KONINGSKERK 03-10 - 2009 door ds. L. Krüger Schriftlezing: Efez. 1: 15 23 Je mag van me verschillen, maar wat mij betref, hebben we in de Koningskerk voorlopig genoeg gepraat over de zaken waarover wij van mening, van inzicht, van voorkeur, van opvatting verschillen. Wij hebben er langdurig, uitgebreid en intensief over gepraat, en dat was goed. Ik denk we moeten het nu voor een tijd lang laten rusten. (Ten minste, u mag er rustig verder over praten, maar ik doe voorlopig niet meer mee.) Ik zal je ook de reden hiervoor geven: 1) Over bepaalde zaken zullen we elkaar niet kunnen overtuigen. Je hebt nu eenmaal een verschil in opvatting, beleving en overtuiging, en je kunt praten als Brugman, maar je zult elkaar niet tot andere inzichten kunnen brengen. (Wat wel kan gebeuren en daarom vind ik het fijn dat we in het afgelopen aantal jaar zo uitgebreid en breedvoerig hebben gediscussieerd over onze verschillende opvattingen en visies is dat je iets meer begrip krijgt voor de voorkeur en beleving van de ander.) Wat sommige zaken betreft, kom je er nooit uit. Voorbeeld: dat vrolijk praten voor de dienst - dat gaat niet veranderen. De een vindt het heel fijn en gezellig, en de ander heeft er een bloedhekel aan. Maar we zijn nu eenmaal een gezellige gemeente, en dat moeten we zo aanvaarden. 2) Wat ik ook inmiddels heb ontdekt: Er valt best te leven met onderlinge verschillen. We kunnen heel goed op een fijne, positieve manier gemeente zijn, ook al verschillen we op bepaalde punten vrij diepgaand van elkaar. 1 / 16
Naar mijn gevoel hebben wij in de afgelopen twee, drie jaar genoeg gepraat over de zaken waarin we van elkaar verschillen. Wat mezelf betref, zijn er andere zaken waar ik heel graag over wil praten. Zaken die ik zelfs nog veel belangrijker vind dan onze eigen voor- en afkeuren, opvattingen en inzichten. Een interessant en uitdagend onderwerp is bijvoorbeeld: hoe kunnen we de Koningskerk uitbouwen tot de grootste kerk in Rotterdam? of liever: hoe kunnen we de Heilige Geest de ruimte geven, en Hem niet voor de voeten lopen wanneer Hij de Koningskerk opbouwt tot de grootste gemeente in Rotterdam? Een andere vraag die mij bezig houdt: hoe kunnen we werkelijk uitreiken naar de mensen hier op Kop van Zuid, op Feijenoord en op het Noorder-Eiland? Hoe zullen we nog méér mensen betrekken bij de Alfa-cursus? (Er zijn reeds heel mooie tekenen!) Hoe kunnen we als Koningskerk de armen en de mensen in nood helpen? Deze vind ik echt belangrijke onderwerpen. Want er is een wereld in nood. Er zijn mensen die ons ontzettend nodig hebben. Er zijn mensen ook in onze eigen omgeving die voor eeuwig verloren zullen gaan, als we niet naar hen uitreiken en het reddende Evangelie van Jezus aan hen verkondigen. Hoe de avondmaalstafel staan T-vormig, recht of in L-vorm of we matzos of brood gebruiken, of de avondmaalstafelkleed heel netjes glad gestreken is of niet, en uit welk bundel we zingen en hoeveel liederen uit welk bundel nee, ik vind het niet echt belangrijk. U mag er rustig over discussiëren, maar ikzelf haak af. Voor mezelf zijn er ándere onderwerpen veel belangrijker. Onderwerpen, bijvoorbeeld, die ik vanmorgen ter sprake wil brengen, en waar ik sta te popelen om over te praten: hoe kunnen we eraan meewerken om Jezus nóg meer centraal te stellen in de Koningskerk? om een nóg liefdevoller gemeente te zijn? om de gasten en degenen die nieuw in de gemeente komen nóg meer thuis, aanvaard, geliefde te laten voelen?; 2 / 16
hoe kunnen we een nóg kindvriendelijker en een nóg meer sociaal bewogen gemeente, met oog voor de armen, de verdrukten, de bejaarden, weduwen en wezen worden? Daar wil ik heel graag over praten. Daar gaat ook de prediking vanmorgen over. Ik ben niet langer bereid om deze overweldigende, aangrijpende dingen te lezen, en we zeggen: dat geloof ik wat geweldig wat mooi! en dan gaan we maar weer op de oude, sukkelige, trage, armoedige manier door. En dan zijn we zo bezig om elkaar maar weer en weer en weer over onze eigen voor- en afkeuren, onze eigen opvattingen en onze eigen stokpaardjes te vertellen. Meer en meer kom ik tot de overtuiging: de Kerk in Nederland weet nog niet echt wie Jezus is 3 / 16
daarom dat de kerken leeglopen. Maar wij gaan niet beginnen bij de Kerk in Nederland, wij beginnen bij de Koningskerk! De opkomst bij de avondmaalszondagen zegt mij: wij zijn nog niet begónnen om te beseffen en te ontdekken wie Jezus werkelijk is! [TEKST VAN SCHRIFTLEZING OP BEAMER] Hier, in deze woorden van Paulus aan de gemeente in Efeze ontdekken we opnieuw waar het om gaat in de Kerk. Paulus is zo ontzettend dankbaar voor hoe het gaat in deze gemeente. Jullie zijn goed bezig! Schrijft Paulus aan hen. Jullie Snappen de kern! 4 / 16
Want wat is het allereerste en het allerbelangrijkst in de gemeente?: - geloof in Jezus, de Heer Daarom, omdat ik gehoord heb over uw geloof in Jezus, de Heer, ( ) dank ik God onophoudelijk voor u Al deze andere dingen waar we ons zo vaak druk ver maken zijn bijzaak. De belangrijkste vraag is: hoe staan wij in onze geloof in Jezus? Er is geloven en geloven. Vele mensen in de kerk zullen zeggen: Ik geloof in Jezus, maar er is geen sprake van een levende relatie. Weinig sprake van echt vertrouwen. Herman Vinkers zei een tijd geleden: De Mexikaanse griep is een stuk populairder geworden dan Jezus Christus - en dat is tekenend voor vele mensen. Velen zijn zo panisch bang voor ziekten, tegenslagen, ongelukken. Weinig waarachtig vertrouwen in de kracht, de genezing, de zorg, de bewaring van Jezus. 5 / 16
Als je echt in Jezus gelooft, vertrouw je Hem blindelings onder álle omkstandigheden! Vele mensen in de kerk zullen zeggen: Ik geloof in Jezus, maar er is weinig sprake van enthousiasme om Jezus met toewijding, liefde, passie te zoeken, en geen enkele gelegenheid voorbij te laten gaan om in zijn heerlijke aanwezigheid te verkeren. (In de avondmaalsdienst 2 weken geleden zei ik het al aan u: als de geachte heer Jan-Peter Balkenende naar de Koningskerk zou komen, of hare majesteit koningin Beatrix, samen met prins Willem-Alexander en prinses Maxima, dan zit de kerk barstens vol. Je gelooft echt in Jezus, wanneer zijn aanwezigheid, zijn liefde je waardevoller is als al dat andere. De kern van gemeente-zijn: geloof in Jezus, de Heer - Dat was recht vanaf het begin van het optreden van Jezus op aarde het probleem: Ongeloof en scepsis. 6 / 16
In Joh. 12 lezen wij: Ondanks de wondertekenen die hij voor hun ogen gedaan had, geloofden ze niet in hem. Zo gingen de woorden van de profeet Jesaja in vervulling, die zei: Heer, wie heeft onze boodschap geloofd? Aan wie is de macht van de Heer geopenbaard? En dan legt Johannes de betekenis hiervan aan ons uit: Jesaja doelde op Jezus toen hij dit zei, omdat hij zijn majesteit zag. (Jesaja heeft de majesteit van Jezus gezien! - Mijn vraag vanmorgen hier in de Koningskerk: zien wij wel de majesteit van Jezus? Hebben wij er oog voor?) 7 / 16
Johannes vervolgt: Toch waren er ook veel leiders die wel in hem geloofden, maar vanwege de farizeeën kwamen ze daar niet openlijk voor uit, omdat ze niet uit de synagoge gezet wilden worden. Ze stelden meer prijs op de eer van mensen dan op de eer van God. Opnieuw de vraag: stellen wij niet soms meer prijs op de eer, de overleveringen, de traditie, de opvattingen van mensen, dan op de eer van God? Daarom, omdat ik gehoord heb over uw geloof in Jezus, de Heer, ( ) dank ik God onophoudelijk voor u - Weet u wat was het mooie van de mensen in Efeze? ze waren echt verliefd op Jezus; Hij was hun eerste liefde! Maar weet u wat is het trieste van de gelovigen in Efeze?: ze zijn net geworden als vele PKN-gemeentes: ze hebben hun eerste liefde verlaten (Op. 2) 8 / 16
Ze waren zo rijk gezegend, ze ontvingen zo ontzettend veel, en ze hadden het zo druk, toen raakten ze een beetje uitgekeken op Jezus. Luister wat zegt Jezus zelf in Op. 2 aan deze gemeente (ongeveer 30 jaar later): Schrijf aan de engel der gemeente te Efeze: Dit zegt Hij, die de zeven sterren in zijn rechterhand houdt, die tussen de zeven gouden kandelaren wandelt: Ik weet uw werken en inspanning en uw volharding en dat gij de kwaden niet kunt verdragen ( ) en gij hebt volharding en hebt verdragen om mijns naams wil en gij zijt niet moede geworden. Maar Ik heb tegen u, dat gij uw eerste liefde verzaakt hebt... Ze waren met allerlei dingen bezig, maar ongemerkt zijn ze uitgekeken geraakt op Jezus; ongemerkt hebben ze Hem op de achtergrond geschoven. Nee, dat willen we niet! - wij willen eindigen zoals de gemeente in Efeze begonnen zijn: 9 / 16
Daarom, omdat ik gehoord heb over uw geloof in Jezus, de Heer, ( ) dank ik God onophoudelijk voor u Maar er komt iets bij: - uw geloof in Jezus, de Heer, en uw liefde voor alle heiligen Het kan niet anders: geloof in Jezus leidt tot liefde voor anderen voor je mede-gelovigen, en voor alle andere mensen. Hoe meer Jezus centraal staat, hoe liefdevoller een gemeente is. Dat is waar Paulus naar verwijst in dat prachtige gedicht over de liefde in I Kor. 13: Zo blijven dan: Geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde. Geloof: daar begint het mee. 10 / 16
Hoop: dat isn het aanvaarden en het vasthouden van de beloften, nog voor je het kunt zien. Liefde: dat is de vrucht, de overwinning van het geloof! Laten wij het nooit vergeten: in de Kerk van Jezus gaat het om liefde. Wilt u graag praten, wilt u een discussie-onderwerp?: Laten we praten over de vraag: hoe wordt de Koningskerk een nóg liefdevoller gemeente? (Ik kan u al het grootste deel van het antwoord geven: laat Jezus centraal staan! D.w.z.: laten we praten en blijven praten over de onbeschrijflijk grote liefde die Jezus voor ons heeft, en voor een ieder die bij ons te gast komt, en voor iedereen in Feijenoord, op Kop van Zuid en op het Noordereiland.. 11 / 16
In plaats van dat we praten en discussiëren over de opstelling van de avondmaalstafels, of over de avondmaalstafelkleed, of over de teksten die we gebruiken, laten we het liever hebben over de liefde die Jezus ons aan de avondmaalstafel bewijst! En dan komt Paulus weer terug op de rijkdom van het geloof dat aan ons geopenbaard is. Moge de God van onze Heer Jezus Christus, de vader van alle luister, u een geest van inzicht schenken in wat geopenbaard is, opdat u hem zult kennen. Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag nu hij u geroepen heeft, hoe rijk de luister is die de heiligen zullen ontvangen, Hebr. 11 zegt: zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. 12 / 16
Paulus bidt voor de gelovigen in Efeze: moge jullie God meer en meer ervaren als een beloner van wie Hem zoeken! - en dat is ook mijn gebed voor de Koningskerk! De tijd is gekomen dat we wat minder over het geloof gaan discussiëren, en meer en meer de rijkdom van het geloof gaan ontdekken. - Als je er zou komen door discussies, waren de kerken in Nederland de meest super kerken in de wereld. Want één ding kunnen we goed: discussiëren. Ik geloof dat er geen ander land in de wereld is waar mensen kunnen discussiëren zoals wij hier in Nederland. Als je oog krijgt voor de rijkdom van Christus, de rijkdom van de openbaring, de rijkdom van het geloof, dan ervaar je méér en meer de kracht van God. (Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag en hoe overweldigend groot de krachtige werking van Gods macht is voor ons die geloven 13 / 16
Je kunt niet in Jezus geloven, en nog steeds een sukkelige, krachteloze losers -bestaan voeren. Nee, de kracht van God werkt op een machtige wijze in een ieder van ons! God maakt door Jezus Christus losers (want zo beginnen we allemaal!) tot overwinnaars. Paulus schrijft in Rom. 8: Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad. - overwinnaars door Jezus Christus! (Nog zo een onderwerp waarover ik heel graag met u in gesprek wil gaan: hoe leven wij als Koningskerk als overwinnaars? Hoe krijgt de overwinning van Jezus in ons gemeente-zijn gestalte?) En zo komen we weer je gegarandeerd weer terug bij Jezus. Luister nog eenmaal naar met Wie wij hier te maken hebben, en wie onze Heer en Koning is: 14 / 16
(Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag en hoe overweldigend groot de krachtige werking van Gods macht is voor ons die geloven ) Die macht was ook werkzaam in Christus toen God hem opwekte uit de dood en hem in de hemelsferen een plaats gaf aan zijn rechterhand, hoog boven alle hemelse vorsten en heersers, alle machten en krachten en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld maar ook in de toekomstige. (breng maar de presidenten, de minister-presidenten, de koninginnen, de prinsessen en de prinsen; breng maar de filmsterren en de popsterren; breng maar de notabelen en de beroemden en de rijken van deze wereld ze stellen absoluut niets voor in vergelijking met Jezus!) 15 / 16
Hij heeft alles aan zijn voeten gelegd en hem als hoofd over alles aangesteld, voor de kerk, die zijn lichaam is, de volheid van hem die alles in allen vervult. Hij is ons kracht, Hij is ons overwinning, Hij is onze rijkdom! Hij, Jezus, is het middelpunt en de grond van ons bestaan! Amen 16 / 16