Preek over Klaagliederen 3:22-24 Oudejaarsdag Liturgie:

Vergelijkbare documenten
provincies: de vorstin onder de landschappen. En nu in het heden door de inname van Babyloniërs: Is zij onderworpen aan herendienst.

- GK gezang 174 = LB 221 (zo vriendelijk en veilig als het licht)

Eredienst 14 mei uur Voorganger: Ds. R. Roth

Als votum Ps 121: 1 Na groet Ps 121: 4 Tien Woorden Kees Kuiper Mel. Ps 140 Gebed Lezen Ps 130 Preek Ps 130 Zingen Ps 32: 1 Gebed Collecte Zingen Ps

DBO 10 Zondag 8 maart Klaagliederen. Inleiding

Opwekkingsdienst 2 juli 2017 om Voorganger: Ds. Timmer M.m.v.: de Opwekkingsband. Thema: Hoop!

Eredienst 2 juli :00 uur Voorganger: Ds. J.W. Boerma

Liturgie 23 juni bevestiging ambtsdragers

In de ochtendlezing stond deze vraag centraal. Aan de hand van een aantal Psalmen noemden we deze lijnen:

30 oktober 2016 Voorganger : Ds. H.D.Bondt Begeleiding : Jeugdband / Els Cornelisse

Eredienst 26 februari uur Voorganger: ds. G.J. Bruijn

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Tonny Nap

Liturgie voor oudjaarsavond op zondag 31 december 2017, Gereformeerde Kerk, aanvang uur.

Dankgebed Collecte Slotzang Ps 150 Zegen

Cadeautjes. Aangepaste dienst Zondag 27 november 2016 Ds. Henk Bondt

Gemeente, De HEER bewaakt je altijd in zijn liefde 1. Gods liefde ervaren 2. op de pelgrimsweg 3. Daar is hulp 4. van de Wachter 5.

Liturgie 30 april 2017

Hervormde Gemeente Ouderkerk aan den IJssel

Votum en groet. Gebed

Hebreeën 4, Bidden dankzij Jezus onze hogepriester

Goede vrijdag Zie Het Lam!

Liturgie. zaterdag 31 december :30 uur Ds H D Bondt

Eredienst 31 maart uur Voorganger: ds. J. Geersing

30 juni uur AA Kramer orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Jaap Wolters

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Amos 8, 12 Ochtenddienst H. Avondmaal

Zingen: OTH 45 - als een hert dat verlangt naar water. Zingen: Opwekking wij willen dat Jezus wordt verhoogd

24 mei 2015, uur, Amersfoort-West(+Oost) Pinkstermiddag

Lezen : Deuteronomium 6: 4-18 Zondag 47 Opwekking 25 Opwekking 277 Opwekking 354 Psalm 86 : 2, 3 en 4 (NPB) Geloofsbelijdenis Onze Vader Opwekking 708

Orde van de laagdrempelige dienst in de Pniëlkerk op zondag 20 november 2016 Aanvang 18:00 uur Thema: Vergeet niet te danken!!

Lezen : Prediker 4:17-5:6 Tekst : Het 7e gebod

Belijden GK 71 Opwekking GK 91 orgelmeditatie Luisteren Brood en wijn

Liturgie Welkom

Bethelkerk, 17:00 25 september 2011 Voorganger Ds. Hellinga

10 december uur AP vd Velde orgel: Piet Noort schriftlezing: Marina de Vries. Liturgie thema relaties: hoe ben ik een goede partner?

Mededelingen. De bloemen gaan vandaag naar (naam) Gezang 121: 1 (schoollied) >

Eredienst 06 mei :00 Voorganger: ds. H. van den Berg

27 november uur RJ Heij orgel Johan Volk Schriftlezing: Mijndert Blijdorp

Alles geef ik U! : Roelof van Middendorp

Thema: Wees ons nabij VOORBEREIDING

Johannes 8:58 Nooit meer afscheid met Jezus (oudjaarsdag)

Liturgie 20 januari 2019, Heilig Avondmaal

Jozef. maar God heeft dit ten goede gedacht

Lezen : Maleachi 1 : 1-5 Romeinen 9 : 1-13 Tekst : Romeinen 9 : 13

Eredienst 24 juni uur Voorganger: ds. Peter Colijn

Liturgie morgendienst 15 oktober, voorgangers ds. W. Louwerse. Micha-zondag Thema: De knop om. Mededelingen. Zingen: Gezang 21: 1 en 4. Votum.

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Micha 7, Ochtenddienst H. Avondmaal

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Sieds de Jong

Eredienst 18 december u Voorganger: Ds. J. R. Geersing

MORGENGEBED. in de morgen van de achtste dag. Volheid der dagen. Gereformeerde Kerk Nieuwe Pekela 1 januari Welkom

Liturgie voor de gezamenlijke dienst op zondagavond 4 november uur

BLIJF IN DE HERE! Liturgie:

1. Bij een nieuw begin

22 oktober uur Mijndert Blijdorp (J van Bruggen) orgel: Piet Noort schriftlezing: Diny van Dijk

Preek. Gemeente van Christus, Intro

Liturgie voor de avonddienst van 3 mei 2015 Hoop doet leven En de hoop beschaamt niet, omdat de liefde van God uitgestort is in onze harten door de

Lezen : Psalm 61 Matteüs 6:5-15 Matteüs 14: 22-23

Liturgie voor de dienst op oudejaarsavond 2016 in de Hervormde Kerk te Den Ham Aanvang: 19.30

Eredienst 30 juli uur Voorganger: Arjan de Gelder

Eredienst 3 september uur Voorganger: ds. G. den Broeder

29 oktober uur J Boersma orgel: Harry Kroeske; muziekgroep schriftlezing: Anny Runhaar

Eredienst 5 november uur Voorganger: ds. P. Colijn

Startzondag in De Voorhof 14 september 2014

Preek over Zacharia 3:8 en 9 2 e Zondag van Advent Liturgie:

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Zondag 28 en 29 Ochtenddienst / H. Avondmaal. Broeders en zusters,

Gemeente van onze Heer Jezus,. * We zijn in onze tekst met Paulus geknield in gebed. Je voelt je voor je geloof helemaal afhankelijk van de machtige

Liturgie voor de gezamenlijke avonddienst in de Gereformeerde kerk te Den Ham, aanvang: uur

Eredienst uur Voorganger: ds. G.J. Bruijn

De volgende liederen zingen we staande (indien mogelijk)

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes,

Voorganger: Drs. Leen Lievaart Lector: Pepijn Mellink Ambtsdrager: Co Molenaar Orgel: Jan Meurs Voorbereiding: Kerkpadkring Film: Bart-Jan Smit

Liturgie kinderdienst Dankdag

DE HERE JEZUS GAAT IN ONS LEVEN DOOR ZIJN GEEST.

HAVENFEESTENKERKDIENST 23 JUNI UUR DS. W. GUGLER & GOSPELDUO

Liturgie zondag 17 februari 2019

Welkom in de Menorah : ds. H.J. de Groot : dhr. H. Meijer : mw. A. Bouma : dhr. P. de Jong

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Klaagliederen 3, 39 Ochtenddienst H. Avondmaal. Broeders en zusters,

Preek over zondag 21, gehouden op / p.1

28 januari uur J Wesseling orgel: Peter Sneep schriftlezing: Rinke Larooy

Zondag 22 november uur LAATSTE ZONDAG VAN HET KERKELIJK JAAR. Voorgangers mw. Ans Damen en Janco Wijngaard Organist dhr.

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Jesaja 40, Ochtenddienst / middagdienst. Broeders en zusters, 1. Votum 2. Zegengroet

Liturgie aangepaste kerkdienst

Orde van dienst Zondag 10 juni 2018 Zangdienst, (oude)opwekking Thema: Blij met God?

Zondagmorgen 10 januari

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Tonny Nap

Chr. Geref. Kerk Ontswedde LITURGIE. voor de morgendienst op zondag 2 september in deze dienst zal. Julia Brugge.

Liturgie 13 mei 2018: Thema : God én mens

Thema: Moed vinden in Gods trouw (oudjaar: Rust vinden in Gods vergeving)

1 oktober uur W Hoorn orgel: Harry Kroeske schriftlezing: Nora Rodenhuis

Liturgie kerkdienst God maakt vrij! Kindslaven uit de seksindustrie 16 oktober 2016

Eredienst 21 mei :00 uur Voorganger: ds. J.W. Boerma

15 februari 10:00 uur Arjan Wilschut

Liturgie ochtenddienst NGK Langerak, 11 september Welkom Openingsgebed Openingslied Opwekking 518 Heer, U bent altijd bij mij

Voorganger: ds. Werner Gugler Ouderling: A. Bos Koster: H. van Polen/ J. Hijmissen Muziek: José & Glenn Witterland

Zingen 'Votum en groet' (Hemelhoog 495) Onze hulp en onze verwachting is van God, onze Heer. Hij die alles maakte, laat niet los wat Hij begon.

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =

Liturgie 12 maart 2017 Biddag

Liturgie voor de dienst op biddag met de leerlingen van de Hervormde basisscholen op woensdag 14 maart om uur in de Oude Kerk van Barneveld.

Zingen: Lied: 287 Rond het licht dat leven doet 1 en 2

16 juli uur MJC Blok Kandelaar orgel: Jannes Munneke schriftlezing: Roel Hagg. Thema: stil vertrouwen. GK gezang 171:1 (als votum)

14 januari uur AA Kramer orgel: Geert Burgler schriftlezing: Mijndert Blijdorp

Transcriptie:

Preek over Klaagliederen 3:22-24 Oudejaarsdag 2014 Liturgie: Votum en groet Zingen: Ps. 30:1,2,3 Gebed Gedachtenis van geboorte en overlijden Zingen: Lb. 397:1,2,3,4,5,6 Schriftlezing: Klaagliederen 3 Zingen: Ps. 74:1,2,6,8 Tekst: Klaagliederen 3:22-24 Preek Zingen: Ps. 130:1,2,3,4 Geloofsbelijdenis Zingen: Gez. 160:1,2 Gebed Collecte Zingen: Ps. 102:12,13 Zegen Gehouden te: Baflo, 31-12-14 (19.30 u.) Klaagliederen 3:22-24 Pagina 1

Preek Thema: Hopen op de HEER heeft dagelijks zin. Gemeente van onze Heer Jezus Christus, broeders en zusters, jongens en meisjes, 1. Wij leven nog Wij leven nog. Dat zeggen mensen, die een ernstig ongeluk of een bomaanslag hebben overleefd en er zonder ernstig lichamelijk letsel zijn afgekomen. Wij leven nog. God zij dank. In zulke woorden klinkt dankbaarheid door. En verwondering. Het had immers heel anders kunnen aflopen. Wij leven nog. Dat kunnen we allemaal zeggen, als we het breder trekken. De wereld bestaat ook nog. Dat is bepaald niet vanzelfsprekend. Hoe komt het, dat wij nog leven? Die vraag willen we vanavond overwegen. Dat is zinvol op de oudejaarsavond, wanneer we terugblikken op het voorbije jaar met al zijn heftige gebeurtenissen. Het gaat er daarbij niet om, dat we weemoedig worden en sentimenteel gaan doen. Er is ondanks alles reden voor verwondering en dankbaarheid jegens de Heer. Wij leven nog. Zolang er leven is, is er hoop, zeggen we. Voor gelovige kinderen van God dus altijd, dagelijks. Want zij hebben een belofte van eeuwig leven door Jezus Christus. De HEER neemt ons vanavond mee naar de fundamenten van ons bestaan. Naar de vaste grond onder ons leven, zelfs als we in nood zijn. Daarbij staat de hoop centraal. Hopen op de HEER, dat willen we blijven leren. Dat zet ik in het thema van de preek. Hopen op de HEER heeft dagelijks zin. Want: a. zijn liefde stopt nooit; b. zijn trouw is groot; c. Hij is ons enig bezit. 2. Zijn liefde stopt nooit. Wij kunnen ons moeilijk verplaatsen in de dichter van dit derde klaaglied. Christenen in het IS-gebied beter. Onze situatie is zo heel anders. Wij leven in welvaart. Door de bank genomen hebben we het erg goed. Er nog wel sprake van een economische crisis. Maar de economie trekt weer wat aan, zeggen ze. Behalve misschien de cliënten van de voedselbank hebben we als Nederlanders over het algemeen niets te klagen. Klaagliederen zingen we niet zo graag. Hooguit wat liedjes van ontevredenheid. Want mopperen kunnen we wel. Zet dat eens af tegen de ellende van de dichter en van het volk Israël in zijn dagen. Dan zien we een levensgroot verschil. Hoe is het volk van God er aan toe? Wat is de ellende, die de dichter ervaart? Je hoeft maar even in dit bijbelboek te kijken, of je proeft de nood. Israël is in ballingschap weggevoerd. De HEER heeft land en volk bestraft met wegvoering en verwoesting, vanwege de voortdurende zonde en ongehoorzaamheid. Het land is leeggehaald. Jeruzalem is verwoest. De tempel gesloten en afgebroken. De stad ontvolkt. Klaagliederen 3:22-24 Pagina 2

Lees het eerste vers van het eerste klaaglied: Ach, hoe eenzaam zit zij neer, de eens zo levendige stad. Een weduwe is ze geworden, zij die groot was onder de volken, de vorstin van de gewesten is tot slavernij vervallen. (Klaagl. 1:1). Over haar wordt een rouwklacht gezongen. Er is reden tot klagen, want de toorn van de HEER heeft zich over het volk uitgestort. Het tweede klaaglied legt daar de nadruk op. Ach, hoe hult de Heer in zijn toorn Sion in donkere wolken. Hij heeft vanuit de hemel Israëls luister ter aarde geworpen, hij zag op de dag van zijn toorn niet naar zijn voetenbank om. (Klaagl. 2:1). Die toorn van God blijft niet op een afstand van de gelovigen onder het volk. Nee, zij delen daarin. Want Gods toorn treft zijn hele volk. Het raakt de gelovige Israëlieten persoonlijk. Ze ervaren hoe de HEER zich tegen hen keert. En ze gaan er bijna onderdoor. Want ze weten, dat de HEER geheel in zijn recht staat. De dichter van dit derde klaaglied maakt zich tot tolk van die gelovigen in Israël in de nood van de ballingschap. Hij ondervindt lijfelijk hoe de hand van de HEER zich tegen hem keert. Hij zegt: Ik ben de mens die te lijden heeft onder de stok van zijn toorn. Hij leidt mij en voert mij - in een lichtloos duister. Tegen mij heft hij zijn hand op, steeds opnieuw, dag na dag. (Klaagl. 3:1-3) Deze dichter is geen journalist, die met camera en microfoon de ellende van anderen verslaat, zonder lijfelijke betrokkenheid. Ellende zien is voor hem ellende meemaken, ervaren aan den lijve. Gods hand heeft zich tegen hem gekeerd. Hoe verschrikkelijk erg dat is, werkt hij uit in de verzen 4-18. Moet je eens lezen en tot je laten doordringen wat hij van de HEER zegt: Als een beer loert hij op mij, als een leeuw in het verborgene. Hij dringt me opzij, hij verscheurt me en verwoest mijn leven. Hij spant zijn boog en kiest mij als doelwit voor zijn pijlen. (vs. 10-12). Staat in de Bijbel. Dat laat God de HEER over zich zeggen. Die ervaring, die schreeuwende ellende. Deze man gaat er bijna onderdoor. Hij is zijn geluk kwijt, is vergeten wat geluk is. Hij is zo ongeveer de wanhoop ten prooi. Steeds denk ik: Verdwenen is mijn glans, vervlogen mijn hoop op de HEER. (vs. 18) Dat is het dieptepunt. De hopeloosheid. Maar het is niet het laatste woord. Er volgt in zijn denken en in zijn lied een omslag in vers 19-21. Want hij gaat aan de HEER denken en hoe Hij werkelijk is. Dat de HEER een God is die toornt, maar ook een God van ontferming, van liefde en van trouw. En als hij dat weer beseft en zich daarop richt, dan weet hij: Er is hoop! Wat doet hem dan hopen op de HEER? Wat wil hij zich te binnen brengen en er hoop en troost aan ontlenen? Dit: Klaagliederen 3:22-24 Pagina 3

Genadig is de HEER: wij zijn nog in leven! Zijn ontferming kent geen grenzen. (vs. 22) Wij zijn niet omgekomen, dringt ineens tot hem door. Wij zijn nog in leven. Ik kan zelfs een klaaglied dichten en zingen en de HEER aanspreken en de nood van mij en mijn volk klagen. Wij leven nog. Dat in tegenstelling met vele volksgenoten, die gedood zijn in de strijd of door de honger en de pest. Wij zijn niet omgekomen. En hij weet het: Dat is niets anders dan de liefde en de goedheid van God. De goedheid van God in meervoud, zonder grenzen. De gunstbewijzen van de HEER, die niet op één noemer of één teller te brengen zijn. Het is niet zo, dat deze dichter zich beter waant dan de omgekomen volksgenoten. Beslist niet. Hij weet zich volkomen solidair met heel Israël, ook wanneer het onder de toorn van God ligt. We hebben het verdiend. Er is alle reden om te klagen. Maar niet in de eerste plaats over de ellende en de nood waarin we beland zijn. Maar over de zonde van ieder. Komt uit de mond van de Allerhoogste niet goed zowel als kwaad? Wat klaagt een mens zolang hij nog leeft? Laat hij klagen over zijn zonden! Laten we ons leven onderzoeken en doorvorsen, laten we terugkeren naar de HEER. (vs. 38-40). We hebben het verdiend. God staat in zijn recht. Laten wij dus de schuld bij onszelf zoeken, voordat we tot God onze aanklacht richten. Want let eens op de HEER. Gedenk zijn goedheid, die ons wil vergeven. Gedenk zijn gunst en zijn liefde. Daaraan danken wij alleen ons leven. Zijn ontferming kent geen grenzen. Gods liefde stopt nooit. Want dan zou God zichzelf verloochenen. En dat kan Hij niet. Ons lied spreekt in de oorspronkelijke taal over Gods barmhartigheid in meervoud. Barmhartigheid, dat bijbelse woord hangt samen met moederschoot, het lichaam van een moeder, waarin wij gekoesterd worden al voor onze geboorte. Waarvan wij de warmte en de koesterende liefde ondervinden als kind, wanneer zij ons tegen zich aandrukt en op schoot neemt om ons te troosten. Het is het innerlijk van een mens, waar zijn gevoelens zetelen. Die gevoelens merken we letterlijk in ons lijf. Wanneer stress ons de baas lijkt te worden, dan spelen de ingewanden op. Wanneer liefde ons omringt, dan voelen we letterlijk de warmte en de weldaad in ons binnenste. Dat wordt van God gezegd, barmhartigheden in meervoud, die nooit stoppen, ontferming die grenzenloos is. Gods liefde breekt nooit zomaar af. Dat brengt de dichter zich te binnen. Dat maakt hem dan weer warm. Dat geeft hem werkelijk hoop en uitzicht midden in de ellende. Zijn wanhoop en hopeloosheid verliezen het, wanneer hij weer doordrongen raakt van Gods eindeloze liefde en trouw. Daarmee is trouwens de toorn van God niet in tegenspraak. De toorn van God is zijn gekrenkte liefde. De Heilige Geest laat de dichter deze dingen zingen en opschrijven ten bate van heel het volk. Want Hij wil, dat wij dagelijks Gods ontferming gedenken en ons die eigen Klaagliederen 3:22-24 Pagina 4

maken. Hij wil ons op die manier hoop geven. Hoop in de ellende. Hoop ook in perioden van welvaart. Hoop bij het afsluiten van een jaar en bij de jaarwisseling. Hopen op de HEER heeft dagelijks zin. Want Gods ontferming veroudert niet. Integendeel, ze is dagelijks nieuw. 3. Zijn trouw is groot. We staan vanavond weer bij de wisseling van oud en nieuw. Nog enkele uren en het jaar 2014 is voorbij. Voltooid verleden tijd. Een nieuw jaar breekt aan. Wat gaat het toch snel, zeggen we tegen elkaar. Alweer een jaar om. Dingen verouderen en veranderen snel. Het gaat net als met kleren. Zo is het in de mode en zo is het weer ouderwets. Zo zijn je kleren nieuw. Maar dat duurt niet zo heel lang. Vergrijzing en slijtage slaan toe. En op onze etenswaren staat een houdbaarheidsdatum. Tenminste houdbaar tot. Daarna is het niet meer te verkopen of te gebruiken. Dat geldt niet van Gods ontferming, zegt onze tekst. Elke morgen schenkt hij nieuwe weldaden. Gods ontferming is nooit ouder dan een dag. Elke morgen is zij weer nieuw en fris. Als altijd. Na vandaag komt er weer een nieuwe dag. Zolang God deze wereld in stand houdt. Dat heeft God beloofd. Daarin bewijst de HEER zijn trouw. Laten we maar even letten op wat de HEER aan Noach en heel de aarde belooft na de zondvloed: De geur van de offers behaagde de HEER, en hij zei bij zichzelf: Nooit weer zal ik de aarde vervloeken vanwege de mens, want alles wat de mens uitdenkt, van zijn jeugd af aan, is nu eenmaal slecht. Nooit weer zal ik alles wat leeft doden, zoals ik nu heb gedaan. Zolang de aarde bestaat, zal er een tijd zijn om te zaaien en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, dag en nacht nooit komt daar een einde aan. (Gen. 8:21,22). Dat belooft de HEER. En Hij houdt zich aan die belofte, tot op de dag van vandaag. De aarde bestaat nog, de seizoenen wisselen elkaar nog steeds af. Na de nacht komt weer een nieuwe dag. Elke nieuwe dag is daar weer Gods ontferming, zijn innerlijke bewogenheid met zijn volk. Zijn geweldige liefde voor zijn kinderen en voor heel de wereld. Wij leven nog. De aarde bestaat nog. Verwonderen we ons daar wel genoeg over? Aanbidden we de HEER daarvoor wel genoeg, om zijn nooit eindigende liefde? Om zijn dagelijks nieuwe ontferming? Want zo is de HEER. Oneindig groot zijn ontferming. Het raakt nooit op. Het veroudert niet. Want de HEER zelf veroudert niet. Hij verjaart niet. Hij kent geen wisseling van kleren en jaren. Zo zingt de dichter van Psalm 102 het aan het eind van zijn lied. Ook een klaaglied in eerste aanzet. Gebed van een ongelukkige die dreigt te bezwijken en zijn klacht uitstort voor de HEER. Klaagliederen 3:22-24 Pagina 5

Hij komt uiteindelijk hier uit: Vóór alle tijden hebt u de aarde gegrondvest, de hemel is het werk van uw handen. Zij zullen vergaan, maar u houdt stand, zij zullen als kleren verslijten, u verwisselt ze als een gewaad en zij verdwijnen, maar u blijft dezelfde, uw jaren nemen geen einde. De kinderen van uw dienaren zullen veilig wonen, ook op hun nageslacht rust uw oog. (Ps. 102:26-29) Gods ontferming is altijd even nieuw als de HEER zelf. Gods toorn verjaart op een gegeven moment. Gods ontferming nooit en te nimmer. Zijn woede duurt een oogwenk, zijn liefde een leven lang, met tranen slapen we s avonds in, s morgens staan we juichend op. (Ps. 30:6). s Morgens juichen om de nieuwe ontferming van God op die dag. Dat staat telkens weer aan het begin. Dag in dag uit. Zelfs, wanneer wij dat niet zo ervaren. Wanneer de nood ons in de engte dringt en er geen enkele uitweg meer lijkt. Omdat God alle deuren heeft dichtgedaan en alle vluchtwegen gesloten. God zegt dat het zo is. Mijn ontferming is elke morgen nieuw. Daar kunt u van opaan. Even zeker als u er van op aan kunt, dat het na de nacht weer dag wordt. Wanneer de Heer Jezus dan althans nog niet is terug gekomen. Maar zelfs dan komt er na de nacht een nieuwe dag, de eeuwige dag. Elke morgen zijn Gods barmhartigheden nieuw. Dat was zo, de 365 dagen van het jaar 2014. Hebben we daar oog voor gehad? Is dat tot ons doorgedrongen? Zo niet, laat het dan vanavond zo zijn. Verwonder u bij het terugkijken over die nooit eindigende barmhartigheid van uw God. En zeg het met de dichter in geloof en aanbidding tegen God: Groot is uw trouw. U verandert niet. U houdt u aan uw woord en aan uw verbond. Wij mogen dat weten en merken. Elke dag maar weer. Groot is uw trouw, o Heer. Groot en alles omvattend, onbeperkt. Want bij U is het Ja en Amen op uw beloften. Betrouwbaar bent u. Want bij U, de Vader van de lichten, is geen verandering of zweem van ommekeer. Al wat we hebben gekregen kwam alleen van U. 2014 was uw jaar, gekroond met uw zegen. Een jaar vol van uw oneindige ontferming. Hopen op de HEER heeft dus dagelijks zin. Want Gods trouw is groot. Hij laat ons nooit beschaamd staat. Want de hoop maakt niet beschaamd. Omdat God betrouwbaar is. 4. Hij is ons deel. De wanhoop en de uitzichtloosheid zijn nu verdwenen uit het hart en het denken van de dichter. Dat betekent nog niet, dat alle verdriet en moeite ook in een klap uit zijn leven verdwenen zijn. De nood van de ballingschap is niet direct opgeheven. Hij voelt de toorn van God en de druk van de nood nog steeds. Lees het vervolg van dit klaaglied maar. Klaagliederen 3:22-24 Pagina 6

Maar het pikzwarte, het zich opgesloten weten, dat is weg. De weg naar de hemel is open. Ook om verder te klagen en zonden te belijden en je verdriet uit te zeggen tegen de HEER. Zie vers 49 en 50: Mijn ogen vloeien van tranen, zonder rust, zonder ophouden, totdat de HEER vanuit de hemel neerkijkt en mij ziet. Of vers 55-57: Uit de diepte van de put roep ik uw naam, HEER. U hoort mijn stem. Sluit uw oor niet voor mijn zuchten en mijn hulpgeroep. Altijd als ik roep, bent u nabij; u zegt mij: Wees niet bang. Onder het klagen blijft de dichter vertrouwen. Hij heeft zijn vertrouwen in God terug gekregen, omdat hij het weer heeft leren zien: Groot is uw trouw, HEER. Daarom spreekt hij zijn vertrouwen ook uit. Hij zegt wat de vaste grond van zijn leven en zijn bestaan is. Ik besef: mijn enig bezit is de HEER. De HEER is mijn enig bezit. Versta die woorden maar tegen de achtergrond van de situatie van Gods volk. Alle stammen van Israël kregen een erfdeel in het beloofde land. Een stuk gebied, waar ze mochten leven, waarop ze mochten werken, waarvan ze de vruchten mochten plukken. Onder de zegen van de HEER. Eén stam kreeg geen eigen stuk land. Dat was de stam van Levi. Zij werden aangewezen als de priesters voor God en zijn volk. Van Levi zegt de Mozes: De HEER is uw erfdeel. Zij mochten en moesten leven van de opbrengst van de eredienst. Van wat hun broeders meebrachten voor de HEER. Maar met Levi als voorbeeld zou dat eigenlijk voor heel Israël gelden. Ons deel is de HEER. Leven van God, van zijn gaven en van zijn zorg, zoals Hij dat zelf heeft beloofd. Mijn enig bezit is de HEER. In de psalmen klinkt die belijdenis vaker. Bij voorbeeld in Psalm 73:25,26: Wie buiten u heb ik in de hemel? Naast u wens ik geen ander op aarde. Al bezwijkt mijn hart en vergaat mijn lichaam, de rots van mijn bestaan, al wat ik heb, is God, nu en altijd. Asaf zingt dat ook niet eventjes gemakkelijk. Het koste hem veel strijd en moeite om zover te komen. Hij kwam pas zover toen hij Gods huis binnenging en op Gods daden lette. Zo gaat dat ook met de dichter van dit derde klaaglied. Hij zegt niet gemakkelijk: Mijn enig bezit is de HEER. Hij heeft ook geworsteld in het geloof. Maar hij zegt het wel en welgemeend. Hij spreekt zijn vertrouwen in de HEER uit. Zoals Israëlitische families hun deel in het land van de belofte niet konden en mochten verliezen en opgeven, zo geeft de dichter de HEER niet op. Hij hecht zich aan Hem vast. Hij legt in het verbond als het ware beslag op de HEER. De HEER is Klaagliederen 3:22-24 Pagina 7

onvervreemdbaar van hem. Zijn God, ook in de nood en de ellende. Want hij heeft de barmhartigheden van de HEER als oneindig en onopgeefbaar leren zien in het geloof. Mijn enig bezit is de HEER. Hoor dat klinken uit de mond van een man die van zijn eigen erfdeel in Israël is verdreven. Hij houdt niets over dan alleen de HEER. Hij is hem dan ook alles. Van God leeft hij. God zorgt voor zijn levensonderhoud. De HEER zelf is zijn erfgrond. Dat sta je stevig. Dan heb je werkelijk vaste grond onder de voeten, vanwege het betrouwbare woord van de HEER. Dus kan hij zeggen: Daarom zal ik op Hem hopen. Hij blijft de HEER verwachten, nu en in de toekomst. Hij blijft wachten op het reddende ingrijpen van de HEER. Hopen op de HEER die redding brengt, zoals in vers 26 staat. Die verwachting heeft grond. Die hoop maakt niet beschaamd. Dit erfdeel stelt nooit teleur. Want mijn enig bezit is de HEER. Hopen op de HEER, dat is het vaste voornemen van de dichter. Dat houdt de Heilige Geest ons in de Bijbel voor, in dit onderdeel van Klaagliederen. En op heel wat andere plaatsen in de Bijbel, ook het Nieuwe Testament. Van die hoop, waar we ons naar mogen uitstrekken om het gehoopte te grijpen zegt Hebreeën 6:19,20: Die hoop is als een betrouwbaar en zeker anker voor onze ziel, en gaat ons voor tot voorbij het voorhangsel, waar Jezus als voorloper al is binnengegaan, ten behoeve van ons: hij is hogepriester voor eeuwig, zoals ook Melchisedek dat was. Gegronde hoop dus in Christus alleen. Dat stelt niet teleur. Want deze hoop slaat het anker uit omhoog in de vaste bodem van Gods hemels heiligdom. Daarom zal ik op Hem hopen. Met het uitspreken van die verwachting heeft het jaar van onze Heer 2014 een hoopvol einde. Want morgen is Gods ontferming weer nieuw, net als gisteren. En overmorgen. Hopen op de HEER heeft dagelijks zin. Amen Klaagliederen 3:22-24 Pagina 8