Inspectierapport SamSam Ochten (KDV) Hoeflaan 5a 4051EM OCHTEN Registratienummer 160481727 Toezichthouder: GGD Gelderland-Zuid In opdracht van gemeente: Neder-Betuwe Datum inspectie: 25-01-2016 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 03-03-2016
Inhoudsopgave Het onderzoek...3 Observaties en bevindingen...4 Pedagogisch klimaat...4 Personeel en groepen...6 Inspectie-items...7 Gegevens voorziening...9 Gegevens toezicht...9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 10 2 van 10
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij het uitgevoerde onderzoek. Na de feiten over het kinderdagverblijf (KDV) en de onderzoeks/inspectie geschiedenis, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt. KDV SamSam Ochten is al enige jaren geopend. Het maakt onderdeel uit van de kinderopvangorganisatie SamSam die 1 KDV en 2 buitenschoolse opvangen (BSO) in de gemeente Neder-Betuwe heeft. KDV SamSam is een locatie gelegen in het dorpje Ochten en heeft 2 groepen: een babygroep en een dreumes/peutergroep. Het KDV is gehuisvest in een eigen gebouw. Korte inspectiegeschiedenis: Op 25 januari 2016 is er een jaarlijks onderzoek geweest. Het KDV voldoet, na overleg en overreding, aan alle onderzochte voorwaarden die bij dit onderzoek zijn onderzocht. Advies aan College van B&W Geen handhaving. De onderstaande gegevens zijn niet conform de praktijk: in het register van de geschillencommissie is nog niet te zien dat de organisatie is aangesloten de houder heeft wel een aanmeldformulier en factuur van de geschillencommissie laten zien in het pedagogisch plan wordt gesproken over max 25 kindplaatsen, in het register over 33 kindplaatsen. Houder geeft aan dat, een poos geleden, boven een peutergroep was voor 8 kinderen. 3 van 10
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Tijdens dit onderzoek zijn in het pedagogisch plan alleen de volgende voorwaarden beoordeeld: de wijze waarop beroepskrachten bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen beoordeeld de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang worden toegerust voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund Uit onderzoek bleek dat in het pedagogisch werkplan de bovenstaande voorwaarden nog niet helemaal in duidelijke en obseveerbare termen waren beschreven. De toezichthouder heeft overleg en overreding toegepast en de houder en assistent manager hebben binnen de gestelde tijd het pedagogisch plan aangepast. In het huidige pedagogisch plan is nu over de voorwaarden het volgende te lezen: kinderen worden met behulp van het Cito-peutervolgsysteem gevolgd er kan overlegd en door verwezen worden naar een logopedist, VVE-begeleider van de peuterspeelzaal, verpleegkundige van de jeugdgezondheidszorg (JGZ) of een leerkracht van de basisschool of Jeugdzorg Gelderland alle PM hebben in het verleden een cursus gevolgd voor het omgaan met kinderen met opvallend gedrag en zijn zij allemaal opgeleid in het werken volgens de Gordon-methode en een cursus voorschoolse educatie(vee) Pyramide. de assistent leidinggevende is opgeleid als video-interactie begeleider en aandachtsfunctionaris voor de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld. Zij heeft daarmee extra kennis en vaardigheden in huis om de leidsters te ondersteunen. Pedagogische praktijk Het handelen van de pedagogisch medewerkers met betrekking tot de vier pedagogische basisdoelen uit de Wet kinderopvang wordt beschreven aan de hand van observatie-items uit het Veldinstrument. (Deze items staan schuin gedrukt in de tekst.) De beschrijvingen betreffen enkele voorbeelden uit de praktijk en zijn geen volledige weergave van de praktijk. Er is geobserveerd op de beide groepen. Uitvoering pedagogisch beleidsplan De PM vertellen tijdens het onderzoek dat het pedagogisch plan bekend is. En dat ze al heel lang de kinderen volgen in hun ontwikkeling en kinderen doorverwijzen en dat dit ook beschreven staat in het pedagogisch plan. Waarborgen emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen Respectvol contact: de beroepskrachten hebben kort gesprekjes met de kinderen. Ze sluiten op passende wijze aan op de situatie of vraag. Observatie: Peutergroep Tijdens de observatie zitten de PM en de kinderen in een kring aan een hoge tafel. Zij praat met de kinderen over het eten en drinken dat zij ondertussen uitdeelt. De kinderen praten volop terug. Nadat het eten en drinken op is, vraagt zij de kinderen welk liedje de kinderen willen zingen. De kinderen zingen het ene liedje na het andere. De andere PM haalt een kind uit bed, hij wordt verschoond, ondertussen vertelt zij het kind wat zij gaat doen. 4 van 10
Mogelijkheid bieden tot ontwikkeling van persoonlijke competentie Er is wederzijdse interactie tussen de beroepskrachten en individuele kinderen Rustmomenten: het schema voor rusten en /of slapen is geschikt voor de meeste kinderen Observatie: Babygroep: tijdens de observatie begint een baby te huilen. De PM overleggen met elkaar of een baby nog even kan slapen voordat de ouders het kind ophalen. De PM haalt een andere baby uit bed en zij geeft haar heel rustig de fles. Mogelijkheid bieden tot ontwikkeling van sociale competentie De kinderen zijn deel van de groep Positieve sfeer: de beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer door zorg te dragen voor de inrichting en activiteiten Beide groepen: Tijdens de observaties is te zien dat alle PM grapjes maken met de kinderen, aandacht hebben voor de kinderen en voor hen zorgen. Peutergroep: De PM besluiten met de kinderen buiten te gaan spelen omdat de zon heerlijk schijnt. Even later spelen de kinderen in de ingerichte buitenspeelruimte. Babygroep: De PM legt de baby, nadat hij de fles leeg heeft gedronken, in een hangmat. Overdracht van normen en waarden Beroepskrachten vervullen een voorbeeldfunctie in spreken en handelen Fatsoensnormen: de beroepskrachten treden op een professionele manier op in de omgang met collega's en ouders. Observatie: Beide groepen: tijdens de observatie is te zien dat de PM respectvol zijn naar elkaar, ze overleggen met elkaar en luisteren naar elkaar. Peutergroep: tijdens de observatie komt een opa een kind ophalen. De PM is vriendelijk naar hem en vertelt hoe de dag voor het kind is geweest. Babygroep: tijdens de observatie komt een moeder binnen en de PM begroeten haar en vertellen hoe de dag is geweest voor de baby. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (per telefoon en per email) Interview anderen (PM op de groep) Observaties (binnenruimten en buitenspeelplaats) Pedagogisch beleidsplan (Pedagogisch beleidsplan) Pedagogisch beleidsplan Kinderopvangorganisatie SamSam Kinderdagverblijf Ochten, versie januari 2016 Peutervolgsysteem 5 van 10
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Uit onderzoek blijkt dat de PM die aanwezig waren bij het onderzoek, allen beschikken over een passende verklaring omtrent het gedrag (VOG) die is afgegeven ná 1 maart 2013. Passende beroepskwalificatie Uit onderzoek blijkt dat alle PM die aanwezig waren tijdens het onderzoek beschikken over een passend diploma om in de kinderopvang te werken. Opvang in groepen Uit onderzoek blijkt dat er op dit KDV 2 stamgroepen zijn: een babygroep van 6 weken tot 22 maanden met maximaal 12 kinderen en 2 PM een peutergroep van 22 maanden tot 4 jaar met maximaal 16 kinderen met 2 PM Beroepskracht-kindratio Uit onderzoek blijkt dat op het dagdeel van het onderzoek de BKR als volgt is: babygroep: 0-1 jaar 4 kinderen 1-2 jaar 2 kinderen en 2 PM peutergroep: 2-3 jaar 6 kinderen 3-4 jaar 5 kinderen en 2 PM Op de kindaanwezigheidslijsten van de kinderen en PM van de week van het onderzoek is te zien dat op alle dagdelen de beroepskracht-kindratio (BKR) juist is. Op woensdag en vrijdag voegen de groepen soms samen, er is dan van alle beide groepen een PM aanwezig. Er is geen aanleiding om het onderzoek uit te breiden. 6 van 10
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub i Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten in de dagopvang worden toegerust voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub j Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) 7 van 10
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : SamSam Ochten Website : http://www.kdvsamsam.nl Aantal kindplaatsen : 33 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Nee Gegevens houder Naam houder : SamSam Adres houder : Hoeflaan 5a Postcode en plaats : 4051EM OCHTEN Website : www.kdvsamsam.nl KvK nummer : 11049910 Aansluiting geschillencommissie : Nee Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Gelderland-Zuid Adres : Postbus 1120 Postcode en plaats : 6501BC Nijmegen Telefoonnummer : 088-144 71 44 Onderzoek uitgevoerd door : G. op de Haar Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Neder-Betuwe Adres : Postbus 20 Postcode en plaats : 4043ZG Opheusden Planning Datum inspectie : 25-01-2016 Opstellen concept inspectierapport : 03-03-2016 Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : 03-03-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 07-03-2016 Verzenden inspectierapport naar : 07-03-2016 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 21-03-2016 9 van 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen. 10 van 10