Voortgangscommissie. Sint Maarten

Vergelijkbare documenten
Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Vijftiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 januari 2015 tot 1 april 2015

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Derde voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het Ministerieel Overleg. Januari 2012 t/m maart 2012

Tweede voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 augustus 2011 tot 1 januari 2012

Achtste voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 april 2013 tot 1 juli 2013

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Zestiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 april 2015 tot 1 juli 2015

Zeventiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 juli 2015 tot 1 oktober 2015

Zevende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 januari 2013 tot 1 april 2013

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Negentiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 januari 2016 tot 1 april 2016

Voortgangscommissie. Sint Maarten. Twaalfde rapportage aan het ministerieel overleg over de periode. 1 juli oktober 2013

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie Sint Maarten. Tiende rapportage aan het ministerieel overleg over de periode

Twaalfde voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 april 2014 tot 1 juli 2014

Over de periode 1 april 2012 tot 1 juli 2012

Voortgangscomm issie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Twintigste voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 april 2016 tot 1 juli 2016

Achttiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 oktober 2015 tot 1 januari 2016

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Veertiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 oktober 2014 tot 1 januari 2015

12de voortgangsrapportage

Over de periode 10 oktober 2010 tot 1 augustus 2011

Voortgangscommissie. Sint Maarten

16de voortgangsrapportage

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Voortgangscommissie. Sint Maarten

Dertiende voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1 juli 2014 tot 1 oktober 2014

College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten

2013/ Uw brief van: 8 mei 2013 Ons nummer: Willemstad, 14 mei Afd:

Conclusies van de Slot-Ronde Tafel Conferentie van het Koninkrijk der Nederlanden, gehouden op 9 september 2010 te Den Haag, Nederland

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 28 juni 2017 Ons nummer: Willemstad, 18 juli 2017

College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten

Aan d.t.k.v. De Raad van Ministers De Minister van Algemene Zaken Drs. I. Asjes Fort Amsterdam Alhier. 1 Grondslag

Ministerie van VROMI Land Sint Maarten

Aan dtkv. 2018/ Uw brieven van: 21 februari 2018 Ons nummer: Willemstad, 22 maart 2018

Verslag van bevindingen. van de Voortgangscommissie Sint Maarten. één jaar na

2016/ Uw brief van: 28 september 2016 Ons nummer: Willemstad, 31 oktober 2016

Secretariaat Ministerraad MinisterievanAlgemeneZaken

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 22 februari 2017 Ons nummer: Willemstad, 6 april 2017

Verslag van bevindingen. van de Voortgangscommissie Sint Maarten. één jaar na

Ministerie van Binnenlandse Zaken

7de voortgangsrapportage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Raad voor de rechtshandhaving JAARPLAN 2017

Vraag De onderzoeksvraag en deelvragen zijn op 10 september 2015 met de Staten afgestemd. De onderzoeksvraag luidt:

Elfde voortgangsrapportage van de voortgangscommissie Curaçao aan het ministerieel overleg. Over de periode 1januari 2014 tot 1 april 2014

College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten

PLAN VAN AANPAK Point Blanche Gevangenis

Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ontwikkeling, Milieu en Infrastructuur

Aan dtkv. Uw nummer (letter): 2014/ Uw brief van: 30 juli 2014 Ons nummer: Willemstad, 12 augustus 2014

De Rekenkamer is verder nagegaan of de verantwoording van de verschuldigde vergoeding over 2011, 2012 en 2013 volledig is.

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 25 oktober 2017 Ons nummer: Willemstad, 3 november 2017

Aan d.t.k.v. 15 jan 2014 Ons nummer: Afd:

Aan d.t.k.v. Uw nummer (letter): 2012/ Uw brief van: 30 mei 2012 Ons nummer: Willemstad, 31 mei Afd:

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 23 maart 2017 Ons nummer: Willemstad, 11 april 2017

Aan dtkv. 2017/ Uw brieven van: 26 april 2017 Ons nummer: Willemstad, 26 mei 2017

Raad voor de rechtshandhaving JAARPLAN 2018

Klager vraagt zich af wat de status is van de besluiten die door de RvC in die periode zijn genomen.

Aan d.t.k.v. 8, 15, 22 jan 2014 Ons nummer: Afd:

Reglement auditcommissie NSI N.V.

College financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten

Ministerie van VROMI Land Sint Maarten

Ministerie van VROMI Land Sint Maarten

Bevoegdheden en verantwoordelijkheden Raad van Toezicht.

wijziging van het Barp in verband met de invoering van de wet op de medische keuringen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan dtkv. 10 juni juni 2015

2015/ Uw brieven van: 24 mei 2016 Ons nummer: Willemstad, 27 mei 2016

7 de Uitvoeringsrapportage Ministerie van AZ

Erik van Engelen februari 2015 Cft /5 - Advies op basis van artikel 12 bij de vastgestelde begroting 2015

Nederlandse Brandwonden Stichting

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN

Aan dtkv. 2016/07245 Uw brief van: 19 oktober 2016 Ons nummer: Willemstad, 11 november 2016

De Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur Dhr. S. Victorina Bellisimaweg 17 Curaçao. 1 Grondslag

Aan dtkv. 2017/ Uw brieven van: 24 mei 2017 Ons nummer: Willemstad, 27 juni 2017

Secretariaat: vestiging Bonaire

Reglement auditcommissie

Model plaatsingsprocedure EUR. 1. Inleiding

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Financiën en Nationale

Reglement Auditcommissie Raad van Commissarissen Coöperatie VGZ U.A.

Lijst van vragen - totaal

Eenentwintigste rapportage over de periode 1 juli 2016 tot 1 januari tevens slotrapportage

Eerste Kamer der Staten-Generaal

de Raad van Ministers de Minister van Economische Ontwikkeling Dr. I.S. Martina Molenplein z/n Alhier Aan d.t.k.v. 1 Grondslag

B en W. nr d.d

UITVOERINGSRAPPORTAGE IMPLEMENTATIEPLAN KORPS POLITIE CURACAO

Transcriptie:

Voortgangscommissie Sint Maarten Negentiende rapportage aan het ministerieel overleg over de periode 1 april 2015 1 juli 2015 De Voortgangscommissie: N. Schoof, waarnemend voorzitter; M. Marijnen, beoogd Nederlands lid augustus 2015 1

Inhoudsopgave Algemeen 3 A. Politiekorps Sint Maarten.. 6 B. Gevangenis Point Blanche.8 C. De Landsrecherche.9 Overzicht van aanbevelingen.. 10 Bijlagen: Uitvoeringsrapportages van de minister van Justitie dd 31 juli 2015 2

Algemeen De voortgangscommissie van Sint Maarten biedt u hierbij de negentiende voortgangsrapportage aan over de uitvoering van de plannen van aanpak van Sint Maarten in het tweede kwartaal van 2015. De commissie maakt met grote spijt melding van het aftreden om gezondheidsredenen van de voorzitter van de commissie, de heer Ronald Bandell. De heer Bandell is van grote waarde geweest voor het werk van de commissie en zijn nimmer aflatende inspanningen om partijen bij elkaar te brengen en daarbij ieder in zijn waarde te laten is een voorbeeld voor allen. De commissie heeft besloten de heer Bandell als adviseur van de commissie betrokken te laten zijn bij haar werkzaamheden. Het voorzitterschap wordt sedert het ontslag (per 1 juni 2015) van de heer Bandell feitelijk waargenomen door het Nederlandse lid. De regeringen van beide landen hebben ingestemd met het beoogd voorzitterschap van de heer Nico Schoof. Daarmee is naast de vacature voor het lid van Sint Maarten ook een vacature voor het Nederlandse lid ontstaan. Van Nederlandse kant is voor de vervulling van het lidmaatschap de heer Michel Marijnen, de voorzitter van de voortgangscommissie Curacao, aangezocht. De heer Marijnen heeft tijdens dit werkbezoek als beoogd lid kennisgemaakt met de gesprekspartners en vooruitlopend op zijn benoeming, volwaardig aan de werkzaamheden meegedaan. De commissie is verheugd te hebben vernomen van de voordracht van een lid voor Sint Maarten. Door de regering van Sint Maarten is de heer Miguel Alexander, voormalig notaris op Curacao en Sint Maarten, voorgedragen. Naar verwachting zal de commissie vanaf september 2015 wederom in volledige geformaliseerde bezetting kunnen werken. Tijdens het werkbezoek, dat plaatsvond van 3 tot en met 5 augustus 2015, werd gesproken met de gouverneur, de minister president en de minister van justitie en de diensthoofden van de gevangenis, politie en landsrecherche. Voorts werd informatie uitgewisseld met de advocaat generaal en de hoofdofficier van justitie en het Sint Maartense lid van de Raad voor de Rechtshandhaving. Omdat de commissie geruime tijd niet meer bij de afdeling juridische zaken en wetgeving was geweest werd een kort bezoek gebracht om te vernemen hoe de afdeling er nu voor staat. Sedert het laatse bezoek van de commissie in januari 2014 heeft de afdeling te kampen met een tekort aan wetgevingsjuristen. Ook is de functie van hoofd van de afdeling vacant, waardoor de effectiviteit van de afdeling niet meer op het niveau ligt van begin 2004. Naar de commissie vernam doen zich ook problemen voor met de wetgevende functies op andere ministeries. De commissie besprak met de minister van justitie dat de toegezegde stukken over het formatieplan, de functieboeken etc van delandsrecherche, de gevangenis en de politie nog niet voor advies aan de commissie zijn gezonden, hoewel dat al verschillende keren is toegezegd, laatstelijk nog in het MO van 8 juni 2015. De minister zegde de stukken nogmaals toe en meldde dat de Raad van Advies de stukken retourneerde omdat het georganiseerd overleg met de vakbonden (GOA) 3

niet heeft plaatsgevonden. Dat overleg moet alsnog plaatsvinden en zal de invoering van de formatieplannen en daarmee de plannen van aanpak, wederom vertragen. De minister zegde tevens toe de resultaten van de evaluatie van de IBPS (voorheen NTO, Nieuwe Toelatings Organisatie), waarvan een concept is opgeleverd door SOAB, aan de commissie te zenden. Begroting Sint Maarten In het zicht van het einde van de werkzaamheden van de commissie in 2016 is er geen reden voor optimisme als het gaat om de opbouw van de politie en de gevangenis. Een van de belangrijkste factoren die de voortgang belemmeren is het gebrek aan financiële dekking voor het aantrekken van personeel. De commissie heeft kennisgenomen van de aanwijzing aan Sint Maarten over de begroting voor de komende jaren. Hoewel het zo is dat de regering van Sint Maarten door prioriteitstelling binnen de begroting ruimte dient te maken voor financiële dekking van de uitvoering van de plannen van aanpak vreest de commissie dat de kansen daarop nog verder afnemen. De commissie wijst erop dat het hier gaat om uitvoering van in de RTC gemaakte afspraken, die een wettelijke basis hebben en daarmee niet vrijblijvend van karakter zijn. Nu in de aanwijzing daarover niets is geregeld adviseert de commissie dit in uw overleg expliciet te bespreken. Financiering Met de minister is ook uitvoerig stilgestaan bij de financiering van de uitbreiding van het personeelsbestand van justitiediensten en de opleidingen. Duidelijk is dat de minister geen ruimte ziet voor substantiële personeelsuitbreiding bij met name de politie, omdat ruimte op zijn begroting ontbreekt. Zelfs bestaande vacatures worden niet opgevuld, waardoor de feitelijke formatie bij de politie in een half jaar tijd met ca 30 personen is teruggelopen. Zijn budget zal bij de invoering van de formatieplannen nog extra worden belast door de extra kosten die daaruit voortvloeien. Meerjaren is er ook geen perspectief waarneembaar. De minister heeft dit ook in het ministerieel overleg gemeld. Van enig concreet besluit om de formatie van de politie in 4 á 5 jaar naar 275 fte te laten groeien is niet gebleken. Voor de gevangenis geldt min of meer hetzelfde: er is geen echte ontwikkeling waarneembaar van het personeelsbestand. De commissie heeft het exposé van de minister verzuchtend aangehoord en constateert dat de uitbreiding van het personeelsbestand bij de politie, ondanks een wettelijke verplichting daartoe in de Onderlinge Regeling Minimale sterkte politie, en ook de gevangenis, sterk het karakter heeft van trekken aan een dood paard. De commissie vroeg zich openlijk af of het nog wel zinvol is met haar werkzaamheden door te gaan tot het eind van de geldigheidsduur van de AMvRB die in oktober 2016 afloopt. De minister en later ook de gouverneur waren stellig over de behoefte van een toezichtscommissie, omdat vreemde ogen dwingen, ook al is er niet altijd voortgang te melden. Dit brengt de commissie op een moment van bezinning; in oktober zijn de plannen van aanpak vijf jaar van kracht en er is veel gedaan. Bij twee verbeterplannen, die van Vromi en de Afdeling JZW, en twee plannen van aanpak, Burgerzaken en de NTO (Nieuwe Toelatingsorganisatie, tegenwoordig IBPS genaamd) had de 4

commissie voldoende voortgang geconstateerd om de plannen als afgerond te beschouwen. In het Ministerieel Overleg is daartoe conform besloten. Van drie plannen van aanpak kan dat tot op heden niet worden gezegd. De Landsrecherche is heel ver en maakt een stabiele groei door. De gevangenis en het korps politie zijn nog ver af van een afronding, omdat er nog essentiele zaken ontbreken die een goed functioneren belemmeren. In november komt de commissie met een overzicht van uitgevoerde en nog uit te voeren taken van de drie genoemde justitieonderdelen na vijf jaar werken aan de plannen van aanpak. Met die uitkomst kan voor 2016 in de dan voltallige commissie de strategie voor afronding van de werkzaamheden in 2016 worden bepaald, inclusief een eventueel alternatief voor de monitoring van de ontwikkeling politie en gevangenis. Plan versterking rechtshandhaving De commissie heeft er kennis van genomen dat het plan ter versterking van de rechtshandhavingsketen slechts ten dele zal worden uitgevoerd, waarbij het accent van de inzet op Sint Maarten komt te liggen. Daartoe is met Sint Maarten in mei 2015 een protocol gesloten waarin de versterking van de rechtshandhaving is vastgelegd. De commissie is verheugd dat partijen tot elkaar zijn gekomen en hoopt dat de uitvoering daarvan de rust in de relaties en de samenwerking zal bevorderen. De tekenen wijzen daar echter niet op. Kort voor het werkbezoek van de commissie bezocht de chef van de nationale politie Sint Maarten en de naweeën waren voor de commissie nog merkbaar. Bijzonder ontstemd was men over zijn aanzegging tijdens het gesprek met de minister van justitie dat het recherchesamenwerkingsteam zonder nader overleg zal worden versterkt met 55 man/vrouw en dat samenwerking met Sint Maarten niet nodig zal zijn. De minister van Justitie en de minister president hadden ten tijde van het werkbezoek van de commissie nog geen bevestiging van een Nederlandse minister ontvangen of het protocol nog van kracht blijft. De commissie vindt de gang van zaken onnodig grievend voor Sint Maarten en het voorval belemmert ook de commissie in haar werkzaamheden. De commissie is van oordeel dat de Nederlandse aanpak en de eenzijdige gang van zaken rond de versterking van de rechthandhaving niet bijdraagt aan de voortgang van de plannen van aanpak, die voorwaardelijk waren voor de verkrijging van de landsstatus en een wettelijke basis hebben. De commissie constateert stilstand en achteruitgang in de ontwikkeling van de plannen van aanpak, terwijl versterking uit Nederland juist ingezet zou moeten worden op duurzame ontwikkeling van lokale instituties. De commissie ziet vooralsnog geen beweging in die richting. De commissie constateert derhalve dat zowel aan Nederlandse zijde als aan die van Sint Maarten onvoldoende aandacht is voor de kwantitatieve en kwalitatieve groei van zowel politie als de gevangenis en beschouwt dat als buitengewoon zorgelijk. 5

A. Politiekorps Sint Maarten (KPSM) De commissie vernam van de minister dat de benoeming van de nieuwe korpschef binnenkort kan worden verwacht. De huidige korpschef, in vaste dienst van het land, zal in de politiesfeer een nieuwe speciale functie krijgen, zo meldde de minister aan de commissie. De commissie was hierover verrast, omdat vorig jaar is aangekondigd dat de KC zou terugtreden per 1 januari 2015 in verband met het aflopen van zijn contract op 1 juni 2015. Een opvolger werd geselecteerd en die kon dan zes maanden worden ingewerkt. Nu, augustus 2015, is de situatie dat de opvolger nog niet is benoemd en het het dienstverband met de duurste politiefunctionaris na diens ontslag uit zijn functie, wordt voortgezet. De commissie acht dat in schril contrast staan met het om financiële redenen niet kunnen vervullen van 30 vacatures. De commissie had tijdens het vorige werkbezoek gevraagd om een uitvoeriger rapportage. Helaas is daaraan geen gehoor gegeven; de ingestuurde rapportage is nog steeds summier. Voor de volgende rapportage is de afspraak gemaakt dat het korps met het secretariaat van de commissie een overzicht maakt van uitgevoerde en nog uit te voeren onderdelen van het plan van aanpak. Gemeenschappelijke meldkamer Over de gemeenschappelijk meldkamer is tussen brandweer en politie overleg geweest. De brandweer bezocht de nieuwe meldkamer heeft de deelname nog in studie. Personeel politie In de personele situatie bij de politie is geen wijziging opgetreden. De 18 naar Nederland teruggekeerde agenten worden niet vervangen en 8 personeelsleden van de KMAR worden teruggetrokken uit de lokale recherche omdat de KMAR zich op de kerntaken gaat richten.. Ook is de juridisch medewerker bij het stafbureau van de korpsleiding nog niet geworven en worden andere vacatures niet vervuld. Zicht op uitbreiding van het personeelsbestand is er niet; eerder is er sprake van teruggang. Tijdens het gesprek met de korpsleiding werd geconcludeerd dat de personele sterkte medio 2015 op 170 personen ligt. Naar de mening van de commissie een onacceptabele situatie, die in het laatste ministerieel overleg aan de orde is geweest doch niet heeft geleid tot conclusies of besluitvorming. Op het gebied van opleiding is de situatie niet anders ten opzichte van de vorige rapportage. Positief is dat de minister van justitie in het JVO van 8 juni 2015 heeft aangegeven zich vanaf 2016 bij de gemeenschappelijk ICT-voorziening te zullen aansluiten. De voorziening kan dan vanaf 2016 functioneren als waarvoor het bedoeld is. Om zo spoedig mogelijk te komen tot een situatie zoals die ten tijde van het verkrijgen van de nieuwe status in 2010 bedoeld was is het zaak de in de uitvoeringsrapportage gesignaleerde stagnatie zo spoedig mogelijk op te lossen. Ook bracht de commissie in de vorige rapportage het grote belang van structureel driehoeksoverleg onder de aandacht. De commissie is van mening dat de commotie rond de aanwijzing van de minister van justitie aan de PG op Curacao inzake de CID functie door tijdig overleg vermeden had kunnen worden. Het advies aan de minister, en ook de PG, om regulier overleg te hebben blijft onverminderd van kracht. 6

B. Gevangenis Point Blanche Bij de gevangenis is er sprake van stilstand. De renovatie is vrijwel afgerond en de start van de nieuwbouw wordt bedreigd door de gevolgen van mogelijk financieel toezicht. De personele situatie blijft onverminderd zeer zorgelijk; ook hier worden vacatures niet vervuld wegens het ontbreken van financiele dekking. Daarbij komt dat het onlangs aangestelde hoofd bedrijfsvoering (HBV) heeft aangegeven zijn nog niet opgepakte functie te zullen verlaten. De commissie heeft grote bedenkingen bij de wervingsprocedure voor deze functie en roept de minister op erop toe te zien dat de volgende werving voor deze zeer belangrijke functie wel goed verloopt. De directeur heeft de vacante mt-functies tijdelijk intern opgevuld. Voorstellen, niet alleen op personeelsgebied, blijven liggen op het ministerie van justitie en dat stagneert de voortgang bij de gevangenis. Naar het oordeel van de commissie is er een zeer precaire situatie in de gevangenis. Gezegd mag worden dat de rust in de gevangenis in hoge mate door de gedetineerden (de inmates association) wordt bepaald. Dit roept de vraag op wie de feitelijke macht in de gevangenis heeft. De commissie brengt daarom nogmaals onder de aandacht dat onmiddellijke actie noodzakelijk is. De directeur van de gevangenis zegt de commissie toe een overzicht te zullen leveren welke onderdelen van de beveiligingsscan bij de renovatie zijn gerealiseerd en welke nog niet zijn of kunnen worden gerealiseerd. Voorts zal de commissie een geactualiseerd overzicht van de bezetting ten opzichte van de formatie ontvangen. Overigens is de rapportage van de gevangenis wel goed van opzet, maar biedt het te weinig specifieke informatie. De commissie verwacht ook van de gevangenis een meer uitgeschreven rapportage over de stand van zaken van de onderwerpen. Integriteitsbeleidsplan Het concept integriteitsplan aan de minister van justitie gezonden voor goedkeuring. Vaststelling daarvan heeft nog niet plaatsgevonden. De commissie dringt er bij de minister op aan het plan zo spoedig mogelijk vast te stellen en acties die daaruit voortvloeien voor de gevangenis zo snel mogelijk te beginnen. 7

Personeel C. De Landsrecherche Nadat in 2014 vijf nieuwe personeelsleden zijn geworven, zijn voor 2015 wederom vier vacatures opengesteld. Twee daarvan zijn inmiddels aangetrokken en de werving voor de overige twee loopt nog. De commissie heeft vernomen dat de landsrecherche van de minister mag uitbreiden naar 23 personen. Met dit besluit is de commissie blij, omdat al lang duidelijk was dat deze jonge organisatie van speurders zeer veel werk heeft verricht; van veel zaken is het onderzoek afgerond en ter behandeling aan het Openbaar Ministerie gezonden. Er zijn echter ook nog veel zaken die opgepakt moeten worden. In dit verband roept de commissie in herinnering dat de minister van Justitie van Sint Maarten en ook van Curacao ondersteuningsverzoeken aan Nederland hebben gericht die zijn aangehouden, omdat zij in het plan versterking rechtshandhavingsketen worden meegenomen. Eén daarvan betreft de ondersteuning van de landsrecherche van Sint Maarten, een verzoek van nu reeds ruim anderhalf jaar oud. Ondanks een toezegging van de minister van V en J en de aankondiging van de chef van de nationale politie is er op versterking door Nederlands personeel nog geen uitzicht. Wel kon het diensthoofd van de LR melden dat hij met de Rijksrecherche contact heeft over uitwisseling van informatie en expertise. Het opleidingsplan van de Landsrecherche is reeds enige tijd gereed, doch voor de uitvoering ervan is geen financiele dekking. In de vorige rapportage maakte de commissie melding van wetgeving betreffende nadere bevoegdheden voor de Landsrecherche, die nog in procedure zou zijn. Omdat er twee concepten waren ontstond het misverstand dat de wet nog in procedure zou zijn. Inmiddels heeft de commissie informatie ontvangen dat de wetgeving van kracht is, waardoor dit punt uit het plan van aanpak van LR is uitgevoerd. 8

Overzicht van aanbevelingen en adviezen 1. De commissie dringt er bij het Ministerieel overleg op aan besluiten te nemen die de voortgang van de uitvoering van de plannen van aanpak bevorderen. 2. Omdat de situatie in de gevangenis zeer precair is adviseert de commissie het ministerieel overleg om het overleg met Nederland over werving van personeel in Nederland spoedig te doen plaatsvinden en tot een goed einde te brengen. 3. De commissie adviseert het ministerieel overleg met klem te bespreken hoe het tekort aan executief personeel bij de politie wordt ingelopen. 4. De commissie verzoekt de minister van Justitie van Sint Maarten op korte termijn zijn onderbouwde plan tot maximering van de sterkte van de politie voor advies aan de commissie te zenden. Uit eerdere rapportages: A. De commissie geeft het ministerieel overleg in overweging een doorlichting te laten uitvoeren van de politie, gevangenis en landsrecherche op gewenste organisatie en sterkte. B. De voortgangscommissie bepleit dat in het ministerieel overleg duidelijkheid wordt gegeven over in voorbereiding zijnde plannen en ondersteuningsverzoeken van Sint Maarten. D. De commissie adviseert vast te stellen dat prioriteit bij de uitvoering van de plannen van aanpak dient te liggen en dat uitgaven daarvoor zichtbaar in de begroting van het land worden opgenomen. Toezeggingen toezending informatie: - De minister zend de commissie de formatieplannen van politie, gevangenis (inmiddels ontvangen) en landsrecherche alsmede het communicatieplan van de politie; - De directeur van de gevangenis levert bij de volgende rapportage overzicht van de formatie en de bijbehorende bezetting en het opleidingsplan; 9