De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Vergelijkbare documenten
Datum 17 april 2014 Betreft Kabinetsreactie op drie aangenomen moties over neonicotinoïden en triazolen

Directoraat-generaal Agro Bezoekadres Postadres Factuuradres Overheidsidentificatienr Ons kenmerk Bijlage(n) 1. Toelatingsituatie metam-natrium

Datum 17 juni 2016 Betreft Beantwoording vragen over het bericht "Onkruidverdelger glyfosaat niet kankerverwekkend"

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 13 mei 2016 Betreft Verzoeken omtrent gewasbescherming

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

Internationale ontwikkelingen

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Consultatie melden van nieuwe informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 31 maart 2015 Betreft Beantwoording vragen over private kwaliteitssystemen in varkens- en kalversector

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 22 juni 2017 Betreft Verzoek om een reactie op de uitspraak van het CBb over de positieflijst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

Datum 27 oktober 2016 Betreft Beantwoording vragen over de deelname van vissers aan innovatieve projecten

Datum 23 december 2016 Betreft Voortgangsrapportage Energieakkoord 2016 en uitvoering Urgendavonnis

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

3 Kunt u bevestigen dat Universiteit Maastricht nog geen besluit heeft genomen over dierproeven op labradors in de toekomst?

O 8OKT 2015 Het tentoonstellen van genetisch gemodificeerde organismen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

1 Heeft u kennisgenomen van het bericht Eten voedselbank vaak onvoldoende? 1

O 5 NOV. 20U Gewijzigde tarieven grondkamers

(Voor de EER relevante tekst)

Datum 10 juni 2016 Betreft Nadere informatie over afspraken uit 2005 met Shell en ExxonMobil in relatie tot de gaswinning in Groningen

(Voor de EER relevante tekst)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 juli 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage. Datum 9 juni 2013 Betreft Ingrepen bij pluimvee

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

2 Hoeveel pelsdierhouders hebben binnen deze periode hun bedrijf uitgebreid? Om hoeveel extra dieren gaat het?

Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ONTWERPRESOLUTIE

32627 (Glas)tuinbouw Gewasbeschermingsbeleid. Nr. 19 Brief van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu

Datum 4 april 2017 Betreft Beantwoording vragen over het faillissement van het Zeeuwse bedrijf Thermphos

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4. Datum 6 september Betreft SDE subsidie windenergie op zee

Datum 16 mei 2013 Betreft Beantwoording vragen over overtredingen bij het zaaien van behandelde zaden en plotselinge vogelsterfte in Friesland

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 1 juni Prijstransparantie op de benzinemarkt

Datum 15 mei 2017 Betreft Beantwoording vragen over de informatievoorziening over de gasboring in Heerenveen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Hierbij treft u aan de antwoorden op de vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de monitoring in het kader van Natura 2000 (ingezonden 7 juni 2013).

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 25 maart 2013 Betreft Halfjaarlijks rappel toezeggingen

Datum 3 november 2017 Betreft Beantwoording vragen over verontreiniging door lekkages van NAM in Rossum

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Schriftelijk overleg over het initiatiefwetsvoorstel tot wijziging van de Mededingingswet ter versterking van de positie van leveranciers uit het mkb

1 Hoe kan het dat Frankrijk, Duitsland, Italië en het Verenigd Koninkrijk vrijwel alle gegunde opdrachten nationaal verlenen?

Datum 9 mei 2014 Betreft Geannoteerde agenda voor de Landbouw- en Visserijraad van 19 mei 2014 in Brussel

Datum 02 mei 2013 Betreft Nadere vragen voorhang Besluit houders van dieren inzake onbedwelmde rituele slacht

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s -GRAVENHAGE

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

3 en 4 Het artikel stelt dat bijna alle inzet van LTO [bleek] van tafel geveegd ; herkent u zich hierin? Zo nee, waarom niet?

i/tri\ provincie groningen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

1 Bent op de hoogte van de demonstratie op 14 april jl. in Brussel tegen de verdere liberalisering van de postsector?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 16 december 2013 Betreft Uitwerking Positieflijst

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-1228/

Datum 25 mei 2016 Betreft Beantwoording vragen over het bericht 'Vogelmarkten moeten stoppen'

1 Bent u bekend met het artikel Stem en geweten van de wetenschap van Martijn Katan uit de NRC van 9 maart 2018?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 4 juli 2017 Betreft Tweede openstelling SDE+ 2017

1 Kunt u zich de antwoorden herinneren van eerdere vragen over de import van groen gas? 1

ADVIES. 15 september 2016

1. Wat is uw reactie op het bericht Europese landbouwsubsidies naar kerken en sjoelclubs? 1)

1 Kent u het bericht dat kerncentrale Doel is stilgelegd wegens een mogelijk defect? 1

Datum 18 december 2014 Betreft Aansluiting vergroening GLB en agrarisch natuur- en landschapsbeheer

Hierbij ontvangt u mijn antwoorden op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over het verbod op het aanbinden van koeien.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Datum 22 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen over kuikenbroedmachines als lespakket voor scholen en ter vermaak van particulieren

Europese peer review van het Nationaal Rapport stresstest kerncentrale Borssele

Samenhang tussen het toelatingsbeleid en de KRW

Datum 26 januari 2017 Betreft Beantwoording vragen over de plannen van NAM om de put Vries-10 in Assen op te starten

Datum 30 augustus 2013 Betreft Beantwoording vraag Partij voor de Dieren over octrooi met betrekking tot een peperplant

2 Klopt het dat het verbod op het couperen van paardenstaarten massaal ontdoken wordt door de leden van de Koninklijke Vereniging?

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Onderstaand vindt u de antwoorden op de vragen van de leden Cegerek en Albert de Vries.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage. Datum 04 december 2013 Betreft Handhaving in natuur

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 23 december 2016 Betreft Evaluatie Winkeltijdenwet

Datum 5 juli 2013 Betreft Beantwoording vragen over de toepassing van artikel 6 van de Habitatrichtlijn

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Datum 13 april 2017 Betreft Nieuwe procedure voor afhandeling schades als gevolg van gaswinning uit het Groningenveld

Datum 18 december 2015 Betreft Beantwoording vragen over het bericht 'Krijgt vermeende subsidiefraude in vissector toch een strafrechtelijk staartje'

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Transcriptie:

> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres Postbus 16180 2500 BD Den Haag Datum 30 maart 2015 Betreft Reactie op het actieplan van de Partij voor de Dieren Overheidsidentificatienr 00000001003214369000 T 070 379 8911 (algemeen) www.rijksoverheid.nl/ez Geachte Voorzitter, Mede namens de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu (IenM) geef ik een reactie op het door de Partij voor de Dieren (PvdD) aangeboden Actieplan uitvoering aangenomen moties van 17 december 2014. Ik heb uw Kamer dit toegezegd tijdens het debat van 4 december 2014 (AO gewasbeschermingsmiddelen). Bescherming van mens, dier en milieu is een groot goed en belangrijk uitgangspunt van de Verordening (EG) Nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (Verordening 1107/2009) en tevens in de Nederlandse beleidsnota voor gewasbescherming Gezonde Groei Duurzame Oogst 1. Daarom begroet ik het initiatief van de PvdD. In het PvdD-actieplan worden, na een korte inleiding, aangenomen moties aangehaald, de juridische moeilijkheden besproken en de mogelijkheden voor verboden geschetst, inclusief voorbeelden vanuit andere EU lidstaten. Tenslotte komt de PvdD tot haar conclusie en doet een oproep aan de regering. In het PvdD-actieplan concludeert de PvdD dat de uitvoering van de aangenomen moties mogelijk is (moties Kamerstukken 27858 nr. 125, 151, 155, 222 en 240). Juridisch kader Zoals ik in Kamerbrief 27858, nr. 278 over de procedure rondom ingrijpen in toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen aan uw Kamer heb gemeld, biedt de Verordening 1107/2009 beperkte mogelijkheden om nationaal in te grijpen. Artikel 44 van deze Verordening biedt een lidstaat de mogelijkheid om in te grijpen in een bestaande toelating indien er aanwijzingen bestaan dat niet langer wordt voldaan aan de toelatingscriteria. Hierbij dient eerst uitgebreid hoor- en wederhoor plaats te vinden met de toelatingshouder. Vervolgens is het aan de toelatingshouder om aan te tonen dat zijn middel voldoet aan alle daarvoor gestelde eisen, net zoals hij dit bij de toelatingsaanvraag heeft moeten doen. 1 Nota Gezonde Groei Duurzame Oogst, december 2013, Uitgave Ministerie van Economische Zaken Pagina 1 van 6

In Nederland is het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) de bevoegde instantie voor ingrijpen in toelatingen. Zo kan het Ctgb op grond van artikel 44 besluiten tot herbeoordeling van middelen op basis van een werkzame stof, wanneer er nieuwe wetenschappelijke en technische informatie beschikbaar is gekomen over effecten van die werkzame stof op de gezondheid van mens, dier of het milieu. Tegen de besluiten die het Ctgb vervolgens neemt, staan bezwaar en beroep open. Nationale ingrepen leiden in principe tot een wijziging of intrekking van een toelating, maar het Ctgb kan - als ernstige risico's tot een spoedeisende maatregel dat noodzaken - ook het gebruik tijdelijk verbieden of andere voorlopige beschermende maatregelen nemen op grond van artikel 71 van de Verordening 1107/2009 of op basis van de EU Richtlijn 2009/128/EC Duurzaam gebruik van pesticiden. Indien er sprake is van nieuwe wetenschappelijke en technische kennis en monitoringgegevens kan de goedkeuring van een werkzame stof te allen tijde opnieuw door de Commissie worden bekeken. Een lidstaat kan hierom verzoeken, mits er substantiële aanwijzingen zijn dat niet langer wordt voldaan aan de goedkeuringscriteria. In dezelfde lijn volgt ook de toelating van gewasbeschermingsmiddelen, gebaseerd op de specifieke werkzame stoffen. Omdat specifieke gewasbeschermingsmiddelen die werkzame stoffen bevatten verschillend kunnen zijn geformuleerd en op diverse planten en plantaardige producten en in verschillende landbouw-, fytosanitaire en ecologische omstandigheden worden gebruikt, moeten toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen op het niveau van de lidstaten worden verleend. Het voorzorgsbeginsel maakt integraal onderdeel uit van het goedkeurings- en toelatingsproces. Bij het bepalen van welk niveau van voorzorg kan en moet worden toegepast is de Verordening 1107/2009 leidend. Stoffen en middelen mogen niet worden gebruikt totdat is aangetoond dat het gebruik veilig is. Gewasbeschermingsmiddelen zijn alleen op de markt toegelaten na een omvangrijke, langdurige wetenschappelijke onderbouwing en na onafhankelijke toetsing van alle vereiste studies in de EU. Dit brengt met zich dat het vervolgens weer beperken of zelfs helemaal intrekken van een dergelijke toelating ook zorgvuldig moet gebeuren. Daar waar aanwijzingen zijn dat een toegelaten middel mogelijk ernstige ongewenste effecten heeft, wordt een herbeoordeling uitgevoerd (conform artikel 44). Het voorzorgsbeginsel kan ook in deze situatie worden toegepast: naarmate de mogelijke ongewenste effecten ernstiger zijn en grotere risico s voor mens, dier en milieu met zich meebrengen, zal een ingreep in de toelating sneller mogelijk zijn in een situatie waarin er nog geen onomstotelijk wetenschappelijk bewijs is. De afweging tussen ernst en hardheid van het bewijs is een afweging per geval, uiteraard met inachtneming van het geldende Europese en nationale juridische kader. Als duidelijk wordt dat er ingrijpende risico s zijn voor mens, dier en milieu, wordt uiteraard ingegrepen, conform de noodmaatregel, artikel 71. Pagina 2 van 6

De beoordeling om al dan niet in te grijpen ligt in Nederland bij het Ctgb. Bij het Ctgb, dat als ZBO onafhankelijk van de politiek opereert, is de benodigde gespecialiseerde kennis verzameld. Benadrukt wordt het belang van wetenschappelijke en technische inzichten bij de wetenschappelijke analyse en beoordeling door het Ctgb. Reguliere procedure van ingrijpen Hieronder ga ik achtereenvolgens kort in hoe in enkele concrete gevallen door mij en het Ctgb is gehandeld conform de nationale reguliere procedure en op de uitkomsten ervan. Voor de in de Kamermoties genoemde werkzame stoffen en de daarop gebaseerde gewasbeschermingsmiddelen heb ik telkens het reguliere traject voor nationaal ingrijpen in de toelating gestart door een verzoek te doen aan het Ctgb, om te reageren op onderzoek en te bezien of er op basis daarvan ingegrepen moest worden in de toelating, zoals de PvdD in haar actieplan oproept te doen. Daar waar de (her)beoordeling van het Ctgb risico s heeft vastgesteld of bevestigd is besloten tot ingrijpen in de toelatingen, inclusief de hoor- en wederhoor procedure. Dit is overigens reeds aan uw Kamer gemeld in Kamerstukken 27858 nr. 264, nr. 266, nr. 274, nr. 276 en nr. 278. 1. Neonicotinoïden, fipronil en imidacloprid Kamerstuk 27858 nr. 264 en nr. 276 meldt uw Kamer dat op het neonicotinoïdendossier sinds 2011, naar aanleiding van nieuwe wetenschappelijke informatie over ongewenste effecten van die werkzame stoffen op de gezondheid van bijen, reeds veel herbezinning en besluitvorming heeft plaatsgevonden. Het Ctgb heeft een herbeoordeling uitgevoerd, daar waar in het traject risico s zijn bevestigd is door het Ctgb besloten tot ingrijpen in de toelating. Ook in de EU heeft op basis van wetenschappelijke aanwijzingen voor risico s een herbeoordelingstraject plaatsgevonden dat leidde tot een EU-besluit, vervat in Uitvoeringsverordening (EU) 485/2013. Er is waar nodig ingegrepen in de toelating, bijvoorbeeld door aanvullende risicobeperkende voorschriften of door intrekken van de toelating. Uit het Europese en nationale juridische kader volgt dat er om in te grijpen in toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen aanwijzingen moeten bestaan, die wetenschappelijk zijn onderbouwd, dat na alle ingrijpende maatregelen, nog steeds niet langer wordt voldaan aan de goedkeuringscriteria van respectievelijk werkzame stoffen of gewasbeschermingsmiddelen, waardoor er onaanvaardbare risico s ontstaan. Er is op dit moment na de recente genoemde ingrepen - geen rechtsgrond om de toelatingen of middelen te herzien, laat staan te wijzigen of in te trekken. Ik houd de situatie nauwlettend in de gaten. Zoals ik uw Kamer heb bericht in mijn reactie op de Nature-publicatie over imidacloprid en afname van vogelpopulaties, Kamerstuk 27858 nr. 276: wil een verbod kans van slagen maken, dan moet er snel meer duidelijkheid worden verkregen over de effectiviteit van de al eerder genomen maatregelen om normoverschrijdingen van imidacloprid in oppervlaktewater terug te dringen. Om die reden heb ik ingezet op het versneld beschikbaar komen van meetgegevens om vervolgens te bezien of deze nieuwe, recente meetgegevens niet alsnog aanleiding geven tot ingrijpen, zowel op nationaal als Europees niveau. Pagina 3 van 6

2. Triazolen In Kamerstuk 27858 nr. 264 bericht ik uw Kamer onder meer dat er een wetenschappelijke onderbouwing ontbreekt van de relatie tussen het gebruik van specifieke middelen met triazolen en het ontstaan van resistentie bij de schimmel Aspergillus fumigatus. Daarom zijn er op dit moment geen concrete of aantoonbare aanwijzingen die een rechtsgrond bieden om de toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen of biociden per direct te herzien, laat staan te wijzigen of in te trekken. Het kabinet heeft het Ctgb en het RIVM een verdere analyse gevraagd waarbij een risico-inschatting wordt gemaakt van het ontstaan en in stand houden van resistente schimmelstammen. Over de resultaten daarvan zal ik uw Kamer dit voorjaar informeren. Mocht uit deze analyse blijken dat dit risico te groot is, dan kan alsnog een rechtsgrond ontstaan om toelatingen te herzien. 3. Metam-natrium In Kamerstuk 27858 nr. 274 meld ik uw Kamer het resultaat van de herbeoordeling - op basis van nieuw aangeleverde studies- van de toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen op basis van metam-natrium door het Ctgb. Met een aantal ingrijpende aanvullende risico-beperkende maatregelen is veilig gebruik mogelijk. Deze maatregelen heeft het Ctgb opgelegd aan de toelating van het middel, dit in nauw overleg met de EU rapporterend lidstaat België. 4. Glyfosaat In Kamerstuk 27858 nr. 261 is uw Kamer gemeld op welke wijze de motie betreffende het verkoopverbod van glyfosaat aan particulieren (motie Kamerstuk 27858 nr. 240) wordt uitgevoerd. Op glyfosaat zullen door de staatssecretaris van I&M en mij in een aparte brief worden ingegaan, mede in relatie tot het verzoek van uw Kamer tijdens de regeling van werkzaamheden van 24 maart 2015. Verboden De PvdD haalt enkele verboden aan uit andere EU-lidstaten. Daarbij geeft de PvdD aan met de regering eens te zijn dat aan een onmiddellijk verbod via een noodmaatregel juridische haken en ogen kleven. Voorgesteld wordt door de PvdD om door middel van een nationale reguliere procedure, waarbij hoor- en wederhoor wordt toegepast, een aantal middelen van te markt te halen. Hierop ben ik in de vorige paragraaf reeds ingegaan, deze weg heb ik reeds bewandeld, bijvoorbeeld voor de neonicotinoïden, waaronder imidacloprid, fipronil en metamnatrium. Verwezen wordt door de PvdD dan naar verboden die in andere EU lidstaten zouden zijn ingevoerd: 1. Hongarije en chlorpyrifos 2. Polen en fipronil 3. Italië en imidacloprid In reactie op de genoemde voorbeelden laat het Ctgb mij het volgende weten: Pagina 4 van 6

Ad 1. Navraag bij de Hongaarse toelatingsautoriteit heeft opgeleverd dat geen toelatingen in de ban zijn gedaan. Wel heeft de toelatingsautoriteit enkele aanvullende mitigerende (risico-beperkende) maatregelen opgelegd de laatste jaren om zo bijen aanvullend te beschermen, bijvoorbeeld door toepassing van de middelen op bloeiende gewassen slechts vóór de bloei (bloeistadium BBCH-50, conform de standaard) mogelijk te maken. Dergelijke voorschriften kennen wij in Nederland overigens ook. Ad 2. Navraag bij de Poolse autoriteiten heeft opgeleverd dat het middel Regent 200 SC (op basis van de werkzame stof fipronil) in Polen was toegelaten van 7 oktober 1996 tot 7 oktober 2006 (geregistreerd onder nr. 10/96). Deze toelating eindigde op 7 oktober 2006 van rechtswege, er is geen vervolgaanvraag ingediend door de toelatingshouder. Dit middel is niet van de markt gehaald op last van het Poolse ministerie van Landbouw (Ministry of Agriculture and Rural Development). Ad 3. Navraag bij de Italiaanse autoriteiten heeft opgeleverd dat het coaten van maïszaad met neonicotinoïden in Italië sinds 2008 jaarlijks is opgeschort tot aan 2013, toen de EU-maatregelen zijn doorgevoerd, zoals overigens ook in Nederland. Ik concludeer naar aanleiding van de gegeven voorbeelden in het PvdD-actieplan dat het deels gaat om expirerende toelatingen, om intrekken van specifieke toepassingen van middelen en om risico-beperkende maatregelen als toelatingsvoorwaarde. Het gaat in geen van de gevallen om een verbod van een werkzame stof als geheel, met alle daarop gebaseerde toelatingen. Conclusie Ik heb waardering voor het opstellen van het actieplan door de PvdD. Gezien bovenstaande toelichting in deze Kamerbrief zie ik echter geen aanleiding om de kabinetsreactie (Kamerstuk 27858 nr. 264) dat de moties niet uitvoerbaar zijn en de kabinetsreactie (Kamerstuk 27858 nr. 261) waarin is beschreven op welke wijze de motie betreffende het verkoopverbod van glyfosaat wordt uitgevoerd, te herzien. Ik hecht eraan om aan te geven dat ik waar het noodzakelijk was alle mogelijkheden heb benut om in te grijpen in bestaande toelatingen en dat ook in de toekomst zal blijven doen, uiteraard hoort daar ook het proces in de EU bij. Pagina 5 van 6

Voor de in de Kamermoties genoemde werkzame stoffen en de daarop gebaseerde gewasbeschermingsmiddelen is het reguliere traject voor nationaal ingrijpen in de toelating gestart, telkens met een verzoek aan het Ctgb om te reageren op onderzoek en te bezien of er op basis daarvan ingegrepen moest worden in de toelating. Daar waar de (her-)beoordeling van het Ctgb risico s heeft vastgesteld of bevestigd is besloten tot ingrijpen in de toelatingen. (w.g.) Sharon A.M. Dijksma Staatssecretaris van Economische Zaken Pagina 6 van 6