Datum 10 januari 2015 Betreft Beantwoording vragen over de energierekening huishoudens cf. de NEV 2014



Vergelijkbare documenten
De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 18 december 2017 Betreft Energierekening huishoudens

Datum 19 december 2013 Betreft Beantwoording vragen Vastrecht bij productie- en leveranciersbedrijven van energie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Datum 13 juli 2015 Betreft Beantwoording vragen en commissieverzoek over productiewaterinjectie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Datum 23 april 2014 Betreft reactie op analyse nut en noodzaak windenergie van de heer Lukkes

Datum 17 januari 2014 Betreft Beantwoording vragen over het opstellen van nota's en meterstanden voor energie en water

1 Heeft u kennisgenomen van het artikel De problematiek van blokverwarming; invoering per 1 januari 2014? 1

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 23 december 2016 Betreft Voortgangsrapportage Energieakkoord 2016 en uitvoering Urgendavonnis

Datum 24 oktober 2017 Betreft Beantwoording vragen over het bericht dat de energierekening volgend jaar verder stijgt

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 4 juli 2017 Betreft Tweede openstelling SDE+ 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

c.c. het Ministerie van EZ t.a.v. dhr. P. Silvertant

1 Kunt u zich de antwoorden herinneren van eerdere vragen over de import van groen gas? 1

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 1 juni 2011

Datum 12 september 2014 Betreft Beantwoording van vragen inzake de precaire situatie wat betreft de energievoorziening in België

Wijziging van de Wet opslag duurzame energie (in verband met de vaststelling van tarieven voor 2018)

Beantwoording vragen bericht OPTA waarschuwt ondernemers voor ongewilde telefonie overstap

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 3 januari 2017 Betreft Evaluatie salderingsregeling

2 Is het waar dat de effectieve capaciteit van wind door inpassingseffecten niet 23% maar minder dan 8% is?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Directoraat-generaal Klimaat en Energie Bezoekadres Postadres Overheidsidentificatienr Ons kenmerk Salderen tot 2023, daarna geleidelijk afbouwen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum Stand van zaken hernieuwbare energieproductie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage. Datum Betreft Nationale Energieverkenning 2015

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 22 november 2010

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Betreft Beantwoording vragen van het lid Spies (CDA) over energieprijzen en - contractsvoorwaarden voor consumenten

2 Hoe groot is de subsidie uit Nederland geworden dat nodig was om de tariefstijging van energie op Bonaire te beperken?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 10 december 2012 Betreft Openstelling SDE+2013

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Tweede Kamer der Staten-Generaal

En die aandeelhouder dat bent u.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tarieven Groene Stroom Vast 1 Jaar

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage. Datum 25 januari 2013 Betreft Gaswinning Groningen-veld

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 6 september 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

2 Klopt het dat het verbod op het couperen van paardenstaarten massaal ontdoken wordt door de leden van de Koninklijke Vereniging?

Datum 1 februari 2016 Betreft Beantwoording vragen over bij- en meestook van duurzame biomassa in kolencentrales

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 9 januari 2014 Betreft Beantwoording vragen inzake faillissement aluminiumproducent Aldel

Nationale Energieverkenning 2014

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Tarieven Groene Stroom Variabel

Datum 03 juli 2014 Betreft Beantwoording vragen over regeldruk in de kappersbranche en andere bedrijven in de ambachtseconomie

ADEM Groene Stroom Variabel

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Datum 4 december 2015 Betreft Beantwoording van vragen over misstanden in de nertsenhouderij en massale uitbreidingen door nertsenhouders

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 9 oktober 2015 Betreft Resultaten 2014 Meerjarenafspraken Energie-efficiëntie MJA3 en MEE

Datum 26 januari 2017 Betreft Beantwoording vragen over de plannen van NAM om de put Vries-10 in Assen op te starten

1 Bent u bekend met de uitzending van Radar van 9 oktober 2017 over klachten over de slimme meter? 1

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Vragen van 17 december 2013; 2013Z24905

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

De antwoorden op de vragen van het lid Gesthuizen (SP) (nummer 2012Z15772, ingezonden 11 september 2012).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ministerie van Economische Zaken. De President van de Algemene Rekenkamer Mevrouw drs. Saskia J. Stuiveling Postbus EA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) Beantwoording vragen lid Duyvendak (GroenLinks) over SDE zonnestroom

Energiekosten van een huishouden in Nederland

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 13 februari 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Financiële baten van windenergie

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde ) [ /kwh]

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen die zijn gesteld door het lid Leegte (VVD) over de prijs van windenergie, onder het kenmerk 2013Z20814.

De Voorzitter van de Tweede Kamer de Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 17 juli 2017 Betreft Monitor betaaltermijnen overheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Datum 4 april 2017 Betreft Beantwoording vragen over het faillissement van het Zeeuwse bedrijf Thermphos

Vlaams Energieagentschap. Rapport 2013/2. Deel 2: actualisatie OT/Bf voor projecten met een startdatum voor 1 januari 2014

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Transcriptie:

>Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA 's-gravenhage Directoraat-generaal Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres Postbus 16180 2500 BD Den Haag Datum 10 januari 2015 Betreft Beantwoording vragen over de energierekening huishoudens cf. de NEV 2014 Overheidsidentificatienr 00000001003214369000 T 070 379 8911 (algemeen) www.rijksoverheid.nl/ez Geachte Voorzitter, Hierbij stuur ik uw Kamer de antwoorden op vragen van het lid Klever (PVV) over het bericht De Nationale Energie Verkenning 2014 van PBL en ECN (ingezonden op 24 november 2014, kenmerk 2014Z21449). 1 Ons kenmerk Uw kenmerk 2014Z21449 Ter inleiding merk ik het volgende op. Naar aanleiding van deze vragen ben ik in overleg getreden met de opstellers van de Nationale Energieverkenning (NEV). Daaruit is mij gebleken dat de informatie in de NEV over de ontwikkeling van de energierekening niet correct is. De vaste kosten van de levering van elektriciteit blijven stabiel op het niveau van 2014, terwijl in de NEV een daling van deze kosten werd weergegeven. Daarnaast zijn in een tabel de lasten die optreden als gevolg van de opslag voor duurzame energie te laag weergegeven. Dit leidt er toe dat de energierekening voor een gemiddeld huishouden in 2020 ten opzichte van 2014 per saldo niet daalt met 66 maar met 46. ECN heeft op 10 december jl. op haar internetsite een gecorrigeerde tabel gepubliceerd inclusief een uitgebreide toelichting daarop. (https://www.ecn.nl/fileadmin/ecn/units/bs/energieverkenning/2014/corrigendum -berekening-nev.pdf) Bij het thans geschetste beeld gaan ECN en PBL er van uit dat in 2020 een aandeel van 12,4% hernieuwbare energie wordt gerealiseerd. Dit beeld is consistent met de analyse van de opstellers van de NEV, omdat men aangeeft dat het doel voor hernieuwbare energie in 2020 nog niet gerealiseerd zal worden. Zoals ik in eerdere debatten in uw Kamer heb aangegeven, ga ik er echter van uit dat de doelstelling van 14% hernieuwbare energie n 2020 wel degelijk gehaald wordt. Wanneer bij de berekeningen van de energierekening rekening gehouden wordt met een aandeel van 14% hernieuwbare energie is niet langer sprake van een daling van de gemiddelde energierekening met 46, maar treedt een geringe toename van de rekening op van circa 20 in 2020 ten opzichte van 2014. Voor 1 Voor de goede orde merk ik op dat het lid Klever eerder vragen heeft gesteld over democratische controle op de kosten van het Energieakkoord (ingezonden op 18 juni jl.), welke ik heb beantwoord per brief van 8 juli 2014. Op 25 juni jl. heeft de vaste commissie voor Economische Zaken gevraagd om mijn reactie op een brief over hetzelfde onderwerp (commissieverzoek kenmerk 2014Z10951/2014D23823). Dit commissieverzoek is beantwoord met de beantwoording van de vragen van het lid Klever op 8 juli jl. Pagina1van5

huishoudens die geen hernieuwbare energie en energiebesparing kunnen of willen toepassen, is de stijging van de energierekening beduidend hoger. Ik betreur de bovenstaande fouten in de NEV zeer, temeer omdat hierdoor ook uw Kamer niet over de juiste informatie kon beschikken. Ik heb de opstellers van de NEV hierop aangesproken en bij hen aangedrongen op het verbeteren van hun interne kwaliteitscontrole, zodat herhaling in de NEV 2015 wordt voorkomen. Dan kom ik nu toe aan de beantwoording van de gestelde vragen. 1 Bent u bekend met het bericht De Nationale Energie Verkenning 2014 van PBL en ECN?. Ja, ik heb kennis genomen van dit artikel (Dagelijkse Standaard, 15 november jl.). 2 Deelt u de kritiek van de schrijver en zo nee, waarom niet? Nee. De auteur van het artikel noemt de Nationale Energieverkenning vermomd staatsdirigisme. De NEV zou de voorraden schaliegas en schalieolie negeren. De auteur vindt de NEV daarom geen serieuze verkenning van een toekomstige energiemix maar ziet de NEV eerder als een politiek correcte analyse. Deze observaties laat ik voor rekening van de auteur. Ik ga in op enkele cijfers die in het artikel worden genoemd. Anders dan de auteur over het aandeel windenergie aanneemt, kan de bijdrage van windenergie in de gehele duurzame energiemix in 2020 4% bedragen en toenemen tot 5,5% in 2023, in plaats van de in het artikel vermelde 3%. In het artikel wordt aangegeven dat de kosten voor hernieuwbare energie oplopen tot 60 miljard. Ik herken dit bedrag niet en verwijs voor een overzicht van de jaarlijkse uitgaven van de SDE+ naar het antwoord op vraag 254 bij de begroting Economische Zaken voor 2014 (Kamerstukken 33750, XIII, nr.6). Tevens kan ik de in het artikel genoemde lastenverzwaring voor huishoudens van 500 per jaar niet plaatsen. In hetzelfde antwoord aan uw Kamer staat de jaarlijkse lastenontwikkeling voor een gemiddeld huishouden. Deze lasten bevinden zich op een beduidend lager niveau dan in het artikel wordt aangenomen. In de Nationale Energieverkenning 2014 is aangegeven dat de gemiddelde energierekening voor een huishouden kan worden verlaagd indien een huishouden een zon-pv installatie installeert of energiebesparende maatregelen treft. 3 In de geüpdatete tabel bij het antwoord op vraag 254 bij de begroting Economische Zaken voor 2014 werd uitgegaan van een totale opslag duurzame Pagina2van5

energie opbrengst van 2,1 miljard euro in 2020, waarbij gerekend is met een rekening van 195 euro (incl. btw) voor een gemiddeld huishouden in 2020; in de Nationale Energie Verkenning (NEV) wordt uitgegaan van 61 euro aan opslag duurzame energie (incl. btw) per huishouden; kunt u preciseren wie de rekening dan gaat betalen of wordt er soms minder opgehaald? Indien dat het geval is, hoeveel minder en kunt u dan een geactualiseerde tabel naar de Kamer sturen? In de NEV is inderdaad een opslag SDE+ inclusief BTW opgenomen van 61. Zoals ik in de inleiding heb aangegeven, hebben de opstellers van de NEV een fout gemaakt bij de berekening van de opslag voor de SDE+. Volgens de laatste inzichten zal de opslag voor de SDE+ in 2020 inclusief BTW 81 bedragen voor huishoudens die hernieuwbare opties en energiebesparing inzetten om de energierekening te verlagen. Zoals ook aangegeven geldt deze gemiddelde energierekening alleen bij het in de NEV geschetste beeld dat het aandeel hernieuwbare energie in 2020 niet 14% zal bedragen maar blijft steken op 12,4%. Alsdan zijn de uitgaven voor de SDE+ ook lager en is de bijdrage van huishoudens navenant geringer. Dit geschetste beeld is intern consistent met de NEV-analyse ten aanzien van het te realiseren aandeel hernieuwbare energie in 2020. Het beeld is echter niet volledig, aangezien het streven gericht is en blijft op het realiseren van 14% hernieuwbare energie in 2020. Daarvoor zijn hogere (reeds geprojecteerde) uitgaven noodzakelijk die ook bij uw Kamer bekend zijn. De gemiddelde opslag voor duurzame energie neemt daardoor toe tot circa 150 inclusief BTW in 2020 (in plaats van 81) voor huishoudens die tot en met 2020 hernieuwbare en energiebesparende opties inzetten. Huishoudens die deze opties niet inzetten, betalen in 2020 circa 175 als bijdrage aan de uitgaven van de SDE+. Deze bijdrage van 175 wijkt af van de eerder genoemde 195 voor een gemiddeld huishouden, doordat ECN en PBL in de NEV van een iets lager gemiddeld energieverbruik in 2020 zijn uitgegaan. Ik heb, conform mijn toezegging tijdens het Wetgevingsoverleg Energie van 17 november jongstleden, aan ECN en PBL verzocht om een uitgebreide analyse van de effecten voor de energierekening voor huishoudens met en zonder zonneinstallaties op het dak of energiebesparingstoepassingen in het huis. Daarbij heb ik ook gevraagd naar een adequate aansluiting op de tabel die bij beantwoording van vraag 254 bij de begroting Economische Zaken voor 2014 naar uw Kamer is verzonden. Deze analyse zal in de NEV 2015 worden opgenomen. 4 In hetzelfde antwoord geeft u aan dat als gevolg van stijgende gas- en elektriciteitsprijzen de verwachte uitgaven zullen dalen; kunt u in dat kader toelichten wat de verwachte stijging is van de benodigde subsidie-uitgaven indien de geschetste ontwikkeling in de NEV uitkomen waarbij er, in tegenstelling tot de eerdere doorrekening van het Energieakkoord, niet wordt uitgegaan van stijgende elektriciteitsprijzen tot aan 2020 conform de beantwoording van vraag 268 maar van een constante elektriciteitsprijs tot aan 2020? Pagina3van5

In het antwoord op vraag 254 is aangegeven dat de uitgaven na 2023 naar verwachting zullen dalen als gevolg van stijgende prijzen voor elektriciteit en gas en daarnaast door het geleidelijk buiten gebruik stellen van projecten. In de NEV wordt tevens ingeschat dat in de periode 2020-2030 sommige opties rendabel kunnen worden zonder SDE+. In de periode 2014-2020 is conform de NEV aanvankelijk sprake van een daling van de elektriciteitsprijs waarna deze vanaf 2016 / 2017 weer toeneemt tot het eerder ingeschatte niveau. Deze korte termijnontwikkeling heeft naar verwachting niet of nauwelijks invloed op de te verrichten uitgaven voor de SDE+ tot en met 2020. 5 Kunt u aangeven waarom er in tabel 4.1 voor de energierekening in 2020 met een lagere opslag duurzame energietarieven wordt gerekend dan u in de beantwoording van vraag 261, te weten 5,31 cent/m3 en 2,63 cent/kwh, aan de Kamer heeft gemeld? Zoals ik in de inleiding en in de beantwoording van vraag 3 heb aangegeven, wordt in de NEV een beeld van een gemiddelde energierekening geschetst dat past bij de aanname dat in 2020 een aandeel van 12,4% hernieuwbare energie resulteert in plaats van 14%. Deze inschatting leidt dientengevolge ook tot lagere uitgaven en vermindert daardoor de bijdrage van huishoudens en bedrijven. 6 Kunt u aangeven waarom er in tabel 4.1 uitgegaan wordt van lagere vaste kosten voor elektriciteit, terwijl deze vanaf 2000 met meer dan 400% zijn gestegen ten opzichte van 2014 en u zelf aangeeft in de Wetgevingsagenda STROOM dat netbeheerders verwachten 70 miljard te moeten investeren in de vervanging en uitbreiding van de huidige netten tot aan 2050? Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar de inleiding. 7 Kunt u aangeven wat een gemiddeld huishouden, bij een op basis van de laatste 10 jaar gemiddeld elektriciteitsverbruik van circa 3500 kwh in 2020, daadwerkelijk betaalt voor zijn energierekening zonder aftrek van eigen opwekking en rekening houdend met de in voorgaande vragen geschetste ontwikkelingen van gestegen netwerkkosten en opslag duurzame energietarieven? Bij een huishoudelijk elektriciteitsverbruik van 3 500 kwh en een aardgasverbruik van 1 600 m 3, waarbij voor beide verbruiken niet wordt uitgegaan van Pagina4van5

energiesparing en hernieuwbare energieopties en na correctie van de hiervoor beschreven omissies, bedraagt de energiejaarrekening in 2020 circa 2.300, waarvan 195 als bijdrage voor de stimulering van hernieuwbare energie. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 3 gaan ECN en PBL uit van een iets lager energieverbruik in 2020, waarmee de energierekening in 2020 circa 2.130 bedraagt, waarvan 175 als bijdrage voor de stimulering van hernieuwbare energie. 8 Kunt u aangeven of er overleg met uw ministerie is geweest over het in tabel 4.1 gehanteerde voorbeeld energierekening en kunt u uitleggen waarom deze zo fors afwijkt van de eerder naar de Kamer gecommuniceerde verwachte prijsontwikkelingen en tariefstijgingen met betrekking tot de opslag duurzame energie en netwerkkosten? Over de gehele NEV is voorafgaand aan publicatie inhoudelijk van gedachten gewisseld. ECN en PBL, de opstellers van de NEV, besluiten echter zelf over de uiteindelijke inhoud en vormgeving van de NEV, inclusief de tabel met een beeld van de gemiddelde energierekening. Ik verwijs verder naar de hiervoor gegeven antwoorden. 9 Kunt u deze vragen beantwoorden voorafgaand aan het debat over het Energieakkoord? Ja. (w.g.) H.G.J. Kamp Minister van Economische Zaken Pagina5van5