Gedragscode voor de Docent

Vergelijkbare documenten
Gedragscode voor de Supervisor

Gedragscode voor de Counsellor

Gedragscode voor de medewerker van Stichting Djompo Futu Kindercoach

TBN - Beroepscode Tarotprofessional

DE GEDRAGSCODE VAN DE PRAKTISCHE GGZ (SEPTEMBER 2014)

PRIVACYREGLEMENT Goudsbloem & De Vries Januari 2019

Gedragscode Noloc Het lid onderwerpt zich aan de in deze gedragscode vastgestelde regels.

Beroepscode bijzondere curator in Jeugdzaken

Ingangsdatum: van 5 Status : definitief Revisiedatum: juni 2015 GEDRAGSCODE

Beroepscode voor psychologen

Beroepscode bijzondere curator in Jeugdzaken

Beroepscode voor psychologen 2007 van het Nederlands Instituut van Psychologen Ingangsdatum 1 april 2007

Professionalisering. Beroepscode. Datum: Versie: 1.0

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Beroepscode voor psychologen

1.2 De gedragscode is van toepassing op alle therapeuten die zijn aangesloten bij de N.B.G.T.

Dyslexie Instituut Drechtsteden

Privacyreglement Rosemarijn Gezinsbegeleiding

GEDRAGSCODE REGISTER DOCENT GEVAARSBEHEERSING

GEDRAGSCODE VOOR GEACCREDITEERDE LEDEN VAN DE VSPN

Privacy reglement kinderopvang Opgesteld volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens (W.B.P.)

1.1 Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Beroepscode. voor de beroepsbeoefenaren binnen de complementaire zorg. Versie

2. Onder handelingen op het gebied van de geneeskunst worden verstaan:

BEROEPSCODE ERKEND HYPOTHEEKADVISEUR

Burgerlijk Wetboek Boek 7, Afdeling 5

Privacyreglement. WerkPro privacyreglement pagina: 1 van 5 Versiedatum: Eigenaar: Bedrijfsjurist

Privacyreglement. Stichting Rapucation Postbus NL Amsterdam

Privacyreglement. Inhoudsopgave. Vastgestelde privacyreglement Kraamzorg Novo Peri, 13 juni 2012

ETHISCHE GEDRAGSCODE. EFT opleiding voor professionele toepassing. Versie 6.0 Copyright Novet Nederland & België

BEROEPSCODE VOOR DE PSYCHODIAGNOSTISCH WERKENDE, die lid is van de VERENIGING VOOR PSYCHODIAGNOSTISCH WERKENDEN (VVP)

Privacyreglement van Stichting 070Watt;

8.50 Privacyreglement

Dit reglement is van toepassing op iedere verwerking van persoonsgegevens van betrokkene en van Stichting De Paarse Pelikaan, gevestigd te Hilversum.

a) Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Reglementen: REGLEMENT Q, BEROEPSCODE (september 2013)

ARTIKEL 3 Totstandkoming van de behandelingsovereenkomst

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Behoort bij raadsvoorstel , titel: Gedragscode integriteit 2017

WGBO boek 7, afdeling 5 Burgerlijk wetboek (BW) Citeren als: artikel 7:446, lid 1 BW etc. Afdeling 5. De overeenkomst inzake geneeskundige behandeling

Privacyreglement/ Geheimhouding

HR Services PROTOCOL STUDENTENDECANEN PROTOCOL STUDENTENDECANEN

BEROEPSCODE VOOR VEILIGHEIDSKUNDIGEN LEDEN VAN DE NVVK

Regel 2 De zaakwaarnemer dient te vermijden dat zijn vrijheid en onafhankelijkheid in de uitoefening van zijn beroep in gevaar zouden kunnen komen.

Privacyreglement Werkcontact

1. Inleiding Algemene beroepscode Beroepscode in relatie tot cliënten Beroepscode in relatie tot collegae therapeuten...

Cliënt Onder een cliënt verstaan we de jeugdige, zijn (stief)ouders of wettelijk vertegenwoordigers.

De overeenkomst inzake geneeskundige behandeling (WGBO)

De leden van NOLOC volgen bij de beroepsuitoefening de volgende gedragsregels:

Inhoud. Privacyreglement Roebia Zorg. Boek 4. Bijlagen

Privacyreglement Opleiding en Onderzoek Van Montfoort Holding b.v.

Gastouderbureau Alles Kids Zoetermeer Privacyreglement

Privacyreglement KOM Kinderopvang

de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke

BEROEPSCODE VOOR LEDEN VAN DE BEROEPSVERENIGING VOOR ORTHOPEDAGOGEN EN KLINISCH PEDAGOGEN MET EEN ACADEMISCHE OPLEIDING

Privacyreglement Werkcontact

PRIVACY REGLEMENT MIND-KRACHT

Rubriek Onderwerp Nummer Datum document KWALITEIT - BELEID Privacybeleid

Privacyreglement. Werkpad

Privacy reglement / Geheimhouding

1. Persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon.

Privacyreglement van de Stichting Welzijnswerk. inzage-exemplaar voor klanten

Privacy reglement. Inleiding

Privacy reglement Privacyreglement

Voorwaarden. Werkafspraken De Algemene Voorwaarden vormen een omvangrijk verhaal. Algemene voorwaarden

Privacy reglement. Birtick Zorg & Welzijn

Privacyreglement De Rijnhoven

Ethische Gedragscode. Definities

Privacyreglement ONS welzijn PRIVACYREGLEMENT. Bestemd voor: Iedereen Documentbeheerder: Manager Uitvoering

1. Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

GEDRAGSCODE. Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen

Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO)

DEONTOLOGISCHE CODE VAN DE VLAAMSE VERENIGING VAN ORTHOPEDAGOGEN 1

Beroepscode Bachelor Medisch Hulpverlener. Definitief. Juni 2016

Beroepscode Beroepsvereniging van cliëntondersteuners voor mensen met een beperking

1.1 Persoonsgegevens: Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Privacyreglement Praktijk Denge Conform GGZ Praktijk

de Groeiacademie: Ethische Gedragscode v1.2, verschenen op 6 Januari 2015

Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Privacyreglement Dr. Leo Kannerhuis Bijgewerkt:

Privacyreglement Revalidatiecentrum Haaglanden

Samenwerkingsovereenkomst cliëntenraad en Bureau Beckers.

Privacyreglement. ALTRA Jeugd- en Opvoedhulp

FYSIOTHERAPIE STEENWIJK

Privacyreglement. Privacyreglement, eigenaar bedrijfsjurist, datum bewerking: Pagina 1 van 6

REGELING BESCHERMING PERSOONSGEGEVENS STUDENTEN EN PERSONEEL

Quality Coaching Postbus LP Groningen

Privacyreglement ZorgFamilie

1.8. Betrokkene Degene over wie Persoonsgegevens in de Persoonsregistratie zijn opgenomen.

Gedragscode BLOM Partners

Handreiking professionals privacy Centrum Jeugd en Gezin Zeist

Privacyreglement Kindertherapeuticum

Deze code biedt duidelijke handvatten voor het gewenste gedrag van ons als beleggingsprofessionals verenigd binnen de VBA.

GEDRAGSREGELS VOOR ZELFSTANDIGE JURISTEN 2006

Begripsomschrijvingen Persoonsgegevens Persoonsregistratie Patiënt Verantwoordelijke Hulpverlener Personeel Bewerker Derde Verstrekken van

Privacyreglement Cliënten Ons Tweede Thuis. Vastgesteld September 2015 (met tekstuele wijzigingen AVG 25 mei 2018)

Privacyreglement Esma dienstverlening (februari 2018)

1.1 persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerd of identificeerbaar persoon.

Transcriptie:

1 Gedragscode voor de Docent

2 Hoofdstuk 1 Algemeen 1.1. Begrippen 1.1.1. Beroepsmatig handelen: elk optreden van de docent naar buiten; hieronder valt de professionele relatie, het optreden als docent, supervisor, in de media etc. 1.1.2. Betrokkene: ieder die op enigerlei wijze is betrokken bij het beroepsmatig handelen van de docent. 1.1.3. Professionele relatie: de betrekking tussen docent en student of groep van studenten, met als doel het overdragen van kennis en vaardigheden. 1.1.4. Wettelijk vertegenwoordiger: - de ouder van de minderjarige die het ouderlijk gezag over hem uitoefent, dan wel de voogd van de minderjarige. - de door de rechter benoemde curator of mentor van de meerderjarige. 1.1.5. Dossier: de verzameling van gegevens, verkregen door beroepsmatig handelen. Persoonlijke werkaantekeningen behoren niet tot het dossier. 1.1.6. Rapportage: elke bevinding, elke beoordeling of elk advies, herleidbaar tot één of meer betrokkenen, uitgebracht in mondelinge of schriftelijke vorm in het kader van het beroepsmatig handelen van de docent. 1.1.7. Gegeven: elke geregistreerde gebeurtenis of toestand die kan worden bewaard en gereproduceerd. Onder het woord docent wordt mede begrepen opleider. Onder het woord student wordt mede begrepen leerling en cursist. Waar in deze code gebruik wordt gemaakt van de mannelijke vorm, wordt in voorkomende gevallen de vrouwelijke vorm bedoeld. 1.2. Algemene bepaling 1.2.1. De docent dient in de uitoefening van zijn beroep naar redelijkheid en vermogen te handelen overeenkomstig de Gedragscode voor de Docent. 1.2.2. Waar de Gedragscode voor de Docent wordt genoemd, wordt tevens in voorkomende gevallen de Gedragscode voor de Counsellor bedoeld. 1.3. Bijzondere omstandigheden 1.3.1. In geval van onverenigbaarheid van artikelen van de Gedragscode voor de Docent is de docent zorgvuldig in zijn afweging van de gevolgen van zijn keuze en overweegt hij de Algemene Beroepsvereniging voor Counselling en/of ervaren vakgenoten te raadplegen. 1.3.2. In geval van onverenigbaarheid van artikelen van de Gedragscode voor de Docent of bij gegronde redenen om af te wijken van deze code, is de docent zorgvuldig in zijn afwegingen en overweegt hij de Algemene

3 Beroepsvereniging voor Counselling te raadplegen en/of die ervaren vakgenoten welke niet zijn betrokken bij de professionele relatie. 1.3.3. Indien wettelijke regels de docent verplichten af te wijken van enig artikel in de Gedragscode voor de Docent, dan streeft de docent ernaar voor het overige de bepalingen en de geest van deze code te volgen. 1.4. Vertegenwoordiging van de student 1.4.1. Indien de student minderjarig is, zijn de artikelen in het Burgerlijk Wetboek inzake het verbintenissenrecht en de minderjarigheid van toepassing.

4 Hoofdstuk 2 Integriteit 2.1. Betrouwbaarheid 2.1.1. De docent onthoudt zich van gedragingen waarvan hij weet of redelijkerwijs kan voorzien dat zij het vertrouwen in hemzelf of in de uitoefening van zijn beroep als docent dan wel in collega s kunnen schaden. 2.2. Eerlijkheid 2.2.1. De docent voorkomt misleiding van enige aard in zijn beroepsmatig handelen. 2.2.2. De docent maakt geen misbruik van zijn professionele kennis en vaardigheden of van het overwicht dat voortvloeit uit zijn deskundigheid of uit zijn positie als docent. 2.2.3. De docent dient desgevraagd de student naar waarheid en nauwgezet te informeren over zijn levensfilosofie, opleiding, kwalificaties, deskundigheid, theoretische benaderingen en te gebruiken leermethodes. Hij vermeldt deze uitsluitend voor zover zij relevant zijn. 2.2.4. De docent dient de student naar waarheid en nauwgezet te informeren over de kosten, aantal en duur van de lessen, erkenning en eventuele andere algemene voorwaarden waaronder de docent zijn diensten aanbiedt. 2.3. Rolintegriteit 2.3.1. De docent dient er voor te waken dat de professionele relatie die hij onderhoudt met zijn student(en) niet ongewild de vorm van counselling aanneemt. 2.3.2. De docent zal onder geen enkele voorwaarde zijn student(en) aannemen als cliënt(en) in een professionele counselingrelatie, onafhankelijk van de vorm en mate van problematiek die van toepassing is op deze student(en). De docent zal de student(en) doorverwijzen naar een geschikte counsellor respectievelijk andere hulpverlener. 2.3.3. De docent dient zich redelijkerwijs bewust te zijn van de moeilijkheden die kunnen ontstaan uit het vervullen van meervoudige professionele rollen ten opzichte van één of meerdere betrokkenen. 2.3.4. De docent laat niet toe het gelijktijdige bestaan van professionele en nietprofessionele rollen die elkaar zodanig kunnen beïnvloeden, dat hij niet langer in staat zou zijn een professionele afstand te bewaren tot de betrokkene(n) of waardoor de belangen worden geschaad van de betrokkene(n). De docent zal geen seksuele relatie aangaan met een student terwijl zij een professionele relatie met elkaar onderhouden. 2.3.5. Bij het aangaan van een niet-professionele relatie tussen docent en student na beëindigen van de professionele relatie dient overeenstemming te bestaan dat de voorgaande professionele relatie geen onevenredige betekenis meer heeft. 2.3.6. De docent laat na in zijn beroepsmatig handelen zijn persoonlijke, religieuze, politieke of ideologische belangen bewust en oneigenlijk te bevorderen.

5 Hoofdstuk 3 Respect 3.1. Algemeen respect 3.1.1. De docent respecteert de psychische en lichamelijke integriteit van ieder mens en tast hem niet aan in zijn eer en zijn gevoel van eigenwaarde. De docent dringt niet verder door in het persoonlijke leven van betrokkene(n) dan redelijkerwijs noodzakelijk wordt geacht voor het doel van zijn beroepsmatig handelen. 3.1.2. De docent respecteert de kennis, het inzicht en de ervaring van zijn student(en). De docent neemt het op zich om de student(en) in staat te stellen en te stimuleren om zich binnen het kader van de eigen mogelijkheden emotioneel en intellectueel te ontwikkelen. 3.1.3. De docent geeft zich rekenschap van en respecteert individuele en culturele verschillen tussen mensen. De docent spant zich ervoor in dat, ondanks deze verschillen, mensen onder vergelijkbare omstandigheden gelijke kansen en dezelfde behandeling krijgen. 3.2. Autonomie en zelfbeschikking 3.2.1. De docent respecteert en bevordert in zijn beroepsmatig handelen de autonomie en zelfbeschikking van ieder mens, rekening houdend met de belangen van anderen. 3.3. Informatie en instemming 3.3.1. Zonder vrijwillige en wederzijdse toestemming dienen de docent en de student geen professionele relatie met elkaar aan te gaan of voort te zetten. 3.3.2. Voor en tijdens de duur van de professionele relatie verstrekt de docent zodanige informatie aan de student, dat deze redelijkerwijs welingelicht en vrijelijk in staat kan worden geacht om afwegingen te maken met betrekking tot het aangaan of het voortzetten van de professionele relatie. 3.3.3. De docent dient kennis te hebben van en de student in te lichten over eisen en richtlijnen met betrekking tot de kwalificatie als counsellor. De docent dient de student te informeren over zijn mogelijkheden om zich als counsellor te kunnen kwalificeren. Indien de docent op de hoogte wordt gebracht of bemerkt dat bij de student sprake is of kan zijn van ernstige psychische problematiek, dan dient de docent dit bespreekbaar te maken met zijn student. 3.3.4. De docent dient een duidelijke syllabus met betrekking tot zijn aandeel in de leerstof dan wel oefenstof te presenteren. 3.3.5. De docent dient de student regelmatig op zijn vorderingen te beoordelen en hem van deze beoordeling te verwittigen. De docent dient nauwgezet notitie te maken van de vorderingen van zijn student. 3.3.6. De docent dient de student ruimte te bieden voor overleg over inhoud en voortgang van de professionele relatie en zijn studie. De docent dient de student in staat te stellen om zijn bevindingen met betrekking tot de studie kenbaar te maken. 3.3.7. In geval van persoonlijke conflicten tussen docent en student zal eerstgenoemde de student doorverwijzen naar een collega docent.

6 3.4. Vertrouwelijkheid 3.4.1. De docent dient alle informatie met betrekking tot de student die hij uit hoofde van de uitoefening van zijn beroep direct, indirect of uit enig andere bron heeft ontvangen als vertrouwelijk te behandelen. Deze verplichting blijft bestaan na beëindiging van de professionele relatie. Uitgesloten zijn: - situaties waar de student schriftelijk toestemming geeft of verzoekt om een ander in het leerproces te betrekken; - situaties waar de docent over de student dient te rapporteren aan het instituut waaraan hij als docent zijn diensten verleent, voor zover de informatie relevant is voor de rapportage; - situaties waar het gaat om beoordeling, selectieprocedures of tuchtzaken met betrekking tot de student. 3.4.2. Indien er verstrengeling van belangen optreedt, dient de docent een zorgvuldige afweging te maken en zijn beslissing daaraanvolgend mede te delen aan de student of het instituut waaraan hij als docent zijn diensten verleent. 3.4.3. De docent heeft niet de plicht de vertrouwelijkheid in acht te nemen, indien hij gegronde redenen heeft om te menen, bij voorkeur na raadplegen van zijn supervisor, dat het doorbreken van de vertrouwelijkheid het enige en laatste middel is om direct gevaar voor personen te voorkomen. 3.4.4. De docent heeft niet de plicht de vertrouwelijkheid in acht te nemen, indien wettelijke bepalingen of een rechterlijke beslissing hem dwingen tot het doorbreken van de vertrouwelijkheid. 3.4.5. Indien de docent met betrekking tot wie hij een professionele relatie heeft de mogelijkheid van doorbreken van de vertrouwelijkheid onderkent stelt hij de betrokkene(n), indien mogelijk, op de hoogte dat hij genoodzaakt kan zijn de vertrouwelijkheid te doorbreken. 3.4.6. Indien de docent met betrekking tot wie hij een professionele relatie heeft besluit tot het doorbreken van de vertrouwelijkheid ten aanzien van betrokkene(n) dan mag zich dat niet verder uitstrekken dan redelijkerwijs in de gegeven omstandigheden wordt vereist. Hij stelt, indien mogelijk en eventueel naderhand, betrokkene(n) op de hoogte van zijn besluit. 3.4.7. De docent dient zich tegenover de rechter te beroepen op verschoning, indien het afleggen van een getuigenis, verklaring of het beantwoorden van vragen hem in strijd brengt met zijn verplichtingen ten aanzien van de vertrouwelijkheid. Indien het beroep op verschoning door de rechter niet wordt gehonoreerd staat het de docent vrij om autonoom en vrijwillig een persoonlijke afweging te maken omtrent het wel of niet doorbreken van de vertrouwelijkheid. 3.4.8. Indien de docent op enigerlei wijze dreiging ondergaat die hem verhindert uiting dan wel uitvoering te geven aan hetgeen bepaald in de punten (3.4.1.) tot en met (3.4.7.), dan vervalt de verplichting van de docent om zich te houden aan deze gedragscode, bij voorkeur na overleg met zijn supervisor. 3.5. Dossier 3.5.1. De docent neemt in zijn dossier die gegevens over de student op die hij redelijkerwijs kan aanmerken als relevant voor en dienend tot het doel van de professionele relatie met zijn student.

7 3.6. Gegevensverstrekking 3.6.1. De docent verstrekt uit het dossier van zijn student uitsluitend die gegevens aan een daartoe gerechtigde derde die door de docent geacht worden relevant te zijn voor de vraagstelling van die derde. 3.6.2. Ten behoeve van onderzoek, statistiek, publicatie en onderwijsdoeleinden mag de docent beroepsmatig verkregen gegevens met betrekking tot de student(en) in woord en geschrift aan een derde verstrekken. Deze gegevens dienen voor dit doel geanonimiseerd te worden. Wanneer in voorkomende gevallen het anonimiseren van gegevens niet mogelijk of wenselijk is dan mogen die gegevens alleen met nadrukkelijke en voorafgaande schriftelijke toestemming van de student(en) worden verstrekt. 3.7. Rapportage aan derden 3.7.1. Rapportage over de student(en) aan derden dient naar vorm en naar inhoud in overeenstemming te zijn met de vraagstelling en het doel van de opdracht en met de afspraken die voor aanvang van de opdracht werden gemaakt. 3.7.2. De docent dient in zijn rapportage zakelijk, begrijpelijk en ondubbelzinnig te zijn en zich te beperken tot wat nodig is in het licht van de vraagstelling en het doel van de rapportage. 3.7.3. Voor zover dit in zijn vermogen ligt dient de docent zich ervan te overtuigen, dat zijn rapportage zal worden gebruikt overeenkomstig de bedoelingen en beperkingen ervan en niet voor een ander doel dan waarvoor deze is opgesteld. De docent zal in zijn rapportage vermelden dat deze vertrouwelijk van aard is.

8 Hoofdstuk 4 Deskundigheid 4.1. Vakbekwaamheid 4.1.1. De docent dient bij de uitoefening van zijn beroep naar redelijkheid en vermogen te handelen overeenkomstig de Gedragscode voor de Docent. 4.1.2. De docent stelt zijn beroepsmatig handelen met enige regelmaat in intervisieverband aan de orde en bewaakt zijn eigen niveau van beroepsmatig handelen door met regelmaat contact te hebben met erkende supervisors. 4.1.3. De docent houdt zijn professionele deskundigheid in stand door het volgen van voor hem van belangzijnde vakliteratuur en door het deelnemen aan relevante bij- en nascholingsactiviteiten. 4.2. Grenzen van het beroepsmatig handelen 4.2.1. In zijn beroepsmatig handelen roept de docent waar en indien nodig advies in of verwijst zijn student(en) door, indien hij wordt geconfronteerd met een (dreigende) overschrijding van de grenzen van zijn deskundigheid dan wel zijn professionele of persoonlijke beperkingen. 4.2.2. Indien de docent in zijn beroepsmatig handelen door psychische of lichamelijke problemen negatief wordt beïnvloed of dreigt te worden beïnvloed, dan beperkt, onderbreekt of beëindigt de docent zijn beroepsmatig handelen.

9 Hoofdstuk 5 Verantwoordelijkheid 5.1. De kwaliteit van het beroepsmatig handelen 5.1.1. De docent heeft de plicht zorg te dragen voor een goede kwaliteit van zijn beroepsmatig handelen en is binnen enig samenwerkingsverband medeverantwoordelijk voor een goede kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening aan zijn student(en) en/of opdrachtgever(s). 5.1.2. De docent dient de kwaliteit van zijn diensten te bewaken en moet in staat worden geacht om tegenover collega s en/of supervisors in te staan voor zijn beroepsmatig handelen. 5.2. Verantwoording 5.2.1. De docent dient van zijn beroepsmatige activiteiten op zodanige wijze aantekening te houden dat hij van deze activiteiten verantwoording kan afleggen aan zijn student(en) en de tuchtcommissie. 5.2.2. De docent verleent naar beste weten medewerking aan de behandeling van een eventueel tegen hem ingestelde klachtenprocedure.