Switch WGGA, N W.6 bij etiketinstructie versie 15

Vergelijkbare documenten
HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WGGA van het middel Switch, N W.6

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Dosering* middel per toepassing. 1 kg/ha 1 kg/ha 2 per 12 maanden. Zwartvruchtrot 5 gram per 100 liter water) schimmel 1 gram per 100 liter water)

Switch, WG en aanbevelingen N W.8

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Actueel WG van het middel Switch, N W.7. 4 mei 2018

Score 250 EC, toelatingsnummer N W.7, bij etiketinstructie versie 9

Ortiva WGGA, N W.4, bij etiketinstructie versie 8

Pirimor, WG en aanbevelingen, 5794 N W.6 bij etiketinstructie versie 15

fungicide suspensie concentraat 400 g/l pyrimenthanil 4 x 5 l GEVAAR

Amistar, WG en aanbevelingen, N W.7.

Actueel Wettelijk Gebruiksvoorschrift van het middel FLINT W maart 2019

Dosering* middel per toepassing. Maximaal aantal toepassingen per 12 maanden

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel LUNA PRIVILEGE, N W.6.

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Dual Gold 960 EC WG en aanbevelingen, N W.9 bij etiketinstructie versie 9

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Dual Gold 960 EC WG, N W.8

Pirimor, WG en aanbevelingen, 5794 N W.8 bij etiketinstructie versie 18

Actara, WG en aanbevelingen, N W.7

fungicide suspensie concentraat 400 g/l pyrimethanil pyrimenthanil GEVAAR

Dual Gold 960 EC, WG en aanbevelingen, N W.11

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel Luna Privilege, N W.5.

Maximaal aantal toepassingen. Maximale dosering (middel) per toepassing. 0,4 L/ha 0,4 L/ha 2 per teeltcyclus. 0,5 L/ha 0,5 L/ha 2 keer in het najaar

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Dosering* middel per toepassing. Maximale dosering middel per toepassing. 0,05% (50 g/100 liter water) 0,05% (50 g/100 liter water)

Voorbeeld. Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor mens en milieu te voorkomen

Signum, N. 22 december Ingangsdatum 1 januari 2019

Dosering* middel per toepassing. Maximale dosering middel per toepassing. 0,5 0,75 L/ha. 0,05% (50 ml per 100 L water) 0,6 L/ha 2 per 12 maanden

Maximale dosering (middel) per toepassing. Maximaal aantal toepassingen. 0,5 L/ha 0,5 L/ha 1 keer in het voorjaar. 0,225 L/ha 3 per 12 maanden

water dispergeerbaar granulaat diisobutylnaftaleensulfonzuur natriumzout

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Boxer WG en aanbevelingen, N W.10 bij etiketinstructie versie 10

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel Collis, N W.8 WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Dosering (middel) per toepassing. Maximale dosering (middel) per toepassing. maanden Traybehandeling vliegen en. 1 per muggen 4. 12,5 ml/1000 planten

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Malvin WG spuitkorrel Toelatingsnummer: 6782 N W.13 Formulering: Water dispergeerbaar granulaat Werkzame stof: Captan Gehalte: 80% Inhoud: 5 kg

BIJLAGE I bij het besluit d.d. 4 juni 2010 tot uitbreiding van de toelating van het middel Gazelle, toelatingnummer N

15585 N HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel VSM Captan 80 WG.

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. 6 oktober 2017 W.17 A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Scala. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

water dispergeerbaar granulaat 26,7 % boscalid en 6,7 % pyraclostrobin

Dosering* middel per toepassing. Stengelbasisrot 1 3,0 kg/ha 3,0 kg/ha 1 per 12 maanden

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Dosering (middel) per toepassing

Actueel Wettelijk Gebruiksvoorschrift van het gewasbeschermingsmiddel Pirimor, 5794 N W.6

Gazelle Toelatingsnummer: N W.4 Formulering: Wateroplosbaar granulaat Werkzame stof: acetamiprid Gehalte: 20% Inhoud: 1 kg, 5 kg

SPECIMEN BORGI. Fungicide

1,5 kg. Fungicide NL A. Toelatingsnr: N

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Verdacht van het veroorzaken van kanker. Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen.

Kenbyo FL. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

typographica 1 KG Fungicide Use only for corrections X print-pdf (for server upload) Toelatingsnr: N I REF: Size: Plan: Date:

Signum. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Minimum interval tussen toepassing en in dagen Aardbei (bedekte teelt) Gewasbehandeling Spintmijt 4 0,5 l/ha 0,5 l/ha 3 1,5 l/ha 7

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WGGA van het middel Paraat, N W.10

Maximale dosering (middel) per toepassing

WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WG van het middel Vectine Plus W juli 2017

Dosering (middel) per toepassin g. (middel) toepassingen. water) 0,25% (250 ml per 100 l water) Vruchtboomkanker 4 0,4% (400 ml per 100 l water)

Boxer, WG en aanbevelingen, N W.10

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

Maximale dosering (middel) per toepassing

Maximale dosering (middel) per toepassing. 1,0 L/ha 2 maal per blok, 2 maal per teeltcyclus, met een maximum van 4 maal per 12 maanden 4

A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Signum. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.16 Productgroep: fungicide Formulering:

Stroby WG. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

Maximale dosering middel per toepassin g. 200 g/ha 4 per 12 maanden en maximaal 1 keer voor 1 mei

Kenbyo FL. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus of per 12 maanden 250 g/ha 250 g/ha 3 per. Dosering* middel per toepassing

Nissorun vloeibaar Toelatingsnummer: N W.4 Formulering: Suspensie concentraat Werkzame stof: hexythiazox Gehalte: 250 G/L Inhoud: 250 ML

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Signum. BASF Nederland B. V., Divisie Agro. Toelatingsnummer N W.17. water dispergeerbaar granulaat 26,7% boscalid 6,7 % pyraclostrobine

Vertimec Gold WG en aanbevelingen, N W.8 bij etiketinstructie versie 12

Dosering (middel) per toepassing. 0,25% (250 ml per 100 l water) Vruchtboomkanker 4 0,4% (400 ml per 100 l water)

NL B. Voorbeeld. 1,5 kg. Fungicide

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. Actueel WGGA voor het middel Paraat, N W.8

Actueel WG van het middel Vertimec Gold, N W januari 2017

Actueel WG van het middel Karma, N W.4. 2 november 2018

Maximale dosering middel per toepassing. 200 g/ha 4 per 12 maanden en maximaal 1 keer voor 1 mei

Kumulus S. BASF Nederland B. V., Divisie Agro WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Bifasto. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

Scelta Toelatingsnummer: N W.4 Formulering: Suspensie concentraat Werkzame stof: cyflumetofen Gehalte: 20% Inhoud: 1 l

Dosering (middel) per toepassing

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN. BIJLAGE III WG van het middel FLINT N W.9

Actueel WG van het middel Collis, N W november 2018

Maximale dosering (middel) per toepassing. Dosering (middel) per toepassing. 0,15 %(150 g per 100 L water)

Maximale dosering (middel) per toepassing

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Collis. BASF Nederland B. V., Divisie Agro

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

Sporgon. BASF Nederland B.V., Agricultural Solutions

12477 N, 12 juli 2013 A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

Transcriptie:

Switch WGGA, 12819 N W.6 bij etiketinstructie versie 15 WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als schimmelbestrijdingsmiddel door middel van een gewasbehandeling in: a. de teelt van peulvruchten b. de teelt van lupine voor levensmiddelen en diervoeding c. de teelt van appel en peer d. de onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik e. de teelt van aardbei f. de onbedekte teelt van aalbes, kruisbes, blauwe bes en druif g. de teelt van braam- en framboosachtigen h. de teelt van sla (Lactuca spp.) en andijvie i. de teelt van witlof (trekteelt) j. de teelt van tuinkers k. de bedekte teelt van veldsla l. de teelt van rucola m. de onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten n. de onbedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil o. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil p. de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae q. de bedekte teelt van radijs r. de teelt van wortelen s. de onbedekte teelt van pastinaak t. de onbedekte teelt van knolselderij u. de onbedekte teelt van asperge v. de onbedekte teelt van bleekselderij w. de teelt van aromatische kruidgewassen x. de onbedekte teelt van maggi en wortelpeterselie y. de onbedekte teelt van medicinale wortelgewassen z. de teelt van tulp aa. de teelt van bloemisterijgewassen bb. de teelt van boomkwekerijgewassen cc. de vaste plantenteelt dd. in de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen) Per teeltcyclus zijn maximaal 2 toepassingen toegestaan in radijs. Per jaar zijn maximaal 2 toepassingen toegestaan in peulvruchten, lupine voor levensmiddelen en diervoeding, peulgroenten, knolselderij, druif, bleekselderij en de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen), 4 toepassingen in tulp, 1 toepassing in witlof, 5 toepassingen in sla (Lactuca spp., bedekte substraatteelt), tuinkers (bedekte substraatteelt) en rucola (bedekte substraatteelt), 6 toepassingen in bloemisterijgewassen (bedekte substraatteelt), vaste plantenteelt (bedekte substraatteelt) en boomkwekerijgewassen (bedekte substraatteelt) en 3 toepassingen in de overige vermelde gewassen. Om het grondwater te beschermen mag dit product in de teelt van tulp en de bedekte teelt van radijs niet worden gebruikt in grondwater-beschermingsgebieden.

Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing: in de onbedekte teelt van neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen: in spillen in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan indien maximaal 3 bespuitingen worden uitgevoerd in opzetters uitsluitend toegestaan in percelen die niet grenzen aan oppervlaktewater; in overige, neerwaarts bespoten boomkwekerijgewassen uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van minimaal 75 % driftreducerende spuitdoppen Om in het water levende organismen te beschermen is de toepassing in de teelt van appel, peer, kers, pruim, druif, abrikoos en perzik in percelen die grenzen aan oppervlaktewater uitsluitend toegestaan na 1 mei en indien gebruik gemaakt wordt van één van de volgende maatregelen: o er gespoten wordt met een tunnelspuit, of o er gebruik wordt gemaakt van een windhaag op de rand van het rijpad en éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij, of o er in de eerste 20 meter grenzend aan het oppervlaktewater gebruik wordt gemaakt van een venturi-dop in combinatie met een éénzijdige bespuiting van de laatste bomenrij. Let op: dit middel kan schadelijk zijn voor natuurlijke vijanden. Raadpleeg uw leverancier van natuurlijke vijanden over het gebruik van dit middel in combinatie met het gebruik van natuurlijke vijanden. Resistentiemanagement Dit middel bevat de werkzame stoffen cyprodinil en fludioxonil. Cyprodinil behoort tot de anilinopyrimidinen, de FRAC code is 9. Fludioxonil behoort tot de fenylpyrrolen, de FRAC code is 12. Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling. In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de voorlichtingsboodschappen, op te volgen. Na toepassing van Switch op jonge planten en onder slechte lichtcondities in de bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae en vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil kunnen fytotoxische reacties op het blad optreden. Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik. Veiligheidstermijnen De termijn tussen de laatste toepassing en de oogst mag niet korter zijn dan: - 3 dagen voor appel, peer, aardbei, vruchtgroenten van Solanaceae en Cucurbitaceae met eetbare schil - 7 dagen voor kers, pruim, abrikoos, perzik, sla (Lactuca spp) en andijvie, wortelen, pastinaak, tuinkers, veldsla, aromatische kruidgewassen, maggi, wortelpeterselie en medicinale wortelgewassen. - 10 dagen voor aalbes, kruisbes, blauwe bes, braam- en framboosachtigen - 14 dagen voor peulgroenten, knolselderij, radijs en bleekselderij - 21 dagen voor druif en rucola - 28 dagen voor peulvruchten en lupine voor levensmiddelen en diervoeding

GEBRUIKSAANWIJZING Algemeen Switch heeft een preventieve werking tegen o.a. grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana). Om de kans op het optreden van verminderde gevoeligheid te beperken, is het aan te bevelen Switch af te wisselen met andere voor Botryotinia fuckeliana bestrijding toegelaten middelen met een ander werkingsmechanisme. Het middel heeft effect op niet-doelwit arthropoden, waaronder natuurlijke vijanden. Bij geïntegreerde teelten dient hiermee rekening gehouden te worden. Vermijd daarom onnodige blootstelling. Het gebruik in de teelt van aromatische kruidgewassen, de veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen en de bedekte teelt van veldsla is beoordeeld conform de vereenvoudigde uitbreidingsprocedure. Er is voor deze toepassingen geen werkzaamheids- en fytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proefbespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden, komt voor risico en verantwoordelijkheid van de gebruiker. Het gebruik in de teelt van asperge, radijs, bleekselderij, de bedekte teelt van braam en framboosachtigen (Rubus spp.), lupine voor levensmiddelen en diervoeding, abrikoos, perzik, tuinkers, rucola, vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil, de onbedekte teelt van wortelpeterselie, pastinaak, maggi en medicinale wortelgewassen is op basis van een derdenuitbreiding en beoordeeld conform artikel 51 EG 1107/2009. Deze derdenuitbreiding is aangevraagd door de Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Er is voor deze uitbreiding geen werkzaamheids- en fytotoxiciteitsonderzoek uitgevoerd. Er wordt daarom aangeraden een proefbespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Gebruik van dit middel in deze toepassingsgebieden, komt voor risico en verantwoordelijkheid van de gebruiker. Toepassingen Peulvruchten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) Lupine voor levensmiddelen en diervoeding, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckelania), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) per toepassing Appel, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia fuckeliana en Gloeosporium. Vanaf ongeveer 3 weken voor de oogst, afhankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren.

Peer, ter bestrijding van bewaarrot veroorzaakt door o.a. Botryotinia fuckeliana en Gloeosporium. Vanaf ongeveer 3 weken voor de oogst, afhankelijk van het spuitinterval (10-14 dagen), twee tot drie behandelingen uitvoeren. Peer, ter bestrijding van zwartvruchtrot (Stemphylium vesicarium) Onder voor zwartvruchtrot gunstige omstandigheden of zodra eerste symptomen worden verwacht een behandeling uitvoeren. Afhankelijk van ziektedruk en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen Onbedekte teelt van kers, pruim, abrikoos en perzik, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen Onbedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia fuckeliana en Colletotrichum acutatum Vanaf het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige weersomstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Bedekte teelt van aardbei, ter bestrijding van vruchtrot veroorzaakt door Botryotinia fuckeliana en Colletotrichum acutatum. Vanaf het begin van de bloei toepassen met een interval van 10 tot 14 dagen. Bij Botrytis- en Colletotrichum-gevoelige gewassen verdient onder vochtige omstandigheden een interval van 10 dagen de voorkeur. Onbedekte teelt van aalbes (rode bes, witte bes, zwarte bes), kruisbes en blauwe bes, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen Onbedekte teelt van druif, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) worden waargenomen een behandeling uitvoeren. De behandeling, indien nodig, na ongeveer 21 dagen

De teelt van braam- en framboosachtigen (Rubus spp.), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen Sla (Lactuca spp.), andijvie en aromatische kruidgewassen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) Dosering: 0,6 kg middel per ha Witlof (trekteelt), ter bestrijding van sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) Bij het in opslag brengen van de witlofpennen een bespuiting op de transport band uitvoeren. Voor een goede bevochtiging is een hoeveelheid van 10 tot 20 liter spuitvloeistof per 1000 kg witlofpennen voldoende. Dosering: 36 gram middel per 1000 kg witlofpennen. Tuinkers, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) Dosering: 0,6 kg middel per ha per toepassing Bedekte teelt van veldsla ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) Dosering: 0,6 kg middel per ha Rucola, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckelania) Dosering: 0,6 kg middel per ha per toepassing Onbedekte teelt van peulgroenten met uitzondering van spruitgroenten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana), sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en vlekkenziekten (Ascochyta spp. en Mycosphaerella spp.) Onbedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckelania) en sclerotiniërot (Sclerotinia sclerotiorum).

per toepassing Bedekte teelt van vruchtgroenten van Cucurbitaceae met eetbare schil (b.v. komkommer, augurk, pattison) ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Afhankelijk van ziektedruk en groeisnelheid de behandeling na 10 tot 14 dagen De toepassing dient plaats te vinden door middel van een gerichte bespuiting op de stengels van de planten. Toepassing op jonge planten en op het blad kan, in het bijzonder onder lichtarme omstandigheden, schade veroorzaken. Bedekte teelt van vruchtgroenten van Solanaceae (b.v. tomaat, paprika en aubergine), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) worden waargenomen een behandeling uitvoeren. Afhankelijk van ziektedruk en groeisnelheid de behandeling na 10 tot 14 dagen De toepassing dient plaats te vinden door middel van een gerichte bespuiting op de stengels van de planten. Toepassing op jonge planten en op het blad kan, in het bijzonder onder lichtarme omstandigheden, schade veroorzaken. Onbedekte teelt van wortelen, ter bestrijding van loofverbruining (Alternaria dauci) en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen Onbedekte teelt van wortelpeterselie en maggi, ter bestrijding van Alternaria spp., sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) en Rhizoctonia solani. van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen per toepassing Onbedekte teelt van pastinaak, ter bestrijding van Alternaria spp. en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 12 dagen per toepassing Onbedekte teelt van knolselderij, ter bestrijding van sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 14 dagen Onbedekte teelt van asperge, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botrytis cinerea) en stengelsterfte (Stemphylium spp.)

Bedekte teelt van radijs, ter bestrijding van loofverbruining (Alternaria spp.) en sclerotiënrot (Sclerotinia spp.) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 14 dagen Dosering: 0,6 kg middel per ha Onbedekte teelt van bleekselderij, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botrytis cinerea) en sclerotiënrot (Sclerotinia spp.) Tulp, ter bestrijding van vuur (Botryotinia tulipae) Vanaf opkomst van het gewas toepassen met een interval van 7 tot 14 dagen. Dosering: 0,5 0,75 kg middel per ha De lage dosering toepassen bij een kort spuitinterval; bij hoge infectiedruk of bij een lang spuitinterval de hoge dosering Onbedekte teelt van medicinale wortelgewassen, ter bestrijding van Alternaria spp. en sclerotiënrot (Sclerotinia sclerotiorum) per toepassing Bedekte teelt van bloemisterijgewassen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 14 dagen Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 l water) Onbedekte teelt van bloemisterijgewassen, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) Bedekte teelt van boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana)

en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 14 dagen Dosering: 0,08% (80 gram middel per 100 liter water) Onbedekte teelt van boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) en weersomstandigheden de behandeling na 10 tot 14 dagen Veredelingsteelt en basiszaadproductie van groentegewassen, kruiden en sierteeltgewassen (met uitzondering van grasachtigen), ter bestrijding van grauwe schimmel (Botryotinia fuckeliana) van ziektedruk, groeisnelheid en weersomstandigheden de behandeling na 7 tot 21 dagen Opmerking gevoeligheid bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen, vaste planten Tussen gewassen en cultivars bestaan er grote verschillen in gevoeligheid voor Switch. Het is daarom noodzakelijk om in gewassen of cultivars waar nog geen ervaring met Switch is opgedaan, door middel van een proefbespuiting op kleine schaal vast te stellen of het betreffende gewas of cultivar het middel verdraagt. Aanbevelingen Maatregelen ter voorkoming van oppervlaktewaterverontreiniging Gewasbeschermingsmiddelen horen niet thuis in water Om waterleven te beschermen en omdat oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding gebruikt kan worden is het van groot belang emissie naar het oppervlaktewater te voorkomen. Syngenta raadt daarom aan de volgende maatregelen te nemen: Respecteer de verplichte maatregelen in het Wettelijk Gebruiksvoorschrift (WG) zoals de voorgeschreven driftreducerende maatregelen en teeltvrije zones. Raadpleeg de Toolbox Emissiebeperking op www.toolboxwater.nl of www.activiteitenbesluitagrarisch.nl voor meer informatie over alle vormen van emissies naar oppervlaktewater, zoals ondermeer ook afspoeling en hoe deze te beperken. Spuitapparatuur gebruikt in onbedekte teelten dient overdekt gestald te worden en gereinigd op een was- en spoelplaats met (vloeistofdichte) opvangmogelijkheid. Verwerk was- en spoelwater en eventuele restvloeistoffen, die niet over het laatst bespoten perceel kunnen worden uitgereden, in een Heliosec (of gelijkwaardig alternatief) om onnodige milieubelasting te voorkomen. In bedekte teelten is het ten zeerste af te raden om (filter) spoelwater, drainwater (substraatteelt) en drainagewater (grondgebonden teelt) ongezuiverd op het oppervlaktewater te lozen. Deze waterstromen dienen vóór lozing door een zuiveringsvoorziening geleid te worden, waarbij ten minste 95% van de aanwezige werkzame stof verwijderd wordt. De zuiveringsvoorziening dient regelmatig onderhouden en tenminste éénmaal per jaar op goede werking gecontroleerd te worden door een deskundige.