om de kaart te kunnen kalibreren dient men drie punten op de kaart aan te geven en de daarbij behorende Rijksdriehoek (RD)-coördinaten in te voeren. Het rekenpakket verifieert de kalibratie door het bepalen van de afwijking tussen de ingegeven coördinaten en de op basis van deze punten berekende coördinaten. Een uitgebreide beschrijving van het kalibreren van een kaart is te vinden in paragraaf 4.3 van de Handleiding CAROLA. TIP: Maak een basisproject aan waarin een basiskaart (bijvoorbeeld van een gemeente) is gekalibreerd, deze kan dan voor meerdere projecten gekopieerd en gebruikt worden. Er hoeft dan niet opnieuw een kalibratie te worden uitgevoerd voor situaties die vallen binnen de basiskaart. 7 Moet ik extra ruimte meenemen bij de selectie van het interessegebied zodat ik alle benodigde leidinginformatie krijg van de exploitanten? Nee, de exploitanten houden voor de selectie van relevante leidingen zelf de benodigde ruimte aan rond het aangegeven interessegebied. 8 Kan ik leidinggegevens zelf aanpassen en/of maatregelen toevoegen? De leidinggegevens worden aangeleverd door de leidingeigenaren. Gebruikers kunnen zelf geen aanpassingen doen aan de ligging of kenmerken van een leiding. Hetzelfde geldt voor het toevoegen of aanpassen van maatregelen. Hiervoor dient de gebruiker contact op te nemen met de leidingexploitant. Door de versleuteling van de leidinggegevens is geborgd dat de leidinggegevens die worden gebruikt in een risicoberekening direct afkomstig zijn van de leidingexploitant. Deze is dan ook direct aanspreekbaar op de inhoud van het leidingbestand. Bijvoorbeeld dat de betreffende maatregelen ook daadwerkelijk zijn uitgevoerd en opgenomen in het beheers-/managementsysteem van de exploitant. 9 Waar en hoe kan ik leidinggegevens opvragen? U kunt leidinggegevens aanvragen bij de exploitanten van de hogedruk aardgastransportleidingen. De exploitanten zijn in mei 2009 op de hoogte gebracht van de randvoorwaarden voor de invoer van leidinggegevens in CAROLA met de memo s Implicaties CAROLA voor leidingbeheerders en Technische grenzen voor invoergegevens in CAROLA (zie: http://www.rivm.nl/carola). 9.1 Contactgegevens leidingexploitanten Voor een aantal leidingexploitanten zijn specifieke e-mailadressen beschikbaar voor het aanvragen van leidinggegevens: Pagina 3 van 6
9.1.1 Nederlandse Aardolie Maatschappij BV - De vragen die gemeenten of een ander bevoegd gezag hebben over CAROLA en NAM buisleidingen dienen bij NAM binnen te komen via nam-klic-assen@shell.com; - NAM neemt de vraag in behandeling via een geautomatiseerd proces. Het NAM-KLIC team van Onshore Surveys verstuurt de gegevens in CAROLA formaat naar de aanvrager; - De aanvrager gaat met de aangeleverde gegevens aan de slag. Zonodig worden plannen aangepast; - Indien er na berekening en aanpassing van de plannen potentieel nog knelpunten zijn en de aanvrager nog behoefte heeft aan nadere leidingdata, kan de aanvrager een aanvullend verzoek indienen bij NAM met het verzoek om een of meer risicoreducerende maatregelen toe te passen. Dit aanvullende verzoek wordt ingediend via nam-klic-assen@shell.com; - NAM neemt dit aanvullende verzoek in behandeling. Het NAM-KLIC team van Onshore Surveys stuurt de einduitkomsten naar de aanvrager. 9.1.2 Northern Petroleum Nederland Voor vragen met betrekking tot CAROLA kunt u contact opnemen via: npn-carola@northpet.com. 9.1.3 NV Nederlandse Gasunie - Aanvragen voor leidinggegevens kunnen worden gestuurd naar: carola@gasunie.nl. Gasunie levert leidingdata aan gebruikers die via het Besluit Externe Veiligheid Buisleidingen de bevoegdheid hebben gekregen om bij de aardgasleidingbeheerders leidingdata op te vragen. Gasunie zal aanvragen van de volgende instanties honoreren: o De ministeries van IenM en EL&I o De ILT Inspecties en Staatstoezicht op de Mijnen o RIVM-VLH (Centrum Veiligheid) o Provincies o o Gemeenten Ondersteuningsdiensten voor gemeenten en provincies, zoals Steunpunten voor Externe Veiligheid, Milieudiensten etc. Andere CAROLA gebruikers moeten een aanvraag voor leidingdata via het bevoegd gezag laten indienen. 9.1.4 Vermilion Oil & Gas Netherlands B Voor aanvragen ten behoeve van leidinginformatie (waaronder ook aanvragen voor CAROLA): leidinginfo@vermilionenergy.com. Het RIVM faciliteert het overzicht van e-mailadressen voor het aanvragen van leidingbestanden, daarvoor ontvangt zij de adressen van de exploitanten. RIVM is niet betrokken bij het aanvraagproces. Voor het opvragen van leidinggegevens bij de exploitanten van hogedruk aardgastransportleidingen wordt een procedure opgesteld. Deze wordt Pagina 4 van 6
gehanteerd door de VELIN en ondersteund door NOGEPA. De procedure is opgenomen op de modelpagina van het rekenpakket CAROLA. Voor vragen over de procedure of contactgegevens van exploitanten kunt u contact opnemen met VELIN (John Griep j.griep@wispa.nl) of met NOGEPA (Cees van Oosterom ags@nogepa.nl). Voor meer informatie over (de voorwaarden voor) het aanleveren van leidinggegevens verwijzen wij u dan ook naar de exploitanten. 10 Hoe weet ik bij welke exploitant ik leidinggegevens moet opvragen? U kunt hiervoor ter oriëntatie gebruik maken van de Risicokaart. De Risicokaart zou een goed beeld moeten geven welke leidingen van welke exploitanten waar liggen (http://www.risicokaart.nl). 11 Hoe moet ik omgaan met risico s door windmolens en domino-effecten bij parallel liggende hogedruk aardgastransportleidingen? Het is momenteel nog niet mogelijk om het effect van windmolens en domino in het pakket mee te nemen. Dit zal buiten het rekenpakket om moeten gebeuren door een verhoging van de faalkans. U dient hiervoor contact op te nemen met de betrokken leidingexploitant(en). 12 Hoe kom ik aan de effectafstanden voor hogedruk aardgastransportleidingen? In versie 1.0.0.52 van het rekenpakket worden de 100% en 1%- letaliteitsafstand weergegeven. Voor andere effectafstanden dient u contact op te nemen met de betrokken leidingexploitant(en). 13 Is cumulatie van risico s mogelijk? Het rekenpakket volgt het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb). Hierin is cumulatie van risico s niet voorzien. Een grid met het plaatsgebonden risico kan per leiding worden geëxporteerd. Met behulp van deze informatie kunt u, buiten het rekenpakket om, de risico s van leidingen en/of inrichtingen zelf cumuleren. 14 Kan ik het populatiebestand groepsrisicoberekeningen van het ministerie van IenM gebruiken voor CAROLA? Ja, sinds oktober 2012 is een bestand specifiek voor CAROLA beschikbaar (zie http://www.populatiebestandgr.vrom.nl). 15 Hoe kan ik populatie invoeren in CAROLA? Populatie kan op twee manieren worden ingevoerd in het rekenpakket: Ten eerste kan populatie vanuit een bestand worden ingelezen. Een bestand met bevolking moet voldoen aan het volgende formaat: het bevat rijen met coördinaten (x, y) van de punten en het aantal mensen Pagina 5 van 6
op deze punten. Deze gegevens worden op een rij door een tab, spatie, of komma gescheiden. De tekst kan er dan uitzien als: 140543, 344021, 3.1 140546, 344028, 2.4 140550, 344038, 2.6 Ten tweede kan populatie worden toegevoegd door het intekenen van een polygoon. Ingetekende populatie kan worden geëxporteerd, zodat het in een ander CAROLA-project kan worden ingelezen. Zowel aan een ingelezen bestand als aan een ingetekende polygoon kan informatie worden toegekend betreffende aantallen aanwezigen, aanwezigheidsfracties en verblijftijden. Een uitgebreide beschrijving van het invoeren van populatie is te vinden in paragraaf 5.2 en 5.3 van de Handleiding CAROLA. Pagina 6 van 6