Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis in het kader van de Flora- en faunawet - concept -

Vergelijkbare documenten
In Hilversum te beschermen flora en fauna

Lijst van beschermde planten en dieren in Overijssel

Overijssel + Gelderland + Utrecht Flevoland Noord-Holland + Zuid Holland. bebouwing en stedelijk gebied. bebouwing en stedelijk gebied

Bekende verspreiding van soorten ten opzichte van het plangebied levering uit de NDFF.

Flevoland Noord-Holland + Zuid Holland. zandgebieden en veenkoloniën. bebouwing en stedelijk gebied. bebouwing en stedelijk gebied

Tijdelijke natuur in het Havengebied van Rotterdam! 1 september Jan Putters Asset Manager Havenbedrijf Rotterdam N.V.

Notitie inspectie bomen Molenbeek Sittard 2011

Bijlage C: Bekende verspreiding van soorten ten opzichte van het plangebied levering uit de NDFF, december 2016

Onderzoek beschermde natuurwaarden Basisschool De Kameleon Tamboerstraat 4 te Goirle

Bescherming. Soortgroep Nederlandse naam Wetenschappelijke naam. Komt voor op GRD

Datum 16 september Auteur : M. Kuiper. IIP ' "imi

Quick scan beschermde natuurwaarden in het plangebied Noorderlicht en omgeving te Tilburg

Tabel 1: Algemene soorten R = soort van Rode lijst Zoogdieren. Apodemus sylvaticus

Tabel 1: Algemene soorten Zoogdieren. Apodemus sylvaticus. Erinaceus europeus gewone bosspitsmuis Sorex araneus Lepus europeus

Rapport. Lelystad, maart 2015 J. Reinhold. Beschermde flora en fauna binnen het bestemmingsplangebied De Gilden Het Palet

UPDATE NATUURONDERZOEK KAATSTRAAT/NORREMEERSTRAAT WARMOND

Gulden sleutelbloem soort die in Venray voor kan komen. Zoogdieren. Apodemus sylvaticus. Erinaceus europeus. Lepus europeus

Bijlage 1 Ecologisch onderzoek

Bureauonderzoek Flora en fauna

Versie: Definitief Datum: 10 juni 2014 project: Implementatie gedragscode Provinciale Infrastructuur (224105)

Quickscan Flora en Fauna ten behoeve van 5 woningen te Noorbeek, gemeente Margraten

Memo quickscan flora en fauna te kappen bomen Nijverheidsweg 15 Utrecht, fase 2

Bijlage 1 Onderzoek ecologie

Natuurwaardenonderzoek ten behoeve van RiF010 in de Steigersgracht te Rotterdam

Flora- en faunaonderzoek op drie locaties in het centrum van Berkel en Rodenrijs in het kader van de Flora- en faunawet

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Aanvullend onderzoek naar strikt beschermde soorten aan de Leeuwenhoekweg te Bergschenhoek. - concept -

Werkatlas verspreiding zoogdieren in Zuid-Holland

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit de kom Bleiswijk met bebouwing, tuinen, groenstroken, laanbeplanting en watergangen.

- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,

Veldonderzoek naar de Rugstreeppad ten behoeve van Project 61/62 (Caleido) te Berkel en Rodenrijs

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, opgaande beplanting en watergangen.

Flora- en faunascan voor de bouw van een woning aan de Bolenbergweg te Belfeld

Natuurtoets in verband met de bouw van een woning en een schuur bij aan de Fluitersweg zonder nummer te Apeldoorn. Rapport Bureau Veldkamp

G e d r a g s c o d e P r o v i n c i a l e I n f r a s t r u c t u u r

Onderzoek naar beschermde soorten in het plangebied Sint Martinusstraat te Rucphen

Vleermuizen en de ruimte binnen de Flora- en faunawet

TOELICHTING FLORA- EN FAUNAWET

Quick scan beschermde natuurwaarden plangebied De Leermeester te Etten-Leur

Onderzoek Flora- en faunawet bouwlocatie VUmc

FLORA- EN FAUNASCAN Middenmeer Noord te Amsterdam

WNb 3.1 Beschermingsregime soorten vogelrichtlijn A B C D E F Coccothraustes coccothraustes ssp. Coccothraustes Parnurus biarmicus ssp.

Quickscan flora en fauna in het kader van de realisatie van een parkeergarage aan de Stationssingel in Berkel en Rodenrijs en de Flora- en faunawet

Actualisatie van het natuurwaardenonderzoek. op het Leerpark te Dordrecht. en de Flora- en faunawet

Huidige situatie Het plangebied bestaat uit bebouwing, verharding, gazon, weiland, opgaande beplanting en oppervlaktewater.

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet bomen Hoofdweg, Harderwijk

Quick scan flora en fauna IJweg te Hoofddorp

Rapport Bureau Veldkamp

Rapport. Lelystad, oktober 2013 J. Reinhold. Onderzoek naar zwaar beschermde soorten in de Spoorzone, Dronten

Tabel 1: Algemene soorten. Zoogdieren. Apodemus sylvaticus. Erinaceus europeus gewone bosspitsmuis Sorex araneus Lepus europeus

Quick-scan flora en fauna ten aanzien van de bouw van het hoofdkantoor van Fokker op het Slobbengors te Papendrecht en de natuurwetgeving

FLORA- EN FAUNASCAN Noorddammerweg Uithoorn

Onderzoek flora en fauna

Quickscan flora en fauna Sportlaan, Heerjansdam

Quick scan beschermde natuurwaarden plangebied Raadhuisstraat 4-6 te Gilze

L E I D R A A D F L O R A - E N F A U N A W E T

Geschiktheidsonderzoek Italiaanse Populieren voor vogels met een vaste verblijfplaats en vleermuizen in Land van Matena

FLORA- EN FAUNASCAN. Westfriesedijk 3a Aartswoud. 27 juli Opdrachtgever: VastgoedAdviseur.nl Industrieterrein Oosterzij NV Heiloo

Verkennend natuuronderzoek locatie Smitterijhof te Haaksbergen

Quick-scan flora en fauna ten aanzien van de bouw van het hoofdkantoor van Fokker op het Slobbengors te Papendrecht en de natuurwetgeving

Landzoogdieren. Zeezoogdieren. Vleermuizen. Lijst beschermde soorten in Noord-Holland vanaf 1 januari Art WNB. Bijlage IV Habitatrichtlijn

Bekende verspreiding van soorten ten opzichte van het plangebied - levering uit de NDFF.

Bijlage 3: ecologisch onderzoek

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk november Betreft Notitie actualisatie natuuronderzoek Willevenstraat te Schaijk

Ecologische quickscan

Terneuzen. Quickscan Flora en fauna. Wulpenbek 16 te Hoek. <NL.IMRO.Invullen> concept. I. Dekker MSc. identificatiecode: datum: status:

Quickscan flora en fauna op een perceel aan de Vinkenpolderweg te Alblasserdam

Aanpassing van de aansluiting A15-N3 te Papendrecht en de Flora- en faunawet

Quickscan flora en fauna Deimospad 21 te Dordrecht

D. J. Greidanus Eesterweg TC Doezum Steenwijk, 4 april 2011, 15 januari 2014

Uittreksel Kadastrale Kaart Uw referentie: 14236

Regeling aanwijzing dier- en plantensoorten

Flora- en faunaonderzoek ter plaatse van de locatie Bontekoe te Boskoop en de Flora- en faunawet

Buro Maerlant. Veldhoven Zandoerleseweg. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Uitleg. Flora- en faunawet. Inhoud

Quickscan flora en fauna in verband met de realisatie van een nieuwbouwwoning aan de Zeedijk 3 te Dordrecht

Verkennend natuuronderzoek locatie Hessenweg

Toets flora en fauna Herinrichting locatie Spreeuwenstraat 11 te Nijmegen

Quickscan samenvatting natuurtoets Sint Nicolaasdijk 153, Kampen

soorten(bescherming) kunt u vinden op: (op werkdagen van 8.30 tot uur). Meer informatie over

: QuickScan Flora & Fauna Meijelseweg 60a te Beringe, gemeente Peel en Maas

Quickscan natuurtoets samenvatting Realisatie stadsboerderij Hertenkamp, Ommen

Onderzoek naar aquatische fauna op het voormalige AZC-terrein in de Oostpolder te Papendrecht. - notitie -

Ecologische quickscan

Beschermde soorten die in Zuid-Holland voorkomen (exclusief vogels)

Beschermde soorten die in Zuid-Holland voorkomen (exclusief vogels)

Notitie. Inleiding. Wettelijk kader. Verbodsbepalingen

Quickscan samenvatting Flora- en faunawet Van Zuylenlaan 9, Hoevelaken

Notitie quickscan flora en fauna Meent Ongenummerd, Woudenberg

Presentatie verschillen beleid Wnb bevoegde gezagen

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Flora- en faunaonderzoek in verband met een herontwikkeling aan de Kruidentuin te Barendrecht

Natuurtoets in verband met de afbraak van een gebouw aan de Prinses Margrietlaan 18/18a en de nieuwbouw van maximaal zes (starters)woningen aldaar

Natuur-Wetenschappelijk Centrum, Noorderelsweg 4A, 3329 KH Dordrecht

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Buro Maerlant. Rotterdam Marinestraat. Notitie Flora- en faunawet. L a n d s c h a p, E c o l o g i e & R u i m t e l i j k e O r d e n i n g

Bouw van een brandweerkazerne aan de 2e Barendrechtseweg te Barendrecht en de natuurwetgeving

Basis Natuurtoets. Titel: Schuur Kanaal Zuid 305. Datum: 26 augustus Uitgevoerd door: J. Mulder (ecoloog), Gemeente Apeldoorn

BIJLAGEN. Artikelen Flora- en faunawet. Jaarrond beschermde soorten. Borging deskundigheid

FLORA EN FAUNAONDERZOEK KLEIN ZWITSERLAND INACHTNEMING VAN DE NATUURWETGEVING Hendrickx Grondwerken B.V.

Transcriptie:

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis in het kader van de Flora- en faunawet - concept - Natuur-Wetenschappelijk Centrum, Noorderelsweg 4A, 3329 KH Dordrecht

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis in het kader van de Flora- en faunawet - concept - Natuur-Wetenschappelijk Centrum, Noorderelsweg 4A, 3329 KH Dordrecht

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis in het kader van de Flora- en faunawet Opdrachtgever: KuiperCompagnons Uitvoering: Natuur-Wetenschappelijk Centrum Veldwerk: Rob Haan, Ronald van Jeveren, Koen Woerdenbag Samenstelling: Vivian Maas Foto s: Ronald van Jeveren Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis in het kader van de Flora- en faunawet. [Samenst.: Maas, V] [Foto: Van Jeveren, R], Met lit. opg., Dordrecht: Strix/NWC. Trefw.: Middelharnis, Koningin Julianaweg, gemeentehuis, Flora- en faunawet W647/ P11-120 Niets uit deze uitgave mag openbaar worden gemaakt of verveelvoudigd, door middel van; druk, fotokopie, microfilm of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever of de opdrachtgever. Dordrecht, januari 2012

Inhoud 1 Inleiding 5 2 Gebiedsbeschrijving en plannen 7 3 Wettelijk kader Flora- en faunawet 9 4 Methode 11 5 Resultaten 13 6 Effecten, verplichtingen en aanbevelingen 17 Referenties Figuren: Figuur 1: Begrenzing plangebied Figuur 2: Beschermde gebieden in de omgeving van het plangebied Figuur 3: Bouwvlak binnen plangebied Figuur 4: Locatie boom met holtes Figuur 5: Locatie groeiplaats Brede wespenorchis Bijlagen: Bijlage 1: Tabellen soorten Flora- en faunawet Bijlage 2: Vogels, ruimtelijke ingrepen en de Flora- en faunawet

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 1. Inleiding De gemeente Middelharnis is voornemens het gemeentehuis uit te breiden. Voorafgaand aan de realisatie van de voorgenomen uitbreiding dient, in het kader van de Flora- en faunawet, onderzoek uitgevoerd te worden naar de mogelijke aanwezigheid van beschermde natuurwaarden. Ook dient een beoordeling gemaakt te worden van eventuele nadelige effecten van de plannen op deze waarden. KuiperCompagnons stelt de ruimtelijke onderbouwing voor deze plannen op en heeft aan het Natuur-Wetenschappelijk Centrum (NWC) gevraagd een quickscan flora en fauna uit te voeren op het terrein van het gemeentehuis. 5

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Figuur 1: Begrenzing plangebied (rood omlijnd) Figuur 2: EHS- (groen) en Natura 2000-gebieden (geel) in een straal van 3 km rondom het plangebied (rood) 6

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 2. Gebiedsbeschrijving en plannen Gebiedsbeschrijving Het plangebied ligt aan de Koningin Julianaweg te Middelharnis en bestaat uit een perceel met daarop het gemeentehuis, parkeerplaatsen en een sportveld (figuur 1). In het noorden grenst het plangebied aan de Koningin Julianaweg, in het oosten en zuiden aan de Frans Halslaan en in het westen aan een ander perceel met bebouwing. Aan drie zijden van het plangebied is groen in de vorm van bomen en struikgewas aanwezig. Tussen het sportveld en het gemeentehuis staat ook een rij bomen met daaronder struikgewas (foto 1). Foto 1: Rij bomen tussen het sportveld en het gemeentehuis Binnen een straal van 3 kilometer rondom het plangebied ligt een aantal gebieden die onderdeel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Eén hiervan is het Haringvliet. Dit gebied is tevens een Natura 2000-gebied. Figuur 2 op de pagina hiernaast geeft de ligging van het plangebied ten opzichte van de beschermde natuurgebieden weer zoals aangegeven door de kaartmachine van Alterra op de website van het Ministerie van EL&I. Het plangebied maakt geen deel uit van de EHS of van een gebied dat onder de Natuurbeschermingswet 1998 valt. Daarnaast liggen de beschermde gebieden buiten de invloedssfeer van het plangebied. Om deze redenen zullen de voorgenomen plannen geen nadelige effecten op beschermde natuurgebieden hebben. 7

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Plannen Voorgenomen is om het huidige gemeentegebouw uit te breiden. De uitbreiding mag een oppervlakte van maximaal 3200 vierkante meter in beslag nemen en moet binnen het bouwvlak gerealiseerd worden (figuur 3). Figuur 3: Bouwvlak binnen het plangebied (blauw omlijnd) De bedoeling is om de uitbreiding aan het bestaande gemeentehuis te bouwen, maar het is ook mogelijk dat de uitbreiding los van het bestaande gemeentehuis wordt gerealiseerd. In dit laatste geval zal tussen beide gebouwen een looptunnel aangelegd worden. De rij bomen tussen het sportveld en het gemeentehuis wordt verwijderd, maar de bomen en begroeiing aan de randen van het plangebied blijven wel behouden. 8

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 3. Wettelijk kader Flora- en faunawet De Flora- en faunawet beschermt alle inheemse zoogdieren (op de Huismuis, de Bruine rat en de Zwarte rat na), vogels, reptielen en amfibieën. Bij de vissen, ongewervelde dieren en planten zijn alleen die soorten beschermd die als zodanig zijn aangewezen. Deze wet bevat een aantal verbodsbepalingen, waarvan vooral artikel 8 t/m 13 in het kader van flora- en faunaonderzoek van belang zijn (tekstvak 1). Deze verbodsbepalingen gelden overal in Nederland, ongeacht het type of de omvang van de werkzaamheden of activiteiten die uitgevoerd worden. In veel gevallen is het mogelijk om vrijstelling of ontheffing te krijgen voor het overtreden van een verbodsbepaling. In geval van ruimtelijke ingrepen geldt voor een groot aantal algemene beschermde soorten een vrijstelling en is geen ontheffing nodig. Voor een andere groep geldt dat geen ontheffing nodig is als gewerkt wordt volgens een gedragscode. Deze code dient door een sector of ondernemer zelf opgesteld te worden en goedgekeurd te zijn door het Ministerie van EL&I. Tenslotte is er een groep soorten, bestaande uit soorten die op de Habitatrichtlijn bijlage IV staan en een aantal andere, aangewezen soorten, waarvoor een ontheffing altijd nodig is (bijlage 1). Uit de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet vloeit voort dat in geval van een voorgenomen ruimtelijke ingreep duidelijkheid moet worden verkregen over welke ontheffingsplichtige dier- en plantensoorten in en binnen de invloedssfeer van het onderzoeksgebied aanwezig kunnen zijn, wat de eventuele (significant) nadelige effecten van de geplande werkzaamheden op de aangetroffen soorten kunnen zijn en hoe hiermee omgegaan moet worden in het planproces en tijdens de uitvoeringsfase. Aan de hand van deze informatie moet per soort ontheffing worden aangevraagd voor de verboden die overtreden (kunnen) worden. 9

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Tekstvak 1: Verbodsbepalingen uit de Flora- en faunawet Artikel 8 t/m 13 van de Flora- en faunawet: Artikel 8: Het is verboden planten, behorende tot een beschermde inheemse soort, te plukken, te verzamelen, af te snijden, uit te steken te vernielen, te beschadigen, te ontwortelen of op enigerlei andere wijze van hun groeiplaats te verwijderen. Artikel 9: Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te doden, te verwonden, te vangen, te bemachtigen of met het oog daarop op te sporen. Artikel 10: Het is verboden dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, opzettelijk te verontrusten. Artikel 11: Het is verboden nesten, holen of andere voortplantingsplaatsen of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Artikel 12: Het is verboden eieren van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te zoeken, te rapen, uit het nest te nemen, te beschadigen of te vernielen. Artikel 13: Het is verboden planten of producten van planten, of dieren dan wel eieren, nesten of producten van dieren, behoren tot een beschermde inheemse of beschermde uitheemse plantensoort onderscheidenlijk een beschermde inheemse of uitheemse diersoort, te vervoeren, ten vervoer aan te bieden, af te leveren, te gebruiken voor commercieel gewin of binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen of onder zich te hebben. 10

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 4. Methode Op 4 januari 2012 hebben in het plangebied inventarisaties van diverse soortgroepen flora en fauna plaatsgevonden. Vleermuizen Het plangebied is beoordeeld op de mogelijke waarde voor vleermuizen, waarbij gelet is op de geschiktheid van het gemeentegebouw voor verblijfplaatsen van deze dieren. Hierbij is onder andere gelet op spouwgaten en andere openingen in muren en meststrepen bij eventuele invliegopeningen. Ook is gekeken naar de geschiktheid van bomen als verblijfplaats. Hierbij is gelet op de ouderdom van de bomen, de aanwezigheid van holtes en spleten en de kenmerken van deze holtes en spleten. Daarnaast is gekeken of er binnen het plangebied potentieel belangrijke vliegroutes en foerageergebied voor vleermuizen aanwezig zijn. Vogels met een vaste verblijfplaats Het ministerie van EL&I heeft een aantal vogelsoorten aangewezen als zijnde vogels met een vaste verblijfplaats (bijlage 2). Deze verblijfplaatsen zijn jaarrond beschermd, inclusief hun functionele leefomgeving. Dit wil zeggen dat het leefgebied zodanig beschermd is dat bij ingrepen de betreffende soort zijn verblijfplaats zal moeten kunnen blijven gebruiken. Het plangebied is onderzocht op de aanwezigheid van nesten die jaarrond beschermd zijn. Ondermeer zijn alle potentieel geschikte bomen en het gemeentegebouw beoordeeld op vaste verblijfplaatsen van vogels. Dit wordt gedaan door te letten op sporen (braakballen, veren, uitwerpselen, en dergelijke), nesten en aan de hand van geluids- en zichtwaarnemingen van de betreffende vogelsoorten. Tevens is gekeken of het gebied een significant onderdeel zou kunnen zijn van de functionele leefomgeving van een vogelsoort met een vaste verblijfplaats. Vaatplanten Het plangebied is dekkend onderzocht op de aanwezigheid van strikt beschermde soorten vaatplanten. De maand januari is echter niet optimaal om deze planten te inventariseren. Om deze reden is ook gekeken naar de aanwezigheid van geschikte biotopen in en rondom het plangebied. Overig Naar overige soortgroepen is geen onderzoek gedaan. Voor strikt beschermde grondgebonden zoogdieren en reptielen en amfibieën geldt dat op basis van biotoopeisen en verspreidingsarealen op voorhand uitgesloten kan worden dat deze binnen of in de nabije omgeving van het plangebied voorkomen. Beschermde ongewervelden zijn meestal gebonden aan specifieke, vaak minder algemeen voorkomende 11

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis biotopen en het merendeel van deze soorten is zeldzaam en niet in het plangebied te verwachten. Omdat er geen oppervlaktewater binnen het plangebied aanwezig is, was onderzoek naar de aanwezigheid van beschermde vissoorten overbodig. 12

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 5. Resultaten Vleermuizen Het gemeentehuis kan jaarrond door vleermuizen gebruikt worden als verblijfplaats. Het gebouw beschikt namelijk over spouwgaten, kieren, holtes en andere geschikte elementen waar vleermuizen in en achter kunnen wegkruipen. Daarnaast is een boom met holtes aan-getroffen die gebruikt kan worden als verblijfplaats (foto 2). Deze boom maakt deel uit van de rij bomen tussen het gemeentehuis en het sportveld (figuur 4). Foto 2: Boom met holtes die geschikt zijn als verblijfplaats voor vleermuizen Het is mogelijk dat het plangebied, met name het sportveld en de begroeide randen, door vleermuizen gebruikt wordt als foerageergebied. Ook kunnen de rijen bomen aan de randen van het plangebied onderdeel uitmaken van vliegroutes. Vaatplanten Tijdens de inventarisatie zijn aan de rand van het plangebied drie exemplaren van de beschermde vaatplant Brede wespenorchis (Epipactis helleborine) aangetroffen (figuur 5). Deze plantensoort wordt vermeld in tabel 1 van de Flora- en faunawet. Ook zijn exemplaren van de Gevlekte aronskelk (Arum maculatum) en de Italiaanse aronskelk (Arum italium) waargenomen (foto 3) en zijn enkele exemplaren van het Sneeuwklokje (Galanthus nivalis) aangetroffen. Beide soorten behoren tot de stinzenflora, komen algemeen voor en zijn niet beschermd. 13

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Figuur 4: Locatie van de boom met geschikte holtes voor vleermuizen Figuur 5: Locatie van de Brede wespenorchissen 14

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Foto 3: Italiaanse aronskelk Andere beschermde vaatplanten dan de Brede wespenorchis zijn niet binnen het plangebied aangetroffen. Vogels met een vaste verblijfplaats Jaarrond beschermde nesten zijn niet binnen het plangebied aangetroffen. Het gemeentehuis is niet geschikt als verblijfplaats voor de Huismus (Passer domesticus) en de Gierzwaluw (Apus apus). Wel kunnen algemeen voorkomende broedvogels waarvan het nest niet jaarrond beschermd is, gebruikmaken van de bomen en het struikgewas om in te broeden. Tijdens het veldbezoek zijn een aantal van deze soorten daadwerkelijk waargenomen. Het gaat hier om de Merel (Turdus merula), de Koolmees (Parus major), de Houtduif (Columba palumbus), de Heggenmus (Prunella modularis), de Kauw (Corvus monedula), de Gaai (Garrulus glandarius) en de Winterkoning (Troglodytes troglodytes). 15

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 16

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis 6. Effecten, verplichtingen en aanbevelingen Vleermuizen Omdat de uitbreiding mogelijk aan het huidige gebouw gerealiseerd wordt en de boom met holtes gekapt wordt, dient een aanvullend vleermuisonderzoek plaats te vinden. Als gevolg van de werkzaamheden kunnen vaste rust- en verblijfplaatsen namelijk verstoord en/of vernietigd worden. Met behulp van het aanvullende onderzoek kan de aanwezigheid van verblijfplaatsen van vleermuizen uitgesloten dan wel vastgesteld worden en wordt duidelijk of het noodzakelijk en mogelijk is om mitigerende maatregelen te nemen. Door middel van het (tijdig) uitvoeren van zulke maatregelen kan voorkomen worden dat in strijd met de Flora- en faunawet gehandeld wordt en is het aanvragen van een ontheffing vaak niet noodzakelijk. Het aanvullende vleermuisonderzoek zal uitgevoerd worden volgens het vleermuisprotocol*. Voor dit onderzoek zullen vier tot vijf (afhankelijk van het soortenspectrum) vleermuisinventarisaties nodig zijn om de exacte functie van de bebouwing voor vleermuizen te kunnen beoordelen. Omdat de inventarisaties verspreid over het jaar uitgevoerd worden (in de periode maart tot en met oktober), zullen de werkzaamheden uitgesteld moeten worden totdat het aanvullende vleermuisonderzoek afgerond is. Om vertraging van het project tegen te gaan en de kosten voor een aanvullend onderzoek te voorkomen, is het mogelijk om een aantal maatregelen te nemen ten aanzien van vleermuizen. In de door het ministerie goedgekeurde Gedragscode ruimtelijke ontwikkeling en inrichting van de Gemeente Dordrecht en de Gemeente Zwijndrecht wordt namelijk gesteld dat het niet nodig is een ontheffing aan te vragen voor het kappen van bomen met verblijfplaatsen of voor verschillende werkzaamheden aan gebouwen wanneer blijkt dat de functionele leefomgeving behouden blijft. Dit is het geval wanneer er voldoende alternatieven voor de vleermuizen voorhanden zijn of kunnen en zullen worden aangeboden (Bureau Waardenburg, 2010). Om vernietiging van eventueel aanwezige verblijfplaatsen te voorkomen kunnen vleermuiskasten opgehangen worden in een aantal bomen die behouden blijven, zodat voldoende alternatieve verblijfplaatsen aangeboden worden. Deze kasten dienen voorafgaand aan het kappen van de boom opgehangen te worden, zodat eventueel aanwezige vleermuizen de kans krijgen om te verhuizen. Daarnaast kan verstoring en/of vernietiging van verblijfplaatsen voorkomen worden door de uitbreiding los van het huidige gebouw te realiseren. * Sinds mei 2009 is het Vleermuisprotocol vastgesteld. Dit is opgesteld door het Netwerk Groene Bureaus en de Zoogdiervereniging VZZ in overleg met de Dienst Landelijk Gebied (DLG) en de Gegevensautoriteit Natuur (GaN). Het protocol dient als leidraad voor het bepalen hoe en hoe vaak geïnventariseerd moet worden om te voldoen aan de Flora- en faunawet. Gevolg hiervan voor offertes van het NWC is dat in veel gevallen intensiever vleermuisonderzoek voorgesteld wordt. 17

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis De nieuwe bebouwing dient dan wel op voldoende afstand van het huidige gebouw gebouwd te worden zodat eventueel aanwezige vleermuizen ook na de uitbreiding nog gebruik kunnen maken van het gemeentehuis als verblijfplaats. Toch blijft ook hier de kans bestaan dat eventueel aanwezige verblijfplaatsen verstoord en/of vernietigd worden en de Flora- en faunawet overtreden wordt, omdat de looptunnel alsnog aan het gebouw bevestigd moet worden. Alleen met behulp van een aanvullend vleermuisonderzoek kan met zekerheid bepaald worden of de Flora- en faunawet overtreden ten aanzien van vleermuizen zal worden als gevolg van de voorgenomen plannen. Als gevolg van de voorgenomen plannen gaat nauwelijks foerageergebied verloren en in de omgeving is voldoende alternatief foerageergebied aanwezig. Na de realisatie van de voorgenomen plannen zullen ook voldoende vliegroutes beschikbaar blijven. Om deze redenen zullen de voorgenomen plannen wat betreft vliegroutes en foerageergebied van vleermuizen geen nadelige effecten met zich meebrengen. Vogels met een vaste verblijfplaats Er zal geen overtreding van de Flora- en faunawet plaatsvinden ten aanzien van vogels met een vaste verblijfplaats. Het aanvragen van een ontheffing voor deze soortgroep is daarom niet nodig. Omdat ook vogelsoorten waarvan het nest niet jaarrond beschermd is, gebruikmaken van het plangebied als broedlocatie dient rekening gehouden te worden met het broedseizoen. Tijdens het broedseizoen (globaal van 15 maart tot en met 15 juli), maar ook daarbuiten, mogen broedende vogels, hun nesten of jongen namelijk niet verstoord worden. Aanbevolen wordt om activiteiten zoals bomenkap, rooien van struiken en de bouw van gebouwen niet in deze periode uit te voeren. Indien dit niet mogelijk is, dient onderzoek door een deskundige uit te wijzen dat op het moment van de activiteit geen sprake is van broedgevallen. Vaatplanten Omdat de groeiplaats van de Brede wespenorchis zich net buiten het bouwvlak bevindt en de begroeiing aan de randen van het plangebied behouden blijft, zullen geen nadelige effecten voor deze beschermde plant optreden. Bovendien wordt de Brede wespenorchis vermeld in tabel 1 van de Flora- en faunawet, waardoor voor deze soort een vrijstelling geldt en geen maatregelen genomen hoeven te worden. Wel dient de zorgplicht in acht genomen te worden. Dit houdt in dat de groeiplaatsen van de Brede wespenorchis tijdens de werkzaamheden, redelijkerwijs, zoveel mogelijk ontzien dienen te worden. Dit kan bijvoorbeeld door de groeiplaatsen aan te duiden met behulp van lint zodat ze zichtbaar zijn en voorkomen wordt dat zware machines de groeiplaatsen kapot rijden of dat op die plaatsen materiaal wordt opgeslagen. 18

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Overig Tenslotte geldt voor alle plant- en diersoorten (ook de onbeschermde) de zorgplicht die in artikel 2 van de Flora- en faunawet voorgeschreven wordt. Deze houdt in dat mogelijke nadelige gevolgen voor planten en dieren zoveel mogelijk vermeden moeten worden (voor zover redelijk). Dit kan bijvoorbeeld door een Egel die zich op het werkterrein bevindt te verplaatsen voordat gestart wordt met bepaalde werkzaamheden. Hiervoor is eerst een inspectie van het werkterrein nodig. 19

Flora- en faunaonderzoek op het terrein van het gemeentehuis te Middelharnis Referenties Bureau Waardenburg, 2010 Gedragscode ruimtelijke ontwikkeling en Van der Valk, M.; G. inrichting van de Gemeente Dordrecht en de Hoefsloot en M. Kroese, Gemeente Zwijndrecht Soons, P.J.A.; Huber, M. en D. van der Meijden, 1999-nu, Flora- en Faunawet bewerking en toelichting. Koninklijke Vermande, Den Haag 20

Bijlage 1: Tabellen soorten Flora- en faunawet Tabel 1: Algemene soorten Voor deze soorten geldt een vrijstelling. Er hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden, maar wel moet de zorgplicht worden nagekomen. Zoogdieren Aardmuis Bosmuis Bunzing Dwergmuis Dwergspitsmuis Egel Gewone bosspitsmuis Haas Hermelijn Huisspitsmuis Konijn Ondergrondse woelmuis Ree Rosse woelmuis Tweekleurige bosspitsmuis Veldmuis Vos Wezel Woelrat Microtus agrestis Apodemus sylvaticus Mustela putorius Micromys minutus Sorex minutus Erinaceus europaeus Sorex araneus Lepus europaeus Mustela erminea Crocidura russula Oryctolagus cuniculus Microtus subterraneus Capreolus capreolus Clethrionomys glareolus Sorex coronatus Microtus arvalis Vulpes vulpes Mustela nivalis Arvicola terrestris Reptielen en amfibieën Bruine kikker Gewone pad Kleine watersalamander Meerkikker Middelste groene kikker Rana temporaria Bufo bufo Lissotriton vulgaris Pelophylax ridibundus Pelophylax klepton esculentus Mieren Behaarde bosmier Kale bosmier Stronkmier Zwartrugbosmier Formica rufa Formica polyctena Formica truncorum Formica pratensis

Vervolg tabel 1: Algemene soorten Slakken Wijngaardslak Helix pomatia Vaatplanten Aardaker Akkerklokje Brede wespenorchis Breed klokje Gewone dotterbloem Gewone vogelmelk Grasklokje Grote kaardenbol Kleine maagdenpalm Knikkende vogelmelk Koningsvaren Slanke sleutelbloem Zwanenbloem Lathyrus tuberosus Campanula rapunculoides Epipactis helleborine Campanula latifolia Caltha palustris ssp. palustris Ornithogalum umbellatum Campanula rotundifolia Dipsacus fullonum Vinca minor Ornithogalum nutans Osmunda regalis Primula elatior Butomus umbellatus

Tabel 2: Overige soorten Als een goedgekeurde gedragscode van toepassing is op de activiteiten geldt een vrijstelling. Er hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden, maar de activiteiten moeten aantoonbaar worden uitgevoerd zoals in de gedragscode staat. Tevens geldt de zorgplicht. Als niet gewerkt kan worden volgens een goedgekeurde gedragscode, maar wel maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats te garanderen, hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden. Om zeker te weten of de mitigerende maatregelen voldoende zijn en er inderdaad geen ontheffing nodig is, kan een ontheffing aangevraagd worden om de maatregelen (goed) te laten keuren. Als niet gewerkt kan worden volgens een goedgekeurde gedragscode en geen maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of rust- en verblijfplaats te garanderen, dient een ontheffing aangevraagd te worden. De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten: In welke mate wordt de functionaliteit van de vaste voortplantings-, rust- en/of verblijfplaats aangetast door de activiteiten? Komt de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar? Zoogdieren Damhert Edelhert Eekhoorn Grijze zeehond Grote bosmuis Steenmarter Wild zwijn Cervus dama Cervus elaphus Sciurus vulgaris Halichoerus grypus Apodemus flavicollis Martes foina Sus scrofa Reptielen en amfibieën Alpenwatersalamander Levendbarende hagedis Mesotriton alpestris Zootoca vivipara Dagvlinders Moerasparelmoervlinder Vals heideblauwtje Euphydryas aurinia Lycaeides idas Vissen Kleine modderkruiper Meerval Rivierdonderpad Cobitis taenia Silurus glanis Cottus perifretum

Vervolg tabel 2: Overige soorten Vaatplanten Aangebrande orchis Aapjesorchis Beenbreek Bergklokje Bergnachtorchis Bijenorchis Blaasvaren Blauwe zeedistel Bleek bosvogeltje Bokkenorchis Brede orchis Bruinrode wespenorchis Daslook Dennenorchis Duitse gentiaan Franjegentiaan Geelgroene wespenorchis Gele helmbloem Gevlekte orchis Groene nachtorchis Groensteel Grote keverorchis Grote muggenorchis Gulden sleutelbloem Harlekijn Herfstschroeforchis Herfsttijloos Hondskruid Honingorchis Jeneverbes Klein glaskruid Kleine keverorchis Kleine zonnedauw Klokjesgentiaan Kluwenklokje Koraalwortel Kruisbladgentiaan Lange ereprijs Lange zonnedauw Mannetjesorchis Neotinea ustulata Orchis simia Narthecium ossifragum Campanula rhomboidalis Platanthera chlorantha Ophrys apifera Cystopteris fragilis Eryngium maritimum Cephalantera damasonium Himantoglossum hircinum Dactylorhiza majalis majalis Epipactis atrorubens Allium ursinum Goodyera repens Gentianella germanica Gentianopsis ciliata Epipactis muelleri Pseudofumaria lutea Dactylorhiza maculata Dactylorhiza viridis Asplenium viride Neottia ovata Gymnadenia conopsea Primula veris Anacamptis morio Spiranthes spiralis Colchicum autumnale Anacamptis pyramidalis Herminium monorchis Juniperus communis Parietaria judaica Neottia cordata Drosera intermedia Gentiana pneumonanthe Campanula glomerata Corallorrhiza trifida Gentiana cruciata Veronica longifola Drosera anglica Orchis mascula

Vervolg tabel 2: Overige soorten Maretak Moeraswespenorchis Muurbloem Parnassia Pijlscheefkelk Poppenorchis Prachtklokje Purperorchis Rapunzelklokje Rechte driehoeksvaren Rietorchis Ronde zonnedauw Rood bosvogeltje Ruig klokje Schubvaren Slanke gentiaan Soldaatje Spaanse ruiter Spindotterbloem Steenanjer Steenbreekvaren Stengelloze sleutelbloem Stengelomvattend havikskruid Stijf hardgras Tongvaren Valkruid Veenmosorchis Veldgentiaan Veldsalie Vleeskleurige orchis Vliegenorchis Vogelnestje Voorjaarsadonis Wantsenorchis Waterdrieblad Weideklokje Welriekende nachtorchis Wilde gagel Wilde kievitsbloem Wilde marjolein Wit bosvogeltje Witte muggenorchis Viscum album Epipactis palustris Erysimum cheiri Parnassia palustris Arabis hirsuta sagittata Orchis anthropophora Campanula persicifolia Orchis purpurea Campanula rapunculus Gymnocarpium robertianum Dactylorhiza majalis praetermissa Drosera rotundifolia Cephalanthera rubra Campanula trachelium Asplenium ceterach Gentianella amarella Orchis militaris Cirsium dissectum Caltha palustris araneosa Dianthus deltoides Asplenium trichomanes Primula vulgaris Hieracium amplexicaule Catapodium rigidum Asplenium scolopendrium Arnica montana Hammarbya paludosa Gentianella campestris Salvia pratensis Dactylorhiza incarnata Ophrys insectifera Neottia nidus-avis Adonis vernalis Anacamptis coriophora Menyanthes trifoliata Campanula patula Platanthera bifolia Myrica gale Fritillaria meleagris Origanum vulgare Cephalanthera longifolia Pseudorchis albida

Vervolg tabel 2: Overige soorten Zinkviooltje Zomerklokje Zwartsteel Viola lutea calaminaria Leucojum aestivum Asplenium adiantum-nigrum Kevers Vliegend hert Lucanus cervus Kreeftachtigen Rivierkreeft Astacus astacus

Soorten van Tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/ bijlage IV HRL Als maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats te garanderen, hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden. Om zeker te weten of de mitigerende maatregelen voldoende zijn en er inderdaad geen ontheffing nodig is, kan een ontheffing aangevraagd worden om de maatregelen (goed) te laten keuren. Als geen maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantingsen/of rust- en verblijfplaats te garanderen, dient een ontheffing aangevraagd te worden op grond van een wettelijk belang uit artikel 2 van het Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten (soorten bijlage 1 AMvB) of uit de Habitatrichtlijn (soorten bijlage IV HRL). Deze belangen zijn: Bescherming van flora en fauna (b) Volksgezondheid of openbare veiligheid (d) Dwingende reden van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en voor het milieu wezenlijk gunstige effecten (e) En alléén voor soorten van bijlage 1 AMvB: Uitvoering werkzaamheden in het kader van ruimtelijke inrichting of ontwikkeling (j) De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten: In welke mate wordt de functionaliteit van de vaste voortplantings-, rust- en/of verblijfplaats aangetast door de activiteiten? Is er een wettelijk belang (belang b, d, e of j)? Is er een bevredigende oplossing? Komt de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar? Soorten bijlage 1 AMvB: Zoogdieren Boommarter Das Eikelmuis Gewone zeehond Veldspitsmuis Waterspitsmuis Martes martes Meles meles Eliomys quercinus Phoca vitulina Crocidura leucodon Neomys fodiens Reptielen en amfibieën Adder Hazelworm Ringslang Vinpootsalamander Vuursalamander Vipera berus Anguis fragilis Natrix natrix Lissotriton helveticus Salamandra salamandra

Vervolg tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/ bijlage IV HRL Vervolg soorten bijlage 1 AMvB: Vissen Beekprik Bittervoorn Elrits Gestippelde alver Grote modderkruiper Rivierprik Lampetra planeri Rhodeus amarus Phoxinus phoxinus Alburnoides bipunctatus Misgurnus fossilis Lampetra fluviatilis Dagvlinders Bruin dikkopje Dwergblauwtje Dwergdikkopje Groot geaderd witje Grote ijsvogelvlinder Heideblauwtje Iepenpage Kalkgraslanddikkopje Keizersmantel Klaverblauwtje Purperstreepparelmoervlinder Rode vuurvlinder Rouwmantel Tweekleurig hooibeestje Veenbesparelmoervlinder Veenhooibeestje Veldparelmoervlinder Woudparelmoervlinder Zilvervlek Erynnis tages Cupido minimus Thymelicus acteon Aporia crataegi Limenitis populi Plebeius argus Satyrium w-album Spialia sertorius Argynnis paphia Polyommatus semiargus Brenthis ino Lycaena hippothoe Nymphalis antiopa Coenonympha arcania Euphydryas aurinia Coenonympha tullia Melitaea cinxia Melitaea diamina Bolaria euphrosyne Vaatplanten Groot zeegras Zostera marina Soorten bijlage IV HRL: Zoogdieren Bechsteins vleermuis Bever Bosvleermuis Brandts vleermuis Bruinvis Myotis bechsteinii Castor fiber Nyctalus leisleri Myotis brandtii Phocoena phocoena

Vervolg tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/ bijlage IV HRL Vervolg soorten bijlage IV HRL: Franjestaart Gewone baardvleermuis Gewone dolfijn Gewone dwergvleermuis Gewone grootoorvleermuis Grijze grootoorvleermuis Grote hoefijzerneus Hamster Hazelmuis Ingekorven vleermuis Kleine dwergvleermuis Kleine hoefijzerneus Laatvlieger Lynx Meervleermuis Mopsvleermuis Noordse woelmuis Otter Rosse vleermuis Ruige (Nathusius ) dwergvleermuis Tuimelaar Tweekleurige vleermuis Vale vleermuis Watervleermuis Wilde kat Witflankdolfijn Witsnuitdolfijn Myotis nattereri Myotis mystacinus Delphinus delphis Pipistrellus pipistrellus Plecotus auritus Plecotus austriacus Rhinolophus ferrumequinum Cricetus cricetus Muscardinus avellanarius Myotis emarginatus Pipistrellus pygmaeus Rhinolophus hipposideros Eptesicus serotinus Lynx lynx spp. lynx Myotis dasycneme Barbastella barbastellus Microtus oeconomus Lutra lutra Nyctalus noctula Pipistrellus nathusii Tursiops truncatus Vespertilio murinus Myotis myotis Myotis daubentonii Felis silvestris Lagenorhynchus acutus Lagenorhynchus albirostris Reptielen en amfibieën Boomkikker Geelbuikvuurpad Gladde slang Heikikker Kamsalamander Knoflookpad Muurhagedis Poelkikker Rugstreeppad Vroedmeesterpad Zandhagedis Hyla arborea Bombina variegate Coronella austriaca Rana arvalis Triturus cristatus Pelobates fuscus Podarcis muralis Pelophylax lessonae Epidalea calamita Alytes obstetricans Lacerta agilis

Vervolg tabel 3: Soorten bijlage 1 AMvB/ bijlage IV HRL Vervolg soorten bijlage IV HRL: Dagvlinders Donker pimpernelblauwtje Grote vuurvlinder Pimpernelblauwtje Tijmblauwtje Zilverstreephooibeestje Maculinea nausithous Lycaena dispar Maculinea teleius Maculinea arion Coenonympha hero Libellen Bronslibel Gaffellibel Gevlekte witsnuitlibel Groene glazenmaker Noordse winterjuffer Oostelijke witsnuitlibel Rivierrombout Sierlijke witsnuitlibel Oxygastra curtusii Ophiogomphus cecilia Leucorrhinia pectoralis Aeshna viridis Sympecma paedisca Leucorrhinia albifrons Gomphus flavipes Leucorrhinia caudalis Vissen Houting Steur Coregonus maraena Acipenser sturio Vaatplanten Drijvende waterweegbree Groenknolorchis Kruipend moerasscherm Zomerschroeforchis Luronium natans Liparis loeselii Apium repens Spiranthes aestivalis Kevers Brede geelrandwaterroofkever Gestreepte waterroofkever Heldenbok Juchtleerkever Dytiscus latissimus Graphoderus bilineatus Cerambyx cerdo Osmoderma eremita Tweekleppigen Bataafse stroommossel Platte schijfhoren Unio crassus Anisus vorticulus

Bijlage 2: Vogels, ruimtelijke ingrepen en de Flora- en faunawet Als maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats te garanderen, hoeft geen ontheffing van de Flora- en faunawet aangevraagd te worden. Om zeker te weten of de mitigerende maatregelen voldoende zijn en er inderdaad geen ontheffing nodig is, kan een ontheffing aangevraagd worden om de maatregelen (goed) te laten keuren. Als geen maatregelen genomen kunnen worden om de functionaliteit van de voortplantingsen/of rust- en verblijfplaats te garanderen, dient een ontheffing aangevraagd te worden op grond van een wettelijk belang uit de Vogelrichtlijn. Deze belangen zijn: Bescherming van flora en fauna (b) Veiligheid van het luchtverkeer (c) Volksgezondheid of openbare veiligheid (d) De aanvraag wordt beoordeeld op de volgende punten: In welke mate wordt de functionaliteit van de vaste voortplantings-, rust- en/of verblijfplaats aangetast door de activiteiten? Is er een wettelijk belang (belang b, c en d)? Is er een bevredigende oplossing? Komt de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar? Bescherming van vogelnesten Artikel 11 van de Flora- en faunawet luidt: Het is verboden nesten, holen of andere voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van dieren, behorende tot een beschermde inheemse diersoort, te beschadigen, te vernielen, uit te halen, weg te nemen of te verstoren. Tijdens de werkzaamheden moet rekening gehouden worden met het broedseizoen van vogels. De Flora- en faunawet kent geen standaardperiode voor het broedseizoen. Het gaat er om of er sprake is van een broedgeval. De meeste vogels maken elk broedseizoen een nieuw nest of zijn in staat om een nieuw nest te maken. Deze vogelnesten voor eenmalig gebruik vallen alleen tijdens het broedseizoen (grofweg half maart-half juli) onder de bescherming van artikel 11 van de Flora- en faunawet. Voor deze soorten is geen ontheffing nodig voor werkzaamheden buiten het broedseizoen en ook niet als maatregelen worden getroffen die voorkomen dat deze soorten zich op de bouwplaats vestigen tijdens het broedseizoen. Een (beperkt) aantal soorten bewoont het nest echter permanent of keert elk jaar terug naar hetzelfde nest. Verblijfplaatsen van deze vogelsoorten zijn jaarrond beschermd: Nesten die het hele jaar door zijn beschermd Voor de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Flora- en faunawet het gehele seizoen: 1. Nesten die, behalve gedurende het broedseizoen als nest, buiten het broedseizoen in gebruik zijn als vaste rust- en verblijfplaats (voorbeeld: Steenuil).

2. Nesten van koloniebroeders die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk zijn van bebouwing of biotoop. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld: Roek, Gierzwaluw en Huismus). 3. Nesten van vogels, zijnde geen koloniebroeders, die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing. De (fysieke) voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld: Ooievaar, Kerkuil en Slechtvalk). 4. Vogels die jaar in jaar uit gebruik maken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwelijks in staat zijn een nest te bouwen (voorbeeld: Boomvalk, Buizerd en Ransuil). Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermd 5. Nesten van vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het jaar daarvoor hebben gebroed of de directe omgeving daarvan, maar die wel over voldoende flexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders te vestigen. Categorie 5- soorten vragen extra onderzoek, ook al zijn hun nesten niet jaarrond beschermd; deze soorten zijn namelijk wel jaarrond beschermd als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen. Aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten die momenteel door het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (EL&I) wordt gehanteerd: Nesten van de volgende soorten zijn jaarrond beschermd indien ze nog in functie zijn: Boomvalk Buizerd Gierzwaluw Grote gele kwikstaart Havik Huismus Kerkuil Oehoe Ooievaar Ransuil Roek Slechtvalk Sperwer Steenuil Wespendief Zwarte wouw Falco subbuteo Buteo buteo Apus apus Motacilla cinerea Accipiter gentilis Passer domesticus Tyto alba Bubo bubo Ciconia ciconia Asio otus Corvus frugilegus Falco peregrinus Accipiter nisus Athene noctua Pernis apivorus Milvus migrans

Nesten van de volgende soorten zijn niet jaarrond beschermd (categorie 5), maar hiervan is inventarisatie wel gewenst: Blauwe reiger Boerenzwaluw Bonte vliegenvanger Boomklever Boomkruiper Bosuil Brilduiker Draaihals Eider Ekster Gekraagde roodstaart Glanskop Grauwe vliegenvanger Groene specht Grote bonte specht Hop Huiszwaluw IJsvogel Kleine bonte specht Kleine vliegenvanger Koolmees Kortsnavelboomkruiper Oeverzwaluw Pimpelmees Raaf Ruigpootuil Spreeuw Tapuit Torenvalk Zeearend Zwarte kraai Zwarte mees Zwarte roodstaart Zwarte specht Ardea cinerea Hirundo rustica Ficedula hypoleuca Sitta europaea Certhia brachydactyla Strix aluco Bucephala clangula Jynx torquilla Somateria mollissima Pica pica Phoenicurus phoenicurus Parus palustris Muscicapa striata Picus viridis Dendrocopos major Upupa epops Delichon urbica Alcedo atthis Dendrocopos minor Ficedula parva Parus major Certhia familiaris macrodactyla Riparia riparia Parus caeruleus Corvus corax Aegolius funereus Sturnus vulgaris Oenanthe oenanthe Falco tinnunculus Haliaeëtus albicilla Corvus corone Parus ater Phoenicurus ochruros Dryocopus martius